No. 9971.
I 53*" Jaargang.
Donderdag 29 Juni 1899.
Fortuna's Lieveling.
I
J
I
Bericlit.
JACHT.
KENNISGEVING.
BUITENLAND.
j
SCHIEDAMSCHE COURA
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor S c h i e d a m en V1 a a r d i n g e n fl. 1.25 Franco
per post fl. 4.65.
Prijs per week: "Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Boterstraat 08.
Prijs der Advertentiën: van 47 regels 90 cents; iedere regel
meer 42'/2 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier
van zijn gratis aan bet Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde hleine advertentie** opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon Mo. 123.
Zij, die met 1 Juli op de „Schiedam-
Courant" Inteekenen, ontvangen de
tot dien datum verschijnende num
mers gratis.
9
De Burgemeester van Schiedam
brengt ter openbare kennis
dat de stemming ter vervulling der vacaturen
in den gemeenteraad ontstaande, bij de periodieke
aftreding van zeven leden, za! gehouden worden
op Maandag 3 Juli a.s., van des voormiddags
acht tot des namiddags vijf uur, en wel in
kiesdistrict I, ter benoeming van twee leden,
over de candidaten
0. A. "VAN DEVENTER.
J. J. GABEL.
A. GODSCHALK.
M. L. HONNERLAGE GRETE.
P, M. J. A. LAGER WEU.
J. PLOOIJ Jz.
J. H. VAN WESTENDORP J.Dz.
kiesdistrict II, ter benoeming van drie leden,
over de candidaten
J. S. BOSMAN.
A. GODSCHALK.
M. KRANEN.
W. VAN DER MOST Phz.
J. PINSTER.
3. PLOOIJ Jz.
M. J. VINCENT.
J. H. VAN WESTENDORP J.Dz.
kiesdistrict III, ter benoeming van twee Jeden,
over de candidaten
Dr. B. DE BRUIJN.
A. VAN BUYSEN.
A. GODSCHALK,
C. KLEIN.
J. PLOOIJ Jz.
A. J. M. ZOETMULDER,
dat tot de stemming niemand wordt toegela
ten dan die volgens de kiezerslijst bevoegd is
tol de keuze mede te werken en in het bezit
is van de bij art, 55 der kieswet vermelde kaart,
bevattende eene oproeping voor de stemming;
dat aan een kiezer, die zijn kaart heeft ver
loren, of wien geen kaart is toegezonden, op
zijne aanvraag door of vanwege den buigemeester
ter Gemeente-Secretarie eene kaart wordt uitge
reikt, mits hij voldoende van zijn identiteit doe
blijken
dat art. 128 van het wetboek van strafrecht
luidt: Hij die opzettelijk zich voor een ander
uilgevende, aan eene krachtens wettelijk voor
schrift'uitgeschreven verkiezing deelneemt, wordt
gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste
ees jaaren
dat voor hoofden of bestuurders van fabrieken
of werkplaatsen, ter gemeente-secretarie, tegen
betaling van 2Vs cent, verkrijgbaar zijn formu
lieren ter invulling van de uren, waarop de
personen, die onder hen arbeiden, gelegenheid
kunnen vinden aan de stemming deel te nemen.
Schi.edam, den 28sten Juni 4899.
Do Burgemeester voornoemd,
VERSTEEG.
Een Fool&chc geschiedenis
DOOS
MARGARETE VON LOGA.
5)
Sboinski had Constance Tama noemde
haar familie haar in den afgeloopen win
ter leeren, kennen op een bal dat Vera Ryl-
sfc&gof. Hij werd bij den eersten blik op haar
verliefd en week bijna den geheelen avond
niet van haar zijde. Toon graaf Czarnin na
het feest met de zijnen naar huis wilde rij
den, bracht Sboinski de dames naar het rij
tuig, om haar bij 't instappen behulpzaam te
®jn. Er was veel sneeuw gevallen dien
tucht Constance die dunne satijnen schoen-
tjes aan had, bleef in de huisdeur staan, keek
radeloos naar het zachte, dikke sneeuwtapijt
,dat den grond dekte, en wist niet hoe zij er
J?rer moest komen. De gravin beknorde haar
^t zij haar overschoenen thuis had gelaten
zeïde dat Tania nu maar moest zien hoe
het aanlegde om met droge voeten, het
®jttug te bereiken. Toen vloog Sboinski het
huis binnen, haalde zijn manteljas en. spredd-
;£=i die als een looper uit over de sneeuw,
btehend, maar zonder een woord te zeggen,
hup het jonge meisje over dit droge pad, als
of zij gewoon was op mantels te loopen;
«naar toen. Sboinski haar in het rijtuig hielp,
i voelde hij den. wannen druk van haar kleine
j^tand, Dat drukje kon hij niet vergeten.
