51"c jaargang.
Zondag 10 en Maandag 11 October 1897.
I\l°. 9445.
Eersle Blad.
FEUILLETON.
RAMÜNTOHO.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
UITGEVER: II. J. C. ROELANTS.
Kennisgeving.
Het onderzoek der geloofsbrieven.
Abonnementsprijs voor Schiedam, per kwartaal f 0.90
omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijke nommerso,02
BUREAU: BOTER8TUAAT TO. Tclcphoon lïo. 123.
Advertentieprijsvan 15 gewone regels mot inbe
grip van ccnc Courantf 0.52
Iedere gewone regel meer- 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Kleinhandel in sterken drank.
Burgemeester en wcthouders van Schiedam,
brengen, ingevolge ait. 5 der v, _t tot egel mg van
den kleinhandel in steikcn drank en tot beteugeling
van openbare dionkenscbap, Staatsblad no. 118 van
1885), ter openbare kennis, dat bij ben de volgende
verzoekschriften zijn ingekomen om vergunning tot
verkoop van sterken drank in het klein:
to. van G. K. VOGELEZANG voor bet huis aan de
Moo/dslraaf no 115.
'Jo. van Q. DRIES voor het huis aan de Boterstraat
no. 3.
Schiedam, den 8sten October 1807.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
VERSTEEG.
l)e secretaris,
VERNÈDE.
Het onderzoek der geloofsbrieven van de in
de districten Sneek en Amsterdam VI gekozen
verklaarde afgevaardigden ter Tweede Kamer
geeft aanleiding tot enkele opmerkingen, welke
wel niet van urgenter» aard mogen wezen, maar
niettemin waard zijn dat er de aandacht op
gevestigd wordt.
In de eerste plaats 't onderzoek in 't alge
meen, nl. het recht aan de Kamers, en aan
alle andere door verkiezing samengestelde re-
geeringslichamen in ons land, toegekend
om orer de toelating barer leden te beslissen.
Dit recht berust op het grondwettelijk voor-
scinift (art. 98), volgens hetwelk «elke Kamer
de geloofsbrieven onderzoekt harer nieuw-
inkomende leden en de geschillen beslist,
welke aangaande die geloofsbrieven of de ver
kiezing zelve oprijzen."
Afgescheiden van enkele wijzigingen van
redactie, is dit voorschrift sedert 1815 in aile
grondwetten voor ons iand gehandhaafd en blijk
baar heeft men dus hel gevaar voor partijdige
uitspraken niet ernstig geacht, als de Kamer
over geschillen te beslissen heeft, welke naar
aanleiding van een twijfelachtiger» uitslag eener
verkiezing mochten rijzen. Dat dit gevaar be
staat, zal toch wel door niemand geloochend
worden, en zoo zou't alleen reeds om deze i eden
de voorkeur verdienen, dat het onderzoek der ge
loofsbrieven werd opgedragen aan een buiten
den strijd staand college, b.v. den Hoogen Raad
der Nederlanden of het lichaam, dat naar de
bedoeling der grondwet van 1897 met de admi-
stratieve rechtspraak in hoogste instantie zal
Roman door
PlEEIil LOTI,
lid der «Académie F ra ng ai se".
If)
Hij vestigde zijne oogen op die van Gracieuse,
welke roet eene uitdrukking van verbazing en
verwijt werden opgeheven
Dus je wist dat nog niet
Ik wilde het je laten zeggen, zie je je hebt
me dat nimmer gezegd, weet je
Ilij nam de hand van zijne kleine verloofde in
de zijne en zij begonnen langzamer te loopen.
Het is waar, dat zij het elkaar nimmer gezegd
hadden, niet alleen omdat het hun toescheen, dat
dit van zelf sprak, maar vooral hadden zij nage
laten het uit te spreken door een soort vrees, dat
het eens niet waar mocht zijn en zij zicli vergist
hadden. En thans wisten zij het en waren er
zeker van, en de bewustheid kwam over hen, dat
zij den drempel van bet leven hadden overschre
den. Arm in arm wankelden zij bijna op hunne
langzame wandeling, als twee kinderen, dronken
van jongheid, van vreugde en van hoop.
