No. 9930. De familie Hilbers, 53"e Jaargang. Woensdag 10 Mei 1899. 12l Bericht. BUITENLAND. BINNENLAND. Oct SCHIEDAMSCHE COURANT Deze courant \erschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post 11. 1*65» Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau Koterstraat 68. Prijs der Advert en tién: Van 17 regels fl. 0.90iedere regel meer 12 is cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Itleine advertenti&n opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon No. 133. Donderdagavond verschijnt de „icliledamsche Courant" wegens den Hemelvaartsdag niet. Advertentiën voor liet nummer van Woensdagavond gelieve men xoo tydig mogelijk In te zenden. Algemeen overzicht. Schiedam, 9 Mei '99. Engeland is zich bewust dat geen der mogendheden de Zuid-Afiikaansche Republiek zal bijsiaan. Duidelijk is in den laatsten tijd gebleken boe vijandig men in Duitscbland, hoe onverschillig men m Fi ank rijk is gestemd jegens de Boeren republiek. En velen, zorak Yves Guyot in de «Siècle", prijzen een En- gelsch bewind aan boven een Boeien-regeei mg. Een uitnemend tijdstip dus om de Trans- vaalsche quaeslie eens (erm aan te pakken te meer daar Engeland zelf op het oogen- blik, zooals wij onlangs aantoonden, niet veel belangrijks aan bet hootd heeft. Zondag j 1 nog zijn, naar uit Peking wordt gemeld, de sinds geruimen lijd hangende onder handelin gen met Duitscbland over den spoorweg aanleg van Tien-tsin naar Ciiin-Kiang tot een goed einde gebracht. Wat er nu eigenlijk van de zijde der Engelsche regeering is geschied, weet men nog niet met zekerheid. Ee:st heette het dat er een ultimatum was gezonden, maar dit werd van dc zijde der regeeririg tegenge sproken. De offlcieuse «Daily Graphic" gaf evenwel toe dat de geruchten over een mogelijke breuk met Transvaal wel niet geheel ongegiond zulleo zijn geweest, daar de regeering in de bestaande omstandigheden haar plicht zou verzuimen, wanneer zij zich niet voorbereidde op bepaalde mogelijkheden. De geruststellende mededeeling der regee ring beeft het publiek niet volkomen kunnen overtuigen, omdat Chamberlain zich aan de vragen van verschillende leden van het Lagerhuis over Transvaal heeft onttrokken itii op leis te gaan. De «Daily Graphic" nu meent dat de toe stand op den duur onhoudbaar is, al is bij op het oogenblik ook niet zoo eig als wel ge dacht woidt. En dan komt liet «De oppei heerschappij in Zuid-Afrika, de suzeieimtcit in Transvaal, omvat plichten zoowel ak rechten, en den uitlanders die, verbouwende op die suzereiniteit, hun kapi talen in het land hebben belegd, komt liet toe te vragen waarom Engeland een loc-land duldt die angstwekkend is en leiden kan tol financieel vet lies." Het blad beroept zich dan op de spijtige uitlatingen in Franscbe bladen, waai tri aan de Ttansvaal-che tegeeiing wordt geweten wat de schuld is van de domheid van Franscbe kapitalisten om bun geld te beleggen m twij felachtige mijn waaiden. Evenwel, hetzij dan steunende op recht of op kracht, Engeland sehjjnt m ieder geval weder een ernstige poging te willen wagen om Transvaal te overvleugelen en, al bevatten Chamberlain's telegram aan de Transvaal- DOOK E.VELY. ïransje zwijgt; alleen speelt een bittere glimlach om haar mond ter wille barer zuster moet zij bukken en zich zoo beschei den mogelijk kleeden en alles verdragen een ieder denkt alleen aan zich zelf. Waar om ook zij niet? Zij heeft tocli hetzelfde recht op geluk, op tevredenheid als een an der, hetzelfde recht om vrijelijk te doen wat zij wil Een zonnestraal glijdt over liet dak van den tegenoverliggenden vleugel van hot huis. Hoe lang is liet niet geleden dat zij in de vrije natuur heeft gewandeld zonder aan den tijd te moeten denken een verlan gen grijpt haar aan naar buiten. En plotse ling wordt de begeerte in haar wakker om aan dat verlangen toe te geven. Zij grijpt hoed en mantel. „Je gaat dus uit?" „Ja." Else knikt. „Beveel je dan eens aan bij enkele menschen die je in langen tijd niet hebben laten komen. Zoo iets kan nooit kwaad in 't voorbijgaan. Het staat heel beleefd." Zij heeft altijd praktische raadge- vmgen, de oudere zuster. 