I 53'" Jaargang. Vrijdag 28 April 1899. No. 9920. Eerste Blad, De familie Hilbers. Ken nis ge v i n g. BUITENLAND. SCHilEDAMSCHi: COMMIT. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. .25 Franco per post II. 1-65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau s Botcrstraat 68. Prijs der Advertentiën: Van '17 regels fl. 0.90iedere regel meer 12i'j cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde lileine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon Aio. 133. Inrichtingen welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Burgemeustek en Wethouders van Schiedam, Gelet op de bepalingen der Hinderwet, Geven kennis aan de ingezetenen dat np heden de navolgende vergunningen zijn vedeond do. aan M. A. VAN RHIJN alhier en W. H KAM te Rotterdam en hunne rechtverkrijgenden tot oprichting sillier vnn een meubelfabriek met pelroienm-motor van 6 paardenkracht in hel pand aan de Boterstraat no. 74, kadaster sectie B no. 1382; 2o. aan Th. JANSE en zijne rechtverkrijgen den tot o p tf i c li t i n g van een stoomliistcn- malscrij in hei pand aan de Lange Haven no. i 1G, kadaster sectie C no. 567 3o, aan de firma REBERS C en hare rechtverkrijgenden tot oprichting van een boekdrukkerij met gaskrachtmachine van 41/2 paardenkracht in het pand aan de Lange Haven no. 68, kadaster sectie C no. 96 Schiedam, den 27sten April 1899. Burgemeester cn Wethouders voornoemd VEKSTEEG. De Secretaris. VERNÈDE. Algemeen overzicht. SCHIEDAM, 27 April '99. Het restant van Cuignet's verklaring en die der oud-ministers Barthou en Guérin, vinden wij in de „Figaro" van gisteren. Cuignet handelt nog over het geheim dossier, maar zijn betoog is moeilijk te vol gen omdat hij over verschillende door let ters aangeduide personen spreekt. Ten be wijze van Dreyfus' schuld veert liij aan dat> er overal stukken zijn verdwenen waar Dreyfus werkzaam was (de pyrotechnische school, het 1ste bureau van den generalen staf, de afdeeling van majoor Bayle)dat een bloedverwant van Dreyfus zich tegen over Painlcvé zou hebben uitgelaten over Dreyfus' schuld, welk gesprek reeds is be wezen onjuist te zijn weergegeveneinde lijk Dreyfus' relaties te Brussel. 'Cuignet be weert te weten dat men Dreyfus ontmoet had. Waarom ook niet? Cuignet die het voorts nog had over den granaat Robin en het kanon 120, verklaar de dat het stuk: „Ce canaille de D..." iemand betrof die Dubois werd genoemd, hetgeen trouwens door Schwartzkoppen is toegegeven. Gevraagd naar zijn meeniug over het borderel, antwoordde liij geen vol doende studie te hebben gemaakt van liet DOOR E.YELY. 2> „Willy, papa en ik kunnen niet anders, mogen niet anders. Kijk, liet valt mij erg moeilijk, beste jongen. Maar met onze po sitie en dan. je hebt al zooveel dingen bij de hand gehad, en nergens is iets van te recht gekomen dat je vader nu wan trouwend is, dat hij je met alle geweld op den solieden weg wil leiden „0, u begrijpt mij niet," zegt de jonge man en hij trommelt niet zijn vingers op de vensterruiten. „Zingen, zingen, dat is voor mij een levensbehoefte „Als je er dan ten minste maar niet nog zooveel andere, erg dure behoeften op na hieldt!" zegt mevrouw Lohmann. „Ziet u wei, u ook al „Ja, ik ook." Zij draait een geheim slot aan haar bureau open en houdt hem een rekening voor. „Die heb ik gekregen papa weet er niets van. „En heeft u die betaald 1" „Voor ditmaal nog." „Betaald I" Willy pakt haar beet en draait met haar rond. „Zei ik het niet u is een pracht-exemplaar Zij legt haar hand op zijn schouder. „Je moogt