52"° jaargang.
Donderdag 17 November
1898
N°. 9784.
DE GELDDUIVEL.
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen,
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
BUITENLAND.
UïT J^Ïü PEKS;
ABOmsKMEjrrspRu» vaar Schiedam, per kw&rta&l f 0.90
omliggende plaatsen, p. kwart. - 1.05
franco per post, p. kwartaal. - 1.30
Afzonderlijke notnmere- 0.02
SBWMMSJ: MOTEKSTKAAT 50, Veleplioon Mo. 123.
ADvanTENTarTOjsvan 1—5 gewone regels mot inbe
grip van ccrui Courant0.52
Iedere gewone regel meer0.10
Bij abonnement wordt korting vorleend.
Algemeen overzicht.
Schiedam, 16 November '98.
Een èn voor den ongelukkigen Dreyfus èn
voor zjjn zaak hoogst belang)ijke beslissing is
gisteren door het Ilof van Cassatie genomen.
Een nota van Havas deelde bet volgende mede
»Het Hof van Cassatie, tot nu toe van oordeel
dat er geen enkele wijziging behoorde te wor
den gebracht in de straf die Dreyfus ondergaat,
heeft thans aan den minister van koloniën doen
weten dat het een arrest heeft gewezen, waarbij
liet beslist dat aan Dreyfus langs telegrafisehen
weg ter kennis zal moeten worden gebracht dat
liet verzoek om herziening van zijn prores ont
vankelijk verklaard is en dat hij zal worden uit-
genoodigd zijn middelen van verdediging bij te
brengen."
Aldus deed het Hof datgene waartoe de re
geering niet bereid was. In plaats van zelve
het initiatief te nemen en Dieyfus te beletten
in moedeloosheid te verzinken en wellicht in't
gezicht der haven te vergaan, is de dwang van
het Hof noodig gebleken om de ministers te be
wegen tot deze daad van i echtvaai diglieid en
gewoon mensclieiijk mededoogen.
Dreyfus zai dus weten dat zijn zaak ter hand
is genomen; hij zal weten dat er geen vonhnn-
digheden" behoeven te worden »her=teld",
zooals hij zijn familie schreef; hij zal mogen
werken aan zijn verdediging. Vier jaar lang
is zijn geroep om gerechtigheid onverhoord
gebleven thans mag hij met zijn vrienden bet
zijne bijbiengen tot zijn redding.
Zijn redding? Sluit dan deze nieuwe be
slissing in zich de waarschijnlijkheid van
Dreyfus' onschuld?
Zeer zeker niet. Het Hof wonscht alleen
Dreyfus zelf over verschillende punten te hoo-
ren, en vindt daartoe aanleiding inde getuige
nissen der vijf oud-ministers van oorlog. Het
onderzoek van het Hof is nog niet afgeioopen.
Nog kan Dreyfus' schuld aan den dag treden,
en alsdan zal liet Hof de herziening verwerpen.
Daarom, omdat de mogelijkheid van Dreyfus'
schuld nog niet is buitengesloten, acht het Hof
het ook waai«eliijolijk ongnwenscht den banne
ling naar Frankrijk te doen terugkeeren.
Maar wat wel uit deze beschikking van het
Ilof blijkt, is dat het Hof door de verklaiingen
der oud-ministers allerminst overtuigd is van
Dreyfus' schuld.
Men zou kunnen zeggen dat liet Hof een
zuiver onpartijdig standpunt inneemt; nog
staat de tong der weegschaal in het huisje,
maar 'tis of zij reeds begint over te slaan naar
de schaal van Dreyfus' onschuld.
De voorzitter van liet Hof van Cassatie, de
heer Loew, begaf zich gisteren persoonlijk naar
DOOK
S. WÖ fUSHÖFFER.
den minister van koloniën om dezen van de
hoogst belangrijke beslissing van het Hof in
kennis te stellen.
