IN°. 9772. 52"'° jaargang. Donderdag 3 November 1898. DE GELDDUIVEL. Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen, uitgeverThTjTc. roelants. Kennis ge Yin g. fel-. A»0HïraHm3PRJJi voar Sohiedam, p« kwartaal f 0.90 s omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05 franco per post, p. kwartaal. 1.30 Afzonderlijke commera0.02 BUREAU: BOTER STRAAT 70, Teleplioon So. 1S3. AdVBBTENTEBPErjsvan 1—5 gewone rogols met inbe grip yan eene Conrant.f o.52 Iedere gewone regel meer0.10 Bij abonnement wordt korting yerleend. Scliletoefenlngen. 1)F, BURGEMEESTER VAN SCHIEDAM vestigt, op verzoek van den Heer Commissaris der Koningin in do provincie Znid-Holland, do aandacht van belanghebbenden op het navolgend bericht aan zeevarenden Schietproef van het fort „Erfprins Den Helder," 8e District. Volgens medcdeeling van don Minister van Oorlog, zal op den lOden November en zoo noodig volgende dagen, uiterlijk 19 November 1898, een schietproef worden gehouden met zwaar geschut, van het fort „Erfprins don Helder, 3e District, in de rich ting van de „Onrust." Op dc dagen dat gevuurd wordt, zal yan genoemd fort een roodo ylag waaien, yan minstens één uur vóór don aanvang van het vuur, alsmede gekleurde vlaggen, aangevende de richting waarin gevuurd zal worden. Bovendien zullen op dio dagen groote waarschu wingsborden worden geplaatst aan den ingang der haven en op do batterij Vischmarkt, vermeldende de plaats waarvan en in welko richting, gevuurd zal worden; terwijl nabij do haven cn nabij het Torpedo magazijn borden zullen worden geplaatst, waarop is aangegeven do beteekenis dor gekleurde vlaggen, als volgt Een rood en witte vlag betcekend N., zwarte vlag 0., wit cn roodo vlag Z., witte vlag W,, wit en zwarte vlag NO., rood en zwarte vlag ZO., zwart en witte vlag ZW., zwart en roodo vlag NW. (Zie „Ned. krt." no. 201.) Schiedam, 2 November 1898. De Burgemeester voornoemd, VERSTEEG. Algemeen overtlcht. SCHIEDAM, 2 November '98. Do berichten omtrent keizer Wilhelm's voor af reeds zoo druk besproken reis naar bet Oos ten komen zóó laat en onregelmatig in dab men slechts bij stukjes en brokjes een blik krijgt op de bijzonderheden. Zaterdag deed de Keizer zijn luisterrijken in tocht in Jeruzalem. Voorafgegaan door herau ten reed de Keizer iu vollen uniform, de borst bedekt met ridderorden, en met oen wit zijdon, als een pelgrimsmantel gesneden stofmantel om geslagen, de stad binnen. In de laatste dagen nil heeft de Keizer bezoe ken gebracht aan de gewijde plaatsen, aan den Olijfberg en den hof van Gethsemanó en aan Bethlehem. Ook verschillende kerken, o. m. dio van het Heilige Hart, zijn door het keizerlijk paar bezocht. Te Bethlehem woonde de Keizer den dienst bij in de Evangelische kerk, te Je ruzalem in heb Lntherscho kerkje. In woord en in schrift getuigt do Keizer van de gevoelens die hem in bet Heilige Land be zielen. Zoo heeft Z. H. bij het feest der inwij- DOOR S. WÖRISHÖFFER. 49) „Goed. Zeg mij als 't u belieft of u heb is ge weest die in opdracht van wijlen mijnheer Ass- inami over mijn vermogenstoestand informatie heeft ingewonnen. Ik zou dab graag weten." Do notaris haaldo do schouders op. „Het is een ambtszaalc," antwoordde hij. „Er steekt voor mij niet heb minste persoonlijks in, daar- om zeg ik u onomwonden dat ik aan dio op dracht gevolg gaf." „Ik dank u. En wie gaf u inlichtingen „Ook dat mag u weten, want heb >was uw voornaamste sehuldeischer, mijnheer do baron. Het was de handelsraad Lissauer." „O die schurkI" Do notaris groette, trok zijn handschoenen aan en ging met kalmen stap heen. „Zaken, mijnheer do baron. Tegenwoordig is alles za ken." Hans Adam snakt© naar adem. nob kwam hem zoo onmogelijk, zoo ondenk baar voor, van do plaats van een hem overko men groot ongeluk te scheiden en als het ware alles vrijwillig op te geveu. Erik kwam bij hem on trok den half be dwelmdeti man met zich mede. „Laat ons gaan, Hans, wij hebben hier niots meer te doen." „O hot is schandelijk 1 Schandelijk!" ding der Verlosserslcork een toespraak gehou den waarin hij zeide dab Jeruzalem do gemeen schappelijke taak aangeeft die alle Christenen, zonder onderscheiding