er den hemel voor danken dat ik het dmg in handen kreeg hoe moeilijk het mij viel, ben ik daar toch bhj over." „Ja, een mcnsch moet maar geluk heb ben! In dat opzicht beklaag ik mij ook met. Een vreeselijk strengen vader heeft het noodlot mij beschoren, maar daarente gen ook u. Evenwichtstheorie, niet? Ziet n Pu wel, er steekt ook wel een klein philo- origineel voor een beslist oordeel. Of de in hot borderel genoemde stukken hun bestem ming hadden bereikt? Cuignet had daar over persoonlijk geen aanwijzingen. Bartkou verklaarde als minister van bui- tenlandsche zaken in Dupuy's ministerie van 1894 nooit van Dreyfus' bekentenis te genover Lebrun-Renault te bobben gehoord, en nog onlangs had Dupuy zelf, aan getui ge en diens oud-collega Poincaré verklaard dat ook hij noch in zijn kabinet noch in dat van Casimir-Périer president der Repu bliek, waarheen hij Lebrun-Renault lxad ge bracht, in dien zin had liooren spreken. Barthou is ook minister van binnenland- sche zaken geweest in het kabinet-Méline dat, zooals men zich herinnert, zich steeds tegen de revisie bleef verzetten. Hij heeft toen een politie-dossier onder de oogen ge had, betrekking hebbende op Du Paty de Clam, waaruit blijkt dat deze eenige jaren geleden zich in een particuliere aangelegen heid heeft bediend van een gesluierde dame om iemand achter het Industrie-paleis een brief ter hand te stellen. In verband met de zaak-Esterhazy, waarin ook een gesluier de dame is opgetreden, bad Barthou het nuttig geoordeeld liet politie-dossier ter kennis van zijn collega's van oorlog on ju stitie te brengen. Nog vertelde Barthou dat hij tijdens het pioces-Zola den minister van oorlog, gene raal Billot had hooren zeggen, dat hij ver scheiden dagen getwijfeld had aan Dreyfus' schuld en er verscheiden nachten niet van had kunnen slapen. De oud-minister van justitie in 1894 Gué rin bevestigde Barthou's mededeelingen om trent de zgn. bekentenis van Dreyfus. Ook hij had daarvan eerst door de bladen ken nis gekregen. Generaal Mercier had er geen mededeehng van gedaan in den minister- raau. De man die wel het meest gehavend uit de strafkamer van het Hof van Cassatie treedt, is Du Paty de Clam. Niet alleen de vrienden der revisie, neen ook de hardnek kigste tegenstanders hebben hem afge maakt. En vooral generaal Roget en kapi tein Cuignet, de twee helpers van Cavaig- nae, doen het hem. Du Paty laat een en ander echter niet over zijn kant gaan. Een welwillende intie me vriend doet in de „Temps" een poging om den moriaan, pardon markies Du Paty de Clam schoon te wasschen. Generaal G011- se, dat is de man. Op diens bevel heeft Du Paty in betrekking gestaan tot Esterliazy's tusschenpersonen, met name mr. Tézénas. Maar zoodra het hem verboden was, had hij geen directe relaties meer met Esterliazy onderhouden. Du Paty is niet de schrijver der telegrammen „Blanche" en „Esperan- za" en van den brief-Weiler, beweert do vriendhij is niet de „gesluierde dame" hij kende Esterliazy pas van 16 November 1897 af, toen generaal Gonse hem beval Esterliazy te doen waarschuwen voor de be schuldigingen die tegen hem waren inge bracht; hij heeft nooit in betrekking ge staan tot da „Éclair" hij is nooit de mede plichtige geweest van Henry. In één woord, soof je in memen moet zich maar de moei te geven dien te ontdekken." Hij noemt liet tocli wel een beetje te luchthartig op naar haar zin. „Het is bepaald een offer voor me." „Wel, dan neemt u maar wat uit uw wel- dadigheidskas ten bate van uw zoon. Papa zorgt tocli dat die overvloedig