Hij noodigde den minister uit de stukken die
de vragen behelzen waarop Dreyfus moet ant
woorden, aan den banneling te doen toetomen.
Do regeering heeft daarop bevolen onmiddel
lijk Dreyfus in konnis te stellen van de be
schikking van het Hof. Wat de door hel Hof te
stellen viagen betreft, deze zullen hem per
gewone scheepsgelegenheid worden toegezonden
met de op de vragen betrekking hebbende
dossieis.
De mailboot naar Guyana vertrekt echter
den 9den van iedere maand, de eerstvolgende
dus 9 December. Veimoedelijk zal men even
wei dien datum niet afwachten om de door het
Hof aan den minister van koloniën toever
trouwde stukkon te verzenden.
Bij zijn zelfverdediging zal Dreyfus ook Ier
zijde moeten worden gestaan door zijn lands
lieden. Reeds heeft rar. Mornard zich dan ook
in betrekking gesteld met den minister van
koloniën om te overwegen in hoeverre daartoe
de mogelijkheid zal bestaan. Do regeering moet
tegenover deze vraag een welwillende houding
aannemen.
Dreyfus' gezondheidstoestand blijkt goed Ie
zijn. De minister van koloniën leeft bij den
gouverneur van Guyana per teiegiaaf daarnaar
geïnformeerd, en liet antwoord luidde gerust
stellend.
Inmiddels heeft de crimineele Kamer van het
Hof haar onderzoek gesehorst. Sommige bladen
beweren dat liet onderzoek is afgeioopende
Co ij nier du Soir" zegt in staat te zijn mede
te (hielen dat het Hof Maandag na het verhoor
van generaal Clutnoine in beginsel besloten haeft
de oveilegging van liet geheime dossier te via
gen. Van dit besluit zou echter nog geen kennis
zy ri gegeven aan den minister van oorlog.
To begrijpen is het dat de beslissing van
liet Hof groote ontroering heeft gewekt, vooral
in de Kamer. Toen de llavas nota werd aan
geplakt, kondigde Lazies, de anti-semietiscbe
afgevaardigde voor Cher, terstond een inter
pellatie aan. Do minister-pi esident Dupuy ver
klaarde dat hij die niet zou aanvaarden, evenmin
als eene die Cavaignac wenschte te houden.
De laatste is, volgens do sCouri ier du Soir",
met Dérouièdo den minister-president gaan vra
gen, geen gevolg te geven aan de beslissing
van het Hof. Toen Charles Dupuy weigerend
antwoordde zouden zij een interpellatie hebben
aangekondigd.
Lazies zal zijn interpellatie Donderdag toch
houden.
liet zal hem dan wel niet zoo voor den wind
gaan als Antide Boyer in do Kamer. Deze drong
gisteren er op aan dat de wet op de instructie
in strafzaken ook op de militaire rechtspraak
zou worden toepasselijk verklaard. Hij verzocht
dat het door Item ingediende wetsvoorstel van
deze strekking ook nog voor Picquard mocht
61>
„Toch wel een paar dagen," antwoordde hij
„Ik heb aan, een tante van mijn overleden
vrouw een telegram gezonden, waarop zij onge
twijfeld morgen hier zal aankomen. Daarmede
is aan do eisohen van uiterlijke conventie vol
daan, naar ik hoop."
Adèlo zag Item, terwijl hij sprak, onafgewend
in 't gelaat.
„En juffrouw Assmann?" vroeg zij.
„Mijn schoonzuster blijft onder de zorg van
haar tante natuurlijk hier. Maar ook u, juf
frouw Malten, wil ik zeer gaarne voor cenige
weken of maanden de gastvrijheid van mijn
huis aanbieden. TJ kan op uw gemak een pas
sende betrekking zoeken, en u kan op Moldt
blijven totdat u die gevonden heeft."
„Te zamen met juffrouw Assmann?" riep zij
uit op den toon van onderdrukten hartstocht.
