n
iv'
SF
IN". 9855.
H
:irl
52"* jaargang.
Donderdag 9 Februari 1899.
Strijdige Werelden.
I
üi?1
it- I
I
Verschijnt dagelijks, uitgezonderd Zon- en Feestdagen.
J
f
1 t-
S'
1 li
I 1
I'll 1
illJ
1111
UITGEVER: H. J. C. ROELANTS.
fj
er
UIT DE PEKS.
.ff-
BUITENLAND.
SCHIEDAM, 8 Februari '99.
- 'il
fV»l|
*n
I tel
1
•iif
11ff
>n
f
>f
n|ti
tea
I! J
1*
onk,
een-
sche
era-
sica,
tsis,
•um
fed.
été,
gel,
3u.
1
i
GOUnANT.
IsontrostvBin vsar Schiedam, pei kwartaal f 0.90
omliggende plaataen, p. kwart. - 1.05
franco per pelt, p. kwartaal. 1.30
Aftonierlijke nommers. 0.02
BUREAU: BOTERITRMT SO, Velephoon No. 123.
Advertentieprijsvan 15 gewone regol# met inbe
grip van eene Courant
Iedere gewone regel meer
Bij abonnement wordt korting verleend.
f 0.58
- 0.10
Kiesvereen iging S ciiiedam".
Onder het opschrift »eeo verblijdend teeken"
«tf het «Sociaal "Weekblad" van j.l. Zaterdag
(dus vóór de Jbekende vergadei ing) een beschou
wing over d'e aanhangige bestuursvoorstellen.
Het blad zeide
Het bestuur der kiesvereeniging «Schiedam" geeft
«n navotgingswaardig voorbeeld ter verkrijging
m de zoo broodnoodige klaarheid in de politiek
der niet-kerkeiijke groepen.
Het stelt aan zijne leien voordo richting der
Kiesvereeniging aan te duiden ais .vrijzinnig demo
cratisch" van de leden te verlangen instemming
met het doel en de programma's der vereeniging
trouwen als leden toe te latenhet stemrecht
in de vereeniging onafhankelijk te maken van de
publiekrechtelijke kiesbevoegdheid der leden, en
liet programma voor de gemeenteraadsveikiezingen
aan te vullen met de volgende punten (waarna
het concept-progam volgde).
Hierna werd de toelichting tot dit program
èn de bestrijding van den heer Van Lissa op
genomen, waarbij de redactie van liet «Sociaal
Weekblad" aanteekende
In boever dit bestuurslid gelijk bneft in zijn be
wering, dat zijne medebestuursleden socialisten zijn,
kannen wij niet beoordeelen. Wèl kunnen wij be-
eordeelen, dat hetgeen door hen voorgesteld wordt
geen revolutionair-socialistisch maar een zeer dui
delijk waarneembaar hervormingsgezind karakter
draagt Wij, die toch wel niet onder de socialisten
zullen worden gerangschikt, zouden, indien wij
over dit voorstel hadden mee te spreken, waar
schijnlijk eenige kleine bezwaren van practischen
aard te berde brengen, maar geen enkele princi-
pieele bedenking daartegen opwerpen.
Intusschen, wat er ook moga zijn van de socia
listische gezindheid der meerderheid van liet be
stuur der kiesvereeniging «Schiedam", indien tiet
dissemieerend bestuurslid in zijne bewering dien
aangaande gehjk heeft, dan had hij het indienen
van het voorstel juist moeten toejuichen, al kon
bij met den inhoud daarvan niet meegaan,
Immers, indien zijne bewering juist is, zal de be
handeling van het voorstel eene ongezochte ge
legenheid bieden om de ware gezindheid van de
meerderheid van bestuur te doen kennen. Bhjkt
die meerderheid werkelijk socialistisch te wezen en
de meerderheid der leden met haar mee te gaan,
dan zal die kleurbekenning een voordeel wezen.