Geloof je, dat je moeder 't goed zal vinden 1
hernam Rarountcho als bang, na een lang en
heerlijk stilzwijgen. Ja, dat is 't hem juist, ant
woordde het bruidje, met een zucht van onge-
worden belast. Hieraan zou nog dit dubbele
vooideel zijti verbonden, dat meri een constante
jurisprudentie zou verkrijgen ter zake van toe
passing en uitvoering der kieswet, terwijl boven
dien de tijd te nutte gemaakt zou kunnen wor
den, die nu tusschen de algemeene vei kiezingen
in Juni en de opening der nieuwe zitting op
den derden Dinsdag van September veiloren
gaat.
In dal geval zou onmiddellijk na de plechtige
opening de Tweede Kamer zicli kunnen con-
stitueeren, terwijl zij thans gedurende een paar
zittingen eene vergadering van volkomen recht»
looze leden vormt, die lot de Kaïn er nog niet
zijn toegelaten en dus wettelijk als Kamer ook
eigenlijk geen beslissing kunnen nemen En die
toestand wordt nog zonderlinger door het ge
bruik, dat de nieuw-benoemde Kamerleden in
handeu van liet Hoofd des Staats de grond
wettelijke eeden afleggen nog vóórdat over
hunne toelating is beslist. De afgevaardigde
voor Amsterdam VI verkeerde dientengevolge
tot gisteren in de gekozen verklaarde afge
vaardigde voor Sneek nog voortdurend in de
zonderlinge positie, de benoeming tot lid der
Kamer aangenomen te hebben en als zoodanig
beëedigd te zijn, maar toch aan deweikzaam-
heden niet te kunnen deelnemen. Zoo blijft
gedurende korter of langer tijd een deel der
kiezeis van veitegenvvoordiging verstoken en
kan eene meerderheid de beslissing omtrent
de toelating van een of meer leden willekeurig
uitstellen, indien zij dit in 't belang haier partij
acht. Dit moge in onze Kamer niet licht voor
komen, 't kan toch vooi komen en dan is er
geen enkele wetsbepaling, welke dergelijke
party-tirannie zou kunnen beletten.
Blijkbaar is er bij de laatste grondwetsher
ziening niet aan gedacht, dat in 't vervolg de
Kamer niet meer voor de helft periodiek aftre
den zou, maar in haar geheel; vóór 1887 bleef
in den regel de Kamer voortbestaan, de helft
harer leden had rechtens zitting en uit deze
helft werden de commission tot onderzoek der
geloofsbrieven van de «nieuw inkomende leden"
gekozen. Men heeft vergeten, dat door de
periodieke aftreding der geheele Kamer alle
gekozenen anieuw-inkomende" leden werden,
en verzuimd de bepaling van het onderzoek
dei- geloofsbrieven met den riieuvveu toestand
in overeenstemming te brengen.
Volgens de letter van het grondwetsartikel
is de bevoegdheid der Kamer ten aanzien van
de geschillen, welke zich naar aanleiding van
een gehouden verkiezing kunnen voordoen, zoo
ruim mogelijk. Zij toch, zegt art. 98, «beslist
de geschillen, welke aangaande die geloofsbrie
ven of de verkiezing zelve rijzen." Omtrent de
wijze, waarop het onderzoek zal plaats hebben,
bestaat intusschen geen wettelijke regeling, wat
zonder twijfel een leemte ishieraan wordt
te gemoet gekomen door het reglement van
orde, dat door elke Kamer zelfstandig wordt
vastgesteld. Voor de Tweede Kamer geldt het
reglement, dat den len November '1888 is in
rustheid. Arrochkoa, mijn broer, zal wel voor ons
zijn, dat is wel waarschijnlijk. Maar moeder zou
die wel willen En dan, spoedig zou het niet
kunnen zijn, want je hebt je dienstplicht nog te
vervullen.
