clTba libre
i
"m
52jaargang.
Woensdag 4 Mei 1S98.
N°. 9617.
fetjilletojst.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
uitgever! h. j. c. roelants.
BUREAUBOTER STRAAT ffO, Tclephoon lf«. 133.
Ad vest em tj jipbubTan 18 gewone regels met Inbe
grip van cene Courantf 0.58
Kennisgeving.
BÜlTENLAm^
8>
GQURA
Abonsementspbub voor Schiedam, per kwartaal f 0.90
omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijke nommers- 0.02
Iedere gewone regel meer- 6.10
Bij abonnement wordt korting verleend.
Oproeping In activiteit van miliciens-
verlofgangers «Ier lichtingen van
1804, 1895 cn 1896.
De Burgemeester van Schiedam
Gelet op de circulatie van den heer Commissaris
der Koningin in de provincie Zuid-Holland van 22
April jlA, no. 1107 (2de AM.) Provinciaal Had no. 37
Brengt bij deze ter kennis van belanghebbenden:
1o. dat na te melden miliciens-verlofgangers van de
lichtingen van 1 f94, 895 en 189(5, behoorende
tot de navolgende korpsen, dit jaar onder de
wapenen worden geroepen gedurende den tijd
hieronder aangegeven.
Lichtingen 1894 en 1895. ie Regiment Infanterie,
le, 2e, 3e en 4e bataljon; 2e Regiment Infanterie,
le, 2e, 3e en 4e bataljon; 3e Regiment Infante" ie.
1e, 2e, 3e en 4e bataljon; 5e Regiment Infanterie, ie,
2e, 3e en 4e bataljon; Ge Regiment Infanteiie, 1e. 2e,
3e en 4e bataljon; 8e Regiment Infanterie, le, 2e, 3e
en 4e bataljon, van 25 Augustus tot en met 17
September.
Lichting 1895. Regiment Grenadiers en Jagers, 3e
bataljon, der 4e compagnie, van 18 Mei tot en met
11 Juni; 3e bataljon, n, der 4e compagnie van 8
Juni tot en met 2 Juli; 1e, 2e, 4e en óe bataljon en
3c bataljon 1e, 2e en 3e compagnie, van 2 September
tot en met 21 September, le Regiment Infan'erie,
5e bataljon; 2e Regnnent Infanterie, 5e bataljon; 3e
Regiment Infante tie, 5e bataljon; 4e Regiment Infante
rie, le, 2e, 3e, 4o en 5e bataljon5e Regiment
Infanterie, 5e bataljonCe Regiment Infanterie, 5e
bataljon; 7e Regiment Infanterie, 1e, 2e, 3e, 4e en
5e bataljon; 5e bataljon, 1e, 2e, 3e en der 4o
compagnie, van 2 September tot en met 21 September.
8e Regiment Infanterie, 5e bataljon, der 4e com
pagnie, van 1 Juni tot en met 25 Juni.
Lichting 1895. le compagnie Hospitaalsoldaten van
29 Augustus tot en met 2! September. 2e compagnie
Ho-pitaa!so!daten van 22 Augustus tot en met 17
September. 3e compagnie Hospitaalsoldaten van 22
Augustus tot en met 17 September.
Lichting 1895. le Regiment Veld-Artillerie, 2e, 4e
en 6e batterij, van 28 Juni tot en met 30 Juli, en ie,
3e en 5e batterij van 25 Augustus tot en met 28
September. 2e Regiment Veldartillerie. 2e, 4e en 6e
batterij, van 7 Juni tot en m< t 9 Juli, en le, 3e en
5e batterij van 25 Augustus tot en met 28 Septem
ber. 3e Regiment Veld-Artillerie, 2e, 3e en 4e batterij,
van 14 Juli tot en met 17 Augustus en 1e, 5e en 6e
batterij van 19 Augustus tot en met 22 September.