5» Ia de huiskamer, die door Hansje's flin ke handen is opgeruimd, staat Laurette naast de schrijftafel met een rose couvert ja de hand zij tracht het ongemerkt weg tejitoppen. fjy| »^eet je wat hier ontbreekt?" vraagt zij, sche regeering geen bedreiging of ultimatum, de toestand schijnt inderdaad /eer ernstig te zijn. Een telegram van gisteren uit Pre toria zegt: »!)e Uitvoerende Raad heeft zich hedenmorgen bezig gehouden met buiten- lamlsche aangelegenheden, 's Middags vei ga derden op verzoek van president Kr uger de beide Volksraden met gesloten deuren. De leden van den Uitvoerenden Raad waien ter vergadering tegenwoordig." Chamber lain verklaarde gisteren in ant woord op eeij vraag in het Lagerhuis dat tie dynanriet-concessie in strijd is met artikel 14 der Londensche Conventie. Bij de onrust wekkende geruchten omtrent Tiansvaa! wen- sebte de minister niet stil te staan. m .De nationalisten hebben zich in de Fian- sche Kamer weer eens duchtig geroerd. Georges Berry wilde liet naatje van de kous weten van Ue Fieycinet's aftreden, waai van hij de eigenlijke reden meende tc zien in liet feit dat de minister verhiudetd werd het leger voldoende te doen eer biedigen. Bovendien vtoeg hg of het een volte-face beteekende dat de nieuw-benoemde minister (Mone-tier) een dei genen was die legen Dupuy's gelegenheidsvvet hadden gesteend. De minister-president Dupuy antwoordde dat De Fteycinet alleen was afgetreden om de door hem opgegeven reden, n.l. het onhebbelijk gedrag der Kamer. Er was geen zweem van rneenirigsver.-chil geweest in liet ministerie. Hij, de 'premier, was ook niet van meeniug veranderd ten op/.iclite der wet die tie bei echting eener revisie-zaak ontti ekt aan de strafkamer, maar die wel kan toch niet een criterium zijn voor republikeinscbe politiek. Intuvscben had Lazies al staan schreeuwen om den minister van buitenlandsche zaken. Want ongenoegen tusschen Delcassé en De Fteycinet, naar aanleiding van kapitein Cuig- uet's verklaring voor het Hof, was volgens hein de reden van De Freycinet's aftreden. En Lazies hield zijn bewering staande on danks de tegenspraak van Dupuy. Delcassé steunde de dt'eyfusards, en daarom vet baasde Lazies zich dal De Freycmet en niet Delcassé bad moeten wijken. Dupuy volgde hem op dat tei rein zeer wijselijk niet. Delcassé was met aanwezig, wat Lazies hem bijzonder kwalijk nam. Hij ging te keer als een gek tegen den minister van buiten landsche zaken om, terwijl de Kamer steeds rumoeriger werd, teu slotte uit te toepen dat De!ca«sé's wangen niet meer kunnen blozen als bij een kaakslag krijgt. Dat was te bar. Alleen met de stemmen der nationalisten en een deel der rechtci zijde tegen, weid op Lazies de censuur toege past. Onder lievig tumult riep Lazies toen nog uit«Ik lach om de censuur die uitge sproken wordt door de bewerltets van Pa nama". Daarop weid met 414 tegen 67 stemmen een gewone motie van orde aangenomen en begon de Kamer aan de behandeling der mier pellaties over Algenë. Wat later verscheen Dricassé in de Kamer. De briket zijde bracht hem eeu ovatie. Del cassé zeide»Als ik zooeven hier was ge weest, zou ik