I. 53"e Jaargang. Woensdag 27 September 1899, Ticeede Blad. let 16*1 van H. 1. ie Kornp No. 10048. DE LIFT. M re- margaretha von oertzen. -ïi ■\mê Igingvan 're «lagen innende nfladefi, -! te we;, «gekend 14 dagen kor des Melbare f 2 mk. a lichten, - geil SCHIEDAMSCHE COURANT 2000 kala nderen a 5/8, Mei, 36% Ma. SOi/j ir. 4mst. Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaar dingen 11. 4.25. Franco per post 11- 4.65. prijs per weekVoor Schiedam en Vlaar dingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan bet bureau bezorgd zijn. Bureau: Boterstraat 06. Prijs der Advertentiën: van 17 regels 90 centsiedere regel meer 12 Va cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Teleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon Aio. 123. aan do Havenwerken en Handelsinrlelitingen te Rotterdam. Hl. |Z6», Rl. Me Vervolg.) Daarna werd de vaartocht voortgezet naar de m aanleg zijnde Maashaven, wier mon- reedb gereed is, en waar zich een twee tal tcieepswerven bevinden. Deze haven, wel ke bijna 10 millioen kost tengevolge ook van onteigening en inpoldering, wordt bijna driemaal zoo groot als d© Rijnhaven. Al voortstoomende was men. ter hoogte van Charlois gekomen en do Dokhaven ge naderd, waar de drie drijvende droogdokken der vemeento tusschea zware ducdalven ge meerd. liggen. Het baikemsohip Argus be vond zich juist in het middelste dok. De di recteuren der gemeentewerken^ en handelsin- richtmgen gaven. H. H. AL M. uitlegging omtrent het in- en uitbrengen van schepen, ten emde beschadiging van het schip ouder de waterlijn te kunnen constateeren, of het ♦schip geheel met een nieuwe verflaag te kun- 'nen bedekken, zooals telkenmale met de Ja- vabooten geschiedt. Da helwitte daken en tanks der petroleum- etablissementen hadden reeds op grooten af stand de aandacht getrokken. Verschillend© maatschappijen, zooals de American Petro- buni Company, de Deutsch Asnerikanische Geselschaft, Pakhuismeesteiren en anderen benandelen daar ver buiten het stadsgewoel hun gevaarlijke vloeistoffen. Breed© dijken omvatten d'e opslagplaatsen om bij een even- tueele ramp de brandende petroleum op haar ■eigen terrein te houden. Tankschepen bren gen dg petroleum mt hun pompen in do tanks aan den wal, waaruit zij later naar be hoefte in fusten worden getapt voor den groot- en kleinhandel. Ter hoogte van de Ruige Plaat voor Delfs toven wendde de flottille den steven en -werd langs de schepen aan d'e boeien heenge- stoomd. Zocdr» de koninklijke boot nl. boei 15 gepasseerd was, had. ook de -flottille zich weder achter haar in beweging gesteld. Tusschen de boeien 2318 en 2916 door 'weid! de tocht langs den rechter Maasoever cl langs Westerkade, Willemskade en Boompjes voortgezet en om het opleidings schip heen teruggekeerd'. Op hot opleidings schip werd door de jeugdige koopvaarders geparadeerd en gejoeld. Hot einddoel was thans het terrein van de Ksderlandsch Amerikaansche Stoomvaart- IMaatschappij. Terwijl de koninklijke boot daar landde, doomde de flottille achter de „Havendienst ;II" zoover door tot de achterste schepen DOOR Ben hotelkamer. Vier tulpvormige lam- ipea verspreiden schel licht. De pijpen van JKfc verwarmingstoestel snorren. Olijfgroene sfuweelen portieres met rose pluche afgezet. Pen Meed met groote bloemen. Een dozijn stijve heldere handdoeken en een groote hoe veelheid overtollige waterglazen. Uit de an dere kamer, waarvan de deur op een kier staat, komt een zonderling geluid, als van jKinaod die zacht fluit, dan, lacht, dan weer fluit «Bh," zei de mijnheer Von Losz tot zijn Prauw, „wat zeg jij er van?" «De vind het schandelijk duur, maar wij soeten den jongen toch het pleizier doen. belooning." «Omdat hij op ach t-en-twi n fci