Lichting 1895. Korps Rijdende Aitillerie, 2e batterij,
van 23 Mei tot en met 25 Juni, en le batterij van
27 Juni tot en met 30 Juli.
Lichting 1895. Korps Pontonniers, le compagnie
van 30 Juni tot en met 30 Juli, en 2e compaguie van
24 Augustus tot en met 23 September.
Lichting 1895. Korps Torpedisten, le peieton tan
de le compagnie plaats van opkomst fort de Ruijtei) en
2e peletori van de 'le compagnie plaats van opkomst
Hellevoetsluis) van 5 Juli tot en met 0 Augustus, le
peletou van de 2e compagnie plaats van opkomst
fort aan den Hoek van Holland) en 2e peletou van de
2e compagnie I plaats van opkomst den Helder) van 23
Augustus tot en met 24 September
Lichting 1890. le Regiment Vesting-Aitiilerie, Ie,
DOOR
THEODOR DUIMCHEN.
Barbara reikte hem hartelijk tie kleine fijne hand.
»Zno, het doet mij genoegen u te zien,'doctor,"
on met een »Don Francisco Moreno kent u al",
wilde zij hem in het gesprek betrekken.
Maar daar scheen de ander niet van gediend
te zijn. Toen donna Barbara hem half den rug
bad toegedraaid om den Duitscher te begroeten,
had hij zich stijf opgericht. De zwarte oogen met
de gele appels stonden nu hard en trotsch en er
lag iets uitdagends in de wijze waarop hij zijn
dikke zwarte snor door zijn vingors liet glijden.
Hij wenschte waarschijnlijk te kennen te geven
dat de vreemde hem hier niets kon schelenhij
zette het gesprek niet voort en ging op donna
Barbara's vraag niet in. Met de trolsche grandezza,
die alleen de geboren Spanjaard bezit, maakte hij
een eerbiedige diepe buiging voor haar en zeide
»Ik kus Uw Genade's voeten sennorilaDen Duit
scher daarentegen ging hij met een vluchtig en
kort »/a majio, caballero" voorbij. Dat was naar
de betoekenis eigenlijk zeer beleefd, want bet was
de verkorting van den Spaanschen zin beso Usted
la mano. caballero (tlt kus u de band, mijnheer).
Naar Spaansch begrip van beleefdheid was echter
juist de wijze, waarop die phrase er afgekoit uit
kwam, bijna een boleediging.
2e, 3e, 4e en 10e compagnie van 3 Augustus tot en
met 3 September, 5e, (Te, 7e en 8e compagnie tan 29
Augustus tot en met 30 september, eu 9e compagnie
van 21 M'i 'ot en met 25 Juni 'le Regiment Vesting-
Ai tiilerie, le, 3e, 5e, 8e en 9e compagnie van 21 Juni
tot en met 19 Juli, 2e compagnie van 19 luli tot en
met 20 Augustus, 4e compagnie van 9 Augustus tot
en met 10 September, 6e compagnie van 2 September
tot en met 4 Oktober. 7e compagnie van !7 Juni tot
en met 10 Juli, en 10e comiagme tan 28 Juin tot en
met 30 Juli 3e Regiment Vesting-Artillerie, le, 2c,
3e, 4e en 5e compagnie van 20 September tot en met
22 October, 0e, 7e, 9e en 10e compagnie van 10
Augustus tut en met 17 September, en 8e compagnie
san 1 Juni tot en inet 2 Jali. 4e Regiment Vesting-
Artillerie, le, 5e, 8e, 9e en !0e compagnie van 2!
Juni tot en niet 23 Juli, en 2e, 3e, 4e, 6e en 7e
compagnie van 2(5 Juli tot en met 27 Augustus.
Lichting 18''C. Ko'ps Pantserfort-Aitilleiio, le en 4e
compagnie van 28 Juni tot en met 30 Juli, 2e com
pagnie van 7 Juni tot en met 9 Juli, en 3e compagnie
van 24 Mei tot en met 25 Juni.
