Landbouw en Teetcelt.
Gemengd Nieuws.
gewoon zouden klinken, van de Frankforter
Zeitung
Het blad zegt bv. over de zaak-Liebkneclit
Wie is in onzen tijd nog zeker van zijn vrij
heid, wanneer de onschuldigste critiek van
onze toestanden of een uitspraak des Keizers
voldoende is ons een proces wegens rnajesteits-
beleediging te bezorgen/... Zoo dooi drongen
van de onfeilbaarheid van 's Keizers uitspraken
is liet Duitsche volk nog niet..."
En de Berlijnsehe correspondent van het
zelfde liberale blad zegt naar aanleiding van
den volgens geruchten te Munehen bestaanden
wensch, om het hoog militair geiechtshof van
Berlijn b. v. naar Nurnberg te verplaatsen, ten
einde het aan den invloed van liet ministerie
van oorlog te onttrekken, dat hier blijkbaar de
invloed des Keizers wordt bedoeld.
Maar zulke «durvende" journalisten zijn er
in Duitschland niet veel.
jongen van den kruidenier in on vervalscht Rotter-
damsch dialect zeggen
«Almachtig, wat heit die vent'n lange beene."
Mijnheer langbeen deed echter, alsof hij het
niet hoorde, en of hij wilde toonen, dat hij
zich niet aan buurpraatjes stoorde.
Den volgenden middag bracht het buurmeisje
van beneden Betvy een schoonen bloemruiker.
«Zeker van den langen meneer van gisteren
avond", zeide zij lachend tot Betsy.
«Weet gij .'-ar ook al van?''
«O, alle buren praten er over."
Den volgenden dag kreog Betsy een briefje. Eerst
naar de bandteekening gekeken.
O, teleurstelling I het was eene dame aan de
Boompjes, aan wier dochtertje Betty pianoles gaf,
een vrouw die veel van Betsy hield.
Betsy begreep oan ook zeer goed de bedoeling
van haar schrijven, toen zij las: «Kom heden
avond op de thee. Er komt een kennis van mijn
man. Het zal zeer gezellig zijn."
Betsy was nu niets gestemd om naar de Boompjes
te gaan. Zij had dezen en den vorigen dag eigen
lijk meer aan den mijnheer met de tanga beenen
gedacht, dan zij wel weten wilde. Zij dorst echter
bepalingen van dit verbond reeds zijn aange
nomen door beide regeeringen, en dat er nog
slechts détails te regelen overblijven.
De volte-face van den Coburger naar Turkije
zou dus reeds een voldongen feit zijn.
liet bedelen om erkenning bij de Europeesche
regeering moede, werpt vorst Ferdinand zich
thans in de armen van den Sultan, en zij, de
beide miskende onschuiden, reiken thans elkan
der de hand als lotgenooten in verdrukking en
smaad.
Zijn vurigste begeerte evenwel schijnt vorst
Ferdinand ook van den Sultan niet vervuld te
zullen zien: 'tis zijn erkenning als koning.
Integendeel, de «algeheele suzereiriiteit" vari
den Sultan moet door Bulgarije erkend worden.
Arme vorst Ferdinand 1 Voor hem blijkt de
koningskroon te behooren tot het genus onbe
reikbare idealen.
niet weigeren eri ging dus met looden schreden
heen.
Mevrouw B. was eveneens de dochter van een
ambtenaar en was als kind vaak bij Beisy's ouders
in huis geweest, om met de kleine te spelen.
Hoewel ze iets ouder was, was de vriendschap
nooit verloren gegaan, en toon Betsy door een
ongelukkige speculatie van haren vader na diens
dood arm was achtergebleven met bare moeder,
was het aan den steun van mevrouw B. te danken,
die Betsy bij hare kennissen aanbeval, dat deze
in het onderhoud van zich en hare moeder kon
voorzien.
Toen Betsy voor het huis aan de Boompjes
kwam, stond juist de dienstmeid met eene collega
te praten. Het aanschellen werd haar dus be
spaard en zij trad in bet spreekkamertje om haren
hoed en mantel af te leggen. De deur der voor
kamer stond open, en Betsy hoorde mijnheer zeggen
«Maar mijn beste meneer Van Deuren, wees nu
toch zoo dwaas niet. Het is werkelijk een zeer lief
meisje. Kijk eens en praat eens, daarmede ver
bindt gij u tot niets."
Betsy's hart schokte van schrik.
«Neen, meneer, tracht mij nu niet over te halen"
De Neue Freie Fresse en liet Feue Tagblatt
waarschuwen den gezant voor zulke intriges.