myn stem van de tribune heb ban lateu hooien." Fransje toelachend. „Een piano. Die mis ik erg. Mijn stem verroest heelemaal. Thuis hadden wij althans nog een dragelijke ram melkast." „Daar kunnen we je helaas! niet mee van dienst zijn. Eise en ik hebben liet piano spelen moeten opgeven en Hansje heeft nooit les gehad." En met een trilling om haar lippen voegt zij er bij„Die arme Hansje heeft het 't slechtst gehad. Nooit zal ik den dag vergeten toen zij naar de ar menschool moest. Zij klemde zich aan ons vast Tot dat oogenblik had zij er nog geen begrip van gehad hoe liet met ons gestold was, boe ver het met ons reeds gekomen was." „Oom Anton is een flinke man; die zal het wel weer tot iets brengen," zegt Lau rette. Juist komt Hansje binnen, trekt Fransje aan den arm en houd haar stil lachend een blad papier voor. Het is een kleine cariea- tuurLaurette, het meisje van buiten, voor den grooten spiegel, waar zij het liefst voor staat, ,,'t Lijkt goed, hè 1" fluistert het meisje. „Zeker, kleine grappenmaakster 1" En zij krijgt een steek door 't hart. Zij heeft Hansje's teekeningen eens meegenomen naar de vrouw van den president en die vond er veel blijken van talent in en had beloofd bij kunstenaars die te haren huize verkeerden, een goed woord te zullen doen voor de kleine autodidacte. Hoe heerlijk had Fransje zich al het oogenblik voorge steld waarop zij thuis zou komen en tot het meisje zou kunnen zeggen: „Je zult goed onderwijs krijgen; men wil iets voor je doen. Je zult er niet ook toe gedoemd zijn met naald en schaar machinaal te werken, Aan liet eind der zitting kreeg de minister nog het woord en vei klaarde toen dat de mini-ter president volkomen de waar beid had ge/egd. Hij, Urlea-M1 had al zijn zelfver- looclnng en ai zijn vader laird-hetde te baal moeten nemen om de leiding der buiten landsche aangelegenheden op zich te nernen in de omstandigheden waarin hij dat had gedaan. IItj meende zijn vaderland goed te te hebben gediend en dankte de Kamer voor haai votum. Het gerucht gaat opnieuw dat Von Schwartzkoppen in een schrijven aan pre: sident Loubet zijn rol m de zaak-Dreyfus uitvoerig beeft uiteengezet. Uit dit schrij ven zou Dreyfus' en Picquarts onschuld volgen en, ofschoon diens naam met wordt genoemd, Esterhazy's schuld. Zou er verband bestaan tusschen dit feit en het volgende telegrafische bericht uit Parijs, dat de „Koln Ztg." op m 't oog loo- pende wijze afdrukt: „In onderrichte kringeii wordt verzekerd, dat de revisie van het proees-Dreyfus onver mijdelijk is geworden, en wel voorwaarde lijk om redenen die buiten de juridische zijde van het revisie-proces gelegen zijn." Door de „Matin" geïnterviewd heeft Es- lerhazy bevestigd dat de bonapartist La- guerrc hem te Londen heeft bezocht om uit naam van Dupuy en De Freycinet de papieren te koopen, die de majoor bezit. Mr. Cabanes was er bij. De „Liberie" lieeft er Cabanes naar ge vraagd. Deze zegt dat liet verhaal juist is; maar Laguerre kwam uit naam van Dupny en Lebret. Minister De Freycinet wist er niet van. Laguerre beeft op zijn beurt aan hetzelf de blad gemeld dat liij voor persoonlijke aangelegenheden naar Nederland en naar Londen is geweest, waar hij toevalligerwij ze Estcrhazy ontmoette. Cabanes beklaagt er zich in een brief aan minister Lebret over dat een telegram van Esterbazy, op deze zaak betrekking hebben de, hem niet beeft bereikt, en dat hij op zijn reclame bij het bestuur der telegraaf geen antwoord heeft ontvangen. Gemengde Mcdcdcellngcn. Do Czaar en de Czarina moeten besloten hebben tegen het eind van Augustus of het begin van September een bezoek te bren gen aan