gj arigen leef- J' assessor is gewordenLachte mijnheer 'en Losz boos. «Om hem daarmee te felicdteeren, moeten i'l natuurlijk in de residentie komen, de on- "gd brengt ons in het duurste hotel en 2? nu wij zijn wat moois begonnen 1" >Hebt gij nog niets gemerkt?" mevrouw Von Losz kleurde sterk, en viel f ten stoel neer. 110611j°kte rij. „Wat zou ik mer- "^P'jKurt ons afhaalde, vermeed zij het Mtelijk om hem aan te zien zij vond "agage-biljet niet liet haar parapluie «au en pakte Hans bij do hand. Ik hoorde ®\«aa!" roepen." Mijnheer Von Losz ging naar de deur, die !'it. an^ere' kamer uitkwam, en trok haar een goede jongen. Maar Marie ,gt hij niet, X>at nooit. '.•Maar lieve Losz «an. dat zeg ik jeals hier iets gebeuren tn '"'a S vanavond nog weg. Dus wij moe- v®hinderen dat er iets gebeurt, Waa ls 5!"ön3 bezoekt, moet er altijd een °os beiden tegenwoordig zijn. Aan tafel dwars van de Rijnhaven waren, gekomen, waarna de linies ontbonden werden. Gedurende den boottocht was, ook weder met het oog op het plan om de rivier aan H. M. zooveel mogelijk in haar dagelijksch kleed te laten zien, de vaart op de rivier zooveel niogelijk vrij gelaten. Alleen op die oogen- bkkkea dat de koninklijke boot zich voor een of andere haven, bevond, moest door de sche pen een oogenblik halt gehouden worden. Dank de goede regeling der havenpolitie liep alles in de beste orde af. Aan het terrein van de Nederlandse!] Amerikaansche stoomvaartmaatschappij was ten einde H. H. M. M. heb debarqueeren ge- makelijk te maken van weg© de maatschap pij een ponton gebouwd. Op het terrein wa ren de betrekkingen van het personeel en de equipage der maatschappij en haie opgesteld. Daar had eerst door den burgemeester de voorstelling plaats van de drie directeuren der Maatschappij, d'e heeren J. V. Wierdsma, jhr. Otto Reuchhn en W. H. van don Toom Wzn., alsmede van den president-commissa ris, den heel' mr. M. Mees, die daarna op zijn beurt de commissarissen der Maatschappij aan *H. H. Al. Al. voorstelde, Na deze plichtplegingen werd de wande ling voortgezet naar het middenterrein. Langs dien geheelen weg stonden ook weder do betrekkingen van het personeel als mede hun kinderen geschaard die allen bloe men in de hand hielden. Het gold thans in hoofdzaak een bezoek te brengen aan de Statendam, het in het vorig jaar in de vaart gebrachte reusachtige zeekasteel dab zoowel wat ziju omvang ais zijn inwendigen bouw betreft, de bewonde ring wekt van ieder die in de gelegenheid is hem te bezichtigen. We herinneren slechts dab het schip een lengte heeft van 532 voet of 162 Aleter, een breedte van 59voet of 18.2 Aleter, en een holte van 43 voet of 13 Meter. Het schip weegt niet minder dan 7,500,000 K.G.het heeft een tonneninhoud van 29715 kub. M., een totaal-inhoud voor lading van 14384 kub. Al., heeft kolenhok ken voor 1,600,000 K.G. kolen, een water tank voor 1,500,000 liter en een waterballast- tank in dubbelen bodem van 1,680,000 liter. Er is ruimte voor 200 le, 150 2& en 1200 3e klasse passagiers. Do bemanning bestaat uit 166 koppen, het aantal sloepen be draagt 18. Wat de veiligheidsmaatregelen betreft, be vinden zich aan boord 48 brandkraneu, 2 handpompen, 5 stoompompen, 6 exfcincteurs en 2000 reddinggordels. Deze enkelo cijfers zijn zeker voldoende om een denkbeeld te geven van dit sehoone reus achtige schip. Op het middenterrein waar het personeel der Alaatschappij was opgesteld, nu was een plateau geplaatst vanwaar af een fraai© val reep H. H. Al. AL op gemakkelijke wijze ge legenheid gaf zich aan boord van de Sta- moet hij naast jou zitten en op de wandelin gen jou vergezellen. En wanneer hij in den dierentuin plotseling Marie de kangoeroes wil laten zien, dan ga jij mee en