van belijdenis en afstam ming, vereenigt in het apostolisch geloof. Van Jeruzalem gaat uit liet licht, in welks schijnsel bet Duitscho volle groot en machtig is gewor den. De Gennaansclie volken zijn geworden wat zij zijn, onder het kruis, het symbool van zelf opofferende naastenliefde, als banier. Evenals voor bijna twee duizend jaar was geschied, moet ook nu van Jeruzalem do roepstem, dio aller vurig verlangen in zich bevat, over de aarde uitgaan: Vrede op aarde! De Keizer vernieuwde do gelofto zijner vade ren „Aangaande mij en mijn huis, wij zullen den Heer dienen!" En do Keizer spoorde alle aanwezigen daartoe aan, om vervolgens do bede uit. to spreken dat het Gode mocht behagen ver trouwen op Hem, naastenliefde, gelatenheid in het lijden en taaien ijver te bewaren als het edelste sieraad van het Duitscho volk, en den geest des vredes meer en meer de Evangelischo Kerk te doen doordringen en heiligen. Aan den groothertog van Baden seinde de Keizer „Zooeven ben ik teruggekeerd van een bezoek aan de Kerk van het Heilige Hart. Het donk beeld te toeven aan de plaats waar het groot ste wonder is geschied, de verlossing der mon- schen door den dood onzes Heilands, is diep treffend en verheffend. Vele landgenooten zijn Ider iu een ernstige, verhaven stemming. Het weder is prachtig. De Sultan heeft mij het ge noegen gedaan mij een stuk gronds te schon ken waarop ik onzen Duitsclien Katholieken heb vergund, zonder vergoeding voor liet gebruik; een kerk te bouwen. Mijn katholieke onderda nen mogen daaruit zien hoe mij de bescherming hunner godsdienstige belangen ter harte gaat." En aan den Paus gaf de Keizer eveneens te- grafisch kennis van den afstand der „Dormi- tion de la Sainto-Vierge", het reeds zoo lang door de katholieken begeerde stuk grond waar de Moeder Gods vóór haar hemelvaart zou in geslapen zijn, aan de „Vereeniging van het Hei lige Land" om daar een kerk te bouwen. De Keizer voegde aan dio kennisgeving de verzekering toe dat de hem door de Voorzienig heid toevertrouwde belangen der Katholieken hem zeer dierbaar zijn. In zijn antwoord zeide de Paus diep getrof fen te zijn door deze vriendelijke mededeeling, waarover do Heilige Vader zich zeer voldaan noemde. De Paus verklaarde overtuigd te zijn van cle dankbaarheid van alle Katholieken, waarbij het Hoofd der Kerk ook do zijne voegde. Van die dankbaarheid getuigen de Duitscho katholieke bladen, en ook het antwoord van den kardinaal-primaat van Breslau wien de Keizer mede telegrafisch, inlichtte over zijn schenking. Dr. Kopp zegt nl. in zijn antwoord dab de Kei zer daardoor een nieuwen schakel smeedt aan de keten van voortdurende bewijzen zijner r&olitvaardige gevoelens en landsvaderlijko zorg voor zijn katholieke onderdanen cn tegelijk een duurzaam erfdeel heeft gesticht dat de geheele. De baron kromp ineen toon hem buiten de koude wind in liet gezicht woei. „Eén ding doet mij toch genoegen, Erik," zeide hij, „dab jij het niet bent geweest die mij verraden heeft!" „Dio je verraden heeft, Hans?" „Ja, toen Assmann informaties liet inwin nen. Ik ben gebrandmerkt als een verkwister en goloofde tot nu too dab jij het geweest waart die mij zoo genoemd had." Wolfram schudde het hoofd. „Ik zou geweigerd hebben informaties to go- ven," gaf hij ten antwoord. „Maar wie „Lissauer natuurlijk. Maar ik zal alle krach ten inspannen om de plannen van dien eliencli- gen valschaard te verijdelen." Een tijdlang zwegen beidentoon zeide Erik: „Mag ik vandaag een openhartig woord met je spreken, Hans?" „Graag, heel graag, Erik. Do kelk is boorde vol heb komt er niet meer op aan hoeveel er nog bij wordt gedaan." „Ik wil er zeker niets bij doen, Hansmaar ik zou zou op dit oogeablik als vriend tot jo willen spvekeu. Je hebt het mij immers toege staan, niet waar?" „Zeker." „Dan raad ik jo: vraag nu je faillissement aan, Hans. Je schuldeischers worden dan be vredigd door de opbrengst van het landgoed en jo bont een onafhankelijk man geworden en kunt je een nieuwe positie scheppen, terwijl „Maar, Erik!" „Laat mij uitspreken, Hans. Terwijl juffrouw Katholieke Christenheid aangenaam aandoet, maar dat vooral door de