De niet-socialUtische minderheid zal daaruit dan
zien, dat zij in de kiesvoieeniging «Schiedam" niet
ianger thuis boort. Zij kan dan naast deze ver
eenigmg eene andere oprichten, waardoor een toe
stand zal worden geboren die veel gezonder is,
dan de tegenwoordige. Schakeering van meeningen
is een voorrecht in een debating-club of een ver
eeniging tot gezellig vei keer tneene kiesveieeniging,
die, als zij zich van haie roeping bewust is--, poli
tieke leiding moet willen geven, is zulk eene scha-
keering een nadeel. Wie leiding wil geven, moet
weten in welke richting hij leiden wil eene ver
eeniging die alle richtingen, van conservatief tul
socialistisch, in zich herbergt, leidt, wanneer zij in
DOOR
IDA B.OYj-ED.
33)
„Ja," zei mevrouw Kalkowski voldaan, „ik
moét altijd! weer zeggenDobert's smaalk is
eenvoudig uitnemend."
„Vergun mij dat ik mij aansluit bij den dank
van mijn meisje," zei Guy.
Dobert drukte beun vriendschappelijk de
hand, „De dames zijn zoo welwillend die be
scheiden en zeer natuurlijke attentie van een
oud vriend tot een onderwerp van gesprek te
maken," sprak hij, terwijl vaderlijke vriendelijk
heid doortrilde in zijn aangename stem.
„Komt maar bimnien!" riep Philip nu.
Guy wierp de deur open eni last de gasten
voor hem binnengaan.
Zij waren, in verrukking, vooral mevrouw Kal
kowski en mijnheer Dobert.
„Dat moest de „oude" eens zien," merkte Do
bert tegenover mevrouw1 Kalkowski op. „Dan
kon hij eens leuren wat mise-em-scan© is."
Martina was te nieuwsgierig naar en bij voor-
haat reeds veel te verheugd over haar geschen
ken, dan dat zij voor de stralende schoonheid
van hfafc feestelijk! versierde vertrek oog had.
Juichend viel wij, terwijl zij met Guy voor de
tafel met geschenken stond, haar aanstaande
telkens weer om den hals.
Daar lag rose zijde voor een. japon, een gou
den armband, een dozijn paar handschoenen,
beweging komt, niet in eena bepaalde richting,
maar draait in een kringetje rond.
Wij zijn van oordeel, dat het bestuur der kies
veieeniging «Schiedam" door zijn voorstel geen
blijk heeft gegeven van socialistische maar
zooals het zelf zegt van vrijzinnig-democrati
sche gezindheiddoch socialistisch of met, zijn
vooistel strekt om te scheiden wat niet bij elkaar
behoort en daarbij kan de politieke atmospheer
niet anders dan winnen aan zuiverheid.
Algemeen overzicht.
De overwiuning die de vrienden der revisie
behaald hebben, blijkt nog belangrijker te zijn
dan eerst werd gedacht. Men weet dat iu de
Kamercommissie twee leden vóór het regeerings-
voorstel slemden, maar ook deze twee, de hee-
ren Crupi en Beithet, deden dit niet opgiond
van de door Mazeau, Dareste en Voisin inge
stelde enquête en ontnamen dus aan hun stem
het voor de strafkamer hatelijk karakter.
De Kamer zal nu over het lot van het minis
terie te beslissen hebben. De vrienden san het
Kabinet zijn in groote vreeze en willen een
laatste poging wagen om Dupuy c.s. te redden.
Daartoe zouden zij aan de Kamer voorstellen
haar meening uit te spreken over het onttrekken
der zaak aan de berechting der strafkamer,
maar tevens de regeering een motie van ver
trouwen te geven.
Anderen meenen dat dit niet noodig f] zijn,
en dat de Kamer, ondanks de beslisa-"g der
commissie, zich .met het voorstel der if.jeering
zal vereenigen.
Indien de losse gegevens die van hier en van
daar kunnen worden bijeengeraapt over de
enquête van Mazeau, der waarheid getrouw zijn,
dan sclijjnl het vi ij wel onmogelijk dat de Kamer
in den uitslag van dat ondei zoek aanleiding zal
vinden de strafkamer van het Hof, of liever de
Fransciie rechtspiaak in haar geheel, voor het
oog der geheele wereld een kaakslag te geven.