Lichting 1895. Koips Genietioepen, le, 2e, 3e, ie,
3e, Ce, 7e en 8e compagnie, '.an 8 Juni tot en met
12 Juli. Van de 9e compagnie a. de miliciens-vestitig-
lelegralLtaii, die niet hebben voldaan aan het bepaalde
in den eeistm volzin van artikel 6 van het Koninklijk
besluit van 29 Februan 1884 no. 13 en de mihciens-
adspiiant-vestiiig-telegiafi-tei), van 25 Juh tot en met
27 Augustus. I. de miliciens, geen vesting-telegrafist
of udspiiaut vestingtelegrafist zijnde, van 20 Juni tot
en met 2.1 Juli.
L chting S89G Korps Genietroepen, 1e 2e, 3e, 4e,
De, Ge, 7e en 8e compagnie, van 10 Augustus tot en
met 17 September Van de 9e compagnie: a demli-
ciens-vesting-telegrafisten, die hebben voldaan aan het
bepaalde in den eeisten volzin van aitikel 6 van het
Koninklijk besluit tan 29 Februari 188 4 no. 1'tvan
18 Augustus tot en inet 27 Augustus, b. de miliciens-
vestnigtelegiafisten, die niet hebben voldaan aan hut
bepaa de in den eersten volzin van artikel G van het
Koninklijk besluit ia» 29 Eebruaii 1884 no. 13, en de
miliciens-adspirant-vestingtelegralisten, van 25 Juli tot
en met 27 Augustus c. de miliciens, geen vesting-
telegralist of adspirant-vestingtelegiafwt zijnde, van 20
Juni tot en met 23 Juli.
2o dat, aangezien blijkens bovenstaande opgave, de
verlofgangers, behoorende tot de 4e Compagnie van
het 3e bataljon tan het regiment Grenadiers en
Jagers, tot de 4e Compagnie van het 5e bataljon
van het 8e regiment Infantei ie, en tot de Telegiaaf-
Compagnie van het korps Genietroepen, bij ge
deelten op verschillende datums onder de wapenen
moeten komen, bij nadeie bekendmaking, ter kennis
van die miliciens zal worden gebiacht, op welke
dagen ieder hunner gehouden zal zijn onder de
wapenen te komen
3o. dat de verlofgangers, voor wie de opkomst op oenen
Maandag is gesteld, indien zij gevestigd zijn in
gemeenten, vanwaar zij niet in éen dag hun gar
nizoen kunnen bereiken, niettemin zich eerst op
den dag voor de opkomst bepaald op mai sch behoeven
te begeven en den volgenden dag, zou vroegtijdig
mogelijk, bij het korps zullen moeten aankomen
4o. dat de miliciens zullen gehouden zijn zich op den
dag hunner opkomst, vóór dos namiddags vier uren
bij hun korps aan te melden, met uitzondei ing van
de miliciens vestingtelegrafisten, die zich op den
dag van opkomst vóór 1 uur des namiddags bij
hun koips hebben te vervoegen.
De betrokken verlofgangers voor zoover zij niet zijn
begrepen onder die, vermeld sub. no. 2 hierboven,
worden mitsdien verwittigd, dat zij zich, voorzien van
al de voorwerpen van Meeding en uit: listing door hen
bij hun vertrek met groot verlof medegenomen, als
mede van verlofpas en zakboekje, op het bepaalde
Donna Barbara trildo even en scheen zeer ver
heugd toen de doctor met een nog korternde
Ustedsennor(de uwe, mijnheer), de gebruike
lijke beleefdheidspasmunt even kortaf teruggaf.
sBravo, don Adolfo," zeide zij en Que bruto"
voegde zij er bij, den Spanjaard geërgerd naziende.
