Donderdag 24 en Vrijdag 25 Mei 1900. No. 10249. 54e" jaargang. GOUD EN EER. f' i rL B e i c h t. BE ONGEVALLEN WET. 2°) BUITENLAND. "f - Wt--'** e' VV SCHIED Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Ylaardingen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.G5. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóó<- een uur aan 'iet bureau bezorgd zijn. BureauBoterstraat 68. Prijs der Adverten tiën: Van 16 regels 11, 0.92iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote lettere naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. I In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kl«ine advertentiën. opgenomen tot den prys van 40 cents per advertf ntie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon IVo, 133. Donderdagavond verschijnt de „Scliledamsclie Courant" wegens den Hemelvaartsdag niet. In deze dagen is de Ongevallenwet weer aan de orde. De Eerste Kamer zal spoedig bijeenkomen vermoedelijk zal zy den 30sten de wet die reeds tot zooveel geschrijf en bespreking aanleiding gaf, onder handen nemen om haar ja, wat zal het zijn, te verwerpen of aan te nemen. Wij hopen het laatste. Het zal velen onzer lezers niet onwelkom zijn, nog eens in het kort hier uiteengezet te vinden wat de Ongevallenwet, eenmaal ingevoerd, voor de werklieden zal opleveren. Voorop sta dat de verzekering is eene verplichte voor de in de wet genoemde be drijven. Die op te sommen schynt ons over bodig; wy kunnen volstaan met te vermel den dat deze wet niet ten goede zal komen van hen die werkzaam zijn bij de groote vaart, de zeevisscherij en den landbouw, veehouderij, tuinbouw en bosehbouw, óók wanneer in eene onderneming van dien aard eenig krachtwerktuig wordt gebruikt. Daar entegen gelden de bepalingen der wet wèl voor het visschersbedtyf dat op rivieren of binnenwateren wordt uitgeoefend, en het binnenschippersbetlrijf, wanneer dat wordt uitgeoefend met een schip van niet grooter dan 60 M3. Wordt het schip evenwel bewo gen door eenig krachtweiktuig of worden zy die in het schippersbedrijf werkzaam zijn, ook gebezigd voor vervoeren, laden, lossen, stapelen, wegen, meten, vervoeren of weg bergen van goederen, dan is de wet in ieder geval toepasselijk. Hierbij zij opgemerkt dat onder kracht- werktuig wordt verstaan elk toestel dat be stemd is voor het drijven van een of meer arheidswerkluigen, In alle bediyven, die dus onder de wet vallen, zijn de werklieden verzekerd tegen de geldelijke gevolgen van ongevallen, mits deze hun zijn overkomen in verband met de uit oefening van het bedrijf. Onder werkman wordt verstaan ieder die in dienst van den werkgever in diens onderneming werkzaam is tegen loon, waarbij volontairs, leerlingen en dergelijke personen die nog geen loon ontvangen wegens hun onvoldoende opleiding, met werklieden worden gelijkgesteld. Onder da wetkgevers worden ook begrepen vennootschappen en andere rechtspersonen; met werkgevers worden gelykgestefd publiek rechtelijke lichamen (staat, provincie, gemeen te, waterschap enz.), wanneer deze personen in dienst hebben, die verzekerd zouden zijn, indien zij denzelfden at beid in dienst van een privaat persoon verrichtten. Overkomt nu den werkman in den zin der wet, arbeidende in de onder deze wet begrepen bedrijven, een ongeval in velband met de uitoefening van het bedrijf, dan ontvangt hij de volgende schadeloosstellingen a. genees- en heelkundige behandeling of vergoeding daarvan b, wanneer hij den derden dag na het Roman, uit Transvaal VAN AUGUST "NIEMANN. Dezelfde gillen die O t'til ie gehoord jjiad, waren, ook tot Joacliim doorgedrongen en hadden hem uit zijn oanistigen sluimer go- wekt. Zijn gezonde, jonge natuur en de lange rib die hiji vara, de Dearsonmijnt naar Jo hannesburg gemaakt had, luidden eindelijk over zij slapeloosheid' gezegevierd en on danks