is." Frits heeft ons nooit zorg gegeven." „O die dat is ook zoo'n deugd! Die is net als papa ik lijk nu eenmaal op u." Zij wordt er altijd gaarne aan herinnerd dat de knappe jongen op haar gelijkt. „Ga nu maar ik Iieb te schrijven voor een ver- eeniging, bevelen te geven en te zien waar ik op besparen kan. Ja, daarvoor hebben we zelfs een naaister in huis „Zoo een mooie?" „Wat een malle vraag het lijkt er niet naar." Dan duwt zij hem van zich af. Hij grijpt het boek in den gelen omslag, neuriet een paar toonen en gaat weg. Zij zucht, veegt zich over het voorhoofd, zucht nog eens en licht dan een stapeltje circulaires op. Zij moet ze verzenden aan haar bekenden„De ondergeteekenden richten tot allen die de vereeniging een goed hart toedragen, het vriendelijk ver zoek haar door toezending van geschenken en geld te willen steunen." „Nee, juffrouw," zegt Anna, en ze spitst haar mond die zeer leelijke tanden ver bergt, en zet haar handen in haar zijde. „Nee, als ik dat zoo zie, drie dagen aan de naaimachine en met schaar en naald en al tijd maar op je plaats, nee, dan ben ik toch maar liever dienstmeid; dan wordt je toch niet zoo voortdurend op je vingers gekeken. Hoe ver is u al? Komt het nog klaar? En dan gaat het maar weer voort, hop, hop, Du Paty's soldatenziel is rein en blank; hij is onschuldig als een pas geboren kind voor den goedgeloovigen lezer althans die niet beter weet. Zaterdag a.s. waarschijnlijk mag Du Pa- ty nog eens voor het Hof verschijnen om zijn blanke ziel bloot te leggen. De „Siècle" weet nog bijzonderheden mede te dcelen over het verhoor van den oud-prefect van politie Lépine, 11I. dat het voor Dreyfus gunstige politie-rapport in 1894 door Henry is verdonkeremaand; daardoor wordt in liet rapport van D'Or- mesclieville ook nog beweerd dat Dreyfus speelde. En wel heeft men dat punt tijdens liet proces laten vallen, maar generaal Ro get is er onlangs voor de strafkamer weder met voor den dag gekomen. De „Siècle" verlangt nu dat het Hof zal onderzoeken wat er van Lépine's politie-rapport is ge worden. Misschien heeft de een of andere gene raal het wel weggeborgen in een-laatje van zijn bureau, zooals Dupuy, volgens de „Ind. Beige", met het telegram van Paniz- zardi heeft gedaan. Paléologue beeft daar van voor liet Hof maar een gelegaliseerd afschrift overgelegd, omdat het oorspronke lijk stuk na een reglementairen termijn heette vernietigd te zijn. Uit goede bron verneemt het Belgische blad evenwel dat Dupuy het stuk om zijn belangrijkheid heeft weggeborgen. De minister-president zou er zicli zelf op beroemd liebben. Steeds meer personen willen voor liet Ho- amen verklaren dat Esterliazy tegen over verschillende personen bekend lieeft het borderel op bevel te hebben geschre ven. Zoo in einde Mei van liet vorige jaar tegenover Gaston Méry van wien de advo caat Duplantier in een brief aim het Hof zegt het vernomen te hebben. Ook de ver kiezingsagent van den afgevaardigde Julien Dumas houdt ondanks diens tegenspraak vol, hetzelfde van Duams te hebben ge hoord. Gemengde Iflcdcdecllngcn. De ïDaily Telegraph" verneemt uit goede bron uit Weeneu dat Rusland onmiddellijk na de opening der ontwapeningsconferentie zal voorstellen de beraadslagingen met ge sloten deuren te houden. Te Sofia is alsnog een uitnoodiging inge komen tot deelneming aan de ontwapenings conferentie, en tegelijk daarmede eea nota der Porte, waarin deze ontkent zich tegen de uitnoodiging verzet te hebben. De predikant Paiker heeft Dinsdag, ter gelegenheid van Cromwell's