De door Kuba spiegelglad geborstelde vos-
J®n zij droegen weer het pronktuig met
si* dlveren kroontjes liepen zoo snel als
|deelden zij heb ongeduld van. hun meester,
De Commissaris der Koningin in de Pio-
vincie Zuid holland,
Gezien het besluit van de GedeputeeideSiaten
van den 49den Juni 1899, no. 48;
uelet op art. 11 der wet van den 13den
Juni 1857 («Staatsblad" no. 87)
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
bij voornoemd besluit door de Gedeputeerde
Staten is bepaald, dat de afzonderlijke jachten
op roalerivdd voor dit jaar zullen worden ge
opend e; Maandag den 3islen Juli aanstaande.
en dat mitsdien van dat tijdstip af de uitoefe
ning der jachtbedrijven, vermeld in ait. 15,
litt. d, en h, der wet op de jacht en visscberij
is geoorloofd wordende tevens herinnerd aan
de bepaling van art. 1 van het Reglement op
de uitoefening eer jacht en visscherij in de/e
Provmcie, krachtens welke die jachten niet
anders mogen plaats hebUen dan op het water,
langs de stranden, oevers van meeiers, rivieren
en op moerassige landen.
En zal deze kennisgeving, in plano gedrukt,
worden afgekondigd en aangeplakt, waar zulks
te doen gebruikelijk is alsmede in het if'io
vinciaal blad" en in de «Nederlandsche Staats-
couiant" worden geplaatst.
's Gravenhage, den 21sten Jurii 1899.
])e Commissaris der Koningin voornoemd,
FOCK.
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 28 Juni '99.
Overal, waarheen men den blik wendt, zit
onweer in de lucht. België, Frankrijk, Oos
tenrijk, Spanje, Italië, alle landen vol poli
tieke verwarring en dreigende conflicten; in
Denemarken de groote oeoonomische strijd
die naeer dan honderd duizend zielen treft;
onrust in China; krijg op de Plnlippijnen,
steeds dreigender en donkerder koppen aan
den Zuid-AJrikaansclien hemel. Er hangt een
bui over de wereld; waar zullen de eerste
slagen vallen?
In België soms Dat de toestand er hoogst
gespannen is, valt niet te ontkennen. De re-
geermg wil haar kiesreehtontwerp doorzetten
on stoort zich sdtijnbaar niet aan de opge
wondenheid van een groot deel der natie.
De Kamerzitting van gisteren gaf een
klein voorproefje van wat ons te wachten
staat bij de behandeling der kieswet, waar
voor gisteren niet 88 tegen 16 stemmen en
11 onthoudingen (nl. van de socialisten) werd
aangewezen de ,5de Juli.
De socialisten verklaarden zich onthouden
te hebben omdat zij besloten hebben geen
deel te nemen aan de behandeling der met
wet en gerechtigheid strijdende kieswet.
Journez verklaarde dat de socialisten tot al
les m staat waren om de „bende boosdoeners
die ons regeert," en die gereed is geweld te
gebruiken, te weerstaan. „De regeering
beeft," zei hij. „Reeds roept zij vreemde ba
jonetten. Binnen enkele dagen zal het bloed
wellicht vloeden."
Ook Smeets en Demblon dreigden met re
volutie, en Vanderveldb waarschuwde de re-
geenng dat ook de soldaten kinderen des
volks waren. Defnöt vergeleek de regeering
met den hertog van Alva en protesteerde te
gen de verdubbeling der wachten op de tribu-
om zoo spoedig mogelijk op Dombrowo te
zijn. In korten tijd waren zij bij den grooten,
met een hek van groene latten afgesloten
tuin van het landgoed aangekomen; de weg
naar het woonhuis van den graaf voerde er
langs.
„Langzaam rijden, Kuba," gelastte Sboin
ski, „ik '.val zien of er iemand' in den tuin is."
Ja, er was iemand in den tuin. Onder de
zware linde zat op een bruine houten bank
een jong meisje, dat het rijtuig niet zag en
niet hoorde, maar haar zakdoek tegen, haar
oogen hield en bitter weende. Het was Con
stance. Sboinski herkende haar aan haar
lichtblond haar en haar slanke, elegante fi
guur.
