r:o
Koolasch te koop,
De strijd om geluk.
54"* Jaargang.
Woensdag 21 November 1900.
No. 10402
tegen 5 cent per Lult). Meter.
BUITENLAND.
V
mm msan; iourani:
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en V1 a a r d i n g e n fl. '1.27. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaar'dingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
BureauBeverstraat 68.
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92iedere regel
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeehge voorwaarden. Taneven hier
van zjjn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden
zoogenaamde ftleine (idrerte»t>8o opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bg vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon So. 123.
Te bevragen bij den Heer D. J. HALLINK,
Hoofdopzichter v. d. Gem. Reinigingsdienst
te Schiedam,
Algemeen overzicht.
SCHIEDAM, 20 Nov. 1900.
Zuld-Afrlka.
Van heb oorlogsterrei n.
Hoeveel malen hebben de Engelsche gene
raals en de Londensche bladen met de Boeren
beschuldigd, dat zij onder bescherming van
de witte vlag ^rradelijk op de Engelschen
schoten
De militaire correspondent, Hales, die ge
durende negen maanden het leger van lord
Boberts heeft gevolgd voor de Daily News"
verklaart nu heden, dat hij gedurende die
negen maanden honderd malen de Boeren
heeft hooren beschuldigen van dat verraad,
zonder dat de aanklacht een enkele maal
gegrond was. Hij toont aan hoe het meeren-
deel der dagbladcorrespondenten zich ver
beelden overal" de Boeren als verraders te
zien handelen en optreden, hoe de Engelsche
soldaten daden, die in strijd zijn met het
oorlogsrecht, aanbrengen van Bceren, die er
even onschuldig aan zgn als de Engel
schen zelf. En toch hoeveel dappere republi
keinen hebben de Engelsche generaals niet
laten fusileeren, aangeklaagd door soldaten,
die zich wilden wreken voor de wonden, die
de «Boeren hun toebrachten?
Napoleon had wel gelijk toen hij zeide
ïlk heb nooit zulke bedreven en systema
tische leugenaars gezien als de Engelschen".
De »Volkszeitung" beweert op de meest
besliste wjjze, dat de documenten uit de
Transvaalsche archieven, die de kwade trouw
en schandelijke handelingen der Erigel-cben
moeten aantoonen, onlangs in een Italiaansche
haven binnengebracht zijn, waar zjj door de
gedelegeerde Boeren in ontvangst zgn ge
nomen. De openbaarmaking wordt zeer spoedig
verwacht.
Een telegram uit Standerton meldt, dat
de Boeren 18 November liet station Vaal-
rivier hebben aangevallen (ten N. van Stan
derton op de Ign NatalJohannesburg). De
Engelschen- hadden twee gewonden.
Patrouilles Boeren vallen onophoudelijk de
Engelschen bij Amersfoort aan (ten Z.O. van
Standerton).
Volgens een dépêche uit Kaapstad zou
generaal Erasmus op dit oogenblik bij Middel
burg gelegerd zijn op den weg naar Pretoria.
Hij zou 2000 man, 1000 wagens en 12000
stuks vee b\j zich hebben.
Een en twintig man van de Kaapsche
Politie en van de Cape Mounted Rifles, die
bij Hoopstad werden gevangen genomen en
van wie beweerd werd, dat zij door de Boe
ren waren vermoord, zijn te Wolmeransstan
DOOR
PAUL ROBRAN.
40)
Florence, Maart.
En nu ben ik alleen.
Grootmama ia afgereisd. Lk ben van uit
het hotel naar een particuliere woning ver
huisd. Mijn (kamer ziet op do binnenplaats
uit, waar allo mogelijke dieren rondsprin
gen, (kruipen of kakelen. Alleen de konijn
tjes zijn stom gelukkig! Maar -wanneer ilk
thuis 'ben, ihoor ik van venster tot venster
lachen en praten. Yan boven uit worden
manden aan koorden naar beneden gelaten
«a dan verschijnen gestalten dn raadselach
tige toiletten en met papillotten in bet haar.
