51"" jaargang.
Zondag 13 en Maandag 14 Maart 1898.
N°. 9575.
Eer si e Blad.
DE VLUCHT.
X)e nieuw© koers.
FETJTT iLETOIST.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
BUITENLAND.
ABOSKBirsKTSPEiJi voor Schiedam, per kwartaal f 0.90
omliggende plaatgen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijke nommers- 0.02
BUREAU i BOTEKSTRAAT TO, Telephoon ATo. 123.
Advertentieprijs: van 1—5 gewone regels met inbe
grip van eene Courant.f 0.52
Iedere gewone regel meer- 0.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Met het voor ons gansche land zoo uiterst
belangrijke jaar 1898 heeft Schiedam een
nieuwen koers ingeslagen.
Het heeft als het ware de kabels die het
aanoud-Schiedam bonden doorgehakt, een nieuw-
Sehiedam is geboren, straks zal de groei komen
dat het wichtje voor Engelsche ziekte bewaard
moge blijven.
Nu sedert twee eeuwen ruim heeft Schiedam
geleefd tan het brandersbedrijf met wat daar
mede in verband staat, in de allereerste plaats.
Schiedam was bekend om het bekende Schie
dam straks zal dat alles misschien veranderen.
Veel valt daarvan op dit oogenbli* nog niet
te zeggen wij staren nog in het onbekende
duister.
De gemeenteraad deed, zijner verantwoorde
lijkheid bewust, een kloeken stap de gevolgen
daarvan zijn nog niet te overzien.
Men weet wat wij bedoelen het besluiten
tot den aanleg van eene spoorwegverbinding
met de Maas en onze havens aldaar.
Voor dit oogenblik gaan wij op dat besluit
niet verder in binnenkort zullen wij de ge
legenheid vinden in dén of meer artikelen
nader daarover te handelen heden willen wij
slechts enkele opmerkingen in het algemeen
maken.
Dat Schiedam van een plaats die tot nu toe
van het brandersbedrijf, in uitgebreiden zin,
leefde, in de toekomst een stad kan worden,
waar de hoofdbronnen van inkomst van gansch
anderen aard zijn, zeiden wij reeds.
Met het oog op onze tegenwoordige industrie
werd dan ook tot den spoorweg-aanleg niet
beslotendaze richt zich op iets anderszij
moet medewerken om een deel van het groote
handelsverkeer van het buitenland naar het
buitenland naar hier te trekken, om een deel
van het verkeer van het buitenland naar het
binnenland via onze havens te doen geschieden.
Zoo dit mocht kunnen gebeuren, wie twijfelt
er aan of een schoone toekomst zal zich zeer
zeker voor Schiedam alsnog openen, voor het
«stadje", dat door hier gevestigde correspon
denten der groote bladen reeds ten doode wa»
opgeschreven.
Zal die schoone toekomst zich openen, zal
dit jubeljaar ook voor onze stad in het bijzonder
een jubeljaar worden van zoo blijde beteekenis?
Dat zal afhangen in de eerste plaats van de
energie en den ruimen blik van de mannen,
aan wie de behartiging onzer belangen is op
gedragen.
Wij hebben eerbied voor wie onlangs in den
gemeenteraad, na rijp onderzoek, in gemoede
noon
IDA. BOY-ED.
51)
Adriaan stak beide handen in zijn broekzakken.
Hij wilde zichzelf tot kalmte dwingen, maar den
«dapperen landsoldaat" neuriede hij toch.
sik verzoek u," zoo begon Felix met eenigszins
ttillende stem, «mevrouw niet met uw wenschen
betreffende haar nicht te vervelen, maar mij liever te
antwoorden op deze vraagHoe komt het, dat
o vöor Jens Aardorp te Berlijn bij Schulz in de
Kommandantenstraat rekeningen liet drukken,
terwijl Aardorp mij verzekert, dat hij ze evenals
vroeger bij den boekbinder Kurz in Tondern laat
maken?"
Lhngwitz werd vaalbleek. Hij klemde de tanden
opeen, terwijl zijn lippen zich openden. Zijn adem
ging hoorbaar. Zijn oog richtte zich dof starend
met een blik van namelooze woede op Felix.
«Ook heb ik in de boeken ontdekt dat het u
behaagde valsehe transporten te boeken, die een
verduistering van in 't geheel zesduizend zeven
honderd veertig mark opleveren."
»Ik," stamelde L&ngwitz, sik loochen ieder opzet
ik
j W i jdat wil zeggen mevrouw iaat u de keus:
n levert ons het deposito-bewijs uit van het ver
duisterde geldii hebt bij een Hamburgsche
I bank ongeveer vijfentwintig duizend mark gede
poneerd, die hot eigendom van mevrouw da la
Frémoire zijn... en u kunt vrij vertrekken. Of
meenden niet aan de burgerij een last-te
mogen opleggen, als gaat gebeuren, maar groo-
ter is onze hulde voor wie, na ernstig wikken
cn wegen, kwamen tot het besluit, dat er iets
moest gedaan worden, omdat anders onze stad
zeer zeker te gronde zou gaan.