„Halt, Kuba," zei hij halfluid, terwijl hij
zich naar den koetsier overboog. Toen sprong
hii uit het rijtuig. „Zoo, rijd nu nog een
eindje verder en blijf dan waakten tot Mc
kom."
Laiirrzaa.ru reed Kuba vertXer tot aan een
plaats in de heg, die in de schaduw van een
groote kastanjeboom lag; daar- hield hij de
paarden in en wachtte op zijn meester.
Deze bezon zich niet lang, klom over het
hok en zat spoedig op de bank naast het
meisje dat hij lief liaid.
„Waarom weent u, gravin?" vroeg hij
zacht, nam haar hand en kuste die innig.
Constance beefde hevig, liet haar zakdoek
vallen en zag hein verbaasd aan. „U is het,
mijnheer Sboinski. Hoo komt u hierheen?"
„Over het hek," lachte hij. „Maar zeg mij
nu, waarom u treurig is. Mijn hart bloedt
als ik u zoo zie. Ik dacht dat u altijd vroolijk
was."
„In gezelschap, ja, daar ben ik vroolijk;
als ik met bekenden babbel, muziek hoor,
nen. De soldaten behoorden in de kazerne,
met m dc Kamer.
Toen deed zich een nieuw incident voor.
Fléchefc woog, met welk recht aan personen
die naar Kamerleden kwamen vragen, ge
vraagd was of zij op last dier leden kwamen.
De quaestor Visart noemde den toostand
buitengewoon, wat met ramoer werd ontvan
gen. Vanderveldc verweet de quaestoren dat
zij den officier van justitie hadden geroepen
om de zitting bij te wonen en stelde een mo
tie voor, die het gedrag der quaestoren af
keurde.
De quaestor De Jonghe ontkende Vander-
velde's bewering en verklaarde dat de quaes
toren de maatregelen zullen nemen dra zij
goed vinden, of 't de linkerzijde beviel of
met.
Nu ontstond er een geweldig rumoer. De
géheelo linkerzijde sprak en sclmeeuwd© door
een, sloeg mot vloeiboeken op de lessenaars,
kortom ging zóó te keer dat de zitting om
bij vieren werd geschorst. De socialisten rie
pen toen „Leve de republiek 1" en hieven als
één man de Marseillaise a„n.
Tijden» de schorsing weigerden de leiders
der linkerzijde met den voorzitter te onder
handelen, en toen de zitting hervat werd,
verklaarden Smeets en Vandervelde dat de
beraadslagingen niet zouden kunnen voort
gezet worden, als aan de minderheid geen
voldoening werd gegeven. Ook de liberaal
Lorand noemde De Jonghe's opvatting een
uittarting.
Het eind was dat Vandervelde zijn motie
introk en verklaarde dat de socialisten de
Kamer zouden belette.'; te beraadslagen.
Toen ontstond een geweldig rumoer. De
linkerzijde zong: „Weg met de kalot!" en de
Marseillaise. Toen: „O, Van de npeereboom
en op de bekende dreun dfer „Lampions"
werd „Démission" (Aftreden) geschreeuwd
toen De Jonghe zidh op de tribune vertoon
de. Daartussclien door een helsch lawaai met
lessenaars en vloeiboeken, sdhel gefluit- en nu
en dan gejuich van rechts. Zelfs toen heb
uur van sluiting was gekomen, hield het lar
waai nog aan en eerst een kwartier over den
tijd werd de zitting gesloten om morgen
opnieuw te beginnen.
Intusschen heeft het hoofdbestuur van de
arbeiderspartij te Brussel vergaderd en met
bijna algemeene stemmen besloten tot een
aigemeene werkstaking te Brussel dlio, tege
lijk beginnende met de behandeling van do
kieswet, dus op 5 Juli, bestemd is de bewe
ging tegen die wet te steunen.
Ter vergadering werd de hoop uitgespro
ken dat de provincie mee zal doen.
Daar is wel kans op; in Charleroi is het
reeds lang woelig, zóó zelfs dat de „garde ci-
vique' op enkele plaatsen bij koninklijk be
sluit onder de wapenen is geroepen.
De liberalen raden den Koning tussdien-
beide te komen en de kieswet in te trekken,
nu hij het nog vrij kan doen.
