55"" Jaargang. Vrijdag 3 Januari 1902. No. 10742. PRINSES DE IERNE, gen. BUITENLAND. mma mi courant Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en V1 a a r d i n g e n £1.1.25. Franco per post £1. 1.65. Prijs per weck"Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan liet bureau bezorgd zijn. Bureau s Boteirstraat 68. Prijs der Adverten tiën: Van 16 regels fi. 0.92iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordesligejj voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde 2g{ei«s« imartmntiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, by vooruitbetaling aan het Bureau'te voldoen. luterc. telefoon Mo. 123. ngen, 'gen. en. in. n. ALCiKflEKU OVEKZICHT. SCHIEDAM, 2 Jan, 1902. Zuid-Afrik». De correspondent van do „Standard" to Pretoria, die de jongste bewegingen van ge neraal De Wet beschrijft, zegt dat deze in do afgeloopen twee woken plotseling versche nen en dan weer verdwenen is met afwisse lenden uitslag op zijn krijgsverrichtingen. Over het algemeen echter hij moet het met spijt erkennen was de uitslag voor De Wet gunstig. Toen hij! er niet in geslaagd was, Wilson's troepenmacht bij Heilbron te overvallen ver strooide Dö Wet zijn commando eu ruikte westwaarts op naar Liudloy, waar hij de ko- lonnes van Elliott, Broad'wood en Deliislc vond. Do Wet achtte deze veioeniigdc kolon- ïioa tó gevaarlijk en gaf weer aan zijn bur gers last, om zich te verspre»den. Dartnell, dio intussclicn oostwaarts ge gaan was, in do hoop, De' Wet in den mg te kunnon vallen, vernam dat hot Bocrenoom- maudo verstrooid was en vond1 toen niets be tera te d'oen, dan op zijn schreden terug to keeren. Vervolgens hoorde hij dat t c Boeren zich, weer verzamelden bij' den Langeborg. Toen Dartncll dien berg naderde, had De Wet zijn manschappen verborgen in diepe donga's; hij begreep och tor d'at het niet mo gelijk was ze daar to laten en gaf last tot den aanval. De Boeren sprongen uit de don ga's en liepen storm over oen vlakte, ge steund door snelvuurgesoliut on ecu pom pom; zij renden vlak op het Brilsoho cen trum. aan, maar konden niet verder gaan le gen 'het moorddadige vuur rin. Zij' keerden terug en wijtaigden hun taktiek, dm aanval hernieuwende uit een hooggelegen 'errem. Zoo schoten zij vier uren lang, en trokken •toen af, naar hun schuilhoeken in den Lan geborg. Vernemende dat Campbell uit Beth lehem aanrukte, en de positie der Boeren te stork achtende om ze aan to vallen, ging Dartncll naar Bethlehem op weg. Do Wet, d'io intusschen versterkt was door mannen van Prinsloo en Colliers, trok met 1700 man noordwaarts. Dat bleek echter een schijnbeweging tc zijn, teil doel hebbende, den aanval op de 400 yeomen van Firman to bemantelen. Plotseling sloög Dc Wet zuid oostwaarts af, op Kerstnacht bereikte hij Twccfontcin en verraste de yeomen, wier kamp zich op do helling van een wigvormi- gen heuvel bevond. Vijftienhonderd' Boeren ikropen in stilto naar den voet van de steilte!, deden hun schoenen uit evenals indertijd bij Wagon IMl (Ladysmith) en bijl Majuba Veahaal uit den tijd van de Restauratie, DOOR ERNEST DAUDET. en overmanden de wacht. Zij' wierpen een hagelbui van koge's op do tenten, waairiut dn opgeschrikte) yeomen to voorschijn sprongen, mot het geweer in de hand. Wie» uit zijn tont kwam, vormde togen den heuvel een duide lijk' zichtbaar d'oel voor d'e kogels der Boeien dezen zelf waren in de verwarring ter nau- wernood te onderscheidenmen hoorde al leen aan hun triomfkreten in welke richting ziji zich bevonden. De verschrikkelijke wor steling duurde nog geen half