„Dan spijt het mij erg. De zuster van mijn
arme vrouw is mij natuurlijk nader dan een
vreemde, ook al heeft die de gunst on de vriend
schap der overledene in zoo hooge mate geno
ten als u, juffrouw. Het zal u niet zwaar vallen
dat in te zien,"
Adèle schudde het hoofd. „In omstandighe
den als die hier feitelijk aanwezig zijn, mijn
heer do baron?"
Nu glimlachte hij, maar zóó ijskoud dart zij
geiden die vervolgd wordt wegens valsch ge
bleken feiten.
De minister van oorlog, De Freycinet, ant
woordde dat de militaire wet niet toelaat dat
de ypfdaehte in betrekking staat tot zijn ver
dediger. De minister kon echter evenmin
die gestrengheid goedkeuren. Daarom aan-
vnardde hij hot wetsvoorstel, dat vervolgens
nnnr het bureau der Kamer werd vet zonden,
Constans vond in den Senaat voor een wets
voorstel van gelijke strekking een even gunstig
gehoor. De door hem gevraagde urgentie werd
door don minister van justitie aanvaard dia
bovendien verklaarde dal de regeering hel be
ginsel aanvaardde en bereid was in overeen
stemming met de commissie over de bijzonder
heden te beraadslagen.
CcmciiKdc SScdcdcclingrn.
Gisteren heeft Chamberlain te Manchester
het woord gevoprd. De minister zeide o. in.:
sWij eischen in naam van Egypte dat alle
aan dit land vroeger toebehoorende of door
de Derwischen vermeesterde gebied worde
ontruimd. Wol kunnen wij Frankrijk allo moge
lijke waarborgen geven voor een débouché op
den Nijl, maar over genoemden eisch kunnen
wij geen discussie toelaten.'"
De coi respondent der jiKöln. Zeitg." zegt dat
te Londen nog steeds een pessimistische stem
ming hcerseht, thans evenwel vooral om China.
Schoon men er niet in 't publiek over spreekt,
beslaat bij vele welingelichte personen de vrees
dat Rusland op Peking zal aanrukken.
Naar aanleiding van een brief van den bisschop
van Gibi altar aan deGrosvenor-Hosse-commisric
over liet nadeelige van keizer Wilhelm's reis
voor het werk der liefdadigheid in het Oosten,
heeft de hertog van Westminster in een schrij
ven aan die commissie het krachtig afgekeurd
dat de Duitsche keizer de gastvrijheid heeft
willen genieten van «eert vorst die zich door
een reeks van misdaden zonder voorbeeld buiten
de beschaving heeft gesteld".
De tweede commissie voor het initiatief in
de Fiansche Kampr zal een voorstel van De-
jeante overwegen om een ontwerp in te dienen
tot afschaffing dor doodstraf.
Graaf Stolberg-Wernigerode die tijdens de
jongste Duitsche manoeuvres den onderofficier
Schemhardt wegens een onbehoorlijk antwoord
eenige sabelhouwen toebracht waaraan deze
overleed, is door den krijgsman tot 3 jaar en
4 maanden gevangenissliaf veroordoeld mot
verlies van het recht om in liet leger te dienen.
De Russische minister van marine vvenscht
eerstdaags de Russische vloot te vergrooten met
een twintigtal torpedo-vernielers.
Weet do Czaar daar wel van zou men ge
neigd zijn te vragen.
Do xHmpnrcnil" maakt er zich ongerust over
dal de leening door don Carlos gesloten, in
Engeland verscheiden malen volteokeml is. Het
blad vreest dat Engeland burgertwist in Spanje
wensclit om zijn gebied om Gibraltar uit te
breiden.
De ïFrankf. Ztg." verneemt uit IConstan-
tiriopel dat prins George van Griekenland
gisteren te Triest scheep is gegaan naar Ki eta,
Om betuogingen te vermijden, gaat de prins
niet eerst naar Athene.
