Rsorpiisaiie van let aetata.
53'"' Jaargang.
Woensdag 3 Mei 1899.
No. 9924.
Tweede Blad.
SCHIEDAMSCHE COURANT.
Du-e courant verscliijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor S c li i e d a in en V 1 a a r d i n g e 11. 1 .25. Franco
per post 11. 1.05.
Prijs per week Voor Schiedam en V 1 a a r d i n g e n 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
BureauBeterstraat ©8.
Prij- der Advertentiën: \an 17 regels 00 cents; iedere regel
meer 12'; cent-.. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
A d v e r t e n t i n bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde hleine tulcer lenliën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon 5fo. 123.
f Bereids hebben wij in ons blad van Zater
dagavond het voorstel van B. en W, mede
gedeeld strekkende tot reorganisatie van ons
Ziekenhuis. Van belang achten wij het ook
de adviezen, die ten opzichte van deze materie,
gevraagd of ongevraagd zijn gegeven, onzen
lezers mede te deelen, opdat zij over den
gang van zaken des te beter kunnen oordeelen.
Dat het advies van het Burgerlijk Armbe
stuur ontbreekt, daarop hebben wij reeds ge
wezen vermoedelijk heeft men dit iu porte
feuille geiiouden aanwezig is liet natuurlijk
in het dossier wel.
Wij geven de adviezen hier in omgekeerde
volgorde van die in het «Gemeenteblad", dat
gewoonlijk als een Ilebreeuwsclie Bijbel van
achteren Daar voren moet worden gelezen
en waarin men de eindconclusie op de eerste
bladzijde aantreft.
Het eerste advies dan is van de afdeeling
Schiedam en Omstreken van de Nederland-
sclie Maatschappij tot Bevordering der Genees
kunst, en luidt
De Afdeeling Schiedam en Omstreken van
de Nederiandsche Maatschappij tot bevorde
ring der Geneeskunst, waarvan alle te Schie
dam gevestigde medici leden zijn, ueemt de
vrijheid het volgende onder uwe aandacht te
brengen.
Overwegende, dat door het bedanken van
den lieer J. A. Rutschy als stadsheelmeester,
er eene vacature bestaat, die de gelegenheid
opent, de regeling der geneeskundige armen
verzorging te herzien
overwegende, dat het op den weg ligt der
Nederiandsche Maatschappij tot bevordering
der Geneeskunst, om haren invloed uit te
oefenen, waar eene doelmatige geneeskundige
armenverzorging kan worden bevorderd
heeft de Afdeeling Schiedam en Omstreken
besloten, Burgemeester en Wethouders der
Gemeente Schiedam in kennis te stellen met
de wijze, waarop zij meent, dat de zaak liet
best zal kunnen geregeld worden.
De Afdeeling is van oordeel, dat het niet
wenschelijk is, den bestaanden toestand,
waarbij de armen gedwongen worden zelf uit
te maken, of zij geneeskundige of z.g. uit
wendige hulp moeten inroepen, te bestendigen.
Ware het mogelijk, dat een specialiteit in
chirurgie met de betrekking van stadsheel
meester kon worden belast, dan zou over
dat bezwaar kunnen worden heengestapt, ter-
wille van de voordeelen.
De Afdeeling beschouwt dit echter als eene
onmogelijkheid en wel om de volgende over
wegingen
Schiedam biedt, door zijne relatief geringe
bevolking een chirurg niet, wat hij noodig
heeft, om speciale chirurgische kennis en
vaardigheid te ontwikkelen nl. een groot aan
tal te opereeren gevallen.
Ook de omgeving zal in dat gebrek niet
kunnen voorzien, omdat Schiedam geen cen
trum is en de patiënten uit de omgeving voor
speciale hulp zich naar Rotterdam of Leiden
begeven.