Niet, indien jij dat wilt, neen, ik kan mijn dienst
plicht niet vervullen. Ik ben Guipuzcaan evenals
mijne moederdaarom zal men mij dan alieon
inlijven, als ik 't vraag. Als jij 't wilt, zal ik 't doen.
Nu dan, Ramunteho, ik zou graag willen, dat
je je liet naturaliseeren en als de anderen soldaat
werd dat is zoo mijn idee, nu je toch wilt, dat
ik het je zeg.
Zoo, is dat je idee 7 Nu, des te beter, 't is het
mijne ook. Franschman of Spanjaard, dat is mij
het zelfde; wel te verstaan, zooals jij 't wilt. Ik
wil het eene net zoo lief zijn als het andeie: ik
ben Baskier zooals jij, zooais wij allen overigens
't kan mij niets schelen, maar wat betreft het hier
of daar soldaat zijn, aan deze zijde van den grens
of aan gene: daar ste! ik piijs op; het lijkt laf,
wanneer men er van door gaat en vervolgens is
het, om het je oprecht te zeggen, een kolfje naar
mijn hand het iand te zien, dat lijkt me.
Welnu dan, Ramunteho, omdat het je gelijk is,
neem dan in Frankrijk dienst, dat heb ik lieve»'.
Goed verstaan, Gracieuse je zult me in de roode
uniform zien, en als dan mijn drie dienstjaren om
zijn, dan gaan wij trouwen, wanneer je moeder
het ten minste goed vindt.
Na een oogenblik stilte hernam Gracieuse op
zachten toon en dezen keer een beetje plechtig
luister wel naar mij, Ramuntehoik ben als
jijje denktik ben bang voor haar, voor mijn
moeder maar hoor goed naar mijals zij
wei king getreden en in art. 3 het onderzoek
opdraagt aan twee of meer commission, elk van
drie leden, indien een geheel nieuwe Kamer
optreedt. Deze brengen verslag uit van haar
onderzoek, waarna de Kamer over de toelating
beslist. Dat onderzoek bepaalt zich tot de volgens
de kieswet door de leden in te zenden processen-
verhaal van de candidaatstelling en van den
uitslag der gehouden stemmingen herstemming;
tot de vereischte stukken, waai uit de benoem
baarheid van den gekozene moet blijken, en
eindelijk tot de adressen, die over de verkiezing
der leden mochten zijn ingekomen. Zijn er geen
bezwaai'schi iften ingediend, dan moet dus dooi
de commissie voor waar worden aangenomen,
wat in de verschillende processen-verbaal ver
meld staat.
Formeel kon hiertegen weinig worden inge
bracht een proces-verbaal geldt als volledig
bewijs, zoolang de inhoud niet betwist wordt,
en het is ook zeker niet wenschelijk dat de
cummissién uit de Kamer nog eens het werk
der vele stembureaus uit het geheele land
zouden overdoen.
Maar aan den anderen kant is liet toch ook
niet goed te keuren, dat hun werk geheel
ongecontroleerd blijft, indien de verkiezing niet
wordt betwist. Niet omdat in de eerste plaats
aan knoeierij zou moeten gedacht worden, maar
wel omdat de opvattingen der verschillende
bureaux omtrent de geldigheid der ingeleverde
biljetten onvermijdelijk zeer uiteen zullen loo
pen en dientengevolge in het ééne district een
afgevaardigde gekozen verklaard kan woiden
met de medewerking van stembiljetten, welke
door een ander stembureau van onwaarde ver
klaard zouden zijn.
Duidelijk is dit gebleken uit het verslag der
commissie van onderzoek over de geloofsbrie
ven van den heer Geertsema; immers door
haar zijn vier biljetten van onwaarde veildaard,
welke door de stembureaus in Amsterdam VI
als geldig waren aangenomen. In dit geval
veranderde dit niets aan den uitslag, omdat
vandie vier biljetten aan de heeren Geertsema
en Heemskerk er elk twee waren toegekend.