lEen zeer beleefde mijnheer," zei dr. Móbius
lachend, sik kan mij begrijpen hoe die storing
van zijn gesprek met u hem hinderde, maar zoo
iets laat men toch niet roerken. Het is mij ove
rigens vrij onverschillig ol ik hem onaangenaam
ben, wanneer ik u maar niet hob gestoord, donna
Bai ba ra."
ii Volstrekt niet," zeide zij levendig, met de
hand zijn arm aanrakend, sik ben u dankbaar
voor die stoornis; hij is indringerig. Wanneer ik
maar geen rekening behoefde te houden niet mijn
armen ouden vader, met onze positie, met
Dr. Möliius viel als uit den zevenden hemel
Donna Barbara en haar vader, een der rijkste
grootgrondbezitters van het eiland en uit oude
familio sMaar, mijn hemel, wie is die mijn
heer dan? Ik hoor dat hij een geringe betrekking
heeft bij het burgerlijk bestuur," zeide hij.
»Ja, ja, maar haar stem klonk fluisterend
en zij zag om of hun gesprek niet verstaan werd
door omstanders, sdat zijn de Spanjaarden, onze
meesters en onderdrukkers. Wij staan politiek onder
verdenking, onder sterke verdenking mijn broeder
is in 't veld tegen Maitinez Campos. Weet n wat
liet beteekent, hier te Havanna onder verdenking
te leven?" Haar oogen bliksemden de kleine hand
balde zich om den waaier.
Dr. Möbius was vaalbleek geworden. Hij bad ge
durende zijn korte afwezigheid op Cuba er genoeg
tijdstip bij hunne korpsen moeten bevinden dat zij
ziu.h vooraf ter gcincentu-secrelai ie moeten vei toepen,
zoowel tot bet afteekonon van buu verlofpas als tot bet
Ontvangen tan bun daggelden en zoo zij daarop aan
spraak bobben van de vetcischte passagebiljetten dat
de veilofgmgers, die nalatig blijven op den bepaalden
dag onder de wapenen te komen, bij hunne latore
opkomst zooveel langer in dienst worden gehouden en
zij, die aan de oproeping niet voldoen, als deseiteur
zullen worden behandeld; dut zij. die wegens ziekte
of gelreken am de opioeping niet kunnen voldoen,
daaivan moeten doen blijken door eene ter gemeente-
secretaiie over te leggen geneeskundige verklaring, en
dat die verlofgangers voorts verplicht zijn, zich na hun
herstel onmiddellijk bij hunne korpsen te vervoegen.
En dat, na deze openbare kennisgeving ieder milicien
hle in betrokken, geacht wrdt van zijne verplichting
kennis tc dragen, waardoor hij gehouden is, zonder
verdere opioeping, aan dj voorschreien opkomst te
voldoen en detiialve later geene onwetendheid ten deze
zal kunnen voorwenden.
SCHIEDAM, den 3en Mei 1898.
Ue burgemeester voornoemd.,
VERSTEEG.
Algemeen overzicht.
Schiedam, 3 "Mei '98.
De oorlog.
Opnieuw richt (ie geheele wereld den blik
naar liet Verre Oosten. Thans evenwel geldt
cle belangstelling niet de reusachtige volkeren-
massa, die teert opzijn eeuwenoude en verouderde
Chineesche beschaving, noch ook het Japanscho
volk, welks levenskracht en levensdrang liet in
weinige tientallen jaren verhief tot een beschaaf
den staat, maar de Pliilippijnen, een dier schoone
bezittingen der Spaansche Kroon, waar orde
en welvaart bijna ongekende woorden zijn.
Het lijdt thans geen twijfel meer of de zee
slag bij Cavita is voor de Spanjaarden een ver
pletterende nederlaag geweest. Het telegram
van admiraal Montejo zeide dit reeds duidelijk
maar de latere berichten bevestigen het op
krachtige wijze.