Verder dient hierbij in acht genomen te
worden, dat de tegenwoordige artsen reeds
vrij ingrijpende operaties op zeer behoorlijke
wjjze kunnen verrichten en ook gaarne ver
richten, zoodat alleen zeer buitengewone ge
vallen naar den specialen chirurg worden
gezonden. Deze gevallen komen uit den aard
der zaak, ai zeer zelden voor.
Een specialiteit in chirurgie zou hier dus'
slechts in naam kunnen bestaan en niet in
der daad. Van eene meer speciale chirur
gische ontwikkeling van den aan te stellen
stadsheelmeester mogen dus in 't geheel geen
verwachtingen gekoesterd worden.
De bezwaren, dat de armen dus zelf moeten
uitmaken of zjj een geneesheer of een chirurg
moeten consulteeren en waarvan tijdverlies
al dikwijls het geringste gevolg is, blijven dus
ten volle van kracht.
Waar dus bestendiging van den toestand
met wenschelijk is, meent de afdeeling U
eene andere wjjze van handelen te moeten
aanbevelen.
Zij acht het wenschelijk te eeniger tijd de
medische hulp aan de armen in de stad te
doen verstrekken door drie artsen, elk belast
met een derde gedeelte der volledige medische
hulp en dat ook in het ziekenhuis, na ver-
Joop van tijd, één arts worde aangesteld, die
volledige geneeskundige hulp biedt, omdat
dan aan het hoofd van het ziekenhuis één
verantwoordelijk persoon staat, zonder dat
men de moeiljjke verhouding tusschen een
geneeskundige en een heelkundige nader be
hoeft te regelen.
Als overgangsmaatregel zou men dan nu
reeds kunnen vaststellen de verdeeling der
stad in drie districten, waar by dan in reke
ning kan gebracht worden de hulp aan de
politie te verstrekken enz.
De beide thans rnet de geneeskundige
praktijk in de stad aangewezen medici kun
nen dan elk met een district worden belast,
terwijl voor het derde district oen nieuwe
titularis wordt benoemd.
Er blijft dan over eene vacature alsjheel-
moester in het ziekenhuis en eene alsheel-
meester in een district. Voor deze beide vaca
tures behoeft dan slechts eene tijdelijke
benoeming plaats te vinden.
In nauw verband met de geneeskundige
armverzorging staat de organisatie van liet
ziekenhuis alhier. In beginsel werd door de
afdeeling besloten aan te dringen op reor
ganisatie van bet ziekenhuis, waarbij aan ieder
arts de gelegenheid zou worden gegeven in
het ziekenhuis te opereeren, misschien ook
chirurgische patiënten te behandelen.
Door de heeren dis. E. J. M. Nolet, C. J.
Vaiilant en P. J. Jansen, leden der afd.
Schiedam der Ned. Mij. tot Bev, v. Genees
kunst, werd, als minderheid dier afdeeling,
in afwijking van het vorenstaande adres toen
het volgende aan het Dagelijltsch Bestuur
der gemeente geadresseerd:
De ondergeteekenden, leden van de Afdee
ling Schiedam en O. van de Nederiandsche
Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst,
nemen de vrijheid zich tot UED. Achtb. te
wenden om te verklaren, dat zij niet instem
men met het advies van de Afdeeling in
zake de geneeskundige armenverzorging en
zij stellen er piijs op van hun afwijkend ge
voelen rekenschap te geven.
De Afdeeling stelt voor:
lo. De gemeente te verdeele» in diie af-
deelingen en de genees- en heelkundige be
handeling der armen in iedere afdeeling aan
één arts op te dragen.
2o. De betrekking van stadsheelmeester op
te heden.
3o. De genees- en heelkundige behande
ling van de verpleegden in het ziekenhuis
aan één arts, tevens directeur, op te dragen
met dien verstande, dat te eeniger tijd aan
de verschillende praktiseerende geneeskun
digen de gelegenheid worden gegeven, hunne
chirurgische patiënten in het ziekenhuis te
opereeren, misschien ook geheel te behandelen.