gaat niet bij hen vandaan. Hoor je hem aankomen, dan kom je dadelijk te voorschijn, al ben je ook in je ochtendjapon. Heb je mij nu goed begrepen, moeder, ja?" „Zeker," sprak mevrouw Von Losz be droefd. „Je wilt een gedresseeirden draak van mij maken!" „Neen, wel een leeuwin, die haar jongen bewaakt." „Wat moet er dan van Hans worden, daar ik ook op moet passen „Huil nu maar niet, mijn. lief vrouwtje!" troostte de heer Von Losz. „Hans is in zijn beste jongensjaren die zal zich wel amuseeren. Wij moeten hem be zigheid geven, dat is de hoofdzaak bij dé op voeding. En wil ik je nu eens wat zeggen? Nu zullen wij ons eens wat lekkers laten ha len. Beneden in die groote zaal mot die nie- renvörzarnoliug van keil ners, kost het zoc ge naamde couvert drie mark. Maar zoo dom ziju wij niet. NeenWij koopen ons stilletjes een heek-boel lekkers, sluiten de deur dicht en drinken er cien wijn bij op dien wij nog van de reis hebben overgehouden. Hans!" De deur ging open, en de zoon van het echtpaar vloog gedienstig binnen. „Hans," sprak mijnheer Von Losz, „jij hebt jonge boenen en daarbij zal het je vol strekt niet hinderen als je eenige kleine pak jes krijgt te dragen. Loop eons vlug de straat op, ga ergens in een winkel hier heb je geld en breng ons iets te eten meeAlaar zoo, dat men het in het hotel niet merkt „Wat moet het zijn, papa?" vroeg Hans verheugd. „Nu, zie maar eens wat je krijgen kunt. Breng mee, wat je wil. En roep je zuster hier! Wat doet zij?" „Zij huilt." „Wat doet rij „Zij huilt, omdat zij een arm verlaten schepsd is, de wereld een Woestijn en „Voor den duivel!" schreeuwde de heer Von Lose. „En dat Kurt haar zelf haar reistasehje t e n d a m te begeven. Deze valreep leidde naar het hoofddek. Aldaar werd de kapitein van de Statendam, kapt. Bonger, tevens de oudste kapitein der Maatschappij, als mede buitengewoon oudste luitenant 1© kl. van de Kon, Ned. Al a ri nere serve, aan H. H. AL M. voorgesteld Twee zoontjes van kapt. Bonjer boden den Koninginnen bloemen aan met linten in de Nassaukleuresn. Alsnu werd met de wandeling over heb schip een aanvang gemaakt. Do stoet nam eerst haar weg langs het hoofddekhuis, waar langs de equipage met do officieren was op gesteld. De weg leidde voorts naar het tus- sehemdek waar de hutten der derde klasse in oogenschouw werden genomen en waar eeni ge tafels gedekt standen om de Koninginnen een denkbeeld te geven van de behandeling der derde klasse passagiers aan boord'. Ook in het volkslogies werd een kijkje genomen, dafc op dit schip veel beter is dan op ander©, on welke verbetering de Maatschappij ook op haar andere sohepen zal invoeren. Langs den dienstgang werden achtereen volgens in oogenschouw genomen de hutten der machinisten, de keuken der 3e klasse enz. Zoo naderde men de laadruimte, waar een van die reuzen-elevators, tegenwoordig bij de maatschappij in gebruik, m werking werd gesteld. Langs de hutten der 2e klasse-passagiers werd dé tweede klasse-kajuit bereikt, waar de tafels gedekt stonden, hetgeen een pretti- gen indruk maakte. Thans werden de Konin ginnen weder uitgenoodiigd naar boven te gaan en werden daar de eerste klasse-boven- liutten bezichtigd, alsmede de eerste Hasse salon waar eveneens de tafels gedekt waren. Hadden H. H. Al, H. reeds herhaaldelijk haar goedkeuring en bewondering te kennen gegeven over de keurige inrichting van het schip, dg eerste klasse-salon, -rooksalon, -bi bliotheek enz. met hun kostbare zolder- en wandversieringen van gebrand en gekleurd' glas, geschilderde tegels, prachtvol beeld houwwerk, overtroffen zelfs Hr. Als. verwach tingen. Die zoo iets nooit gezien heeft, kan zich dan ook geen denkbeeld vormen van de pracht en weelde welke daar ten toon ge spreid