De commissie voor de controle op de Griek-
solie financiën, is thans compleet.
Sedert den 6den October zijn er geen Turk
sche troepen meer naar Thessalië gezonden.
De Turksche minister van oorlog verklaart,
dat de bataillons in Thessalië aangevuld wor
den, omdat zij na de ontruiming van Thessalië
naar de Bulgaarsche en Servische grenzen zullen
worden gezonden.
In de Balkanstaten heerscht groote agitatie,
die niet zal bedaren, voordat de tusschen Turkije
en Griekenland en ten opzichte van Kreta
zwevende quaesties zijn opgelost.
In Montenegro hebben Christenen weer Turk
sche moskees ontheiligd.
De genei aal, dien de Porte volgens haar
laatste nota op 't oog heeft om als opperbe
velhebber der te versterken Turksche en Euro
peesche troepen op Kreta belast te worden
met de ontwapening der Christenen en Moham-
medaneo, is de Duitscher Kamphovener-pacha.
Ofschoon deze keuze zeergeschikt wordt ge
acht, wordt de uitvoering dier taak als onmo
gelijk beschouwd.
Cecil Rhodes heeft thans weer iets nieuws
bedacht.
Door een agent, zekeren Smith, heeft hij te
Ivrugersdorp prospectussen laten verspreiden,
waarin aan boeren die zich in het gebied der
Chartered Company willen vestigen, gratis hoe
ven en trekdieren wordt aangeboden.
Dientengevolge groote opwindiug in Transvaal.
Een vijftiental boeren hadden zich reeds laten
overhalen, maar zouden door een ambtenaar
der Republiek daarvan zijn teruggebracht.
De agent Smith werd gedwongen zijn biezen
te pakken.
Zoo luidt althans een bericht uit Kaapstad.
Columbia en Co*>ta-Rica hebben er in toege
stemd, president Faure tot arbiter over bun
grensquaestie aan te nemen.
Monden klauwzeer.
De minister van Binnetd. Zaken beeft goed
gevonden te bepalen
lo. dat ook aan den eigenaar van een dier,
dat, aan mond- en klauwzeer lijdende, is ge
storven en daarna verbrand, begraven of op
andere wijze onschadelijk is gemaakt wan
neer bij te dezer zake volgens wet of wettelijk
voorschrift op hem rustende verplichtiugen naar
behooren heeft nagekomen door den burge
meester op rijkskosten eene gedeeltelijke schade
loosstelling voor de huid van dat dier zal worden
gegeven, bedragende het twee derde gedeelte
van de waarde, waarop die huid door den dis-
ttiets-veearts wordt geschat;
2o. dat dit bedrag door den burgemeester
van het departement van binnenlandsche zaken
kan worden teruggevorderd overeenkomstig de
ïVoorschiiften aangaande de verrekening der
kosten, voortvloeiende uit de toepassing der wet
van 20 Juli 1879 {Staatsblad no. 131)", be
houdens dat bij de desbetreffende declaratie
ook moet worden overgelegd de verklaring van
den districts-veearts, waaruit blijkt, of de eige
naar van bet dier de ter zake van het ziekte
geval volgens wet of wettelijk voorschrift op
Stem rustende verplichtingen naar behooren
heeft nagekomen en op welk bedrag de districts
veearts de waarde van de huid van het dier
heeft geschat;
3o, dat deze beschikking ook van toepassing
zal zijn voor de gevallen van mond- en klauw
zeer, die vóór hare dagteekening zijn voorge
komen
4o. dat bij andere besmettelijke veeziekten
dan miltvuur en mond- en klauwzeer de be
slissing over de toepassing van het in den
aanhef dezer beschikking genoemde voorschrift
voor elk geval in het bijzonder blijft voorbe
houden. {St.-Ct.)
Doordat al het vee op de weekmarkt te Sas
van Gent door een bekwaam veearts tweemaal
gekeurd wordt, voor het verzonden mag worden,
ontmoet men geen moeilijkheden meer met de
Belgische autoriteiten en is na het nemen van
dien maatregel geen vee uit Selzaete meer terug
gezonden. Daardoor is de veemarkt van Sas
't was dezefdo stem als die van eergisteravond
in den Doelen «ik schrik nog als ik aan die
Overmaasche van verleden week denk. U Ireft
mijn smaak niet. En daarenbovenik geloof
reeds oen ontdekking gedaan te hebben, die alle
verdere kennismaking overbodig maakt."