Wanneer men b.v. in de »Soir" leest, dat
generaal Roget boos was omdat de raadsheer
Dumas er aanmerking op maakte dat hij Pic
quart een ialsai is noemdedat generaal Chano.ne,
de oud-minister van oorlog, na zijn verhoor
uitriep: «Maar dat zijn allemaal Dreyfusards":
dat kapitein Cuiguet het zeer ongepast vond
van de leden der strafkamer, dat zij zelven de
waarde der geheime documenten onderzochten;
dan ziet men in gedachte de ster van het
tweede ministeiie-Dupuy reeds achter den poii-
tieken horizon verdwijnen.
Nog waarschijnlijker wordt dit wanneer men
verneemt wat het lid der Kamercommissie
Roch over het dossier-Mazeau mededeelt.
Gisteren in de couloirs der Kamer deswege
ondervraagd, vertelde Roch dat er een brief is
vau Quesnay de Braurepaire aan Bard, o! een
heel vriendelijk briefje, waarin hij hem vraagt
of het waar is dat Bard voornemens is ztch
een mooie 'leeren ceintuur met antiek zilveren,
gesp, verscheiden sierlijke tabdote, confituren
en ook een. weik in prachtband, waarop met
gouden letters stond: „De Gothiek en da Re
naissance". Dit werk vormde om zoo te zeggen
liet middelpunt waaromheen de andere geschen
ken gegroepeerd waren.
Guy had wel gedacht dat Martina zeer in
haar schik zou zijn. Maar haar jubelende blijd
schap scheen bijna grenzeloos, en zij stortte zoo
warmen dank over liem uit, dat zijn hart klopte
en zijn oogen schitterden. Wat was zij toch
een meisje vol oorspronkelijk en waian-bloedig
leven-
En hij was haar erkentelijk voor haar dank
baarheid.
De anderen heten vol tact het verloofde paar
eenige oogeoiblikken met rust. Maar eindelijk
moest mevrouw Kalkowski toch. ook bedanken
voor d'e mooie bontranden die Guy haar had
gegeven. Zij had reeds lang gewenscht zulk bont
te hebben om een avondtoilet te garnoeren.
Een kwartiertje werd nog zoek gemaakt met
nemen en geven, bedanken en vroolijke uitroe
pen. Philip had zich jegens allen zeer vrijgevig
getoond met v/andsdiotols, schetsen en beschil
derde promkglazen. Ofschoon mijnheer Dobert
zijn voornaamste geschenken reeds tem huize der
Kalkowsld's had overhandigd, 'had hij' toch nog
voor do dames allerliefste cadeautjes bewaard.
Yoor Philip had Guy een prachtig kemelsharen,
kleed' weggestopt, en dat werd nu te voorschijn
gehaald en uitgespreid.
Maar nauwelijks was dit alles voorbij, of er
daalde een stemming over het geselschap neer,
aan te sluiten bij de campagne tegen de leden
der strafkamer.
Wat nu al heel vreemd is, deze brief
komt niet voor bij de stukken van het eerste
onderzoek. Eerst nadat Bard, om nadere inlich
tingen gevraagd, naar dien brief had verwezen,
kwam hij Zondagmorgen voor den dag. De
commissie moest er eerst om vragen.
Roch zegt voorts dat de laatste beschuldi
gingen van De Beaurepaire (het mededeelen van
een geheim stuk aan het Drievoudig Verbond)
niet in de enquête begrepen zijnde regeering
moet overigens verklaard hebben, daaraan geen
gewicht te hechten.
Volgens Roch vindt men in liet dossier aan-
mei kingen van Cavaignac op het rapport van
Bard, die volgens dezen evenwel slaan op het
pleidooi van mr, Mornhardt. Generaal Roget
beklaagt zich niet met Picquart geconfronteerd
te zijn, wat volgens den voorzitter Loew door
de geheele strafkamer onnoodig werd geacht;
Cuignet klaagt over tendentieuze vragen eD hel
los heenloopen over voor Dreyfus ongunstige
passages in het dossierLoew's antwoord daarop
kwam de meerderheid der commissie overtui
gend voor.
Ten slotte zegt Roch dat uit htt dossier der
enquête-Mazeau blijkt dal Monard, de griffier
van het Hof, een belangrijke rol heeft gespeeld
in de laatste gebeurtenissen.
Met groote verbazing neemt men ook kennis
van den brief van Mazeau, Dareste en Voisin,
waarin zij hun conclusie hebben neergelegd.