Te Kanea werd gisteren een plechtig »Te
deum" gezongen. De Turkseho vlag woei alleen
nog voor het kwartier-generaal. Van deGriek-
sche kerk, de openbare gebouwen en de schepen
waait de vlag van het autonome Kreta; van
de kerk ook de vlaggen der mogendheden.
Clmkir-pacha heeft eerst nadat admiraal
Pol hier de torpedo-boot Vantoui' dreigend
had doen avaneeeren, bevel gegeven liet anker
te lichten van hel stoomschip waarmede bij
Kreta zon vei laten.
Naar de Daily Chronicle" verneemt zullen
de Vereenigde Staten, indien Spanje niet toe
geeft, de Pliilippijnen met geweld van wapenen
veroveren. Alles is daartoe reeds gereed.
Een Spanjaatd, zekere Riva«, heeft beproefd
een voorzitter der vredescommissie te Parijs,
Mooteio Rios, te dooi steken. De man werd
gepakt en over de grenzen gezet.
Bij geruchte verluidt dat keizer Wilhelm ter
gelegenheid van zijn terugkomst tn liet vader
land gratie zal schenken aan alle journalisten
die straf ondergaan wegens majesteitsschennis.
De orde der Dominikanen heeft van den
Piuisischen minister verlof bekomen om een
nederzetting te vestigen te Keulen.
spijt gevoelde over haar overijld woord. „Ik be
grijp u niet, juffrouw Malten."
„Dan. kunnen wij ons onderhond wel als ge
ëindigd beschouwen. Ik verlaat morgen het kas
teel."
Hans Adam maakte een koele buiging. „Het
spijt mij dat ik dtb niet kan toestaan, juffrouw
Malten. Tot nader order mag niemand het kas
teel verlaten."
Het vlamde plotseling op in do oogen der ge
zelschapsjuffrouw. „Misschien om als getuig© to
worden gehoord V' riep zij uit.
„Ja. Om onder code te worden gehoord."
Zij deinsde terug als onder een dreigenden
slag. „Goed! goed!" preveldo zij dof.
Hij groette zeer stijf en verliet het vertrek.
De stappen stierven weg in de corridor; hij
sloot zijn kamerdeur, en toen werd alles stil.
Als versuft staarde Adèle voor z'i-h uit. Haar
gedachten doorleefden voor de duizendste maal
de ut'o waarin Hans Adam en zij in heb bootje
op de wiegelende golven alleen waren, zijn arm
om haar hals en zijn lachenden blik zoo dicht,
zoo heel dicht bij dien baren was geweest. Toen
bedwelmde de klank zijner vleiende stem haar
hart; toon geloofde zij dat hij haar in stilte
lief had en nil
Intnssehen was Cecilia gestorven, en Ruth
had een half millioen geërfd. Ruth, die de ba
ron tot nu toe als niet meer dan een kind had
behandeld, op wio hij in 't geheel niet lette.
Met wankelende schreden ging Adèle naar
haar kamer. Zij wierp zich voor haar bed op de
knieën, om haar hoofd in de kussens te ver
bergen on to snikken als eene van wio wanhoop
zich heeft meester gemaakt.
VI.
In liet kleine, met klimop begrooido huisje
tegen den heuvel aan, hoerschto een gedrukte
stemming. De beide vrouwen koken elkaar met
bezorgde gezichten aan, en telkens wanneer Wil-
libald naar do bank ging, zeide Mies„Er is
iets dat hem kwelt. Waarom zou hij het toch
voor mij verbergen?"
De oudo dame troostte haar schoondochter,
ofschoon ook zij zelf allerminst gerust was.
„Het zijn zeker do versclirikkehjke voorval
len op Moldt die hem zoo hinderen," antwoord
de zij. „Jo weet hoe lnj don armen baron be
klaagt, hoezeer hij op hem gestold is."
Haar schoondochter schudde dan het hoofd.