Maar dit is louter toeval en bij gering verschil
van stemmen kan zeer licht een nader onder
zoek der stembriefjes, ingevolge verschil van
opvatting omtrent de geldigheid van zeker .aan
tal daarvan, tot een ander i'esultaat leiden dan
door de stembureaux verkregen is.
Daar de processen-vei baal, waartegen geen
bezwaren zijn ingebracht, zonder onderzoek voor
juist worden aangenomen, bestaat dus de moge
lijkheid, ja zelfs de waarschijnlijkheid, dat leden
worden toegelaten, die gekozen verklaaid zijn
doordien hun stemmen zijn toegekend, welke bij
een nader ondeizoek van onwaarde verklaaid zou
den zijn. Ware een controle van alle plaats
gehad hebbende verkiezingen door een speciaal
college voorgeschreven, dan zou elk verschil
van opvatting omtrent de geldigheid van twij
felachtige biljetten uitgesloten zijn en zouden
tegelijkertijd, bij openbaarmaking der beslissïn-
ons dat zou weigeren, dan zou ik toch alles doen,
wat je wilt, want dat is het eenigste, waarin ik
haar niet zou gehoorzamen.
Vervolgens kwam er weder een stilzwijgen
tusschen heil, thans nu zij elkaar die belofte had
den gedaan het onvergelijkelijke stilzwijgen hunner
jonge vreugde, die behoefte had aan stilte, om des
te beter in al zijne diepte te kunnen worden door
grond.
Langzaam er. met kleine passen liepen zij naar
de kerk voort in het duister, waar geen lantaarn
brandde en niemand hen volgde.
Achter hen verhief zich opnieuw het geluid van
de muziek en oen langzame wals weerklonk. Toen
wendden de heide verloofden, zonder een woord
te spreken en als gold het iets, waarover geen
woorden behoeven gewisseld te worden, zich om
op den oproep van den fandangoom toch vooial
niets te mankeeren en zij sloten zich aan bij de
dansende paren.
Dien ganschen schoonen Novemberavond dansten
zij met elkaar, stil en heerlijk, van tijd tot tijd
rondwandelende, zonder veel te spreken geheel
dronken van vreugde over dat heerlijke, wat hun
beider zielen vervulde.
En tot het avondgeiui van de kerk duurde dit
ba! voort en wierpen de kleine lantaarns in dit
afgesloten hoekje van de wereld hun licht rondom
en weerklonk er een vrooüjk gejuich, dat de zwarte
bergen weerkaatsten.
Hoofdstuk VI.
Er is sprake van een groote kaatspart'ij op den
berg Hasparitz, op den volgenden Zondag.
Arrochkoa en Ramunteho zijn voortdurend in
gen van dat college, voor de stembureaux van
lieveilede vaste regelen gesteld worden, welke
zij bij hunne beoordeeling van de geldigheid
der stembiljetten slechts te volgen zouden heb
ben. Er zou zich dan omtrent de uitvoering van
art. S9 der kieswet dat slechts in algemeene
termen de gevallen vermeldt waarin stembil
jetten van onwaarde zijn. eene algemeen erkende
en voor alle candid aten gelijkelijk gekiende
jurisprudentie vormen, gelijk er o. a. eene
bestaat over de uitvoering van art. 54lis der
onderwijswet, hetwelk de voorwaarden op
noemt waaronder aan de besturen van bijzon-
dei e scholen eene rijksbijdrage wordt verleend,
doordien reeds een paar malen de daaromtrent
genomen eindbeslissingen openbaar gemaakte»»
aan de beslui en der gesubsidieerde scholen
zijn medegedeeld.