De lmparci d bracht het eerst de tijding van
de ramp in een telegram uit Manilla waarin
onomwonden werd medegedeeld dat er geen
Spaansch schip meer over was. Ook van
andere zijde zijn de over den slag bekend ge
worden bijzonderheden bevestigd. Zoo zegt de
New-York Herald dat de Spaansche vloot na
twintig minuien snelvuur vernietigd was. Drie
schepen stonden toen in brand, een was er
gezonken en de andere, zoo goed als de forten,
tot zwijgen gebracht. Het Amerikaansche blad
zegt verder dat de Spanjaarden dapper streden,
zoodat er ook waarschijnlijk heel wat dooden
zijn gevallen. De Amerikaansche vloot, die
bewonderenswaardig manoeuvreerde, deed drie
aanvallen.
Tegenover admiraal Montejo, die zoo eerlijk
is geweest om onverholen aan zijn regeering
te melden dat de vijand gezegevierd had, maakt
al een zeer pover figuur de gouverneur der
Antillen Augusti.
van gehoord om te weten wat dit vonder ver
denking" beteekende. Ongeveer hetzelfde ais in do
dagen vun Robespierre en Saint Just.
iMijo hemel", fluisterde hij, en mot verschrikte
en bezorgde blikken staarde hij op het bekoorlijk
beeld van schoonheid en ontluikende jeugd voor
hem. Dit heerlijke schepsel, en die eerwaardige
oude heer, haar vader, die edelman en man van
eer, blootgesteld aan den brutalen greep der wille
keur! Ook zijn vuisten werden gebald en met
zekeren toorn zag hij neer op den claque hoed dien
hij in de handen hield.
Zij zag zijn ontroering, en haar gelaat dat een
oogenbhk vertrokken was geweest, werd weer glad
een zachte blos steeg van haar hals op tot onder
de zwarte gekroesde haren. Haar oogen begonnen
te lachen.
»St, st, niet laten merken", zeide zij zacht, en
mot een bijna vertrouwelijke beweging legde zij
haar linkerhand op zijn arm. v Breng mij, als u
wilt, naar een plaatsje daar in do andere zaal.
Er wordt dadelijk met dansen begonnen. Uw wals
is het eerste nummer..."
Tusschen de groepen gasten door, die elkaar
begroetten en pratend door elkaar dwarrelden,
voerde hij haar weg. Het was hatn of zij elkander
reeds jarenlang kenden, als behoorden zij reeds bij
elkaar. Hij had de zoete illusie dat hij haar be
schermde, nu hij haar over dezen toch zoo veiligen,
spiegelgladilen parketvloer geleidde.
Zij trokken overigens de aandachthet was een
koninklijk paar, de meest gevierde schoonheid der
stad, en de bijna zes voet metende, breedgeschou
derde, forsche Noordduitseher, Onwillekeurig maakte
men ruim baan. Ook de blikken van deviouwdes
Deze seinde naar Madrid een zóó rooskleurig
getint verbaal dat de minister van marine nog
in den ministerraad kon verschijnen met de
inededeelïng dat de Spaansche vloot een over
winning had behaald. Augusti vertelde o. a.
dat de Spaansche vloot den vijand noodzaakte
inet groote verliezen van positie te veranderen
cn telkens te manoemreeren. Tegen 9 uur
zocht de Ametikaausclie vloot een toevlucht
achter tie vreemde koopvaardijschepen,
verbrand is. De Amerikanen hebben met
petroleumbommen geschoten." (Aan zulke bom
men is ook de brand op bet admiraalsschip
en andere schepen toegeschreven. R e d.)
Inderdaad schijnt het bombardement reeds
begonnen te zijn, ofschoon daaromtrent geen
voldoende zekerheid bestaat, daar volgens ver
schillende berichten, ook dat door de Eastern
Telegraph Company te Londen ontvangen, de
telegrafische gemeenschap van Hongkong met
Manilla verstoord is.
Een particulier telegram, dat uit Honkong
te New-York werd ontvangen, zegt evenwel dat
de beschieting van Manilla reeds begonnen is.