De ondergeteekenden zijn van oordeel, dat
deze voorstellen geene aanbeveling verdienen
en geven er de voorkeur aan, den bestaanden
toestand te bestendigen en dei halve de ge
neeskundige behandeling der armen op te
dragen aan drie geneeskundigen, twee voor
de armen in de stad en één voor de ver
pleegden in het ziekenhuis en voor de directie
van dit gestichtvoorts de heelkundige be
handeling der armen op te dragen aan den
stadsheelmeester, die dan tevens belast wordt
met de behandeling van de chirurgische
patiënten iu bet ziekenhuis en het verstrek-
van heelkundige hulp op aanvraag van de
politie.
De bestaande regeling moet alleen hierin
worden gewijzigd en daaromtrent kan geen
verschil van meening bestaan dat de stads
heelmeester niet langer belast worde met het
verstrekken van genees- en verbandmiddelen.
Ilem moet de bevoegdheid gegeven worden,
deze voor rekening van hel Burg. Atrobe-
stuur voor te schrijven en in verband daar
mede behoeft dan ook zijne bezoldiging niet
hooger te zijn dan die der stadsgeneesheeren.
In strijd met de meening der afdeeling zijn
wij van oordeel dat het opdragen van de
genees- en heelkundige behandeling aan één
persoon geene aanbeveling verdiend. De wet
kent wel alleen artsen met volledige bevoegd-
beid, maar in de steden worden altgd artsen
gevonden, die meer aanleg of neiging hebben
voor de behandeling van inwendige ziekten
en gebreken en anderen, die zich meer toe
leggen op de behandeling van chirurgische
patiënten. Waarom zouden de zieke armen
daarvan niet profiteeren Het bezwaar, dat
de arme zelve moeten uitmaken, wien zij
moeten consulteeren, weegt bij ons niet zwaar.
De meeste patiënten weten dat wel en in ieder
geval komen zij tegenover een arts, die het
zeker weet en die in een urgent geval hen
van raad kan dienen en c.q. naar zijn col
lega kan verwijzen.
De verdeeling van de gemeente in drie
afdeelingen is o. i. overbodignimmer hoor
den wij de klacht, dat de werkzaamheden
der twee stadsgeneesheeren te zwaar zyn
en bij het gering aantal recepten, dat in de
huizen der nrmen wordt geschreven (hoog
stens gemiddeld vjjf per dag) is de aanstel
ling van drie artsen zeker onnoodig.
Het voorstel van de Afdeeling om de be
trekking van stadsheelmeester op te heffen
houdt verband met de voorstellen tot reor
ganisatie van het ziekenhuis. Tegen deze voor
stellen hebben de ondergeteekenden ernstige
bezwaren. Daardoor wordt gebroken met het
goede beginsel, dat in alle ziekenhuizen wordt
gehuldigd: de aanstelling van twee artsen,
een voor de behandeling der inwendige en
een voor die der chirurgische patiënten en
ieder verantwoordelijk voor zijne afdeeling
met uitsluit,ng van alle in de stad prakti
seerende geneeskundigen.
De positie van den Directeur van liet zie
kenhuis zal op chü'ugïseh gebied zeer eigen
aardig zijn. llij zal alleen mogen behandelen
de patiënten, die hij zelf in het ziekenhuis
aanbrengt, maar omdat hij de armenpraktijk
in de stad mist, zal dit aantal zeer gering
zijn. llij zal dus hebben te zorgen, dat de
operatiekamer en alles, wat voor de heelkun
dige praktijk gevorderd wordt, in liet zie
kenhuis voortdurend in goede orde zij ten
dienste van geneeskundigen, die niet aan bet
ziekenhuis verbonden zijn. Bovendien zal de
aanwezigheid en werkzaamheid van meerdere
geneeskundigen in hel ziekenhuis tot allei lei
verwarring in de voorschriften van voeding,
verpleging enz. aanleiding geven.