driehonderd jarigen geboortedag, een philippic» gehouden tegen den prins van Wales en lord liose- berry wegens hun deelnemen aan wedrennen en dobbelspel. Het kiesrechtontwerp is gisteren behandeld in de afdeelirtgen der Belgische Kamer. In de 3de, 4de en 5de sectie werd reeds gestemd te zamen 33 stemmen vóór, 18 tegen en 11 onthoudingen, liet ontwerp-Lorand, volledige liopMij kan ze niet altijd achter de hie len zitten, mevrouw, trap op, trap af. Als ik het merk, dan loop ik wat harder. Dan raakt ze buiten adem." Zij barst in een kraaiend gelach uit. „En millionnair zal u bij dat eeuwige zitten ook wel niet worden." „Het leven is duur," antwoordt Fransje Hilbers. „Dat is zeker waar." „Maar Zondags is u toch vrij, niet?" „Zelden. Ik werk thuis ook, en dan moe ten de Zondagen dikwijls in beslag geno men worden." „Nu, ik zoutje janken1" Anna strijkt haar wit boezelaar ^lad^-Uat- staat zeker fatsoenlijker als je uit naaièftjgaabJ" „OcliFransje schudt- het hoofd. „Werk ken is werken, zou ik,deuken, en leeg I00-' pen deugt niet. Iedereén moet werken en zorgen op de plaats die hij in de wereld in neemt." „Lieve hemel, wat geleerd-! Hedft u dat uit een boek -Of -«rgens opgevangen bij een familie? Ja, mensclien wij; booren nog al eens zoo een en ander." Zij schijnt het staan moede te zijn, gaat op een stoel zit ten, steekt haar voeten recht voor zich uit en lacht weer erg hard. „Wat zet u voor een gezicht! Kan u geen grapje verdragen „Toch wel, maar Haar blik dwaalt aarzelend over Anria "heen. „Zie je welEn dat een mcnsch zoo'n lieelen dag in een vreemd huis alleen zit, daar moet je tocli medelijden mee liehben. Wij hebben althans nog een aanspraak in de keuken aan elkaar en aan den knecht en den koetsier. Die Knigge, dat- is zoo'n schijnheilige. Die ligt onder één deken met den jongeheer, met onzen Willy." Zij kijkt naar de open deur het is werkelijk be nauwd in de kamer die aan den keuken schoorsteen grenst luistert even en fluis tert dan weer„Onze Willy, dat is er een Wat die al niet uithaalt, dat weten zijn evenredige vertegenwoordiging, werd in de 3de, 4de en 5de sectie verwoi pen. Dinsdagavond is le Brussel een groote meting gehouden tegen het ontwerp, waar Lorand, Vandervelde, Stiau«. Pierre Daens, in plaats van zijn broeder abbó Daen.-, het woord voerden. Méline, de oud-minister-president, heelt te Epina! weer eens het wooid geioeid in een vergadering ran landhouwveieenigingen. Wonder boven wonder: hij heelt mei geen woord geiept van de algemee-ie politiek, laat staan van de Zaak, maar zich bepaald tot bespreking van landbouwbelangen. Een teek en des tijds De burgemeester van St. Petersburg heeft met groote plechtigheid een zilveren kians neergelegd op Fame's graf. Gisteren was hij te gast op het stadhuis te Parijs. Dupuy dronk op de Czaar, de Russische gezant op Loubet en Parijs en de Petersburgsche burgemeester gaf hoog op van de vriendschap tusschen Rusland en Frankrijk. De Duitsche Rijksdag heeft gi-teren het op de Februaii-decreten des Keizers gegrond voorstel vau het centrum tot oprichting van Kamers van aibeid in behaudeiing genomen met de gelijksoortige voorstellen van verdere strekking der nationaal-libeialen en liet voor stel der vrijzinnigen tot stichting van een ministerie van arbeid en organisatie der vak- vereenigingen. Fi eiherr Von Stumna was de eenige die gis teren sterk tegen deze voorstellen als van socialistische strekking opkwam. Zaterdag zal hertog Knrel Toeodoor vnn Beieren zyn 25-jarig huwelijk met prinses Maria Jozefa van