koningin Victoria. Te Weenen heersclit groote ontsteltenis omdat het systeem van een nieuw model snelvuurkauon gestolen is. Cavaignac heeft ter gelegenheid der Jean- nc-d'Arc-feesten te Remilly het woord ge voerd, waarbij hij heel sterk afgaf op de aanhangers der revisie. Een deel van het publiek ontving hem met gefluit en gejouw. Zondag drong een man het binnenplein van bet Elysée op en begon te schreeu wen: „Weg met Loubet! Weg met de Re publiek! Weg met de vrijmetselaars!" De man werd gepakt. Hij is waarschijnlijk niet wel bij 't hoofd. Volgens de „Tribuna" heeft het den terwijl er een talent in je sluimert dat niet benut kan worden." Maar nu is ook dat voorbij. Zij kust Hansje bijzonder tocder. „Ga je nu ergens anders heen? Zal ik misschien voor je telefoneeren „Neen, kind, ik ik zal wel zien waar mijn weg heen leidt." En voordat Hansje meer kan vragen, is zij de deur uit. Dooi de lialf openstaande deur van de slaapka mer harer ouders ziet zij hoe haar moeder zorgvuldig haars mans das strikt. Zij gaat de zacht-krakende treden der trap af, liet binnenplein over, de groote poort door en haalt diep adem nu zij in den ochtendzonue- schijn op straat staat. Wat is dat een vreemd gevoel, zoo vrij zijn. schreden te kunnen wenden waarheen men wil. En tocli weer onbevredigend zoo zonder doel rondloopen. Zij wilde dat zij een idee kreeg. En dan denkt zij zich in de positie van iemand van buiten die te Berlijn een kijkje komt nemen, Berlijn, dat door zijn hard werkende bewoners zeiven zoo slecht gekend wordt. MuseaDat zou heel natuurlijk zijn maar dat beteekentzich weer tusschen muren opsluiten. En zij laat haar longen liever genieten in de vrije lucht. Zoo loopt zij in de richting der stad de straten door met ongewoon langzamen stapwaar zij an ders nooit op let, dat trekt nu haar aan dacht, dat wordt door haar opgemerkt. De dienstmeisjes, de leveranciers, do schoolkin deren zijn op weg, de knapen alleen, van hun waardigheid bewust, de meisjes veelal begeleid door de „juf". Dokterskoetsjes rij den voorbijde heeren er in zitten te le zen; voor de deftige dames van het weste lijk deel der stad is het nog te vroeg om uit te rijden. Als zij rijtuig hield, dan zou zij geen grooter genoegen kennen dan vroeg J, VI schijn of noch Visconti-Venosta noch Son- mno geneigd zijn zitting te nemen in een nieuw ministene-Pelloux. Deze heeft giste ren met Visconti-Venosta geconfereerd. Volgens de „Polit. Corr. zit de moeilijk heid hierin, dat Visconti-Venosta buiten landsche zaken neemt, dat aanvankelijk aan Sonmno was toegedacht. De verkiezingen voor de Bulgaarsclie So- branjc zijn voor de regeering gunstig afge- loopen. Gekozen zijn 104 ministerieclen en 53 oppositioneelen. Er moeten 12 herstem mingen plaats hebben. Na afloop der Kamerzitting heeft de Franscbe nationalistische afgevaardigde Millevoye zijn collega Chenavaz zijn getui gen gezonden, omdat deze hem toegeroepen had: „Het woord is aan dc falsarissen van den generalen staf." Wljiiaccijns. V r u c li t e n w ij n w e t. Blijkens het Voorl. Verslag omtrent het wetsontwerp houdende nadere bepalingen omtrent den accijns op den wijn, gaven en kele leden hun bevreemding te kennen over de indiening door deze Regeering van een wetsontwerp als dit, waaraan een min of meer protectionistisch karakter bezwaarlijk kan worden ontzegd. Vrij algemeen echter vond do wenscli der Regeering om door wegneming van de in onze fiscale wetgeving bestaande belemmeringen onze vruchten teelt tot ontwikkeling te brengen op zich zelf instemming. Verschillende leden betwijfelden of het nut van den voorgestclden maatregel wel zal opwegen tegen