Uit de zitting der Frans olie Kamer moe
ten wij nog enkele punten aanstippen.
Dat Méline achter de schermen de
geheele oppositie heeft geleid, is ze
ker; maar dat deze intri-geerende oud-pre-
mier kaal van de reis is gekomen, niet min
der. Toen Goujon, zijn rechterhand, beproef
de de samenstelling van heb ministerie bij
motie te laten afkeuren, en de voorzitter op-
dans, dan vergeet ik al 'liet onaangename, al
he.t slechte. Maar zoodra ik met mijn tante
en mijn nicht alleen bon, voel ik mij onge
lukkig en verlaten."
„Verlaten? Ongelukkig? Waarom
dan vroeg hij.
Zij ademde diep en streek met haar smal
le, tengere hand over haar oogen. „Ach, ik
heb niemand, niemand die van mij houdt.
Pp de kostschool te Warschau was het an
ders; daar had ik vriendinnen die mij lief
hadden. Wij tooverden ons daar dikwijls onze
toekomst voor den geest; een ieder stelde
zich zijn. toekomst anders voor. Ik meende
dat ik als een bonte vlinder door liet leven
zou zweven van het eene genot naar het an
dere vreugde, geluk, liefde zag ik van verre
wenken Ach, heb is anders, geheel andfers
gekomen." Zij keek op naar den heaned, waar
over langzaam een wit wolkje trok,.
„Toe, zeg mij alles," smeekte Sboinski.
„In den vorigen herfst nam oom mij mee
naar Dombrowo," ging het jonge meisje
voort. „Dc werd negentien jaar en kon niet
langer op kostschool blijven. Sinds dien tijd
voel ik mij nameloos ongelukkig. Zooals mij
moet het een vlinder te moede zijn, dien men
het schitterende waas van de vleugels veegt."
De tranen sprongen haar in de oogen.
„Kijk. ik kniel voor u neer; verheel mij
nu niets," vleide Sboinski. „Ik ben een waar
vriend voor u; ik spring door het vuur als u
het beveelt."
„Dat zou u weinig baten." Een glimlach
vloog over Tania.'s hef gelaat, ofschoon er nog
tranen in haar oogen stenden. „Neen, helpen
kan u mij nieterf u moest een middel weten
tegen verbrand zijn door de zon. Dat is
voor liet oogenblik mijn grootste leed. Kijk
merkte dat die motie tegen den President
der Republiek was gericht, bracht de linker
zij een spontane ovatie aan Loubet en werd
Méline zóó uitgejouwd, dat hij de zaal moest
verlaten.
Gisteren was de zitting weer zeer rumoe
rig, doordat Déroulède de urgentie vroeg voor
een voorstel tot herziening der grondwet, in
den geest eener plebiscitaire republiek met
afschaffing van den Senaat. Hij vroeg hoof
delijke stemming en verwijzing van zijn
voorstel naar de reeds benoemde lierzienings-
commissie.
De stemming werd door den voorzitter ge
weigerdYivmni drong daar evenwel op aan.
Hij verklaarde vóór afschaffing van den Se
naat te zijntoch zou hij tegen de urgentie
stemmen omdat liij tegen de heerschappij
van de sabel was. (Applaus op de uiterste
linkerzijde.)
Déroulède betoogde dat het er op aan
kwam de volkssouvereinitoit in te voeren.
Drumout en Lazies konden niet aan. het
woord komen. Er ontstond hevig rumoer;
Déroulède werd uitgejouwd), en de zitting
moest worden geschorst.
liet eind was, dab do urgentie voor het
voorstel-Déroulède, door de regeeriug bestre
den, met 397 tegen 70 stemmen werd ver
worpen.
De Senaat had intusschen geweigerd een
voorstel van Risseuil in overweging te ne
men, om het ministerieele ambt onvereenig-
baar te verklaren met het mandaat van sena-
tor en afgevaardigde.
Vandaag wil Millewoye minister Mïllerand
interpelleeren hoe de regeering liet collccti-
vistisch-revolutionaire program denkt uit te
voeren.
De „Soir" beweert dat de regeering Zater
dag de Kamers willen verdagen.
Esnige merkwaardige staaltjes van de
stemming die bij een deel van het Fransclie
officierscorps lieerscht, leveren brieven van
generaal Cosseron de Villenoisy en luitenant
Arnal.