wordt. De firma Alutters Zn. te 'sHage, die al dat schoons geleverd heeft, brengen, wij bij deze gaarne onze hulde. H. AI. liet zich den beer Mutters voorstel len. Alsnu werd de tocht voortgezet naar het sloependék en do brug. Van dat punt bewon- werden H. H. AL AL andermaal met veel be langstelling het eenig-schoone panorama der stad en haar rivier. Op het sloependek stond die equipage aan getreden ter uitvoering van een sloepeuma- noouvre. Op een teeken dat H. Al. verzocht werd te geven, werden in een oogwenk allo booten gestreken en die aan stuurboord te- Ijet dragen en zich in het geheel niet om haar bekommerd heeft 1" „Zoo zoo!" sprak mijnheer Von Losz langzaam. „Het is good. Nu begrijp ik, wie c6© ka meel in de woestijn is stil, daar komt zij aan." Hans vloog met veel lawaai do kamer uit, terwijl Alarie door een andere deur binnen kwam bijna gelijk met neef Kurt, den nieuwen assessor." „AVat zet jij voor een gezicht, Kurt vroeg mijnheer Von Losz. „Ik heb mij heb ongenoegen van mijn nicht op mijn hals gehaald," zeide Kurt scherp. „Zij wil mij geen hand geven." „Onzinbromde mijnheer Von Losz. „Ik was zoo dwaas, mij als een kind op dit wederzien te verheugen,ging Kurt voort. „Alaar alleen voor kinderen zijn her inneringen heilig. Alarie 'zweeg nog altijd. Zij kon haar tranen bijna niet inhouden. Ivurt ging in den eenen hoek van de kamer zitten en Alarie in den anderen. „Je hebt geen recht om zoo te spreken," zeide zij eindelijk. Mijnheer Von Losz, met de handen in den zak, floot zacht en zocht den blik van zijn vrouw. „Geen reolib neen," fluisterde Kurt. „Ik wou, dlat ik nooit het examen gedaan had, en ik in Amerika zat." „Wat heeft je zoo ontstemd vroeg Marie. „Dat zal ik je wel eens vertellen maar nu niet." „Aiha!" dacht mijnheer Von Losz. En hij keek rijn vrouw aan, alsof hij zeggen wild© „Zie je wel?" „Ik kan je tob mijn spijt vanavond niet op wat fijns onthalen, beste Kurt, ons sou per zal zoo eenvoudig mogelijk zijn en alleen bestaan uit wat koud vleesch met portwijn. Marie, haal den portwijn even! En daar is Hans ook." „Heb je een kurketreikker bij je?" vroeg Alarie met afgewend gelaat. „Neen!" sprak hij gedempt, en draaide zich op de hielen om, HarJ haalde onderwijl in alle vroolijkheid vens te water gebracht, welke manoeuvres uitmuntend van stapel liepen. Op dit dek waren tevens alle reddingsmiddelen welke rich aan boord bevinden, geetaleerd, hetgeen een goed donkbeeld gaf van d'e voorzorgen door de maatschappij genomen. Nog een ander interessant schouwspel wachtte d© Koninginnen. Dwars voor de Statendam lagen op de rivier de red dingsbooten uit Bridle, Alaassluis, Helle- voetsluis en de stoomreddingsboob van Hoek van Holland, die tlian3 voor H. H. AI. M. paradeerden. Het bestuur der reddingmaab- schappij kwam aan boord vau de Stat e n- d a ni en werd daar aan zijn liooge Bescherm vrouwen voorgesteld. Nadat ook nog de afdteelingschefs der maat schappij aan H. H. Al. Al. waren voorgesteld, werd in de damessalon een oogenblik rust genomen en thee gediend. Inmiddels was liet tijdstip van vertrek we der genaderd. Nadat H. H. Al. AI. nog her haaldelijk haar bewondering over het sehoo ne schip en haar dank voor de hartelijke ont vangst hadden betuigd, verlieten zij langs den valreep weder de Statendam om rich door do smaakvol versierde hoofdingang naar het daar wachtende rijtuig te begeven. Ten 5-1 ure namen H. H. Al. Al. woder in de rijtuigen plaats, ten emde de rijtoer door Charlois en Katendrechb te ondernemen. Daarbij werden gevolgd d© Rijnhaven NZ., de Parallelweg, de Rijnhaven ZZ, do Veer- laan, de Katendrechtsehe laan, d'e Katen- dreschen dijk, de Groudlieereudijk, de Kaats baan, Kerksingel, Gouwstraat, Lage Katen