uur. Toen be vond zich liet kamp met d'o helft d'er yeo manry, een kanon en een pompom in han den van de Boeren. In het hevige gevecht leden bciide partijen zware verhezen. Rundlo, die te Harrismith het schieten hoorde, zond cenige mannen uit, die d'e Boeren dn het be zit van het kamp vonden cn slechts met moeite aan gevangenneming ontsnapten. De Imperial Light Home begon nauwelijlks drie uren later De Wet te vervolgen, maar tevergeefs: De Wet had zijn terrein goed gekozen, en bevond zich reeds in veiligheid in een bergachtige streek, met zijp buit van voorraad, kanonnen en munitie. Men verneemt dat er gevochten is bijl Laingsnek en Botha's Pas, den 2Scn. De Boeren werden teruggedrevn, da Engclsohen kregen drie gewonden. Botha moet den 29en een poging gedaan, hebben om De Wet versterkingen to eenden, maar een poging om bij St-anderton tusschen de blokhuizen d'oor te breken, is mislukt. Aan de „Standard" word Dinsdag uit Pre toria gemeld Tweehonderd Boeren hebben een rooftocht gedaan langs do grens van, Swa ziland. Zij violen Inkanini aan, de residen tie d'er Koningin; de 'Swazi's boden slechts weinig tegenstand, velen hunner werden ge dood. V* Uit een brief van Bennet Burleigh in de „Daily Telegraph", gesaluwen uit Pretoria 7 December: „Gisteren ben ik langs de geheele linie (blokhuizen van Standerion naar Ermelo, gereed tot een 30 K.M. van Ermelo) gere den, meer dan 48 K.M. lang, van ten N. van Blesbok af hij' de hoeve Ashoek tot Stan- ckrton, zonder een Bow te zien." ..Heb is misschien noodig, een uitlegging te geven, waarom op last van het hoofdkwar tier voortaan bij den aanleg van de draad- versporring do helft minder prikkeldraad, moet gebruikt worden, waardoor do kracht van deze wering ten halve of meer vermin derd wordt Dc kan niet aannemen, dat, er tc weinig draad is, want or kan veel van do hofsteden gehaald worden, cn Engolsohei fa brikanten waren telegrafisch te bereiken." 45) „Ik beschuldig u niet, excellentie,' ver klaarde Bollart. „Ik heb er het recht niet toe, cn had ik reden u te besctlmldig-m, dan zou ik t-och niets tegen u kunnen doen. Uw hoedanigheid van ambassadeur stolt u bui ten mijn macht. Maar ik beschuldig u niet. Ik bracht u alleen te doen begrijpen, dat u dö waathoid moet zeggen. Wij moeten we len door wielko oorzaak u zich remidden van personen bevindt, die wij totdat heb tegen deel bewezen is, hot recht hebben te be- soohouwen als de grootste vijanden van on zen koning en van allo koningen. Alleen door het stilzwijgen to bewaren, wekt gijl on ze vermoedens op en noodzaakt gij ons aan Zijne Majesteit mede te doelen, wat hier ge beurd ia" Dat was duidelijk eu do prius do Lcnve zag zich genoodzaakt te bekennen. „U wilt de waarheid hooren, hecren," zei- do hij, vu zult zo hoorenik vertrouw op uw discretie, op uw eer. Het is niet wat go d'enkt. Toen ik zoocven hier aankwam, dacht ik niet, hier samenzweerders t-a ontmoeten. Ik kwam een dam© afhalen, met wie ik oen rendez-vous heb. U zult mo wel niet dwin gen, haai- naam te noemen." Foudras keek verbaasd op. „Een dame?" zedde ihijl. „Maar or woont hier alken mevrouw Lauréal met haar doch ter on een dienstbode.'" „Mejuffrouw Lauréal wacbtte mo," beken de d'e ambassadeur, tot een leugen zijtn toe vlucht nemende, om zijn ncdëirlaag minder droevig te maken. „Mijn ervaring en d'io van vole anderen is, dat aanvoerders van het soort van kolonel Mike Riming ton cn, van minderen in rang, majoor Oharlid Ross (Canadecscho verken ners), dc mannen zijn die verreweg het meest licbben 'bereikt tegen hot geringste verlies van