Want dat was de zaak.
»Ponipen of verdrinken."
Wij gelooven, dat alle leden van den Raad
zonder éóne uitzondering begrepen het gewicht
van hun stem wij zijn er vast van overtuigd
ook, dat nu de beslissing in dezen en geen
anderen zin uitviel, diegenen, welke weigerden
den grooten stap te doen, hun loyale oppositie
zullen laten varen en als één man zich zullen
voegen bij de meerderheid.
Want geen man kan er gemist worden.
Nu de A gezegd is, moet de B volgen, anders
ware alle geld weggeworpen.
Wij maken ons geen illusies van overvloedige
vruchten in de eerste ja;ca, die jaren zuilen
er zijn van groote opoffering en misschien zal
een verzuchting klinken over het in 1898 inge
slagen pad. Laat de wanhoop dan niet te gauw
komen kloppen aan de deur en mocht zij
kloppen, laat zij gewezen worden op het be
kende bordje.
Van de Maas moet het komen", sprak onlangs
de burgemeester. Zoo is het.
Indien er één stad als aangewezen ligt voor
handelsverkeer van alle gading dan is het de
onze. Slechts overgroot gemak van gewin,
daarna de terugslag daarvan, hebben de be
woners niet altijd doen waardeeren de kostelijke
gave hun door de natuur geschonken.
Een nieuw-Schiedam is ten leven geroepen;
het oude, het kwijnende, het terende op een
droeve industrie, die door het volksbelang niet
gerugsteund wordt, zal langzamerhand ver
dwijnen.
Niet door de macht van het geweld, maar
door den drang naar loutering en door ver
ruiming van blik.
Maar allen hebben de handen in één te
slaan. Wij hebben ons niet meer af te geven
met kleinzieligheden van averechtsche z.g. poli
tiek, er moet een geest van ware liberaliteit, van
«ruimzicht" komen; van die liberaliteit die den
protestant en den katholiek en den anti-revo-
lutionnair en ieder ernstig man eert.
Onze vaderen sloegen eerst de handen in
elkaar en als zij dan door eendrachtige samen
werking gekomen waren waar zij wilden zijn,
dan vonden zij het nog tijds genoeg om onder
elkaar te gaan kibbelen.
Maar eerst zorgden zij te wezen, waar zij
vvenschten te komen.
Laten wij aldus doen, en zoo het kan zonder
kibbelarij achteraan.
In de groote politiek ziet men hoe er steeds door
elke partij gevraagd wordt «van welke zijde"
een of ander voorstel komt.
wij laten u door de gendarmen naar Tondern
brengen alle formaliteiten zijn reeds in orde
en u zult u voor den rechter te verantwoorden
hebben, dat u Jens Aardorp's hand op ongeoor
loofde wijze naar gedrukte rekeningen hebt nage
maakt, dat u verduistering op groote schaal hebt
gepleegd. Mevrouw laat u deze keus om uwaime
moeder."
Felix haalde ruimer adem. Goddank 1 het was
gezegd. Met moeite kwamen die pijnlijke dingen
over zijn lippenwant h ij voelde de schaamte
van den ander.
Langwitz hield zijn oogen naar den grond ge
slagen en dacht na. Op den eersten schrik volgde
zijn gewone, snoode bedaardheid.
Dus had hij toch een goede opinie over deze
vrouw gehad. Zij was en bleef een grootmoedige
gekkin. Waarschijnlijk kon zij niet eens goed haten
of liefhebben. Want als zij verliefd was op dien
Dahlland zooals hij aannam waarom was zij
dan niet jaloersch, waarom wilde zij zich dan niet
ten minste wreken op hem, die haar geliefde had
gewond. Maar dat kon hem per saldo niet schelen.
De hoofdzaak was, dat zijn mooi geldje verloren
was. Voor hem was het »zijn" geld, met zorg bijeen
gestolen.
Eindelijk hief hij het hoofd op. Hst glimlachte
akelig. Maar Adriaan had gelijk gehadde geschie
denis liep zeer eenvoudig af.
Mijnheer Von Langwitz maakte geen misbaar en
deed niet pathetischhij wendde noch berouw noch
toorn voor. Hij waagde ook geen verontschuldigingen
misschien verachte hij daarvoor de aanwezigen
te veel, want hij bezat den trots van den brutalen
misdadiger. Met volkomen vaste stem zeide hij
«Wanneer mevrouw het goed vindt, vertrek ik.