de nadoelen, die er tegen over staan. Zij vreesden voor vervalsehing op grooten schaal. Het is h. i. te verwach ten dat bij vrijstelling van binnenlandsclien vruchtenwijn de knoeierijen zullen toene men, ten nadeele van den consument en van don fiscus. De misbruiken bij uitvoer van buiten- landschen wijn zullen volgens sommige le den slechts door verscherping der controle, gepaard met groote krachtsinspanning der belastingambtenaren te weren zijn. Er waren leden die vreesden dat afdoen de controle onmogelijk zal zijn en eenigeii hunner zouden hieromtrent gaarne liet op wetenschappelijke gronden steunende gevoe len ingewonnen willen zien van een onpar tijdig deskundige. Afgezien van de schade die door bedoel de misbruiken aan dc schatkist zal worden toegebracht, vreesde men ook dat de op brengst van den wijnaccijns zal verminde ren tengevolge van de concurrentie van den onbelasten vruchtenwijn. Men wees erop dat de smaken dikwerf geleid worden door een soort van modegeest, waaraan men o. a. ook toeschreef het ten onzent plotseling toe nemen van het gebruik van citroenwater waardoor de consumptie van andere dran ken vermindert. Nog werd de vrees uitgesproken dat ver meerdering van dc productie van vruchten wijn afbreuk zal doen aan het bierverbruik, en ook uit eeu hygiënisch oogpunt was liet, beweerde men, niet wenschelijk, dat de ooftwijn volksdrank worde. in den morgen naar buiten te rijden, het bosch in, of in den ontluikenden Tkiergar- ten. En al is het er op het oogenblik nog kaal, het moet er toch mooi zijn, als de zon nestralen over stammen en takken glijden en bruine en lila tinten tooveren. De tram naar Moabit houdt daar juist stil zij wil rijden en stapt op en gaat naast den koetsier staan en iaat de frissclie wind om haar gelaat spelen ja, dat doet goed en zoo gaat het de Jagerallee door, het groote rondpoint snijdend, de nieuwe wijk door dicht tegen den Tkiergarteu aan, die zij niet kent. Zij ziet immers de stad niet zooals anderen; zij weet immers niet hoe zij zich uitzet. En dan gaat het weer de Spree voorbij en langs fabnekssehoorsteenen en een geheel ander beeld bieden buizen en voorbijgangers, kazernes en het paleis van justitie. Do tram heeft het eindpunt der lijn bereikt; zij wandelt terug naar het hooge gebouw en denkt bij zich zelf boe daar achter die hooge muren beslist wordt over veel leed, over vele menschenlevens, en dan blijft zij staan en beschouwt den kraclitigen leeuw die, de gerechtigheid ver persoonlijkend, den draak Zonde het vleesck openrijt. Ja, van allegorische voorstellingen heb ben de mensclien wel verstand; dat staat heel mooi. Maar dat een enkel menscb zijn tong hoedt, zoodat die niet tot een scherp zwaard wordt, dat goeden naam en eer ver moordt, komt zelden voor. Men heeft een onderwerp noodig om over te praten en dan kan ook een eenvoudig naaistertje wel eens gebruikt worden, al is 't maar voor af wisseling. En zij staart zoo lang naar den grimmi- gen leeuwenkop en zij denkt aan zoo velerlei Verscheidene andere leden betuigden hun ingenomenheid met het wetsontwerp. Vol gens eenigen had de Regeering zelfs verder moeten gaan en ook vrijstelling van accijns moeten voorstellen voor de suiker, benoo- digd vooi de bereiding der hier bedoelde dianken. Dezerzijds werd er nadruk op ge legd dat de belangen van land- en tuin bouw in hooge mate betrokken zijn bij den voorgestclden maatregel. In de tweede plaats werd de voorgestelde maatregel toegejuicht, omdat men in be vordering van de fabricage van ooftwijn een middel zag ter bestrijding van misbruik van sterken drank. Enkele leden verklaarden zich tegen het toekennen van vrijdom van accijns aan wijn bestemd voor de vervaardiging van cognac, uit vrees voor toenemend verbruik van de zen drank. Andere leden vreesden dit met. Sommigen merkten op dat. de voorgestel de maatregel geen doel zal treffen. 