drechtsehe dijk, Dordteche straatweg, Tol- kuisstraat, Smalle Hilledijk, Hillelaan, Pa rallelweg, Stieltjesstraat, Koninginnebrug, Van der Takstraat, Willemsbrug, Bolwerk, Koningsbrug en Oosterkade naar het Maas station. Tal van verrassingen waren EL H. Al. AI. nog op den langen tocht bereid. Aan den Ka ten drech tschen dijk waren in een dubbele haag met hun vaandels opgesteld een aantal vereenigingen uit Charlois en Ka- ton drecht, alsde inuriekvereeniging Cres cendo, de kolenbootwerkersvereeniging Hulp in nood, de scheepmakersvereeniging Ophoop van Eendracht, de werkliedenvereeuiging Door ons voor ons, en Patrimonium afd. Charlois. Vooraf had'don deze vereenigingen een wan deltocht gemaakt door dat deel der gemeente en daardoor bijgedragen tot verhooging van de feestelijke stemming onder de bevolking, die langs den geheelen weg geschaard, H. H. Al. AL allerhartelijkst toejuichte. Langs den Lagen Katendrechtschen dijk en eveneens voor de verschillende scholen waren de schoolkindleren uit Charlois opge steld, die de Koningin een lied toezongen en bouquetten aanboden, die met vriendelijke dankbetuiging aanvaard werden. Overal had den de dorpsbewoners versieringen aange- oen dozijn kleine pakjes uit zijn zak. De in houd bestand uittwee groote ingemaakte augurken, een zure haring met uien, een ge rooide bot, een dozijn sprot en. een stuk Hol- innusehe kaas. „Wat heb je daar?" stotterde de vader verschrikt. „Waar is het vleesch V' „Allemaal lekkers, papa! Gij Jiöbfc toch ge zegd, ik zou wat lekkers meebrengen „Én het brood 1" „Brood? brood ik heb geen brood!" zei Hans schouderophalend.. „Ik eet het alle maal zonder brood." „Groote deugniet!" bromde de vader. „Alaar daar is nu niets aan te doen. Kom kinderen er is genoeg, eet en laat ons vroolijk zijn!" Allen schoven de stoelen bij de tafel en begonnen uit do papieren te smullen. „Als dit mijnheer Behmeke zag!" sprak Hans droomerig, en de gedachte aan dezen candidaat deed Kurt even glimlachen. Bij deze herinnering werd hij eenigszins treurig gestemd. „De oude tijden, Alarie1" zeide hij zacht. Zij zag hem aan. „Als ieh wiederkam als ick wiederkam war alles leer..." Kurt zette haastig rijn glas aan de lippen. „Is er nog wat, Hnderen 1" zeide mijnheer Von Losz. „Alles leegzeide Hans en keerde de pa pieren om. „Alarie heeft het al gezegd hebt u niets géhoord?" Alarie werd vuurrood, mijnheer Von Losz zuchtte. „Zoo kmEigenlijk heb ik nu eerst honger en dorst gekregen Schandelijken dorst. Ik ga nog eens uit en eet eigens een biefstuk met gebakken aardappelen." „Ja, papa, dat moet u doen!" riep ALarie haastig. „Ja, oom, doe dat maar „Ja, en Kurt mija jougen, jij gaat met mij mee. Niet waar?" „Dab spreekt vanzelf, beste oom!" stamel de Kurt verschrikt. „Dab spreekt „Vanzelf," eindigde mijnheer Von Losz. „Vooruit daa maar, dé dames willen een beetje uitrusten. Hans, ondeugende rakkert, wat is dat nu weer?" bracht. Er heerschto een -echte feeststemming. En zoo was dan het uur van afscheid we der aangebroken. Aan het Alaasstation deedi thans een afdeeling mariniers als eerewacht dienst. H. H. Al. M. werd verwelkomd met het spelen der volkshderen door pijpers en tam boers, waarna de schuttenj-nmriek met het Wilhelmus inviel. H. H. M. M. onderhielden rich in het sa lon nog eenige oogeriblikken met da ver schillende autoriteiten en waren onuitputte lijk in haar lof over al hetgeen rij hadden mogen aanschouwen e®. de hartelijke ont vangst Haar weder door de Rotterdamscho burgerij bereid. Ook de hoofdcommissaris van politie, de heer W. Voormolen, had hier de hulde van H. H. Al. AL weder in ontvangst te nemen voor de uitstekende wijze waarop de goede orde gedurende den geheelen tocht "door de politie was