De voornaamste passage luidt: »W(j verdenken
noch de goede trouw, noch de eerbied waai dig-
heid der laadsheeren van de strafkamer, maar
wij vieezen dat zij, in de war gebracht door
de beleedigiogen en beschimpingen, meege
sleept duor tegenstrijdige stroomingen, door
vooroordeelen die hen huns ondanks beheer-
schen, na de instructie niet meer de kalmte
en den vrjjen geest beiitien die onontbeeihjk
zijn om het ambt van rechter uit te oefenen."
Quesnay de Beaurepaire verlangt in de Echo
de Paris" dat het geheele dossier der enquête
aan de Kamer woide medegedeeld.
Intusschen is de slralkamer met haar arbeid
gei eed gekomen. De instiuctie is afgeloopen,
zegt men, en heden zou deze gesloten wot den.
Daai na wordt het dossier gezonden aan den
procureur-generaal om requisitoir te neinen
vervolgens wordt het teruggezonden naar de
stialkmner die een rappoiteur aanwijst, waar
voor Mauau wordt genoemd.
Volgens sommigen zul de instruct!# echter
eerst morgen of overmorgen gesloten worden,
omdat de strafkamer nog op hel proces-verbaal
wacht van eenige verhooren in de provincie.
Daai toe behooi t zeker ook liet vei hooi- van den
Zwitserschei! schrijver Hegier, die nu in de
Temps" het vei haal omtrent den met »Bluet"
ondei teekenden brief aan Reinach bevestigt,
volhoudt dal deze zich den 22sten Augustus te
Evian bevoud, wat fijj met bewijzen wil staven,
en er bij voegt dat Reinach vandaar naar Bern
die wel wat op dreigende verveling geleek. Het
werd op eens zóó stal dab men het ruischen der
kaarsvlammen in den kerstboom, ikon hooien.
Alleen d!a verloofden stonden, dicht tegen elkaar
aan en bekeken telkens weer Martina's geschen
ken en gingen geheel in elkander op.
Kalkowski liep op en neer, met de handen in
de brodezakken, en begon te fluiten.
Dobert, do door zijn elegante manieren be
roemde salon-acteur, kende geen gedwongen
heid. Met een beleefde buiging vroeg hij „De
Gothiek en de Renaissance" te mogen doorkij
ken. Hij was van mooning, da.t het een be
wijs van tact was, belangstelling te toonen in
Guy's kunst. Martiua, die het werk nauwelijks
een vluchtigen blik had' gegund, gaf het hem
met genoegen. „Ik kom er van avond toch. niet
aan toe," zeide zij.
Dobert droeg het werk naar het tafeltje vóór
de OttomansPhilip was aan een sciienktafei
tje bezig de glazen te vullen met bowl.
„Een prachtige verzameling," ziei Dobert tot
mevrouw Kalkowski. „Wil je meekijken?"
Zij ging bij hem zitten.
„Martin meet zijn partijtje makemi, anders
wordt hij nijdig," fluisterde zij, terwijl zij zich
over het Palazzo Pitti heen boog, diat Dobert
voor haar had opgeslagen.
„Het lijkt mij onmogelijk," antwoordde Do
bert op dienselfden toon. „Je schoonzoon zou
heb miasdhien niet netjes vinden, en daar zcu
hij geen ongelijk in hebban." En hij ging hard
op voort:
„Prachtig die gevel Siena die dom
van Sie-na."
is gegaan en vervolgens te Bazel ontmoetingen
heeft gehad met peisonen uit Miihlliausen en
Berlijn,
En de man eindigt met deze insinuatie »Wat
was iiet onderwerp van zjjn gesprek met groofe
Duitsche financiers liet snlou van H. B. (Henri
Brisson?)? Was er uiet spiake van een leening
van tien millioen die te New-York gesloten
moest worden en ook gesloten is
Reinach houdt hiertegenover ziju bewerin
gen vol, die ook hij zegt door getuigen te kun
nen laten bevestigen.
Intusschen kan de strafkamer zich gaan bezig
houden met de zaak-Picquait, die door de ge
beurtenissen der laatste weken eenigszios uit
het oog is verloren. Volgens het «Journal" zal
generaal Roget thans zyn zin krijgen en met
den kolonel geconfronteerd worden. De straf
kamer wil echter eerst uitspraak doen in zake
de regeling van rechtsgebied nadat over de
revisie beslist is.