het snurken van zijn buurman1 was hij gaan sluimeren. Hij had verward gedroomd. Eerst was hij op een schommelend schip ge weest, daarna bevond bij zich 'te paard in d'e koninklijke manége te Hannover. Hij was niet alleen, maar een aantal kameraden, met wie hij in de manége geweest was, reden er ook; zij spraken evenwel niet met hem, maar zagen hem vara ter zijde aam. Era daar schoot hem te binnen dat hij ia 't geheel niet in de manége thuis behoorde, daar hij den cur.ru.. al lang had verlaten era buitendien! ingenieur was bij' den, heer Pudge. Uit dezen zwaren droom wekten hem de gillen. Maar dab ging hem in 't geheel niet aanin dit vreemde land gebeurden natuur lijk vreemde dingen en hij draaide zich om en sliep in. Obbilio spoedde zich intusschen naar Sto- nia en vorad liet kind in .stuiptrekkingen. Stonia had in Parijs reeds eera een lichte epileptische» aanval gehad, 't scheen zich nu iri erger mate te herhalen. Naast! het bed lag mevrouw Pudge op da ongeval niet in staat is zijn gewone werk te doen in de onderneming van zijn werk gever, behalve deze vergoeding nog een tijdelijke uitkeering van 7070 van zijn dag loon. Deze uitkeering duurt zoolarg de ge noemde ongeschiktheid aanhoudt, maar nooit langer dan tot den 22sten dag c. wanneer hij drie weken na den dag van liet ongeval nog geheel of gedeeltelijk onge schikt is tot werken, eene verdere schade loosstelling, rente genaamd, van 70 pCt. van zijn dagloon bij geheele ongeschiktheidvan een aan zijn verloren geschiktheid evenredig deel dezer rente bij gedeeltelijke ongeschikt heid. Deze rente gaat in na den 22sten dag na het ongeval. Indien het ongeval den dood van den werkman ten gevolge heeft, worden uit gekeerd a. eene rente aan de nagelaten betrekkin gen van den overledene, ingaande op den dag na het overlijden l. dertigmaal het dagloon van den over ledene aan diegenen der nagelaten betrek kingen die recht hebben op eene rente en voor de begrafenis hebben gezorgd, of anders aan hem die voor de begrafenis zorgde. Deze rente bedraagt a. voor de weduwe, tot aan haar dood of haar later huwelijk, 30 pet. van het dagloon l. voor den weduwnaar, over hetzelfde tijdvak, zooveel als de overleden vrouw bij droeg tot zijn levensonderhoud, maar nooit meer dan 30 pet. van haar dagloondit geldt alleen wanneer de vrouw kostwinner was van haar man c. voor elk wettig en elk natuurlijk, wettiglijk eikend kind 15 of, wanneer het ouderloos wordt ot is, 20 pet. van het dagloon. Voor ouders, grootouders en kleinkinderen, van wie de overledene de kostwinner was, geldt een gelijke bepaling als voor den weduwnaar. De rente die kinderen of klein kinderen genieten, houdt op wanneer het zestiende jaar is bereikt, terwijl de weduwe bjj een opvolgeud huwelijk geen rente meer trekt, maar als afkoopsom in eens een bedrag van tweemaal haar jaarrente ontvangt. In het geheel kan voor een ongeval met doode- lyken afloop nooit meer worden uitbetaald dan CO pCt. van het daglooo des oveiledene. Geen schadeloosstellingen worden genoten a. door den verzekerde die opzettelijk het ongeval heeft veroorzaakt, en diens nabe staanden b. door een nagelaten b-trekking van den overledene, dio opzettelijk of in dronkenschap het ongeval heeft veioorzaakt of door grove schuld te weeg btacht; c. gedurende gevangenschap van drie jaren of langer van den rente-trekker de verbeurde rente kan alsdan ten goede komen aan hen die recht op renten zouden hebben gehad indien het ongeval dat den veroordeelde is overkomen, doodelijk ware geweest. Tot op de helft verminderd worden de tijdelijke uitkeering en de tente waaropeen verzekerde aanspraak heeft, indien het hem overkomen ongeval te wyten is aan dronken schap. De schadeloosstellingen worden berekend per werkdagvoor de Zondagen en algemeen erkende christelijke feestdagen geschiedt der halve