gehandhaafd, een deel van welken dank hij zeker gaarne met ons zal willen overbren gen aan het publiek dat bij de betuiging van. zijn hartelijke sympathie voor de geliefdie Vorstinnen zoo krachtig medewerkte om alles in de beste orde te doen geschieden. Onder het spelen der vollsliedereai zette de trein zich in beweging, welke muziek bijna overstemd werd door de daverende hoerahs welke op dab oogenblik door allen, die bij het vertrek tegenwoordig waren, werden aange heven. Aloge Rotterdam nog menigmaal de eer go- nieten H. H. AL M, in haar midden te ont vangen Dat is zeker de innigste wemsoh van do gansche Rotterdamsche burgerij. Op de rivier. Van onsen particulieren correspondent.) Het viel mee. 's Alorgens was de lucht zoo dik, en die uit het Noordien kwamen, van Den Haag en hooger op nog, spraken van re gen. Alaar te Rotterdam was heb droog ge bleven. „Rotterdam boft weer," zei men. Wèl dreigde de lucht: telkens weer kwamen da donkere ballen wolken aanrollen van heb wes ten, zwartig en paarsig grauw, met heerlijke lichtranden als de zon nu en dan een ope ning sclieurde in de sombere massa. En als dat gebeurde, dan leek alles vriendelijker en mooier; dan was 't of de vlaggen er, vanen broeder uitwoeien en lustiger klapperden. Eu om elf, twaalf uur, deed die zon een krachtige poging, en met wijden zwaai gooide ze de wolken ver weg, en blauw, zacht blauw was de hemel, toen de Koningin buiten het sta tion trad, ontvangeu door een spontane geestdrift die niet wilde luwen. 'tWeer hield rich goed, onder den tocht door de stad, langs die Boompjes waar een gouden neb lag over flitsend-groen water, over dë eilanden aan de overzijde. En overal de stad aan den arbeid, overal leven en beweging, drukte en verbier, die düi- Het was plotseling donker geworden. Hans had heb electrische licht uitgedraaid. „Wil je dadelijk weer licht maken, on deugd „Br kan den knop niet vinden, papa!" Na eenige minuten vond hij hem, en alles werd weer door het schelle licht uit de vier tulpen beschenen. Kurt was zeer bleek, en. stond naast Alarie, wier haar aan één kant een beetje verward was - het zag er uit of zij op een kussen had gelegen. „Goeden nacht!" zeide Kurt met een eigenaardige stem. „Goeden nacht slaap wél!" „Ja, slaap wel!" riep mijnheer Von Loss door de deur. „En wacht niet op mij „O, Alarie," Haagde mevrouw Von Losz, „wat voel ik mij akelig, dat is de schuld van dat eten wat Hans meegebracht heeft alles was zoo zuur en zout neen, Marie, raak mij om 'shemelswil niet aan laat mijl ritten waar ik zit, of er gebeurt een onge luk' Spreek het woord thee en cognac niet uitKom niet in mijn nabijheid „Alama, mama!" zeide Marie verschrikt, „wilt gij niet liever naar beu gaan?" „Wees stil! Beweeg jo niet!" „Hebt gij maagpijn, mama?" vroeg Hans ondeugend, „of hebt gij een gevoel, alsof „Zwijg!" beval mama met doffe stem, „Bé- stel mij een flesch spuitwater maar vlug 1" Hans ging en bestelde een flesch. „Zoo!" hijgde mevrouw Von Losz. „En nu, Marie, help mij naar bed!" Al vroeg in den morgen zat Alarie in de kleine hotelkamer en droomde. Haar blik zweefde over de vreemde, door de zon besche nen daken daarbuiten, haar oor hoorde vreemde stemmen een beetje heimwee voelde zij, heimwee naar het stille huis op het land en naar een weerspannig mensch, die toch liier was heimwee naar den ouden en naar een zaligen nieuwen tijd. „Alarie, daar is Kurt!" schreeuwde Hans en stootte de deur open. Een gevoel van vreugde kwam over de bride jonge inenschen. AlleenZij waren alleen. Kurt zag om rich, heen, zette ziju hoed: af en schoof een stoel bij. EBj deed dit alles met een overgroot pleizier. (Slot volpt.) 1 u

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1899 | | pagina 5