Wat de afdeeling aanvoert omtrent de
ontwikkeling van eene dut urgiseha speciali
teit in onze gemeente is niet ter zake die
nende en staat in geen verband met tie rege
ling der gemeentelijke armenzorg. Maar dit
ééne staat vast, dat de geringe kans, die wij
nog op die ontwikkeling hebben, bij aanne
ming van het voorstel der afdeeling ten
eenenmale en voor altijd wordt weggenomen.
Wanneer de tegenwoordige regeling be
houdens de bovengenoemde wijziging wordt
bestendigd en liet ziekenhuis gaandeweg
verbeterd, zoodat het meer en meer aan de
eischen der tegenwoordige wetenschap kan
voldoen en vooral wanneer daar de gelegen
heid wordt opengesteld om op beseheiden
voet ook enkele niet onvermogende patiënten
op te nemen, dan gelooven wij, dat de ge
meente alles heeft gedaan, wat van haar op
het gebied van geneeskundige armenzorg eu
ziekenhuiswezen redelijkerwijze kan worden
gevorderd.
Mocht Uw College omtrent bovenstaande
punten nadere inlichtingen wenschen te ont
vangen dan is de eerstondergeleekende be
reid, die mondeling te geven.
Op liet adres dor drie doctoren, hier boven
afgedrukt, antwoordde de afdeeling der Mij.
van Geneeskunst officieel het volgende
Ingevolge de toezending Uwer missive
afd. A, no. 1281met bijliggend afschrift
van het adres van de heeren dr. E. J. M.
Nolet, dr. C. J. Vaiilant en dr. P. JJan-
sou, heeft de afdeeling de eer U het volgen
de adres toe te zonden.
In de eerste plaats vvenscht zij uw Col
lege er opmerkzaam op te maken, dat de
Afdeeling twee zaken wenschelijk aclit, nl.
lo. combinatie van do te verstrekken ge
nees - en heelkundige hulp aan de armen.
2o. reorganisatie van het ziekenhuis in
dien zin, dat het in plaats van oen gesticht
voor de armen, worde een inrichting van de
gemeente voor alle gemeentenaren.
In haar eerste advies heeft de Afdeeling
dun nadruk gelegd op de ccrato vraag. De
tweede zou volgens besluit van de vergade
ring van de Afdeeling later worden behan
deld, docli door toevallige omstandigheden
is iu het advies opgenomen: „dat de Af
deeling in beginsel had aangenomen de ro
oi ganisatie van liet ziekenhuis in dien zin
voor te stellen, dat ieder medicus zijn pa
tiënten in het ziekenhuis zou kunnen ope-
rceren, misschien nabeliandelcn".
Beide zaken dienen echter zooveel moge
lijk gescheiden te blijven.
I. In dc eerste plaats dus te behandelen
Is het wenschelijk dat de armen in de stad
niet meer behoeven uit tc maken, of zij
naar den geneesheer of naar den chirurg
moeten gaan?
liet komt ons voor, dat hiertegen moei
lijk iets zal zijn in te brengen.
Dc minderheid zegt: „liet bezwaar, dat
de armen zelve moeten uitmaken, wien zij
moeten eousulleeren, weegt bij ons niet
zwaar."
De meerderheid heeft echter die bezwa
ren iu fonds- en armenpraktijk dikwijls ge
zien, ja zelfs ook in de zgn. particuliere
praktijk, en liet publiek ondervond zc. Dat
het ongerief voor de minderheid niet zwaar
weegt, laten wij dan ook geheel ter liarer
verantwoording.
Dat zij zeggen, dat in een urgent geval de
geneesheer dan maar een chirurgisch ad
vies moet geven en omgekeerd, toont al,
dat zij zeiven toch wel zien, dat er bezwaren
zijn; bij ons voorstel is dit nooit noodig.