Braganza vieren. Men weet dat de hertog oogarts is en de weldoener van de bevolking aan de Tegetnsee. Graaf Golucliowski, de Oostenrijkscli- Ilongaarsclie minister van buitenlandsclie zaken, heeft zich verscheiden dagen te Bu- da-Pest opgehouden. Men breekt zich liet hoofd over liet doel van dat verblijf. Nu heeft de Hongaarsche minister-presi dent graaf Koloman Szell in de Kamer in antwoord op een interpellatie over de Clii- neesclic quaestie verklaard, dat de minister van buitenlandsclie zaken zicli niet lieeft bezig gehouden met de quaestie van liet pachten van gebied of een haven in China, en dat van dergelijke plannen geen spra ke is. Dat te Buda-Pest dus daarover gehan deld is, was evenmin de reden als de aan staande inlijving van Bosnië cn Hcrzcgowi- na wat in ministerieele kringen ontkend wordt. Op 75-jarigen leeftijd is overleden de Oostcnrijksche staatsman graaf Karl Sieg- mund von Hohenwart, voormalig minister president, later voorzitter der rijkspartij in het parlement en nog later leider der zgn. Hohcnwartclub. De clericale bladen prijzen hem als Oostenrijk's grootstcn staatsman de Duitsche pers ziet in hem, schoon per soonlijk hoogst achtenswaardig, toch den ouders niet eens, zijn vader allerminst. Zijn moeder, nu ja, die is liet ook met hem eens, met onzen student." „Heeft mevrouw Lohmann dan nog zoo'n jongen zoon vraagt Fransje. „Lieve hemel, hij is al zeven-en-twintig maar wij noemen hem student, omdat hij telkens weer wat anders studeert. Aan de universiteit heeft hij 't niet lang uitgehou den, en toen is hij in Amerika geweest en toen weer schilderen en muziek. E11 dat is waar, mooi zingen kan hij, juffrouw, liet. gaat je werkelijk door je ziel. En hij wou met alle geweld bij de opera of ten minste :qp concerten zingen, maar papa wil er niet van weten. En daarover zijn ze liet voort durend oneens. Endlij is ook een eclite pie rewaaier, voor wien, geen meisje veilig is" zij zet haar hfindcft in haar zij „die hem geen respect" weet in te boezemen." Fransje meet, maakt een' lus en zegt half luid „I11 alle families komt wel wat voor; ik weet er liefst maar niets van. Dan kom jo ook niet in de verzoeking er over te bab belen." „Zegt u dat niet," roept Anna levendig uit. „Dat is nog de eenige troost voor men- schen zooals wij, dat het rijke menschsn ook niet altijd voor den wind gaat. Nee, nee, je kunt maar niet alles voor geld koopen, ofschoon het een mooi ding is hè? er zoo met twee handen in te kunnen grabbelen. Enfin, zoolang er leven is, is er lioop. Mijn volk is het ook niet altijd =00 goed gegaan. Er komt soms een arme, oude tante van hemdie krijgt dan een ondersteuning en zit in de huiskamer en krijgt wat te eten. Van die heb ik 't eens gehoord. Al is hij nu ook zoo'n grootheid, mijnheer de bank directeur, hij kon toch niet in staatsdienst gaan omdat hij geen toelage van huis kreeg, en vijf jaar geëngageerd en toen ge trouwd die liet meest heeft bijgedragen tot de - JO verwarring in de monarchie. Te Praag lieeft een voorstelling in den schouwburg door een Russisch gezelschap een panslavisclie betooging uitgelokt, waar bij de Russische tooncelspelers en -speel- stcis braaf verheerlijkt werden. Luccheoi, de moordenaar van keizerin Elizabeth, is ondervraagd over zijn relaties met een te Zara gevangen zittend anarchis tisch werkman die met hem beweert gewerkt te hebben. Luecheni zegt den man niet te kennen. In de proclamatie waarin de verloving van den Kroonprins aan het Montenegnjn- sche volk wordt bekend gemaakt, wijst vorst