Mijn kamer heeft twee deuren. De eene
geeft toegang tot den corridor en de andere
tot een groote plaats, «waar planken, bezems
em tobben vreedzaam bij elkander staan. Ik
heb volstrekt nog niet kunnen ontdekken,
hoe het buis eigenlijjk gebowld is. Overal
springen muren en hoeken uit.
»In een-hoek is een fontein, waarin, bet wa
ter langzaam omboog springt, en in een hou
ten hokje houden 'drie kippen 's nachts ver
mijt overdag wandelen zij ro-nd op de
piahfe of woeien 'de aaide om in een tobbe,
waana een pemklboompje alle krachten, in-
3®Vo» t© groeien. De lieve dieren ver-
«fhaffén mij lederen morgen een versdh) ei
mtdat ia buit eenige prettige hoedanighéid.
Mijn hospita; ia een'» oude weldiïWe uit een
vrijgelaten en in Christiana aangekomen. Al
len op een na waren zij zwaar gewond.
De nieuwste leugen is dat Botha een eigen
republiek gesticht heeft in Roosenekal (ten
Westen van Lijdenburg).
China.
De Chineesche quaestie in
den (Rijksdag en in. de
F ranse he Kamer.
Gisteren lichtte de Rijkskanselier von Bü-
low het wetsontwerp betreffende China toe,
en zijn eerste optreden voor den Rijksdag
heeft een zeer gunstigen indruk gemaakt;
zelf.a de sociaal-democraten luisterden met
aandacht en vielen den premier niet in de
rede, hetgeen ook niet te verwonderen is,
daar zijh rede van een zeer groote handig
heid getuigde.
Na een 'bespreking van hetgeen aan de
Chineesahe onlusten was voorafgegaan, zeide
von Biilow, dat Duitsclüand het eerste land
was geweest, dat ingezien had, welke geva
ren er in het Oosten dreigden. Hij roemde
de houding van den gezant Yon Ketteler en
verklaarde in geenen deele te Willen mede
gaan met de bewering, dat de bezetting van
Kiau-Fbjou, de oorzaak van de onlusten ge
weest was; de regeering wijlde niets weten
vap een veroveringspolitiek en zal ook dank
zij het Duiteoh-Engelsche verbond, nooit in
een verdeeling van China treden.
De pnemier las daarop voor den tekst van
de met algemeen© stemmen genomen beslui
ten door de vertegenwoordigers der mogend
heden in Peking, betreffende de eisdhen, aan
China te stellen. Deze zijn geheel in overeen
stemming met de mededeelingen van de
pers.
De rijkskanselier zeide voorts, te h-open,
dat het gelukken zal, het door de mogend
heden beoogde doel te bereiken. De herha
ling van dergelijke gebeurtenissen te voor
komen, kan door het groote gerwicht van de
ter sprake gebrachte ethische en materieele
belangen niet op zijde worden gezet, zonder
de Duitsdhe toekomst onverantwoordelijk
prijs te geven.
Men moest dus in China met een aan den
tets tand geëvenredigde land- en zeemacht
optreden. Het denkbeeld, om de rechten van
den Rijksdag te miskennen, heeft nooit voor
gezeten.
"De rijkskanselier gaf dienovereenkomstig
een verüdaring. Hij verzocht alanog-goedkeu-
ring der uitgaven, die zonder sanctie van
deu Rijksdag zijn geschied.
Na von Biilow sprak dr. Lieber, de voor
zitter van de centrumpartij. Na den rijks
kanselier eenige woorden van lof toegezwaaid
te hebben en. erkend te hebben dat Duitsoh-
land krachtig moest optreden, verviel hij in
een bitterder toon, toen hij de quaestie van
het passeeren van den Rijksdag ten berde
bracht en de uitlatingen van den Keizer. Hij
laakte de geringschatting Waarmede in som
mige kringen over de consbi iubioneele rech
ten van den Rijksdag wend geqprofcen.