ouzo manschappen cn ons materiaal, en zichtbaar tot het eindigen van den oorlog het inecslo hebben bijgedragen. Er zijn or velen meer, o. a. generaal French, van al onze generaals degcen die verreweg hot mees te succes heeft gehad, die 'ik in dezelfde ca tegorie van aanhoudende vechters kan noe men, o. a. lord Meühuen, Kekewitch, Spens, Plunier." „Wij zien or tegenwoordig vrijwel eender uit, Britten en Boeren. Hoo kan heb ook an ders bij het kampeeren op het vale veld, in storm en regen bijl dag en nacht, cn het slij ten en scheuren van de kleeren „Den 3en trokken wij het verlaten, ver woeste Ermelo binnen." „In de meeste hoeven (onderweg) vonden wij vrouwen en land eren, als gewoonlijk vui le ongekamde wezens. De Boeren en do Kaf fers hadden volei akkers omgeploegd, mielies geplant cn aardappelen gepoot, eu hier en daar een weinig tarwe, gerst en haver. Lang zamerhand zal hot tijd van oogsten worden door wie?" Over -d'e verrassing van het Boerenlager te Oslioék op 4 December: „Do Boeren hadden geen voorposten uit gezet-, zoodat onze manschappen lot op 200 M. van lnin lager kond'eu na doren zonder een ziel op te sohriikken. Toon blafte er een hond, maar hel was te laat. Onze mannen kwamen wild aangerend, schreeuwende Overgeven, ovetrgevenhetgeen de Boeren dadelijk deden Het geviel, dat de vijtmd meer d'an dertig ossenwagens had, een aan tal Kaapsolio kan-en, en bovendien 1500 stilles uitmuntend trekvee. Onze beesten heb ben juist nu do runderpest. Alleen in gene raal Spens' kamp moesten er dagelijks hon derd geslacht worden, maar tot dusver zijn do gladhanigo ossen van db Boeren in heit boschveld nog gezond cn goed." V liet procos tegen Scheepers is Maandag geëindigd. Het vonnis te verdaagd. w 11 s c h 1 a n <1. Het ware «loei der Poten. De ïAllpolnisclie Rundschau" bevat een lang artikel over #de nationale taak dei- Pruisische Polen". Dit Poolsch maandblad moet nis hel orgaan van de politieke leiders du- gezamenl'yke Polen beschouwd worden, de aitikelen zijn daiiiom in zekeren zin als officieele inededeelinueri der gezamenlijke Polen te beschouwen. De strijd tusschen de Duitschers en Polen, dus heet het in dit ai tike], is een strijd, waarbij iedere mogelijkheid van wederzijdsche toenadering is buitengesloten, een strijd op leven en dood. Beschouwt men dezen op zekeren afstand, dan zal men gemakkelijk opmeiken, dat er hier niet van gewone ver overing van een kleine landstreek sprake is, manr dat het hier de quaestie geldt, of mil- lioenen menschen Polen o£ Duitschers zullen worden. liet is een strijd om de heerschappij over een reusachtige uitgestrektheid, om de Duil- sclie aanspiaken op de Baltische zee, om de vraag ot Bot lijn de hoofdstad van Duilscldand blijven zal, of Pinteen de hegemonie in het rijk za! behouden. Als de Polen uit dezen strijd als overwinnaars treden, zullen de Duitschers niet alleen liet groothei togdom Posen, maar ook het geheele Poolsch spre kend Silezië en het Baltische Pommeren ver liezen, een uitgestrektheid waar zeven millioen menschen wonen. Tegelijkertijd zullen zij al hun macht op de Oostzee en al hunne uit zichten op een toekom-tige inbezitneming der Baltische provincies van Rusland verliezen. Dan zal het overwicht van Pruisen in het Duitsche rijk afnemen en Berlijn, dat aan de grens van den staat ligt, kan niet de hoofd stad blijven. Als echter de Polen het onder spit moeten delven, zullen zij niet alleen de genoemde vinkten verliezen, maai ook vooi de Duitechers een nieuw veioveiingsveld openen, waai bij zij dan krachtiger zullen moeten optieden, om