geen uitbetaling. Evenmin komt voor de berekening der schadeloosstellingen in knieën en wrong zich do handen. „Zij zal storven Zij zal stervenriep zij op vertwij felenden toon, en gedroeg zich, zelf door een zenuwtoeval overvallen, als een vrouw die aan epileptic lijdt. Gttilio stuurde dadelijk om dan dokter, terwijl' zij' do middbloos aanwendde die do Parijsche dokter voorgeschreven had. Hot kind scheen «enige verlichting te krijgen en zag Gttilio met dankbaren blik aan. Mevrouw Pudge jubelde heb uit van vreugde en kuste Ottilie do hand. De dokter, de beroemdste uit de etad, verscheen, en gaf mevr. Pudge, die in hooge mate overspannen was, een mor- fine-injectie. Da.t maakte haar rustiger, en toen het kind, toen dei morgen al door het venster scheen, in slaap viel, ging zij) weg era verzocht O'ttilie mee te komen. „Blijf bij mij," zeide zij. „Jij bent de goede engel van heb huis. Ottilie volgde mevrouw Pudge in haar boudoir; hier legde zich de dame in een zij den shawl gehuldl op de sofa en hield Otti de's hand. in de hare. Zij sprak wartaal, en Ottilie zag medelij dend neer op die arme, nu zoo bleek o, zieke vrouw, omgeven door uitgelezen pracht en comfort. De meubelen wanen van ivoor, overtrok ken met zeegroene» zijde, met dezelfde stof waren ook do wanden1 bekleed, terwijl de ge welfde zoldering den hemel voorstelde, waar in noordelijke sterrenbeelden met hun uit stralend electrisch licht het geheele vertrek vervul dor.De hemel' bewoog zich langzaam, zoodat de stsrrerabeeld'en zich verplaatsten. Maar walt kom al die heerlijke pracht, al die weelde de lijdende eigenares baten? „Ik ben u zoo dankbaar, juffrouw Ottilie," aanmerking hetgeen de werkman boven vier gulden per dag verdiende. Deze verzekering nu geschiedt bij eene Rijksverzekeringsbank op wier toestand en beheer toezicht wordt uitgeoefend door epu raad, die voor een derde leden wordt be noemd uit de werkgevers, voor een ander derde uit de werklieden. Deze bank stelt, behoudens beroep door den belanghebbende, alle schadeloosstellingen overeenkomstig de verstrekte gegevens vast en kent die toehet bestuur der bank kan eeoe voorloopige reDte toekennen, zoolang de toe te kennen rente nog niet definitief is vastgesteld. De Staat stelt zich zonder eenig voorbehoud aansprakelijk voor de te betalen schadeloosstellingen. De renten kunnen tot een bedrag van f 260 per jaar, vervreemd, verpand noch beleend wordenevenmin kan er beslag op worden gelegd, Hoe de middelen worden opgebracht, waar door de uitgaven worden gedekt die de uitvoering dezer wet met zich mede zal brengen, laten wij op dit oogenblik onbe sproken. Alleen ditde verzekering komt enkel ten laste van den werkgever die, op straffe van boete van ten hoogste honderd gulden, de premie noch geheel noch ge deeltelijk mag afhouden van het loon der verzekerden. Ten slotte zy aangestipt dat door den ver zekerde, behoudens enkele bijzondere geval len, geen vordering op schadeloosstelling zai kunnen worden ingesteld volgens de art. 1406 en 1407 van hei Burgerlijk Wetboek. Algemeen «Tcrzlclit. SCHIEDAM, 23 Mei 1900. DE OORLOG. Het oorlogsnieuws is bitter schaarsch. Wij hooren dat Britsche troepen genaderd zyn tol Vereeniging aan de Vaalrivier, waar de brug onbeschadigd werd gevonden. Ver eeniging nu ligt aan de lijn Kroonstad Johannesburg. Mag hieruit worden afgeleid dat de Boeren ook aan de Vaal niet stand zuilen houden Tegelijk wordt beweerd dat Johannesburg in staat van tegenweer wordt gebracht, zoo dat de Boeren besloten zouden zijn de goudstad uiet zonder strijd in handen der vijanden te laten, Bennett Burleigh, de bpkende corres pondent verwacht vóór de stad geen ernstigeo tegenstand. Wel worden schansen aangelegd by Khprtvierberg by Johannesbuig, maar h\j zegt dat de Engelschen die kunnen omtrek ken, zoodat de Boeren hun