En wat moet er geschieden, wanneer oeu
arme eens een in- en een uitwendig gebrek
heeft
De minderheid zegt verder, dat het mo
gelijk is, de slads-armenpraktijk op to dra
gen, deels aan medici, die meer aanleg en
neiging hebben voor de behandeling van in
wendige ziekten en gebreken en andersdeels
aan medici, die zich meer toeleggen op de
behandeling van chirurgische patiënten. In
de steden zouden altijd zulke personen ge
vonden worden; de minderheid heeft hier
dus zgn. specialiteiten op het oog.
In liet eerste advies van de afdeeling is
uitvoerig betoogd, dat in Schiedam een spe
cialiteit in chirurgie nooit in werkelijkheid
beslaan kam omdat het materiaal om spe
cialiteit te blijven of te worden ontbreekt.
Om een -specialiteit m naam te creëeren,
daar zal uw College zeker zeer weinig lust
loc gevoelen. Gaan wij de bewering van de
minderheid, dat in de steden altijd derge
lijke specialiteiten gevonden worden, na
voor onze ot.-ul, dan vinden wij „lechls één
arts. den lieer Nolet. die zich meer voor
inwendige ziekten beschikbaar stelt en ver
der niemand, die een voorkeur heeft doen
blijken voor eenig speciaal onderdeel. De
heeren Vaiilant en P. J. Jansen zijn slechts
bevoegd voor de petite chirurgie. Bovendien
zal de lieer Nolet moeten toegeven, dat hij
zijn voorkeur niet geheel zuiver kun open
halen en dat liij dikwijls gedwongen is
daarvan af te wijken.
Bovendien iveilsclien wij nog dc vraag te
stellen of de chirurgische gebreken van de
flimen zooditnig zijn, dat alleen een specia
liteit die goed kan behandelen en er op wij
zen dat de chirurgen, aan de groote zieken
huizen verbonden, die de minderheid ons
ten voorbeeld aanhaalt, nooit en nergens
belast ziju met de behandeling van arnien-
patiènten in de stad. Voor de combinatie
van de genees- en heelkundige liulp iu de
stad is, dunkt ons, dus alles, en er tegen
niets te zeggen.
Wij wenschen de betrekking van stads
heelmeester opgeheven te zien, doch ont
kennen, dat dit alleen in verband staat met
voorstellen, of laten wij liever zeggen met
onze wenschen, in zake de reorganisatie van
het ziekenhuis.
II. Gaan wij thans over tot een beschou
wing over den toestand, dien wij voor het
ziekenhuis wenschelijk achten. Wij advi
seerden te eeniger tijd het ziekenhuis te
plaatsen onder een éénhoofdig bestuur en
tijdelijk te benoemen een heelmeester.
Voorloopig blijft dus in het ziekenhuis de
toestand dezelfde, d. w. z. er zal zijn een
geneeskundige belast met de behandeling
der inwendige ziekten niet den titel van
Geneesheer-Directeur en een heelmeester
belast met de behandeling der chirurgische
patiënten.
De afdeeling acht deze toestand hier tij
delijk niet geheel onmogelijk, hoewel bij
niet gescheiden zijn der afdeelingen een re
geling der verhouding der artsen zoo goed
als niet te maken is. In principe acht de
afdeeling een éénhoofdig bestuur liet beste,
ook tegenover de autoriteit. De minderheid
heeft hiertegen het bezwaar, dat daardoor
wordt gebroken met het beginsel, dat in
alle ziekenhuizen wordt gehuldigd, nl. de
aanstelling van twee artsen, waarvan één
voor do inwendige en één voor de uitwen
dige behandeling, elk verantwoordelijk voor
zijn afdeeling en met uitsluiting van alle
in de stad practiseercud© geneeskundigen.
Daar deze laatste tirade waarschijnlijk
slaat op den wensck, die het bestuur der af
deeling ter kennis van uw College bracht,
als tc ziju in beginsel aangenomen door de
afdeeling, zullen wij deze tot later ter zijde
stellen en sub. III. behandelen.