„Dat alleen aan hem niet zoo hinderen, moe
der. Hij is immers geheel veranderd! Als men
met hem spreekt, hoort hij niet; als men hem
geeft wat hij wil hebben, dan ziet liij het niet."
Do oude vrouw vouwde een courant open
„Daar staan weer kolommen vo' met niots dan
vermoedens over de raadselachtige gebeurtenis
sen o Moldt," zeide* zij verontwaardigd. „Wat
moet dat den baron grieven."
„Staat or iets nieuws in?" vroeg de jongo
vrouw, zich met geweld boheerscliend.
„Ik zal liet je voorlezen, kind
„Maar kijk eens hierheen," vroeg de oude
clanio op dat oogenblik, „Is dat niet Willibald
die daar do straat in komt?"
Haai' schoondochter snelde naar liet venster.
„Waarlijk, liij is hot. En om dezen tijd? Mijn
Gocl, moedei-, wat zou dat bettekenen V'
„Maak je toch niet zoo ongerust, kind, Je
ziet er uit of er oen ongeluk is gebeurd."
Leentjebuur,
Wij namen eergisteren een artikeltje op, ge
richt tegen het plegen van plagiaat door de
ïNieuwe Scliied. Ct." In haar nummer van
gisterenavond beantwoordt de redacti» deze
beschuldiging en bekent nogal leuk ongelijk.
Wij gaan er dus verder niet op in, maar drukke
slechts de wensch uit, dat men onze redac-
tioneele artikelen ongemoeid laat; met onze
nieuwsberichten zullen wij dan, gelijk tot nu toe,
graag wat door de vingers zien, ook al zouden
wjj liever hebben dat onze collega, gelijk ook
wij onzerzijds doen bij haar, steeds de bron van
herkomst vermeldt als er aan de sSchied. Ct."
iets ontleend wordt. De »N. Schied, Ct." dan
scluyft
Do redactie der iSchied. Courant" hoeft ons op
een ornslig delict betrapt. Zij beschuldigt ons van
niets moor of minder dan van plagiaat en wal
onder bozwarende omstandigheden gepleegd.
„Dat is ook zoo, moeder, dat is zokoi zoo.
Ik kan mij daar onmogolijk in vergissen
Willibald hoeft iets dab hij verbergt."
Zij vloog haar man tegemoet en kwam spoe
dig daarna met hom torug in de woonkamer.
„Willibald voelt zich niet wel, moeder; hij wil
vandaag thuis Llijven."
Do oude vrouw keek mot eeu onderzoekenden,
blik in liet bleeko, verwarde gelaat van haar
zoon. „Toch niots ernstigs, mijn. jongen vi oog
zij op de haar eigen, zachte wijze.
Zijn stem klonk mat en toonloos: „Neen,
moeder, ik denk het niet. Waarom ziet gij bei
den mij zoo vreemd aan? Dc lieb hoofdpijn;
dat is toch niets merkwaardigs?"
„Stellig niet. Jo moest bij dit koude, heldere
weer eens oen flinke, verre wandeling maken,
mijn jongen."
„Dat wil ik ook juist doon," knikte hij.
„Neen, dank je, Mies, geen sigaren ik hob
vandaag geen zin om te roeken."
„Zal ik mot je meegaan?" vroeg de jongo
vrouw, die* gi-oote neiging sc" --en te voelen om
in tranen rut. to breken.
„Een andermaal, lieve. Ik zon wellicht wat
ver voor jo gaan."
Hij gaf zooals gewoonlijk beiden vrouwen die
hem zoo tender hef hadden, een kus, en toen
snelde hij weg, rechtstreeks naar Moldt. Een
paard stond reeds klaar in een uitspanning bui
ten de stad en zoodoende was de korte afstand
zeer spoedig afgelegd. Hans Adam zag van uit
het venster den ruiter naderbij komen en had
een gevoel alsof hem do keel werd toegeknepen.
Zou hij hot bezoek laten afwijzen?
(I Vordt vervolgd.)