Nikita met trots op liet feit dat deze verloving ouder bescherming van den Czaar tot stand komt en dat de bruid een dochter van hot groote Duitsche volk is. De Transsibeiische spoorweg loopt volgens offieieele mededeelingen thans van de Rus sische grens tot Irkoutsk, Volgens een telegram uit Manilla aan het «Evening Journal is het laatste succes der Amerikanen op de Philïippijnen zeer groot geweest. Het meldt nl. niet meer of minder dan dat de kern van Aguinaldo's leger te Caiumpit vernietigd is. De vijand die den op- mar«ch der Amerikaansche troepen met hef tig vuur beantwoordde, werd met zware ver liezen uit de loopgraven verdreven. De Ame rikanen achtervolgden de vluchtende Philip- pino's in de bergen. De siaatssecietaris van marine heelt in üeu Amerikaanschen ministerraad voorlezing gedaan van een schrijven van kapitein Cogh- lan, waarin deze verklaart dat het niet in zijn bedoeling lag den Duitschen keizer en het Duitsche leger te beleedigen. Hij had in besloten kring ge-proken en de kranten had den zijn woorden verminkt en overdreven. Daar Coghian spoedig den leeftijdsgrens zal hebben bereikt en voor Manilla schitte rend heelt gediend, denkt men dat de regee ring hem zacht zal behandelen. De Rale igh, over welken bodem hij bevel voert, is intus- scheri naar Philadelphia vertrokken, waar heden een standbeeld voor president Ulysses Grant onthuld en Dewev's overwinning voor Manilla op 1 Mei 1898 gevierd wordt. Bij deze gelegenheid zal president Mc Kinley waarschijnlijk een bezoek aan de Raleigh biengen. Als een bewijs van de vriendschappelijke stemming te Washington ten opzichte van Duitscliland, wordt aangevoerd dat Mc Kinley den aanleg van een nieuwen kabel tusschen Duitscliland en de Yereenigde Sta ten hoeft goedgekeurd. De Braziliaansche algevaardigde Sacarp aldus een telegram uit Rio de Janeiro werd, toen hij de Kamer wilde binnengaan, door zijn collega Bezarnat met een revolver schot ernstig gewond. Weer iets nieuws op het gebied der parlementaire zeden. Een officieel rapport in de »Nordd, Allg. Anna rekt zich uit alsof zij zwaar werk heeft gedaan. „Wij moeten toch nader kennis met el- kaai maken, juffrouw. U heeft me nog liee- lcmaal niets verteld. En ik ben al drie jaar hier cn heb een wit voetje bij mevrouw. En tot nu toe is er nooit in huis genaaidmaar nu moet er gezorgd worden voor de kanton- rechiersvrouw in Freienwald, voor de klei ne familie. En toon heb ik 't haar aangera den ik vind het erg pleizierig als er eens een vreemde in huis komt, en je eens een woord kunt praten." Zij steekt plotseling haar hoofd vooruit. „U heeft zeker op een goede school gegaan. U heeft zoo iets over n. Misschien wel een Fransche school „Ik heb een lioogere burgerschool be zocht." „Dat hindert niet; daarom bevalt u mij tocli wel, en er is toch ook geen onder scheid u gaat uit naaien en ik dien. We zullen eens samen uitgaanik heb een vrijer, misschien trouwt hij wol met me. Hij is alleen een beetje lichtzinnig en kost me erg veel geld. U moet eens met ons uit gaan. Hij heeft ook een aardige vriend, en die heeft geen meisje." Fransje stelt haar machine en zegt zon der op te kijken „Ik kan niet. Ik heb te veel werk." Anna knipt liaar oogen toe. „U vindt u zelf er zeker te goed voor „Mijn ouders „Och kom me niet aan met die praatjes. Daar geloof ik toch niets van. Maar als u te trctsch is ik kan wel bij anderen te recht met mijn vriendschap Er wordt tweemaal kortaf geheld. „O zoo mevrouw!" Dan is zij weg. Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1