Wat nu die gememoreerde goede gewoon
te aangaat, zoo moeten wij beginnen met
toe te stemmen dat die gewoonte bestaat,
maar dat de oorzaken zeer verschillend zijn,
naarmate men met groote of kleine zieken
huizen te maken heeft en de gevolgen zijn
lang niet overal benijdenswaardig.
Het ziekenhuis te Schiedam met de groo
te ziekenhuizen te vergelijken, waar men
één afdeeling heeft voor inwendige ziekten
en één voor uitwendige, is het vergelijken
van totaal ongelijksoortige grootheden.
Men vindt daar aan liet hoofd der afdeelin
gen staan personen, die hun betrekking als
hoofdbetrekking waarnemen, welke hier al
tijd bijzaak zal zijn. Men kan daar specia
liteiten aan het hoofd plaatsen en hier niet.
Elk hoofd heeft daar verschillende zalen,
die tot één afdeeling bchooren. docli in het
ziekenhuis hier zou dat veel te kostbaar
worden. Tevens kan hierbij door ons gecon
stateerd worden, dat botsingen tusschen de
afdeelingshoofden dikwijls voorkomen.
In kleinere ziekenhuizen, die met het
Schiedamsche tc vergelijken zouden zijn,
vindt men meestal ecu verhouding, als tot
dasverre hier bestond. Deels is daarvan de
oorzaak, dat in vroegere tijden de interne
geneeskunde scherp gescheiden was van de
heelkundige, en dit was iu Schiedam ook
het geval, anderdeels dat de plaats, waar
het ziekenhuis gevonden wordt een cen
trum is, waardoor zicli daar een specialiteit
in chirurgie heeft kunnen vestigen. Waar
in Schiedam volgens de Afdeeling en, zoo
als zij in haar advies duidelijk heeft uiteen
gezet, geen specialiteit met de behandeling
dor chirurgische patiënten kan worden be
last, waar een arts, aangesteld tot chirurg
aan het ziekenhuis, ook al beliaudelt hij
daar dc stadsarmen, wier opname wensche
lijk was, nooit zich tot specialiteit kan ont
wikkelen. daar aclit de afdeeling de voor
deelen van een éénhoofdig bestuur zeer
overwegend. De verhouding tnssclien chi
rurg en internist zal uiterst moeilijk te re
gelen ziju en hoe scherper omschrijving van
beider bevoegdheden, des te eerder bestaat
er aanleiding tot botsingen. Twee hanen op
één dak. geeft zelden groot gemak. De chi
rurg kan niet ondergeschikt ziju.
Nog enkele opmerkingen van do minder
heid dienen wij te weerleggen, voordat wij
ingaan op de opmerkingen, die gemaakt
zijn omtrent het al of niet toelaten van do
in de stad praetiseerende medici in het zie
kenhuis.
Zij zogt nl. dat do vordceling der stad in
drieën overbodig is. Do afdeeling zal nu
volstrekt niet beweren, dat een verdeeling
ui tweeën niet voldoende zou zijn, ja zij zou
liet niet eens onmogelijk achten, dat één
arts alle armen zou kunnen helpen. De af
deeling heeft echte»- overwogen, dat tot he
den twee geneeskundigen en een chirurgijn
met dc behandeling der armen in cle stad
waren belast en meende dit getal van drie
niet ie moeten veranderen, omdat verande
ring, die niet bepaald geïndiceerd is, niet
moet worden gedaan en omdat het werk.
dat gedaan zal worden hetzelfde blijft, doch
de arbeid alleen anders verdeeld wordt.
De tirade van de minderheid, dat zij nim
mer hoorden van te zware taak. die aan de
twee stadsgeneesheeren zou ziju opgelegd, is
dus geheel ongemotiveerd. Zij schijnen daar
bij den chirurg, wiens taak verdeeld moet
worden, over het hoofd te hebben gezien.