zich de blijvende heer schappij ovei Oost Pruisen eu de mogelijkheid eener verdeie machtsuitbreiding aan de Oost zee te verzekeren. De strijd gaat dus dam om of de Polen als een politiek volk, als een rijk zullen blij ven bestaan, of Duitschland onder l'ruisen's leiding behouden zai wal liet bezit en zich een verder ontwikkelingsvehi in Europa ver- zekeit. Dat is een quaestie, die slechts dooi de volkomen overwinning van een der beide partijen opgelost kun worden. "««mengde <S«<l<Mlec(tiigccn. Engeland. Do Koning heeft- den Prins van "Wales aangewezen orn de viering van 's Keizers ver- O O jaardag te Borlijti biji te wonen. In oen vïorrede bij d'e geautoriseerde le zing van zijd rede te Chestcifeld, 'die gister avond is uitgegeven, zegt'Lord Roseibery, na igeweaen te hebben op de goedkeuring, welke de aangegeven politiek alom mocht verwer ven: „Maar om uitwerking te hebben, moot een politieke meening georganiseerd worden. De politieke energie moet haar schansen bouwen. Ik heb wat van dit graafwerk noo dig voor mijui politiek, anders gaat de vloed Een dubbele ontkenning volgde. Bellart zciido: „Mejuffrouw Lauréal kon u niet v.rwach ten, -exceleniie. Ze is met haar moeder naai Poitiers vertrokken, hedenmiddag om vier uur." Do prins do Lome wankelde bij' deze lo genstraffing en stamelde: „Dat- 'bewijst dat ze mei voor den gek luieOd. U wildot de waarheid weten; u kent haar nu. Als u eraan twijfelt, laat mijn bediendo, dio zich onder uw 'gevangenen bevindt, d'an komen. Hij' zal het li bevestigen. Wat mij betreft, ik zweer u, op mijn eer, dat er hier slechts sprake is van cien zwakheid Al is men ook oud," zuchtte hij!, „het hart "blijft jong. Beoordeel mei gestreng, als u wilt Maar stort m-e niet 'in het verderf." Hij was nederig en kruipend geworden. Bleek, ivc't kondö zwtot op 'liet voorhoofd', mot smeekenden blik, scheen hij van plan te zijn, neer te knielen. Maar dc twee Oco- mnklijke beambten, die elkaar snel geraad pleegd hadden, kregen medelijden met hem on stelden hem genist, niet meer twijfelend aan de waarheid van zijn verhaal. „U kunt weggaan, excellentie," zeide Fou dras. „O, kan ik? U vindt het goed? U houdt ma niet hier?" „Ge zijit vrij, excellentie. We zullen u t-ot liet einde van de straat laten brengen. Ze lis door de politie ingesloten on als u all een waart, zou men u niet doorlaten." De twee agenten werden geroepen. Zon der huil d'en naam en de hoedanigheid van den prins det Lorno te nocanen, stelde men hem ond'er htm hoed'e, hun bevelend hem te vergezellen, zoover liet hem behaagde. Zij vergiten zich. niet in den aard van deze be velen. De man, die hen zooeven had' omge kocht, waa een hooggeplaatst persoon, dio herkend was en vrijgelaten werd. Hij had hen dus niet meer noodig en het winsteeven- do zaaüqe was afgesprongen. Maar zou hij liet handgeld tmigeisehen, dat hij hun ge- geren had? Hij las op hun gelaat dei teleur stelling en den angst. Mot één blik stelde hij hen gerust. Hij daclit hen nog noodig te hebben. Op .het oogenbük dat hij' wegging, dacht hij aan zijn kamerdienaar en vroeg naar hem. Men kon hem slechts beloven, hem vóór den morgen terug te zenden. De mannen, die het eerst ondervraagd waren, bevonden zich reeds niet meer in huis. Zijl waren naar do gevangenis gebracht en Giacomo met hen. Een oogenblik later verliet hij', 'begeleid door de agenten, dc villa Lauréal, geknakt door do emoties van dien avond, angstig voor de gevolgen van dit avontuur, ofschoon de heer Foudras hom verzekerd had van de discretie der politie. Hij was toiuggesclinkt voor