Zoo verlegen en ontsteld, als Betsy thans was,
was ze nog nooit geweest. Ze stond eon oogenblik
in !«-:aad. Toon greep ze baar hoed en mantel en
wilde de deur uiiloopen.
Maar juist ging de kamerdeur open, en in de
gang stond zij tegenover den meneer met de lange
beenen, die lachend tot de gastvrouw zeide «Neem
mij niet kwalijk mevrouw maar zooals ik u zeide,
mijn hart heeft reeds gekozen."
«Hé, juflrouw Betsy, bent u daar reeds", riep
de kleine mevrouw uit. «Ik had u niet hooren
komen."
«IJ hebt ook zoo druk en luide gepraat, dat ik
dat wel kan begrijpen, excuseer mij."
«Neen, neen, eerst moet ik u voorstellen." riep
de kleine beweeglijke dame, en midden in de gang
klonk het: «Mijnheer van Deuren, juffrouw Betsy
Schriel, een goede kennis van kind af aan. Betsy,
mijnheer van Deuren onze boekhouder."
van Gent, die eerst dreigde te niet <e gaan,
weer in bloei toegenomen en waren er deze
week 225 beesten aan de lijn, die spoedig alle
tot goede prijzen aan Belgische slagers werden
verkocht.
De dubbele moord te Rotterdam
Omtrent dit afschuwelijke geval meldt de
Berlijnsehe correspondent van de 2V. R. Ct. non-
De vermoorde Margarethe Hannemann beeft,
terwijl zij iu Holland woonde, met haar familie
te Berlijn briefwisseling gehouden. Dit wordt
eerst thans erkend door baar moeder, die aan
vankelijk beweerd had, niets van haar ramp
zalige dochter gehoord te hebben sedert deze
met Muller heimelijk het land verlaten had.
De brieven moeten hoofdzakelijk gewisseld zijn
lusschen de vermoorde en haar zuster Anna,
die hier bij haar ouders inwoonde. De oude
Hannemann blijft bij zijn beweren dat hij van
de heele briefwisseling niets afwistde vrouwliê
hadden het achter zijn rug om gedaan.
In de brieven die Margarethe nog laatstelijk
uit Rotterdam aan haar bloedverwanten schreef,
moet er nooit sprake van geweest zijn, dat
Muller zich tegenover haar onvriendelijk ge
droeg, of door het een of ander aanleiding gaf
om aan zijn verstandelijke vermogens te twij
felen. Het waren meest korte brieven geweest,
met berichten over Margaretha's gezondheids
toestand en de inrichting van haar huishouden;
eens had zij een portret van haar kindje inge
sloten, hetzelfde kindje dat óok door Muller op
zoo afschuwelijke wijze vermoord werd.
Juffrouw Agnes Muller, de vrouw van den
moordenaar, zegt dat Müller, toen hij uit Enge
land terugkwam, haar verteld heeft van zijn
verblijf in liet gesticht daar te lande, maar hij
gaf voor dat het geen krankzinnigengesticht
maar een ziekenhuis was, waar men hem had
opgenomen nadat hij eens op straat (te Londen}
een toeval had gekregen. Hij had daar, ver
telde hij, een poos moeten blijven en op warme
dagen in den kelder moeten werken, ofschoon
hij zich weldra weer gezond had gevoeld. Maar
men wilde hem niet eer laten vertrekken,
want men was bang dat de warmte hem weer
naar het hoofd zou slaan. Juffrouw Muller
voegde er echter bij, dat haar man wel eens
meer dingeu vertelde die later onwaar en ver
zonnen bleken te zijn.
De Eisenbahnbetriebs-Sekretür Oskar Bern
hardt, die in Mei 1893 namens de familie
schriftelijk en dringend aan dr. Shaw in Ban-
stead om inlichtingen verzocht over den gezond
heidstoestand van den daar geïnterneerden
Müller, is gehuwd met een zuster van Müller.
Deze had hier zelf verteld dat de toevallen
(waaraan hij voorgaf te lijden) het gevolg wa
ren van een slag op het hoofd, door hem ont
vangen op een van zijn overzeesche rondzwer
vingen. Maar in zijn omgeving is men eerder
geneigd te gelooven dat hij doorzijn ongeregelde
levenswijze in zijn jeugd zijn gezondheid onder
mijnd heeft, ofschoon men geen stelligen grond
slag heeft voor die meening.
Geen nachtarbeid.
Er heeft zich ook te Amsterdam een dames
comité gevormd, dat de bakkersgezellen wil
steunen bij hun beweging tot afschaffing van
nachtarbeid.