Dat, wat de afdeeling aanvoert omtrent
de ontwikkeling van een chirurgischen spe
cialiteit in Schiedam, niet ter zake dienen
de is, maar toch wel moet dienen om do
minderheid te helpen aan de uitspraak „dat
ten eenenmale en voor altijd de kans voor
Schiedam verloren §aal om een specialiteit
in chirurgie in haar midden te zien", is be
ter gezegd dan wel logisch gedacht, vooral
in verband met de opmerkingen van de
minderheid over de toelating van in de
stad praetiseerende medici in het zieken
huis. De specialiteit, die zich hier zou wil
len vestigen, zou toch, wanneer de wenscli
van de afdeeling vervuld wordt, liet zieken
huis tot zijn dispositie vinden onder dezelf
de voorwaarden als de andere artsen. Bange
maeheu, gilt nicht. Dat de chirurgen belast
worden met liet verstrekken van genees
middelen is tegen de wet en dus van zelf
veroordeeld. Over salarisregeling heeft de
afdeeling zich niet uitgelaten, doch zij zou
er tegen moeten protesteeren, wanneer de
zinsnede, door de minderheid geuit, in dien
zin door uw College word opgevat, dat de
stadsheelmeester tot heden het vex-schil tus
schen zijn salaris en dat van de geneeshee-
ren, als indemniteit voor te leveren genees
middelen en verhand heeft ontvangen.
Kesumeeren wij dus dat de afdeeling ad
viseert tot
lo. verbinding van de genees- en heel
kundige hulp, aan de armen te ver-strekken.
2o. liet brengen van het ziekenhuis te
eeniger tijd ouder een éénhoofdig bestuur.
III. Ten slotte wenscht do afdeeling uw
College in kennis te stellen met hetgeen zij
wenschelijk acht in zake het ziekenhuis. Zij
zag gaarne, dat liet ziekefïliuis ophoude te
zijn een inrichting speciaal voor do armen.
Zij wensclit liet gereorganiseerd te zien tot
een inlichting, door dc gemeente daarge-
steld, voor alle gemeentenaren. In alle ste
den van ecnige bcteekenis zien wij naast de
stedelijke ziekenhuizen, diaconessenhuizen,
roomsch-katliolieke inrichtingen voor zie
ken en particuliere iiu-ichtiugen met het
zelfde doel verrijzen. De reden hiervan is
het feit, dat in de stedelijke inrichtingen
bepaald aangewezen medici, met uitsluiting
van alle anderen, niet de behandeling zijn
belast. Zij voldoen dus aan een behoefte.
Ook hier ter stede bestaat die behoefte, en
te scherper is hier die behoefte, omdat aan
het hoofd van het ziekenhuis hier geen spe
cialiteiten staan of kunnen komen, docli
slechts gewone, ook in de stad praetiseeren
de medici. De stad Schiedam echter is te
klein, om naast het ziekenhuis een andei-e
inrichting met hetzelfde doel te zien ver
rijzen. Daarom ligt het op den weg der ge
meente aan die behoefte te voldoen, door
het ziekenhuis er voor beschikbaar te stel
len. Daar het ziekenhuis bestaat, doodt het
noodwendig elk particulier initiatief.
Noodig is het dusniet de bepaling te
maken, dat in het ziekenhuis patiënten al
leen mogen behandeld worden door do aan
het hoofd gestelde medici.
Wij weten zeer goed, dat er bezwaren zijn
verbonden aan hetgeen de afdeeling
wenscht, doch daarom vragen wij ook niet
een regeling, doch slechts, dat het niet ver
boden worde.
Alle te Schiedam gevestigde artsen, die
de chirurgie uitoefenen willen den tijdelijk
te benoemen chirurg verzoeken aan hen op
te dragen de operatie en de nabehandeling
van door hen gezonden patiënten en wel
onder de volgende voonvaax-den
lo. dat de behandeling slechts consultec-
x'end zal ziju met den aan liet ziekenhuis
vex-houden chirurgijn.
2o. dat de consulteerende geneesheer zijn
behandeling bewerkstellig© op uren, in over-
leg met den dirigeereuden chirurg te be
palen.