stellingen zullen moeten ontruimen. Te Pretoria is men reeds bedacht op de mogelijkheid van een beleg. Tweehonderd personen hebben daarover in een openlucht- meeting besprekingen gevoerdeen com missie werd benoemd om te zorgen voor de veiligheid van vrouwen en kinderen, terwijl tegelijk de Nederlandsche consul werd uitge- noodigd zijn regeering aan te raden, de noodige maatregelen te treffen voor de be scherming der Nedeilandsche onderdanen. Intusschen verneemt de «Morning Post" dat de Boeren uit Harrysmith, in het Noord oosten van den Vrijstaat, wegtrekken naar zeide zij. „Wat, moesten wij beginnen, als wij u niet hadden Stonia houdt van u. Als liet kind geneest, zal dat aan uw invloed te dan ken zijn, U is mijn wax® dochter, juffrouw Ottiliewant wat heb ik aan VictoriaNeen, u is mijl» goede engel. Ik zou zoo graag iets voor u willen doen. Als ik maar geld had1 Maar ik had meer geld toen ik nog arm was. Wij1 rijm dwaze niensch.mToen ik nog arm was, wenschte ik mij steeds rijkdom, era ik dacht dat ik al mijn wenschera vervullen en geluking zou kunnen zijn, als ik maar geld had. Nu ben ik zeer rijk en zeer ongelukkig. Dab wil zeggen, mijn man is rijk, en het lijkt of ik hst ook ben. Maar mijn man geeft mij nooit een cent. Hij geeft mij juwieelen en dia manten en andere dure dingen, maar geld! krijg ik nooit. Maar ik wil een mooder voor je zijn, Ottilie. Vertrouw mij alles toe wat jo op het hart hebt; zeg mij al je zorgen of wensehen wat ik kan, wil ik voor jo doen." Ottilie voelde zich bewogen. Zij was zoo ongelukkig en verlaten, dat de belangstel ling van mevrouw Pudge haar goed deed. Zij werd dus ontrouw aan haar voornemen om to zwijgen. Zij' vertelde haar levensloop en haar geheele levensgeschiedenis. Mevrouw Pudge was geroerd. „O, hoe mooi, zulk een liefde," zeide zij. „Ach, lieve Ottilie, er is niets schooners ter wereld dan zulle een trouwe, ideale liefde. Zoo was het ook met mijii eerste l'rfde, met mijn edelen zendeling. Maar je moet uiet te verwonderd zijp over het wederzien van den graaf. Je bent nog zoo jong, en kent de wereld nog zoo weinig, daarom; komt jo deze ontmoeting zoo bijzonder voor. Maar w'e de wereld1 door en door kent als ik, dien komt ze klein voor. Men ontmoet zijn1 bekenden in den loop der het Noorden, dat de Van Reenenspas ont ruimd en de Botha-pas nog slechts door weinige Boeren bezet is. Op Bulier hebben de Boeren weer een klein voordeel behaald. Het schynt dat deze Bethune met 500 man naar Nqutu in Zoeloe- land had gezonden, denkende dat er geen Boeren waren. Dit bleek wel het geval. Blijkbaar is Bethune toen teruggetrokken maar onderweg is dicht by Vrijheid een eskadron in een hinderlaag gevallen. Alle hoop, hoe gering ook, blijft gevestigd op interventie van de Vereenigde Staten, al heeft Mc Kiniey geweigerd de depu tatie officieel te ontvangen, en is de door den staatssecretaris Hay gepubliceerde verklaring weinig bemoedigend. Hay deelde aan de gedelegeerden mede, dat de artikelen III en V van de Haagsche Conventie eenïge verdere actie door de Ver. Staren onder de bestaande omstandigheden onraadzaam schijnen te maken, terwijl de verklaring besluit als volgt „De stappen door den President gedaan in zijn ernstigen wensch om den oorlog te zien eindigen, mogen reeds gezegd worden te gaan tot de uiterste grens die hem veroorloofd is. Zijn vollen plicht gedaan hebbende om zijn neutrale positie strikt m acht te nemen, en de eerste gelegenheid dm zich voordeed aan gegrepen hebbende voor liet aanbieden zijner goede diensten in het belang van den vrede, beseft Mc Kinky, dait hem ia de tegenwoordi ge omstandigheden geen andere weg open staat dan te volharden in zijn politiek van onpartijdige neutraliteit. Daarvan af te wij ken, zou in strijd zijn met al onze tradit'ën en nationale belangen, en zou leiden tot ge