Een overdreven bericht.
Wij vernemen, zoo zegt Recht voor Allen, dat
te Haarlem druk gesproken wordt over de ver
voering van oen meisje, Hendrika Juliana Ra
maker, oud 17% jaar, uit het gesticht St.-Jacob
te Haarlem naar bet gesticht Larenstein onder
Velp. De ontvoering moet hebben plaats gehad
tegen den wil van het meisje zoowel ais van
familiebetrekkingen. Het geheel der zaak schijnt
echter nog duister. Echter is, naar wij verne
men, de bisschop van Roermond door familie
betrekkingen van het meisje in de zaak be
trokken."
Wij hebben hieromtrent een onderzoek in
gesteld, en het is ons gebleken, dat dit zeer
is overdreven. Het bedoelde meisje was opge-
genomen in het St. Jacobs Godshuis, R.-Katho-
liek Wees- en Armenhuis, doch haar gedrag
maakte, volgens regenten der inrichting, over
plaatsing noodig naar het gesticht Larenstein,
onder Velp, waar strenger toezicht wordt uit-
«Betsy bloosde hevig en was in eene zeer on
aangename stemming.
«Mevrouw," klonk de basstem van den bezoe
ker, «wij kennen elkaar reeds."
Mevrouw zotte groote oogon op, docb toen do
heer v. D. haar influisterde«en ditmaal heeft
u mijn smaak geiroffen", ging haar een licht op.
Zij lachte geheimzinnig, toen de boekhouder zijn
hoed weer aan den kapstok hing en te kennen
gaf, dat als mevronw het goed vond, hij zijn
voorgenomen vertrek nog een uurlje zou uitstellen.
Dat uurtje duurde verscheidene uren, en dien
avond en nog vele avonden na dien werd
Betsy thuis gebracht door den meneer met de
lange beenen, tot groot genoegen van den jongen
van den kruidenier, die een jaar later ook in de
Stadhuissteeg stond te kijken, toen «juffrouw van
boven" in 't wit en «de meneer met de lange
boenen" in het zwart een rijtuig uit, en door vela
dames en heeren vergezeld, de marmeren trappen
op, de trouwzaal binnenstapten.
(Z. v. d. N. A.)
De Parijsche kooplieden hebben hun vroegeren
collega, den president der Republiek, een feest
maal aangeboden.
Dat zij er trotsch op zijn, het hoogste ambt
in den Staat door een der bunnen te zieu
bezet, is begrijpelijk, en de onschuldigste wijze
om aan die vreugde uiting te geven, is wel een
eetpartij.
Zoo zou men vroeger zeggen, maar zoo spreekt
Comely in de Gaulois niet.
't Is waar, in de politiek dei laatste jaren
spelen gastmalen een belangrijke rol, en zoo
dikwijls liet hoofd van een Staat aanzit aan
een diner, luistert de garisciie wereld met ge
spitste ooren toe, of er ook iets van belang te
hooren is.
Cornély evenwel spot uit lust tot spotten,
en maakt van de gelegenheid gebruik om de
Republiek weer eens een «Seitenhieb" te geven.
"ij zegt, dat men terug moet gaan tot op
Napoleon III om een voorbeeld te vinden van
een hoofd van den. Franschen Staat die Zich
op een gastmaal laat huldigen. Geen der pre
sidenten der Republiek, van Thiers af tot
Casimir Périer toe, heeft deze eer gekend.
Met Felix Faure staat het evenwel anders.
Hij is de eerste koopman, die op den troon
(ja wel, Cornély spreekt van stroon"1) vari
Frankrijk zit, en in zijn persoon vieren nu koop
lieden en industrieele» hun eigen verheffing.
Cornély hoont don de republikeinen, die zich
voor dezen president buigen, omdat hij van
zijn Russische reis sop de punt van zijn snor
een bedwelmend aristocratisch reukje heelt
meegebracht, eeu reukje dat hij in een kei
zerlijke omarming heeft opgedaan."
Maar de heer Faure zal zich weinig storen
aan de scherpe pen van Cornély e. a. Zijn
positie is te sterk, dan dat de geestigste jour
nalist hem van den «troon" kan werpen.
Het Franco-Russisch verbond heeft de levens
kracht van het hoofd van den Slaat en de mi
nisters niet onbelangrijk doen toenemen.
Er zijn meer staatshoofden, die door een daad
van uitwendige politiek hun positie in het land
zelf trachten te versterken.
Zoo denkt ook vorst Ferdinand van Bulgarije
er over.