Mijnheer Dahlland kan meegaan om het bewijs en
de boeken in ontvangst te nemen."
Wij hebben en wij meenen er ons ge
lukkig mee te mogen prijzen geen verstand
van groote politiek. Maar laten wij een oogen
blik aannemen, dat dergelijke «van welken
kant"-sche overwegingen daar noodig zijn, bij
de behartiging onzer stedelijke belangen zeer
zeker niet.
Daar legt slechts de ruimte van blik, de breed
heid van opvatting, het gezond verstand, de
eerlijkheid der overtuiging gewicht in de schaal.
Mogen wie over Schiedam's lot te beslissen
hebben, daarmee toegerust zijn. en moge bij
verschil van inzicht het kleine voor het groote
wijken.
Algemeen overzicht,
Schiedam, 12 Maart '98.
Sedert den Krim-oorlog," zegt de Times
met zekere plechtstatigheid, «heeft in Engeland
niet zoo'n verbitterde stemming geheerscht en
is men minder geneigd geweest, Engelands
rechten waar en door wien ook te laten be-
nadeelen, als op het oogenblik. Zelfs toen voor
twee jaar reeds een vliedend eskader werd
uitgerust, was de stemming niet zóó vijandig."
Het City-blad zet dan uiteen waarom Enge
land in een reeks gevallen toegegeven heeft,
omdat n.l. zijn belangen niet zóó groot waren,
dat zn de kosten en de offers van een oorlog
rechtvaardigden.
Thans evenwel staat de zaak anders. Thans
wordt Engeland bedreigd in zijn levensbelangen,
en tegen die pogingen moet het wel krachtig
optreden.
Van een oorlog met Rusland spreekt niemand.
Men voelt te goed, welk een ontzaglijke be-
teekenis zulk een wending der dingen zou
hebben, vooral mot het oog op de vroeger zoo
hoog geroemde geïsoleerde positie des lands.
Misschien wil men ook alleen China onder
handen nemen, het verhinderen eenige mogend
heid ten koste van anderen te begunstigen, en
zoo het dit toch doet, het voor die trouweloosheid
straffen.
Maar zou het daarbij niet zeer gemakkelijk
tot een boising met Rusland kunnen komen
Engeland's kracht ligt in zijn vloot. Die te
versterken en daarmede andere landen de loef
af te steken, is voor het Britsche wereldrijk
een levensquaestie.
In het Lagerhuis gaf de Eerste Lord der
Admiraliteit Goschen dan ook de geruststellende
verklaring af, dat Engeland nog altijd in korten
tijd een grooter aantal schepen in zee kon
brengen dan welke mogendheid ook.
Sir Charles Dilke scheen daaraan wel eenigs
zins te twijfelenhij wilde nieuwe schepen
doen bouwen maar de heer Goschen oordeelde
«Neen", stiet Conradine uit. Hst klonk bijna
als een kreetdie man zou Felix uit wraak
dooden
«Neen, dat wil zeggen Adriaan, niet waar,
je gaat mee stamelde zij,
Feüx verschoot van kleur. Het was een stem
van haar hart, die hij gehoord had.
»U kunt gerust zijn, mevrouw, ik ben geen
moordenaar", zei Lüngwitz met een sportenden
glimlach.
«Natuurlijk ga ik mee", riep Adriaan uit, die
na het voorval met Phoebe het als vanzelf spre
kend aannam, dat een vrouwelijk gemoed bang was
voor Langwitz.
Zij gingen weg. De pijnlijke taak was spoedig
afgedaan. Lüngwitz leverde de kas, de bneken
en het deposito-bewijs af, als gold het een natuur
lijke zaak.
«Breng haar dat. Ik heb er geen lust in. Ik heb
nog te doen. Ik wil alleen zijn," zei Felix. «Boeken
en kas zuilen nu wel op mijn kamer behooren,
maar daar daar is het bewijs
Hij liet Adriaan staan, die hem hoofdschuddend
nakeek.
«Zenuwen heeft die jongen als een nerveus
meisje," dacht hij medelijdend. «Die honger- en
zelfmoordtijd heeft hem een leeltjken duw gegeven.
Het zal nog lang duren, eer hij zoo recht flink is."
Felix snelde zijn kamer binnen en sloot de deur
achter zich. Hij wierp zich op den sofa neer en
leunde het hoofd op de gevouwen handen.
Hij bevond zich in een jammerlijken gemoeds
toestand. Smart, teleurstelling, beleedigde manne
lijke trots drukten hem neer.
Ja, als zij nog maar vijandig en uit de hoogte
geweest was evenals toen te Berlijn iederen morgen
opnieuw. Daarvoor had hij reeds lang een ver
klaring gevonden, en daarop was hij bedacht ge-
het beter alle zeewaardige schepen zoo spoedig
mogelijk uit te rusten.