Doitsehe katholieken in dankbaro herinnering aan 's Keizers edelmoe digheid zal worden bewaard. Do offieieuse „Nordd. Allg. Ztg." merkt op dat 's Keizers schenking het bewijs levert dat de Keizer naast de deelneming van hot protos- tantscho geloof bij de inwijding der kerk toch volle gelijkheid laat gelden te Jeruzalem on op zijn ïeis door het Oosten optreedt als Keizer van allo Duitschers. Maandag is do Keizer op den berg Sion het hijschen der Duitsche naast de Turksche vlag boven het van den Sultan gekregen grondstuk gaan bijwonen. Te Bethlehem sprak de Keizer over liet rui me arbeidsveld dab voor de Evangelischo Kerk open ligt in het Oosten, „waar met woorden niets tot stand wordt gebracht". Daarbij spoor de Z. M. de leden der kerk aan tot een stichte- lijken levenswandel. Ter herinnering aan zijn reis is door den Kei zer een nieuwe ridderorde ingesteld, waarmede reeds do leden van Zijner Majestcifcs gevolg be giftigd zijn. Een blijkbaar officieus© mededeeling aan do „Kóln. Ztg." uit Berlijn zegt hot volgende: „Uit stellige bron verluidt dat heb keizerlijk paar met liet oog op do buitengewone tropische hitte die op dit oogenblik in Palestina beerscüit, van het op twee dagen berekende uitstapje naar Jerioho en de Doodo Zee zal afzien en dienten gevolge Jeruzalem reeds twee dagen vroeger dan in het tot uu gevolgde reisprogram was bepaald, dus in plaats van den oden, reeds den 3den No vember verlaten." Dat keizer Wilhelm zijn reis zal bekorten we gens „Europeesche verwikkelingen" heeft inmid dels te Londen groot opzien gebaard. Men heeft natuurlijk niet nagelaten dit bericht in verband te brengen met de nog steeds zweven de F ash od a-q u aestie, die daardoor iets onzekers en dreigends heeft gekregen in veler oog. 'Router's bureau verklaart zich gemachtigd de mededeelingen over stappen, die Rusland in de Egyptische quaestie zou hebben gedaan, onge grond te noemen. Men gelooft ook niet erg aan het dreige ment van Frankrijk dab Duitscliland zich met Rusland zou scharen aan de zijde van Frank rijk in zake het Egyptische vraagstuk. De „Dai ly Telegraph" zegt naar aanleiding daarvan: „Moeten wij do verklaring voor de bekorting van 's Keizers reis zoeken in het gerucht dab uit Lissabon aan de „Liberté" wordt gemeld, nl. in de mededeeling van Frankrijk aan de Portugeesehe regeermg dat het den afstand der Delagoa-baai of van eenig ander gebied dat te genover Madagascar ligt, zal beschouwen als een onvriendschappelijke daad Maar daarover bestaat een overeenkomst tus- schen Duitscliland en Engeland, en men ge looft dat zeker geen partij iu Frankrijk tege lijk de ergernis van koningin Victoria en van keizer Wilhelm zou durven uitlokken. Overigens verzekeren alle Engelsclie bladen Assmann je intussehen zonder eenigen twijfel de rento van de lielfb van hot geërfde vermo gen met vreugde zal uitbetalen. Dab is jaarlijks meer dan twee duizend mark, die „Een schotel linzen, Erik, hot jaarlijksch in komen voor een doodgowoon winkelier. Boven dien, wat een gedachte! Ik zou Moldt kwijt raken „Je kunt het niet houden, Hans, onmogelijk. Geef het nu aan je schuldeischers, voordat nieuwe schulden zich hebben opgestapeld, voor dat je gevaar loopt nooit, tot aan 't eind van jo loven niet, weer vrij man te worden." „Onzin! Gekheid! Ik zou mijn landgoed prijs geven? Neen, Erik, zoo wanhopig is het nog niet gestold met den laatsten Moldt. Integen deel, juist nu zal mijn financieelen toestand een schitterende verbetering ondergaan." „En mag ik ook vragen waardoor?" „Zeker wel. Je dacht dab Ruth mij de rente van de helft dor nalatenschap zou uitbetalen; ik kan je evenwel zeggen dat zij besloten heeft heel wat meer dan dat to doen. Gisteren beloof de Ruth mij het vermogen van den ouden Ass mann, zóó als zij het Icrijgt, in mijn handen over te geven. Ik beu dus, zooals je ziet, zeer wel in staat het erfdeel mijner vaderen to be houden en nietemin alle schuldeischers te be- vredigon." Erik schudde heb hoofd. „Jo vergeet, Han9, dat juffrouw Assmann eerst over anderhalf jaar meerderjarig wordt," De baron glimlachte. „Volstrekt niet, Erik. Ik ban alleen volkomen overtuigd dat er met nogmaals