De inwoners vluchten buiten de stad, evenals
de telegrafisten van het kabelbureau dat juist
tusschen de forten ligt.
De New-York Herald deelt mede dat Manilla
geweigerd heeft zich over te geven, maar dat
heden eerst, het bombardement zou beginnen.
Daarentegen zegt een telegram uit Washing
ton aan de Evening Journal dat, naar aan sir
Julian Pauncefote, den Britsehen gezant, was
bericht, commodore Dewey onmiddellijk over
zou gaan tot de beschieting van Manilla. liet
bombardement zou dan reeds gisteren zijn be
gonnen.
Welken indruk heeft de nederlaag der Spaan
sche zeemacht wel in Spanje, Amerika en
Europa gemaakt?
De Spaansche bladen nemen een waardige
houding aan. Een droevigen dag noemen zij den
Isten Mei, maar een roemrijken tevens. En die
qualificatie is zeker niet bezijden de waarheid.
Getuigen niet de Amerikaansche berichten ook
van de dapperheid der Spanjaarden En trou
wens, wie heeft er ooit aan getwijfeld dat het
Spaansche, volk beschikt over grooten moed en
grooten trots
Ook van dien trots geeft de Madrileensche
pers blijk. Zij spoort aan tot kalmte en ver
trouwen. Spoedig zullen overwinningen den
slechten indruk komen uitwissehen.
Men tracht ook redenen aan te voeren ter
verschooning van de ondervonden nederlaag.
Er waren voor Manilla noch onderzeesche mijnen
noch torpedo's. Zelfs was er geen enkele voor
zorgsmaatregel genomenelectrisch zoeklicht
ontbrak. Zoodoende werd de Amerikaansche
vloot eerst door de wachters gezien toen zij
reeds voorbij was.
De gouverneur is dan nog zoo welwil
lend er bij te voegen«Natuurlijk leed onze
vloot ernstige Terliezen door de vijandelijke
overmacht. De Maria Christina staat in brand,
huizes volgden hen met eon welwillenden blik. »Zie
eens", zeide zij tot haar man, die toevailig naast
haar stond, swat hebben die Engelsche en Duitsche
reuzen toch voor boven onze mannetjes".
De kleine heer Lóban zag eenigszins verbaasd
naar zijn vrouw op en lachte wel wat gedwongen.
Maar het scheen hem toch het verstandigste toe
het enthousiasme van zijn vrouw te dealen.
slim", zei hij, seen prachtig paar, huiten quaestie.
Drommels, dat zou een kolossaal geluk voor hem
zijn. Las Caobas, misschien de rijkste bezitting van
het geheele eiland, en van Rodriguez heeft men in
negen jaar niets gehoord die is waarschijnlijk ui
lang daar buiten in de Manigua gesneuvelddan
zou zij de eenige erfgename zijn, en al was zij dit
niet, het vermogen harer moeder, de tweede vrouw,
behoort haar alleen, en de oude is zoo verstandig
geweest het reeds lang geleden op de Engelsche
Bank te deponeeren. Ik weet het met zekerheid.
Het zou eon schitterende carrière zijn voor den
Duitschen chemicus die, naar ik van Gebauer hoor,
maar een zeer matig vermogen heeft."
iNu, zoo gauw zal dat wei niet gaan," zei
mevrouw Löber, sde oude aristocraat, haar
vader
»Die? Hij is zoo radicaal ais alleen ware aris
tocraten kunnen zijn. Een waarlijk liberaal en zeer
verstandig man, de oude hoer."
»Ja, dat kan wel," antwoordde mevrouw Löber,
«en hij maakt altijd nog liever een armen Duit
scher rijk mot do hand zijner dochter dan een van
die Spaansche kwasten. Dat wil ik wel geloovon.
Hij ha.it de Spanjaarden als de pest."
Wordt vervolgd.)