volgen, welke noch de President, modi het volk der Vereenigde Statera gaarne zou zien." De Boerengezantéh wanhopen evenwel nog niet. Zij richten zich tot liet Amerikaanscbe volk zelf. Volgens den correspondent der „Frankf. Ztg." is dan ook de mogelijkheid niet buiten gesloten, dat Mc Kmley 'toch nog, zij, het ook niet-offieieel, do Engelsche regeering zijn be middeling zal aanbieden. Niet onvermeld mag blijven dat onmiddel lijk na liet vertrek dor deputatie sir Julian Pauncefote, de Bntschc gezant, eon onder houd mot den staatssecretaris Hay heeft ge had. Frankrijk. Do Fransclie regeering heeft andermaal met succes een aanval der nationalisten af geslagen. De vrienden der regeering lokten zeiven den strijd uit, nu De C letollane, om de regeering geen gelegenheid te geven tot een parlementaire victorie, zijn vroeger aan gekondigde interpellatie over de algemeene politiek had ingetrokken. Daarom interpelleerde de republikeinsclio afgevaardigde Gouzy aver de algemeene staat kunde. Hij wees er op dat dfe verkiezingen buiten Parijs oen overwinning Waren voor de repubhkemselie sltaatkunde en vroeg der re geering maatregelen te nemen voor de ver dediging dor Republiek. Paul do Cassagnac vatte hierop terstond vuur. Hij verklaarde dat. de nationalistische interpellatie niet was ingetrokken uit vrees voor een overwinning der regeering. Inte gendeel, zij hopen dat liet Kabmet-Waldeck- Rousseau nog zal aanblijven, omda't het zoo- jaren steeds wederom. Ik kan je dadelijk eens voorbeeld noemen. De vadervara den heer Barnato heb ik voor lange jaren gekend!. Ik zag hem te Bombay, waar hij als clown op trad. Ik heb hem in Johannesburg in een gezelschap teruggezien en hem dadelijk her kend, Hij heeft mij ongetwijfeld ook her kend, maar aangezien hij nu een arehi-mil- lionair is en eera gezien personage, zal hem dio herinnering wel niet aangenaam zijn, want hij liet zich voorstellen en begreep mijn toespelingen op Bombay niet. Zoo gaat het in het leven. Verwonder je niet te zeer, hef kind, maar verheug je dait je hem teruggezien hebt. Ik zal doen wat ik kan om jehii geluk kig te maken. Al moest ik ook mijn diaman ten verkoopen, want geld heb ik niet. Ik bezit niets als tienduizend francs, die ik be spaard heb op onzen reis naar Europa en die ik nar. Pudge raiet eruggegevon heb. Tien duizend francs zijn evenwel niet voldoende om jou en den graaf te helpen." „Maar geld, mijn lieve mevrouw, geld kan hier in 't geheel niet helpen," zei Ottilie met een diepen zucht. „Als Stonia maar niet sterft," zei me vrouw PudgB. „Ach God, liet arme meisje lijkt zoo op mijn eerste kind. Ik geloofde vroeger dat mijn lieve man door de kracht van ziju gebeden God zou bedwingen en de wegvliedende ziel van mijn zoon zou terug houden. Maai- alles was te vergjeefs. En Stonia lijkt zoo op den overledene. Blijf bij ons, Ottilie, ga niet weg. Ik zal voor je zor gen. Wees maar gerust. Je zegt dat geld niet kan helpen geld vermag veel. Maar al kan het ook niet' helpen, ik zal je omstandig heden ter harte nemen. Ik zal alles zóó in richten dat je gelukkig worert." veel kwaad doet aan de repabhkeinschezaak. Daarop las De Cassagnac achtereenvolgens allo ministers do levieten, om toen te verkla ren dat Parijs de ministers verloocliend had door de radicaal-socialistische meerderheid in den gemeenteraad te vervangen door een re actionaire. Recht „enfant terrible" als hij kan zijn, schaarde De Cassagnac aldus de nationalis ten openlijk onder de reactionairen het was duidelijk merkbaar dat zijn partijgeuooten daar weinig over gesticht waren. Voor de regeering antwoordde de minister president. Waldeck-Roussoau zette uiteen dat men staat voor deze vraag: Moet de staatkunde van de verdediging der Republiek worden voortgezet? Of behoort zij gewijzigd? En zoo ja, op welke wijze? Mien heeft gezegd dat