„Hooge heereu moeten gezegd hébben:
Wat zou het dan nog, als de Rijksdag niet
intijds bijeengeroepen werd? Later houden
ze dan. eenige redevoeringen era staan de kre
dieten toch too." Dr. Lieber eindigde: „Die
van die adelijfce familiën, zooals men ea* in
Italië zooveel aantreft; Donna Carolina
wordt zij eenvoudig genoemd, naar het voor
recht der adelijke dames en volgens Ita-
liaanscihj gebruik. Des morgens komt een
werkster een paar uren, het overig© doet
•Donna Carolina zelf, aio een oud moedertje,
dat zij niettegenstaande haar itrotschen,
oulden naam,, ook werkelijk is. Dbnna Caro
lina moet vroeger mooi geweest zijn. Zij
heeft een fijnbesneden gelaat, dat nu even
wel met tallooze rimpels bedekt ie. Haar
oogen zijn lichtblauw en dof; waarschijnlijk
zijn haar ook geen tranen gespaard gebleven.
Zij ziet er ui't, alsof zij veel geleden heeft,
's Morgens heeft zij heel weinig haar en geen
tanden. Na den middag evenwel is zij voor
zien van een reusaohtige bruine haarbos, die
als een kroon ©pjden 'kalen schedel prijkt,
en een schitterend gebit.
Wat een. verschil tusschea mijn tegen
woordig leven en die vier weken in Nervi
Daar: licht, leven, weelde; hier brandt
's avonds mijn petroleumlampje in de kale
kamer en verlicht den rood-sbeenen vloer,
wadrop een paar van' bont laken lapjes ver
vaardigde kleedjes de plaaite van hét tapijt
innemen I
Ik heb al den tijd', Florence eens te be
zichtigen, want mevrouw litton-Freden is
in Miindhen, waar zij een tentoonstelling ar
rangeert, en komt eerst den len April te
rug. Dat vernam ik in hét atelier, waar ik
wel haar witte kat Themistodes aantrof,
maar haarzelf tot mijn groote verwondering
niet.
hooge heeren moesten met vergeten, dat het
toch per slot van rekening zonder den Rijks
dag niet zou gaan, en dat men ten slotte de
volksvertegenwoordiging haar zin zou geven."
Ten slotte stelde de centrum-bader voor,
het ontwerp naar een commissie te verwij
zen.
De indruk was, dat hot centrum de ge
vraagde oredieten zal toestaan.
De redevoering van Befcel, die op vele
punten zeer hartstochtelijk was, bracht inde
kalmte, die tot nog toe in den Rijksdag ge-
heerscht had, eenige verandering. De socia
listische afgevaardigde wees op het verkeer
de dat de minsters niet verantwoordelijk wa
ren en vergeleek den gee&t van den vroege-
ren Rijksdag met dien van. den tegenwoordi-
gpn. „Onder Bismarck wae de Rijksdag na
ijverig op zijn voorrechten, nu is hij een
lam."
De redevoeringen, die de Keizer gehouden
had, werden door Bebel ook nogal onder
handen genomen. „De Keizer heeft gespro
ken van wtraak en van de toorts van den
krijg enz. Dat was zeer onchristelijk, want
„Mij is de wrake", spreekt de Heer, „en ik
zal vergelden."
Daarna besprak spreker de gruwelen die
door de Duitsdhe sM daten in China bedreven
werden tegenover de Boksers (welke hij even
groote patriotten noemde als -de Pruisen
die in 1812 tegen Napoleon vochten), ten
slotte verklaarde hij dat zijn partij „geen.
enkelen penning voor zoo'n Chineesche poli
tiek als Duiteahland nu voert, kon toestaan."
De minister van oorlog, Gossler, trachtte
verscheiden beweringen van Bebel te ontze
nuwen, wat hem echter niet al te wel ge-
lukte. Eén geweldig rumoer ontstond toen
de minister de keizerlijke uitdrukking „Hun
nen" wilde verdedigen.
Ook in de Fransche Kamer is de Chinee
sche quaestie ter sprake gekomen.
De heer Destournelles vroeg hoe lang de
expeditie in China zou duren en wat zij zou
kosten. Indien alle mogendheden dezelfde
som vroegen als Duitsohland, zou men 1200
mülioen francs moeten hebben. Indien men
deze neemt van de Chineesche douane-ont
vangsten, zou dit hetzelfde beteekenen. als
dat Europa 't betaalde. Indien zekere naties
zich m natura wilden laten betalen, zou het
een algemeenen oorlog ten gevolge hebben.
Laat Frankrijk de hoefden der schuldigen
eisdhen, maar niet hun geld, wat ons duur te
staan zal kunnen komen.