liet is, naar ons voorkomt, verkeerd te ach
ten, dat het van 't inkomen van bezwaai'schriften
alhangt of het werk der stembureaux zal wor
den gecontiöleerd. Terwijl dit nu wel geschied
is voor de verkiezingen in de districten Sneek
en Amsterdam VI, waar het resultaat der
stemming van twee en van ééne stem afhing,
bleef elke conti öle achterwege voor die in de
districten Middelburg en Ridderkerk b.v., waai
de meerderheid slechts 14 en 22 stemmen
was. Indien voor Amsterdam, waar de leden
der stembuieaux in kennis en ontwikkeling
waarschijnlijk hooger zullen staan dar» vele
leden van stembureaux ten plattelande, een
nader onderzoek reeds een verschil van 4 stem
men opleverde, dan is de onderstelling zeker
niet al te gewaagd, dat zulk een onderzoek
voor de beide genoemde districten allicht een
verschil van 14 a 22 stemmen zou hebben
kunnen aantoonen.
Er is tengevolge van het gemis eener wette
lijke regeling van het onderzoek der geloofs
brieven nog één punt, dat de aandacht verdient
en dat ook Vrijdag is aangeroerd in het kort
debat, over de conclusie van het rapport tot
toelating van den heer Geertsema tusschen de
heereu Kuyper en Veegens gevoerd. De grond
wet geeft aan de Kamer de beslissing
van alle geschillen, welke aangaande de ge
loofsbrieven of de verkiezing zelve lijzen, maar
indien nu het nader ondei-zoek een tegenover
gestelder» uitslag oplevert dan het resultaat,
waartoe het hoofdstembureau gekomen is
Indien, om een voorbeeld te noemen, nu eens
gebleken ware, dat op den lieer Heemskerk
ééne stem meer was uitgebracht dan op den
lieer Geertsema, zoodat de eerstgenoemde feite
lijk in Amsteidnm V[ gekozen was. Dan zou
bij het ruime beslissingsrecht, door de grondwet
aan de Kamer toegekend, de commissie, even
zeer ais nu ten aanzien van den heer Geertsema,
hebben moeten kunnen concludeeren en de
Kamer besluiten tot toelating van den heer
Heemskerk.
Hoewel de bevoegdheid daartoe naar de
bepaling der grondwet baar moeilijk betwist
kan worden, zou zulk een besluit echter niet
eikaars gezelschap op hun tocht door de geheele
streek om de schikkingen voor iiet feest te maken,
dat hun een belangrijke gebeurtenis toeschijnt.
Allereeist hebben zij Marcos geviaagd, een van
do gebroeders Iragola. Aan don hoek van het woud
hebben zij hem gevonden, gezeten voor zijn be
lommerd huis op een stam eener kastanjeboom,
altijd ernstig, de oogen en houding edol, bezig soep
te voeren aan een nog zeer jong broertje van hem.
Is dat de elfde, die kleine? vragen zij hem
lachend.
Ja, juistantwoordde de oudste broer, hij loopt
a! als een konijn in de struiken, het is onze elfde.
De twaalfde, dat is de kleine Jan, die nog niet
lang geleden geboren is.
En vervolgens, het hoofd bukkende om niet
tegen de takken te stooten zijn zij liet bosch door
gegaan onder de hooge stammen door, waaronder
de groene varens in menigte wei opschieten.
Zij hebben verscheiden dorpen bezocht, Baskische
dorpen, alle gegroepeerd om die beide dingen, die
er het iiart en het leven van uitmaken de kerk
en de kavtsbaan. Hier en daar hebben zij geklopt
aan afgelegen huizen, hoog en groot en zorgvuldig
gewit, met groene zonnebiinden en bruine houten
balcons, waarbij de laatste zon de rijen Spaansche
peper drogen. Langen tijd heeft men onderhandeld
in hun taal, zoo volkomen onbekend aan de vreem
delingen, met de bekende spelers en de beroemde
kampioenen, lieden wier namen mon op alle
aanplakbiljetten te Biarritz leest en die in hun
dagelijksch leven eerzame herbergiers, smeden of
smokkelaars zijn.
(Wordt vervolgd.)