dat Engeland ook tegenover liet nieuwe Franscho ministerie niet kan afwijken van heb tot mi toe ingenomen standpunt. Men be schouwt de opneming van Delcassó als minister van buitenlandsche zaken in liet nieuwe minis terie m zooverre als een gunstig feit dat liij vol komen op do hoogte is van den stand van za ken en de oplossing der hangende quaestie dus niet behoeft te worden vertraagd. Anderzijds wil men ook in do handhaving van Delcasse als minister van buitenlandsche zaken het bewijs zien dat de Fashcxkvquaestie nog geenszins opgelost is. Druk besproken worden to Londen de be drijvigheid iu de oorlogslmv ens en de mobili satie der Eugelsohe vloot in aile streken der aardeevenzoo liet temgkeeren van Baratier naar Kaïro om daar aan Marchand de instruc ties der Fransclie regeering over te brengen. In staatkundige kringen is men er dan ook overtuigd van dat er iets gaande is. Daarmede stemmen ook overeen verschillen de uitlatingen in de Franscho bladen. Van do_ Franscho regoering verluidt alleen dat de ministers alle eventualiteiten rakendo I1 a shod a hebben besproken. Al wat de minister van buitonlandsclio zaken in deze quaestie heeft gedaan en nog denkt te doen, werd goedge keurd. Een nota van Havns van gisteren zegtDe nieuwe ministers kwamen hedenmiddag om 2 uur bij Dupuy bijeen. Do vergadering duurde tot half zeven. Alle vraagstukken van binnen- la ndsehe en buitenlandsche politiek werden be sproken, sommige ook in bijzonderheden. Op alle punten werd overeenstemming verkregen. Dupuy begaf zich daarop om 7 uur naar heb Elyséo en legde president Faure de besluiten ter toekening voor bevattende de benoeming van het nieuwe kabinet. Morgen (heden dus) zullen de ministers zich aan don President voor stellen, on Donderdag zullen zij opnieuw verga deren. Zeer verschillend wordt liet ministerie in do bladen begroet. In do „Matin" valt Banc, ia do „Siècle" Yves Guyot den minister-president he vig aan om diens mede-verantwoordelijkheid voor de onwettige veroordeeling van Dreyfus. De „Aurore" ziet in den terugkeer van Dupuy aan het bewind een uittarting van het parle ment, omdat Dupuy de bewerker is geweest van liet schandelijk verbond met do rechterzijde, waardoor heb kabinet-Méline tweo jaar heeft geleefd. De andere radicale bladen spreken wat zach ter; de „Rappel" zelfs eenigazins bemoedigend. Daarentegen verklaren de socialisten reeds nu het Kabinet den ooi'log. Do naam Dupuy sluit voor hen een concentratie-kabinet ook voor de socialisten evenzeer uit als de naam Méline. Do bladen van den generalen staf hopen dab het ministerie-Dupuy voor hen nog zal redden wat er te redden is, en met name de persoon lijke verantwoordelijkheden ecarteeren. De „Figaro" zegt medelijdend dat dit minis terie het beste is dat er te krijgen was. Do jou te spreken zal zijn. Waar het kapitaal rente afwerpt, is ten slotte onverschillig." Wolfram keek ter zijde. „Zelfs al wilde ik mij schuldig maken aan plichtsverzaking," ant woordde hij op kalmen, vasten toon, „dan zou toch een dergelijk plan volkomen onuitvoerbaar zijn. Jo vergeet den toorienden voogd." „Do oude advocaat Gebhardt? Lieve hemel, die man heeft zooveel tegenspoed gehad; hij onderhoudt een talrijk gezin en slaat zich maar met moeite door do wereld heen. Ik neem bet als een lichte moeite op mij om hem met ecu paar duizend thaler gewillig te maken." „Maar Hans!" „Wel Ik heb al moeilijker dingen klaar ge speeld. I<aat mij daarvoor gerust alleen zorgen." Erik glimlachte voor de eerste maal, maar met een uitdrukking die voor den baron nu niet bepaald vleiend was. „Hans," zeide hij, „je spreekt daar van een paar duizend thaler. Twaalf, zooals je meende, voor mijzeker vier of vijf voor advocaat Geb hardt dat alles zou je van Ruth's vermogen zoo maar, zonder er verder over na te denken, willen weggeven De baron kreeg een klem-. „Het moet," ant woordde hij. „Ruth zelf lie&ffc mij de beschik king gegeven over 't geheelo vermogen tot den laatsten cent toe." „O Ruth is een kind. Over anderhalf jaar kan zij beschikkingen maken, eerder in geen geval." {TVordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1898 | | pagina 1