'De heer Sembat zeide, dat de regeering
aan de Kamer moest vragen, of men tot een
oorlog met China had behooren over te gaan,
en waaroin Frankrijk geen adhaesie betuigd
had aan de vredelievende voorstellen van
Rusland, om Peking te ontruimen.
Hij toonde aan, dat de verantwoordelijk
heid van den toestand in China lag bij de
zendelingen, die provoceerden. Hij vroeg op
heldering omtrent plunderingen en barbaar-
eche daden, en drukte zijn spijt uit over de
goedkeuring door Frankrijk van, de benoe
ming van graaf Von WalAersee.
De politieke toestand.
De „Reichsanzedger" publiceert een sdhrij-
M^vrouiw Litton heeft mij vandaag ge
schreven een bijna onleesbaren brief, en
kel hanepooten, schots en scheef door dikan-
der1 Ik kan beginnen met een kleine schets
van ongeveer 50 cM. hoog; een ander leer
ling, miss O'Brien is toch in het atelier en
werkt naar een model. Het zou 'tegedijiker-
'tijd mijn eerste proeve zijn, opdat zij zien
kan, hoe ver ik ben.
Miss O'Brien heeft rood haar en een ge
laat vol zomersproeten, zij draagt geen cor
set, een uitgerafekieiï zwarten rok en een
blouse, die bepaald ©enige jaren, geleden rood
gè weert is. Zij rookt steeds sigaretten, ter
wijl zij werkt, en wanneer zijl niet rookt,
fluit zij. Maar zij is een „goed kameraad";
zij liec-ft mij geholpen, 'toen ik in liet begin
niet iwist, wat met het ra odd aan te vangen,
omdat ik nog nooit zelfstandig een pose had
aangegeven.
Ik heb veertien dagen ais een krankzinni
ge geiwerkt. Zelfs liet ik mijn middagmaal
in den steek, om geen tijld te verliezen, ©n
wanneer ik honger kreeg, a.t ik een stukje
van 'het afschuwelijk onsmakelijke tarwe
brood en dronk een teug wijn. 's Avonds
(knikten rnijh knieën van"het lange staan en
misschien ook wel van 'het vasten.
Morgen komt mevrouw Litton. Wat zal
zij van de schets zeggen? Ik vroeg het mijn
lersahe medeleerlingezij legde de handen
op den rug en bekeek mijn wenk oplettend.
„IJ moet nog veel leerea!"
i Toen stak zij een andere sigaret op, floot
ven van den keizer van China, gedateerd 14
November, aan keizer Wilhelm.
In dat schrijven beantwoordt de Keizer
het telegram van keizer Wilhelm van 30
September, betreffende do beloofde strenge
bestraffing van de aan den moord op den
gezant Yon Kotteler medeplichtige waardig-
■heiclsbeklceders, en de spoedige herstelling
der vreedzame betrekkingen.
Kiwang-iSoe hoopt en verklaart, zoodra de
vredesonderhandelingen tot het gewenschte
einde zullen hebben geleid, zijn terugkeer
naar Peking te ziullen bepalen.
De bescherming der Christenmissies zal,
vooral den hoogsten provinoie-beambten, na
drukkelijk worden aanbevolen.
De bewoordingen, waarin de voorloopige
nota der mogendheden aan de Chineesahe ge
delegeerden vervat zal worden, zijn nog niet
opgemaakt. Men verwacht, dat nog eenige
tijd zal verloopen, vóórdat de nota overhan
digd kan worden. Men gelooft, dat de voor
stellen, vervat in de Fransche en Duitsdhe
nota's, met zekere wijzigingen als basis voor
de eisdhen der mogendheden zullen dienst
doen.
De Gouverneur-generaal van Szech-Wan
ontving bevel zich bij het Keizerlijk Hef te
voegen. Dit veroorzaakt onder, de provincia
le autoriteiten groote opgewondenheid. Men
beschouwt het als een beefcen, dat heb Hof
zich naar Szeoh-Wan begeeft.