's Ministers berekening kwam bun niet juist voor, omdat de kosten van vervoer daarbij over het hoofd zijn gezien. Werd de vrijdom van accijns verleend zonder meer, dan zou h. i. concurrentie met het buiten land nog niet mogelijk zijn. Er waren vele leden, die in meerdere of mindere mate beaamden hetgeen door de bestrijders van het w. o. was opgemerkt, omtrent to verwachten fraude en teruggaug der opbrengst van den wijnaccijus, docli volgens die leden zijn do voordeelen van overwegend belang en zij vertrouwden dat fraude door doeltreffende maatregelen zal worden beperkt. Vrij algemeen werd er aangedrongen op algeheele herziening van de verschillende bepalingen den wijnaccijns betreffende en op het in één wet bijeenbrengen van die bepalingen, die thans ra drie wetten voor komen en na totstandkoming dezer wet in vier wetten verspreid zijn. Commiezen der Posterijen. Zondag h«d te Utrecht de jaarlijksclic vergadering plaats van de Broederschap van commiezen der posterijen, welke mede werd bijgewoond door eenige hoofdambtenaren van post- en telegraafkantoren. De aftredende bestuursleden, do heeren H. C. de Marree en B. Meylink werden her kozen. De volgende jaarvergadering zal plaats hebben te Amsterdam. Na de opening van de vergadering door den voorzitter den heer J. J. C. v. Leeuwen van Duivenbode en de afdoening van huis houdelijke werkzaamheden, werd het woord gegeven aan den heer Beelenkamp van Nij megen, tot het houden eener voordracht over „Verbetering door bezuinigingen". De spreker wenschte op de post- en telegraaf be grooting, welke thans tien millioen gulden verre heeft overschreden, te bezuinigen lo. door het dure corps van commiezen der posterijen sterk in te krimpen en voor liet grootste deel te vervangen door kler ken 2o. de tegenwoordige telegrambestellers te vervangen door jeugdige personen, zoo als in Groot-Britannié, België, Frankrijk enz en zooals in het Duitsche Rijkstele- graafgebied op het punt staat te worden, in gevoerd. Een algeheele invoering van dezen maatregel zou leiden tot een besparing voor dingen dat zij totaal vergeet dat zij mis schien zelf nu en dan door de voorbijgan gers wordt aangestaard. Plotseling ontstaat door opstopping van rijtuigen en het op dringen der voetgangers een stremming in liet verkeer en een oogenblik later is een gestalte aan haar zijde en ziet een heer haar onderzoekend in liet gelaat. Zij ziet een hoed afnemen. „Juffrouw Hilbers." Zij herkent plotseling den advocaat Loli- manneen lichte schrik vaart haar door de leden. Dan groet zij ernstig. Hij heeft een aktentasch onder zijn arm hij haalt even diep adem. „Hier buiten is het ook beter dan bin nen. Ik kom van een armen drommel dien ik verdedigen moet." Zij weet daarop niets te antwoorden en knikt even met het hoofd. Zijn gelaat staat zeer opgeruimd. „U heeft het pakje toch ontvangen, juf frouw Hilbers?" „Ja dank u wel." Wat kent hij haar naam goed. Maar dan schiet haar opeens te binnen waarom hij is de procureur van liaars vaders schuld- eischer, misschien wel niet voor de eerste maal. Én warm dringt het bloed haar in 't gelaat. „Hoe komt u juist hier naar toe vraagt hij. Zij prevelt iets onverstaanbaars en voegt er bij„Ik moet nu ook weer terug." En zij onderstreept die woorden, door in de richting van de tram voort te loopen. Hij blijft aan haar zijde. (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 1