De laatste heeft zijn ontslag genomen en
schrijft nu een ploertig briefje aan president
Loubet, dat hij het leger verlaat omdat hij
twee keer do schande heeft verduurd Loubet
te moeten salueeren, nl. te Versailles na Lou-
bet's verkiezing, en toen hij op wadht was
aan het Elysée. Hij zegt dat „dó President
der Republiek de gevangene is van den vij
and diede grens heeft overschreden". Hij
haat Loubet omdat deee Frankrijk veel
kwaads heeft gedaan, en tart Loubet hem te
vervolgen. Als getuigen heeft hij Dru-
monfc en Quesnay de Beaurepaire
Wat generaal Cosseron de Villenoisy be
treft, deze beweert in het „Journal des Dé-
bats" dat de Derde Republiek zal vallen als
Karei X, Louis-Philippe en de Tweede Re
publiek, omdat zij zich als deze door do reha
bilitatie van Dreyfus kant tegen het gevoe
len der natie. Aan de uitspraak van twee
krijgsraden en van zes ministers van oorlog
die Dreyfus schuldig hebben genoemd, mag
niet getornd worden.
't Spreekt van zelf dat dit alles in het
werk gesteld wordt om pressie uit te oefenen
op de publieke opinie en den krijgsraad van
Ren nes.
Wanneer deze aan den arbei'd zal gaan,
is nog even onzeker als de aankomst van ka
pitein Dreyfus. De autoriteiten laten niets
uit en schijnen zelfs de nieuwsgierigen zoo
maar eens, hoe ik er uitziemijn teint is
voor altijd weg." Zij wrong haar handen.
„Ik zie niets," verklaarde Sboinski ver
wonderd. „.Alleen een licht rozenrood ligt op
uw voorhoofd en uw wangen."
„Dat is juist het verbrande. Dl heb het al
geprobeerd met zure melk en citroensap;
onze huishoudster raadde mij dat aan, maar
het hielp niet. Dat afschuwelijke rozenrood
zal mij stellig nooit, nooit meer verlaten, en
daar heeft niemand anders dan mijn nioht
Mary na, die akelige Maryna met haar geel
gezicht, schuld aan."
„Maryna?" vroeg Sboinski verbaasd.
„Zij alleen Ik heb niemand ter wereld
wien ik alles kan zeggen; ik word verteerd
van ergernis, als ik mijn hart niet eens ge
heel kan uitstorten. Ik zal u dus alles vertel
len. Wij reden gisteren naar de stad, tante,
Maryna en ik, om inkoopen te doen. Maryna
had haar parasol vergeten mede te nemen.
Toen wij een eind gereden hadden, rukte zij
mij de mijne uit de hand. Zij zei dat het er
niet op aan kwam hoe een arm meisje dat
toch zeker ongetrouwd zou blijven, er uitzag;
zij daarentegen moest voor haar teint zor
gen. Ik kreeg mijn parasol niet terug, of
schoon ik mij zelfs zóó vernederde^ dat ik er
om vroeg; maar ik wilde geen. verbrand ge
laat krijgen. Was liet- niet gemeen dat zij
mijn parasol hield?" Zij keek Sbodnsiki aan,
die beslist ja knikte. „Neen, zij mocht mijn
ploizier niet bederven in mijn blank gezicht.
Ik heb immers bijna niets anders ter wereld.
Ik droeg een matelot met een smallen
rand, en zoo gebeurde het dac ik die leelijke
verbrande plek opliep."
„Het staat niet zoo kwaad, gravin. Een
geacht als het uwe staat nu eenmaal alles
veel mogelijk op dwaalsporen te willen lei
den. Gisteren hadden de betrokken autoritei
ten tc Brost het erg druk, wat natuurlijk in
verband werd gebracht met Dreyfus' aan
komst.
't Beste is maar af te wadi ten. Lang kan
't niet meer duren.
Chamberlain beleeft pleizier van zijn rede
voering to Birmingham.
Ware 't niet dat zijn speech niets is dan
een herhaling der sinds lang bakende deels
onware, deels overdreven grieven tegen de
Zuid-Afrikaansclie regeering, wij zouden er
onze ruimte aan geven voor een eenigszins
uitvoerig résumé. Maar 't is de oude, en
steeds nieuwe, gesdïïledenis van de brave,
vei drukte Uitlanders, de bevoorrechte Hol
landers eu den. boppigen Kruger. Als lord)
Ripon's kiesrecht in 1894 was aangenomen,
dan zou er geen inval van Jameson zijn ge
weest. En als nu Kruger maar toegaf aan de
eischen van sir A. Milner, dan kon alles ver
geven en vergoten worden. Maar nu
O O
Engeland wil alleen gerechtigheid en hoop
te op de uitwerking van geduldige, zedelijke
pressie.