Yolgens de verhalen van vluchtelingen uit
Canton, zijn de anti-christenen-onlusten in
de provincie Ewangsi weer begonnen. De
niet-christenen dragen insignes. Alle perso
nen, die zonder insigne zijn, loopen gewaar
gedood te worden."De onderkenning benoem
de een speaialen afgevaardigde om de eischen
van Frankrijk in Thoen-Tak te onderzoeken.
Drie Fransche kanonneerbooten vergezellen
hem, blijkbaar met het doel, de Fransche
eischen te ondersteunen.
f r"> J «A./
Oemengiie ïfifeiSedeclicgen,
Chamberlain moet voornemens zijn van
Italië over Weenen naai' Berlijn, te reizen,
met het doel oen toenadering te bewerken
iusschen Engeland en het Drievoudig Yer-
bond. wan-voor hot tienein reeds geeffend
zou zijn don' de Engelsch-Duitsche overeen
komst in zake de China-politiek.
Rusland en Frankrijk zonden hiermede
voor goed de kans op 's,heeren Chamber-
Iain's vriendschap hebben op te geven.
In de zitting van de Kamer heeft Mvre
de Yilers in zijn rapport over de koloniale
begrooting meegedeeld, dat het aantal man
schappen, dat Frankrijk in zijn kolonie» en
in China moet onderhouden, 140,000 man
bedraagt
Na met Idem het belang te hebben verde
digd van een krachtig leger zeesoldaten,
voegde hij er aan toe, dat heb totaal der
troepen kon gebracht worden op 488,122
man, en dat, indien Frankrijk in Europa
met de een of andere mogendheid in botsing
kwam, de bezittingen groot gevaar liepen.
Een overwinning m Azië of Afrika, meende
hij, kou Frankrijk niet schadeloosstellen voor
een nederlaag op de oostelijke grenzen. Aan
het Yankee-Doodle en ging weder aan het
werk zonder zich verder om mij te bekom
meren.
Eindelijk heb ik van papa een brief ont
vangen. Hij schrijft aan mij, alsof hij een
telegram opstelde. Hij wil erop vertrouwen
dar ik in moeilijkheden tactvol zal optreden
en bij alles wat ik onderneem aan hem zal
denken. Ik vind, dat hij zeer weinig vertrou
wen in mij stelt, dat hij het noodig oordeelt,
om nog een dergelijke vermaning te geven.
Over Klara geen woord! Is dat nu een
goed of een zeer slecht toeken Frida heeft
mij ook niets kunnen of willen meedee-
len. Wanneer men zoo alleen in den vreemde
is, verlangt men zoo vurig naar 'bericht, en
nu schrijft men mij slechte allerlei onibetee-
kenende zaken. Ik heb bepaald heimwee
maar ik durf het in Berlijn niet laten mer
ken, want ik héb het toch zelf zoo gewild,
zullen zij zeggen.
Dionna Carolina zag miji den brief lezen.
Zij had gedacht, dat ik geen ouders meer
liad. Een Italiaansche moeder laat haar kind
niet eens alleen op straat aan, en ik was
alleen zoo ver van huis.
Povera bambina," zeide zij en streelde
mijn hand, „maar het zal wel hoog noodig
zijn I"
(dat uien uit liefde tob den arbeid werkt,
kav rij ach volstrekt niet voorstellen. Ein
dan bovendien een jong meisjeWaartoe wil
ik mijn oogen met lezen en teekenen beder
ven Ik zou toch spoedig trouwen. Of ik vol
strekt geen amante had? Zij vroeg mijl ook,
of ik in Nervi waarvan zij voor 't eerst
in haar leven hoorde met niemand 'ken-
het slot van zijn rapport raamde hij de kos
ten voor de koloniën op 191 millioen francs.
In zeer bedekte termen wordt door ver
schillende Fransche bladen als „Éclair" en
„Intraneigeant." gesproken over een politiek
schandaal, een handel in decoraties.
De schuldige zou de zoon van een Minister
zijn, en er zou niet alleen sprak© wezen van
handel in decoraties, maar ook van hot ver
duisteren van politieke stukken.