Ooi: het plan van lord Charles Beresford om
de schepen, die op liet oogenblik voor vreemde
mogendheden op Engelsche wenen gebouwd
worden, aan te koopen, viel niet in den smaak
van den Lord der Admiraliteit. Zulk een maat
regel moest alleen in het uiterste geval worden
genomen alleen in tijd van oorlog en onder
den drang van dwingende politieke noodzakelijk
heid was die aankoop gerechtvaardigd.
Nu, oorlog is er nog niet, maar dan schijnt
er toch wel een sterke noodzakelijkheid te be
staan, als waarvan de heer Goschen sprak.
Althans de Biiriche regeering heeft den
scheepsbouwers in het Vereenigd Koninkrijk
aanbevolen geen oorlogsschepen te leveren aan
de Vereenigde Staten of aan Spanje, alvorens
de Admiraliteit van hun plannen verwittigd
te hebben.
De maritieme attaché van liet Amerikaansche
gezantschap te Londen heeft aan het departe
ment van marine te Washington bericht ge
zonden van deze aanschrijving der Britsche
regeering. En als motief voegt hij er aan toe,
»dat de Engelsche regeering zelf die schepen
noodig zou kunnen hebben."
't Is zeer merkwaardig, eens na te gaan,
hoe groote zorg op de schouders der Engelsche
bewindslieden rust.
De expeditie tegen de Derwisclien in Soudan,
het conflict met Frankrijk in "West-Afrikade
gespannen verhouding tegenover Transvaal in
het Zuiden van het Zwarte Werelddeel; de
opstand aan de grenzen van Afghanistan en die
in Beloedsjistanin Bombay de nog steeds met
hevigheid woedende pest, waarbij zich thans
weer de zeer ernstige ongeregeldheden voegen
een nieuwe rebellie in Opper-Birrna, waar vol
gens een telegram der Exchange Company
uit Allahabad de stam der Kachin's in opstand
is gekomen de verwikkelingen in China; de
behartiging der Britsche belangen aan den Bos-
phorus en waar niet al op den aardbol; dat
alles vormt waarlijk een reuzentaak en eischt
reuzenkrachten.
Ten opzichte van een dier quaesties, de
belangrijkste op dit oogenblik, zoekt Engeland
blijkbaar steun.
De heer Curzon sprak in het Lagerhuis,
doelende op het onderhoud van Harer Majesteits
gezant te Washington met president Mc. Kinley,
wel tegen, dat er eenige verstandhouding be
stond met de Vereenigde Staten ten opzichte
van Cubamaar of dit onderhoud ook soms
een samengaan van de Vereenigde Staten met
Engeland en Japan in het Verre Oosten betrof,
daarover zweeg de minister.
En dit wordt toch van verschillende zijden
beweerd.
Dat Engeland niet, zooals verluidde, zijn
weest. Haar trotsche, vrije zie! kwam in opstand
tegen deze nieuwe liefde en tegen den roan, die
recht op haar zou krijgen maar altijd weer
bezweek zij voor bet dwingend gevoel.
Maar zij was niet vijandig en niet uit de hoogte
geweest als een vrouw, die om haar inwendige
vrijheid strijdt. Zij was onbevangen, minzaam,
vriendelijk, waardeerend geweest, zij, de groote
dame, jegens hem, den betaalden dienaar des huizes.
Hij werd verteerd door bitteiheid.
Hij sprong weer op en rukte haar brieven uit
zijn schrijftafel. Daar stond het te lezen, zwart op
wit, dat zij gesmacht had naar zijn tegenwoordig
heid, dat haar oor verlangend in 't verleden luisterde
naar den klank zijner stem, die zij verloren had
daar stond het heerlijke woord«Beste Feüx 1"
Beste 1 «Ja, mijn beste, je hebt je voortreffelijk
gedragen, en je zult betaald worden, zeer royaal,
natuurlijk, want ik ben de trotsche, rijke Conradine
de la Fiémoire, die zich niets cadeau kan laten
geven."
Hij sloeg met de platte hand op de brieven.
«Zijt ge een dubbel-persoonZijt ge deze of
zijt ge gene?" dacht hij verbitterd.
Toen liep hij lang op en neer. Hij beproefde
kalm te worden hij dacht naover zijn eigen
koude bedaardheid, over het feit dat hij nu meer
toorn voelde dan verlangen naar liefde.
Was dat de echo van haar wezen 1 Of was dat
ook in hem vanzelf zoo ontstaan Was ten slotte
alles tusschen hen slechts «stemming" geweest
Wie vermag de fijne, raadselachtige uitingen van
stammingen na te vorschen 1 De heerlijke droom
scheen vervlogen; het zalige verlangen naar geluk
was ondergegaan in nuchtere vriendelijkheid.
(Wordt vervolgd.)