Picquart zit intusschen nog al tijd gevangen.
Het pleit is thans beslist. De Amerikaansche
Senaat heeft de Amerikaansche souvereiniteit
over de Phihppijnen geproclameerd, zij liet ook
dat men niet van pian is de eilandengroep bij
de Yereenigde Staten in te lijven of duurzaam
de regeering over den archipel in handen te
houden.
De Philipijino's die den strijd voor hun onaf
hankelijk niet opgeven, worden dus nu van Ame-
ukaansclie zijde beschouwd ale rebeiieo, en aan
generaal Ons zijn dan ook instructies in dien
geest gezonden.
De genei aal moet aan de iusurgeuten mede
deelen dat het vredesverdrag door den Senaat
is bekrachtigd, en dat de operaties zullen voort
gezet worden om het verzet tegen het Ameri
kaansche gezag te ondei drukken.
Bovendien brengt de Boston die tello-Ilo
de voor Manilla bestemde Baltimore gaat
vervangen, aan generaal Miller het bevel over,
zich met of zonder toestemming der bevolking
van llo-Ilo meester te maken.
Van zijn kant heelt Aguinaldo een piocla-
malie uitgevaardigd, waarin hij aan de Ameri
kanen den oorlog verklaart en den staal van
beieg afkondigt.
Dat de Philippijnen niet geneigd zijn het
Amerikaancch gezag te erkennen, wordt ook
bevestigd door Agoucillo, die wel ontkent uit
de Vereenigde Stuten gevlucht te zijn, maar
toch Canadeescli grondgebied schijnt voor te
tiekken boven de staten der Unie.
De afgezant van Aguinaldo vei klaart dal de
Plnlippino's den stryd tot het uiterste zullen
volhouden. Zij willen zelfstandigheid, en hij ge
looft niet dat do Amerikanen 10 millioen eens
gezinde mannen aan kunnen.
De heer Agoncillo schijnt wel wat erg opti
mistisch. In bewapening en dat is zeker de
belangi jjkste factor in den negentiende-eeuvv-
sclien oorlog laten de Amenkanen zelfs de
Europeesche staten verre achter zich.
Hij blajcteide verder.
Het witte licht en de stralende warmte ver
spreidden zich van dein kerstboom door het ge
heele vertrek.
Met don arm om Martina's midden, geslagen,
zeid'e Guy zacht:
„Zeg, liefste is het niet of er wijding en
glans van den boom uitstraalt 1 En als ik er aan
denk, dab heft volgend jaar zoohi boom voor ons
alleen, in ons e.gen nestje brandt, dh-ri beeft
mijn hart van. vreugde."
„Ja," zei Martina, „zoo'n kerstboom is erg
aardig. Ik begrijp zelf niet, dólt wij liet vroeger
mat Kerstmis zonder een boom hebban lcnnnein
doon Maar zeg me eens, Guy, waar heb je
die rose japon, gekocht Ik 'kan ze toch wel rui
len Ik denk dat de kleur te teer is voor mijn
teint."
„Natuurlijk. Zie je, ik moet ook nog learen
wait je goed staat."
Philip hield zijn moeder heb theeblad voor,
waarop de zes volgeschonken glazen stonden.
„Papa moet zijn partijtje hebbenanders
loopt hij nog weg," fluisterde zij haar zoon toe.
„Van avond en mot wien? Ik speel im
mers zoo slecht stelt," zei Philip radeloos. Hij
ging met het theeblad naar de beid© verloofden
toe. Toen Martina .zich bediende, viel haar blik
op baar vader die, altijd nog met de handen, in
de broekzakken en zijn gekte de jas geheel open,
zoodiat zijn glimmend-wib vest zichtbaar werd,
bij d'en kerstboom stond en zacht fluitend naar
de in wit schitterend© takken keek.
Wordt vervolgd
i
t 1
AM
- jlji
JM *1
!1! 1
J'f
hi i
J j<r
t
f if
1 it
i 1
1
f t
1 11 t
h
f
II
ii .if 'f
1 I
Rsl