Drie personen vroegen om een decoratie-
Twee van hen zouden die door bemiddeling
van den zoon van een minister verkregen
hebben. De derde, een Parijlsdh handelaar,
die 20,000 francs gestort had, ontving niets
en heeft nu een klacht ingediend tegen den
schuldige. Alle pogingen, van hoogerhand
aangewend, om het schandaal te sussen, zou
den ijidel zijn en spoedig zou de zaak alge
meen békend worden.
Zóó wordt in de bureaux der bladen ver
haald. Een journalist zou o>k slachtoffer van
dezen handel wezen, maar geweigerd hebben
een (klacht in te dienen.
In de gistermiddag gehouden zitting der
Fransche Kamer heeft de heer Revil de re
geering over deze zaak geïnterpelleerd. De
minister van koloniën Decrais antwoordde,
dab alles wat gebeurd is, het daglicht kan
velen. Hij protesteerde op den meest veradh-
telijken toon tegen de zware beschuldigin
gen, dab de candidaten aanbevolen werden
door afgevaardigden.
De heer Decrii6 zeide, het oordeel van de
Kamer met vertrouwen af te wachten.
De heer Millerand verklaarde, dat twee
der gedecoreerden op zijn voorstel werden
geridderd en dat was ten volle gerechtvaar
digd.
De heer Drumont zeide, dat de artikelen
in de „Liibre Parede" niet van hem zijn en
stelde voor een enquête te doen houden.
De heer Waldeck-Rousseau zeide, dat hij
te vergeefs den aanbrenger van de Wacht.,
die aanleiding gaf tob de interpellatie, heeft
doen zoeken. Op gumeene manier tracht men
de algemeene opinie te bewerken, omdat ver
schillende discussies over het onderwerp in
't zicht zijn.
Men zal ons echter geen vrees aanjagen.
De minister-president Waldeck-Rousoeaiui
weigerde do gewone orde van den dag, en
nam daarop de orde van den dag, waarin
vertrouwen in de regeering wordt uitge
drukt, aan. Deze werd met 379 tegen 31
stemmen aangenomen
Onder de nieuwe moties die bij den Rijks
dag zijn ingediend, is er een van de natio-
naal-liberale partij, waarin gevraagd wordt
oni de oprichting van Duitsche kamers van
koophandel in het buitenland.
De Duitsobe avondbladen deelen mee. dat
de oatweip-ibegrooting in ontvangsten en
uitgaven 2,240,947,301 mark beloopt. (De vas
te uitgaven worden begroot op 1,912,608,694
Mark, de gewone jaarlijksche op 224,583,914
Mark, en de 'buitengewone jaariijkbche op
103.754,695 Mark.
Artikel 2 machtigt den kanselier van het
Rijk een leening te sluiten tot een bedrag
van 97,286,384 Mark, ten einde de buiten
gewone jaariijksche uitgaven te dekken.
nis had gemaakt. In den loop van het ge
sprek vernam ik van haar, dat zij familie is
van Carlo Striano. Zij had hem aïs kind wel
gedragen en wilde nu van mij weten, hoe hij
©r uitziet, of (hij knap geworden ia en zoo
flink als zijn vader. Dat ik ook in Genua
graaf Francesco had bezocht, maakte haaf
bepaald in de war. Zij kan maar niet begrij
pen, dat een jong meisje, dat bijl haar in een
achterkamertje van 50 lire per maand woont
en het karig avondmaal met haar deelt, met
die voorname 'bloedverwanten had omge
gaan. Eerst toen ik vertelde, dat mijn vader
generaal is, scheen haar een licht op te gaan,
hetgeen ©venwel niet van langen duur was,
want nu kwam het haar nog vreemder voor,
dat ik wil weiken.
Wederom schudde rij medelijdend het
hoofd en zeide
„Arm Mud. Het zal zéker wel hard noo
dig rijn."
Eerst moest ik over dezen eenvoud lachen,
en dacht ik: sanct» simplicitasMaar nu
schoot het mij te 'binnen, dat ik hiertoe vol
strekt geen recht heb. Oordeelde men thuis
dan anders? Was men ook daar niet van
meening, dab ik mij eerst een paar jaar kon
amuseeren en wanneer ik niet troutwde. kon
men immers altijd nog rien? Aan den in-
nerlijken diwarag hechtten rij even weinig ge
loof als de goede donna Carolina.
5
(Wordt vervolgd.)