Uit bevoegda bron heeft men vernomen, dat
Bulgarije een of- en defensief verbond met
Turkije voorbereidt.
Dus toch een verbond met Turkije, ondanks
de tegenspraak die de geruchten, ontleend aan
het jongste, onverwachte bezoek van den Co-
burger te Konstantinopei, in Bulgaarsche en
buitenlandsche bladen ontmoetten.
De bepalingen van dit verbond zouden zijn:
1. Vorst Ferdinand zal levenslang stadhouder
van Oost-Rumelië blijven, en die waardigheid
zal erfelijk zijn in zijn familie;
2. Bulgarije zal de algeheele suzereiniteit van
den Sultan erkennen
3. Turkije zal de integriteit van Bulgarije
waarborgen
4. Dit artikel bepaalt de schatting, door
Rumelië op te brengen.
Op dit oogenblik worden deze beide laatste
artikelen nog aan een onderzoek onderworpen.
Ingeval van een oorlog zou Turkije 200.000
en Bulgarije 100 000 man in liet veld brengen.
De Standard, die dit hoogst belangrijk be
richt brengt, voegt er aan toe, dat er reden
bestaat om aan te nemen, dat de voorloopige
Gemengde MedcdccIIngcn.
Behalve de reeds door ons vermelde diplo
matieke overplaatsingen beeft de Fransche
ministerraad nog d'Aubignys tot' gezant te
Muncben, Henry tot gezant te Bukarest, en
Marchand, thans te Buenos-Ayres, tol gezant te
Belgrado benoemd..
Tot opvolger van Lépine als prefect van
politie te Parijs is, zooais verwacht werd, de
directeur van den veiligheidsdienst Blanc aan
gewezen.
De Matin beweert, dat Casimir Périer nog
geen besluit heeft genomen, of hij zich candi-
daat zal stellen voor de Kamer.
De Koning van Siam heeft Parijs verlaten
en is naar Madiid vertrokken.
Ook koning Alexander van Servië is, na een
langdurig onderhoud met Hanotaux, vertrokken.
De Spaansche ministerraad heeft beslolen
het besluit van 12 September 1.1. betreffende
de hervormingen voor de Phiiippijnen te schor
sen, en alle Cubaaugche afgevaardigden, die
niet in de vorige amnestie begrepen waren,
alsnog te begenadigen.
Volgens de Heraldo is Giberna, een der lei
ders der Cubaansche autonomisten, in 't geheim
naar Madrid gekomen, heeft daar met den
minister van koloniën geconfereerd en is ver
volgens naar Madrid vertrokken.
De Opinione deelt mede, dat de revisie der
aanslagen in de inkomstenbelastingen heeft
aangetoond, dat in 39 van de 69 provirciën
van Italië in liet geheel geen reclames zijn
voorgekomen. In 22 andere provinciën beperkte
het verzet zich tot kleine gemeenten, in aan
sluiting met de hoofdsteden der provincies.
Overal zijn minnelijke schikkingen met de
belastingambtenaren tot stand gekomen, en het
blad meent uit alles te mogeu besluiten, dat
de nog onopgeloste moeilijkbeden door de
ijverige bemoeiingen van het ministerie en de
nieuwe instructies uit den weg zullen worden
geruimd.
In den Zwilserschen nationalen raad heeft
dr. Joos voorgesteld, dat de Bondsraad ten
spoedigste maatregelen dient voor te stellen
om, met het oog op de groote depreciatie van
zilver, een eind te maken aan de verplichting
om buitenlandsche zilvermunten tot de waarde
verhouding 1/15% aan te nemen.
Het voorstel beoogt geleidelijken overgang
tot den gouden standaard.
Na de verklaring van den bondsraad Hauser
dat de onderhandelingen voortduren, en dat de
Bondsraad, ingeval van mislukking, op ver
helping van den moeilijken toestand zou be
dacht zijnwerd het voorstel-Joos, in dien
geest beschouwd, aangenomen.
Het Oootcnrijksche Huis van Afgevaardigden
heeft de beraadslaging over de aanklacht tegen
Badeni verdaagd tot Dinsdag.
De Christelijk-sociale club besloot in de
discussie in te grijpen, zich principieel bij de
overige oppositie aan te sluiten, maar zich
te onthouden van lawaaiige obstructie.
In een Parijschen brief raadt de Narodni
Listy den nieuwen Franschen gezant te Wee-
nen, markies Reverseaux, aan, in vereeniging
met de Slaven in Oostenrijk, bet Drievoudig
Verbond te doen uiteenspatten.