De „Echo" legt naast deze redevoering er
oen van Chamberlain in 1881, waarin hij de
annexatie van Transvaal een onoprechte
domheid, onvereenigbaar met de eer dor En-
gelsohe natie noemde. „Wat is er in dien
tijd veranderd?" vraagt liet blad, en zijn
antwoord luidt: de ontdekking der goudmij
nen aan den Rand.
Een seherpe en verdiende terechtwijzing,
die steun vindt bij de ernstige critiek, door
„Daily Chroniele" en „Westminster Gazette"
op 's ministers rede uitgeoefend. Daarente
gen hebben de imperialistische bladen na
tuurlijk niets dan lof voor Chamberlain's
jongste verklaringen.
Of de Engelsche regeering werkelijk op
oorlog aanstuurt, blijft nog twijfelachtig,
't Meest waarschijnlijk komt ons de meening
der „Daily Chronicle" voor nat Chamberlain
machtiging heeft gekregen om door een drei
gende houding pressie uit te oefenen op
Transvaal. En dat doet hij zóó handig,
merkt het blad op, dat de oorlog tamelijk
wel onvermijdelijk wordt.
Van. dc andere zijde doet men diaarentegen,
al wat men kan, om een botsing te vermij
den. Het lid van den Uitvoerenden Raad van
Oranje-Vrijstaat Fischer confereert sinds een
paar dagen met den Uitvoerenden Raad te
Pretoria. Officieel wordt er van deze bespre
kingen niets gepubliceerd, maar de indruk is
dat er gehandeld wordt over wijzigingen in
de kieswetplannen, waardoor een seinkiking
mogelijk zou zijn. Van de ook door ons ver
melde wijziging in dien geest, dat de Uit
landers na zes jaar het kiesrecht zouden krij
gen, met terugwerkende kracht, is in offi-
cieele kringen te Kaapstad niets bekend.
Een petitie van 8000 joden aan dén Rand
vraagt, blijkens bericht uit Kaapstad, aan
de Engelsclie regeering gewetensvrijheid en
stemrecht.
Wat de naaste toekomst kan brengen,
weet niemand. Da.t het bervel tot mobilisatie
der Engelsohe vloot op 11 Juli onder deze
omstandigheden de aandacht trekt, is begrij
pelijk. Optimisten zeggen dat dit bevel al
leen samenhangt met de jaiarlijksche vloot-
goed, en in den winter gaat het lichte rood
wel weer weg," troostte Sboinski. „Maar wat
deed uw tante, toen Maryna. u uw parasol af
nam
„O, die hield zich onzijdig. Zij mengt zich
er uit principe niet in, als haar dochter en
ik tuzie hebben. Maryna is twaalf jaar ouder
dan ik, eu zij schept er een zeer bijzonder ver
maak in, haar eigenaardig paedagogisck ta
lent op mij te beproeven. Zij verzint soms de
gekste dingen om mijn karakter te verede
len, zooals zij het noemt. Vooral heeft zij het
op mijn ergste ondeugd, de „ijdelheid1" ver
zien; mijn liefhebbende nicht heeft reeds
van d© ongeloofelijkste energie blijk gegeven
om mij die af te wennen. Ik dweep met ele
gante schoentjes. Maryna commandeerde
vandaag dat ik van nu aan alleen nog maar
schoenen van onzen dorpsschoenmaker mag
dragen. Het zijn vreeselijke producten die hij
voortbrengt. U moet maar eens een blik
slaan op zijn winkel, als u door ons dorp
rijdtdaar staan de wenken zijner hand) zoo
groot en massief als vlotschuiten. Een paar
van die monsters zette Maryna te mijnen
gebruike voor mijn. kamer neer, en con mij
te dwingen ze te dragen, nam zij alle andere
schoenen weg. Maar de witte balschoentjes
die in de kast stonden, heeft ziji niet gevon
den, en er bleef mij dus niets anders over
dan die aan te trdkken." Tania lachte vroo
lijk. „Kijk maar eens hoe komisch het staat."
'En rij strekte haar smalle, fijne voetjes uit,
die in leerbruine kousen in lage, wit satijnen
sclioen+jes staken.
(Wordt vervolgd.)
WiJT-V