voor het optreden van dit ministerie de nationalisten niet of slechts inraevelachtigen staat bestonden; dat velen zijnea* voorgangers het niet hunner waardig geoordeeld hadden hera te bestrij den dat het nationalisme gevaarlijk is ge worden heet de schuld van d'it Kabinet. Deze argumenten1 noemde de minister niet nieuw, maar liij vroeg waar de kiezers de politiek der Regeering hebben veroordeeld Met tracht verdeeldheid te zaaien, het l'and wil de definitieve bevrediging en zal die weten te verkrijgen. Echter aan geen enkele regee ring blijven bestaan als zij voortdurend be leed igd wordt. Daarom vroeg de minister-president do Kamer om een wet die bescherming verleent tegen de lasteraars van het hoofd van den Staat, en eon wet op de vereenigingen, want mem kan met d'e goederen in do dood® hand maar steeds laten toenemen om aan de te genstanders der regeering een krijgskas te verschaffen. De minister-president zal vooste db Ka mer verzoeken de wetten op het onderwijs, op de directe belastingen en op do werkhe- denpensdoenen goed' te keuren. Indien voor dit program geen meerderheid te vindten is, dan, verklaarde Wal d eek -Rousseauzal hij aan zijp opvolger d® zorg voor de uitvoering er van overlaten. Nadat Ribot, nu een verstokt aanhanger van Méline, betoogd had dat het ministerie niet de Republiek is, dat het partij-kiezen van Parijs 'tegen liet Kabinet eera ernstig feit is, dat do regeering zich had belmoren te haasten met d'e amnestie in de zaak-Dreyfus, terwijl de spreker de wetsontwerpen der re geering bestreed1, vroeg de minister-president de medewerking van alle republikeinsehe par tijen als hij zich, vergiste, zou de Kamer liet hem' zeggen. De eenvoudige orde van deni dag die werdi gevraagd, werd' dbor de regeering afgewezen. Zij vereenigde zich met de motie-Gouzy, die verklaart dat de Kamer besloten is met kracht de staatkunde van hervormingen, van verdediging dei- republiek en der gewetens vrijheid voort te zetten, dait zij de verkla ringen der regeering goedkeurt enz. De afge vaardigde Rrantz vroeg splitsing der motie, waarop hot eerste deel werd aangenomen met 439 tegen 56 stemmen er het tweede deel, de goedkeuring van de verklaringen der re- geonng, met 271 tegen 226 stemmen. Een nieuwe aanval werd toen nog be proefd. Bij dear voorzitter was ral. ingekomen eon aanvulling van deze motie, waarbij de re geering wordt uitgenoodigd te zorgen dat de Daar kwam Victoria binnen in' een och tendjapon en informeerde naar den toestand van Stonia en haai* moeder. Zij zette zich. naast den divan neer en liet zich door me vrouw Pudge vertellen hoe de nacht voorbij gegaan was. „Had mij maar laten roepen, mama," zei de zij.*„Ik was dadelijk gekomen, ik heb zoo goed als niets geslapen," „Ja, lief kind, ik dacht dat ook wel. Maar het was niet noodig omdat juffrouw Rieneek al hier was, en je weet welk een invloed de juffrouw op Stonia heeft. Stonia werd zicht baar beter nog voor de dol ter kwam. Victoria zag Ottilie niet zeer vriendelijk aan, doch zei niets. Ottilie was zeer moede en voelde zich onwel sedert Victoria er bij was. Daar kwam ook do heer Pudge. Hij betoonde zich zeer bezorgd. Men had hem gezegd dat Stonia ziek geworden was. ea dat de dokter geweest was. Maar op teedere wijze wendde hij zich het eerst tot zijn vrouw, die onderdo werking van de morfine nu zeer levendig werd on wier oogen schitterden. Mijnheer Pudge bemerkte het en zei..Je hebt je toch weer niet opnieuw een injectie gegeven, lieve Josephe?" „Ja. dat heb ik gedaan, he;, was noodig era ik ben er van opgeknapt." „Maar Josephe, dat gaat toch niet. Je ge went je te veel aan morfine, ik lieb er met ra-.-ra dokter over gespreken en ik zal het je zeüfs moeten verbieden." Wordl rcmvdgil) r t Sr" L5! Jtpks&r-t

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1900 | | pagina 1