do vernedering hem te smeaken om ge heimhouding en durfde nu niet hopen, dat ze niets aan do ministers desikonings zouden zeggen. Als ze babbeld'en, dan zou hij' ge noodzaakt zijn, zijn ontslag aan te vragen en Parijs te verlaten. Hij verborg zich het belachelijke van de rol, dio hiji gespeeld had, niet on Irij, wist, dat hier in Frankrijk belachelijkheid doodend is. Eenmaal buiten, ging :liijl naar de plek, waar bij zijn rijtuig liad achtergelaten. Het was verdwenen. Agenten, die daar op wacht stonden, zeid'en, dat die postwagen hun ver dacht was voorgekomen. Do koetsieir, die on dervraagd werd, gaf zulke ontwijkende ant woorden, dat men het raadzaam geoordeeld had, hem met wagen en paard naar liet po litic-bureau te laten brengen." „Dat 'is goed," antwoordde dö prins. „Mor gen zal ik een klacht indienen bij! den pre fect. Wat u betreft, vrienden," voegde hij, cr t-ot zijn geleiders bij, „gij, kunt me liier verlaton. Ik héb u niet meer noodig." Hij was besloten naar do ambassade terug te keeren, een voorwendsel bedenkend om zijn onverwachte terugkomst te verklaren. Maar hij wilde niet, dat men wist waar hij' heenging. Uit voorzichtigheid verwijderde hij dc agenten, verre van to kunnen voor zien, dat ze zijn bevolen zouden weerstaan. Zijn verbazing was groot en steeg tot toorn, toen hiji zag, dat ze bij hem bleven en c-en van hem tot liem zeide „Noem niiji niet kwalijk, mijnheer, xi ver geet wat n ons beloofd hebt." „Wat heb ik beloofd riep hij uit, de ar men over do borst kruisend, staan blijvend in liet midden van de straat, en den spieker nuiaclitend aanziende. „Ona tos belooncn, als we u lieten ontsnap pen." „Welnu, hebt ge me laten ontsnappen? Heb ik mijn vrijheid aan jullie te danken?" „Neen, zonder twijfel. Maar het is wol on gelukkig voor ons, dat uw beloften in rook opgaan." „G-e vergeet, dat ge ieder vijf duizmd pond' hebt ontvangen. Ik eiscli het met te rug. Behoudt liet en zeg, dat. uw voornemens koninklijk betaald zijn. Eit mi," zei hij' met een gebiedend gebaar, „gaat dadelijk heen, zoo niet, dan zal ik aanstonds mijn beklag doen bij den heer Foudras." De twee agenten trokken zich terug cndci liet vuur van zijn blik, met gebogen hoofden als overwonnen wolven, verontschuldigingen stamelend, misschien ook bedreigingen. Maai bij hoorde slechts de verontschuldigingen en ging gerustgesteld zijns weegs, zonder te be merken, dat de mannen hem van verre volg den. IX. Einde van het dagboek van de princes. 19 Juni, zeven uur 's morgens. Het was drie uur, toen Jean er eindelijk van de instemming van het volk in 'de ruim te verloren. Dö meeste liberale bladen zijn er van over tuigd, dat lord Rosebery op Sir II. Camp bell-Bail li er m a ris uitnood'igmg om zich weer bij dö liberale partij te voegen, afwijzend go antwoord 'heeft. F r a n k r ij k. In antwoord op de toespraak van den de ken van het corps diplomatique, mgr. Lorai- zelli, bij gelegenheid van d'e nicuwjaarsonl- vangst door president LoubcL, zeide deze: „In zeldzaam juist gekozen bewoordingen licht gij, Monsaignciu-, de beginselen geken schetst, door w-elke do regeering van do Re- jiubliek zich lieeft laten leiden, 'oen zij moeilijkheden van verschillenden aard had te regelen, waarbij haar belangen juist sa mengingen met do belangen van onze be schaving. Het doet mij' genoegen dat onzo pogingen worden geapprecieerd, gelijk wij wenscihtcn en van u daarvan de hooggeschat te verzekering te mogen ontvangen. Temeer ben ik voldaan, nu ilc mag constateeren dat het vcrd'wenen jaar aan liet nieuwe .beeft na gelaten een toestand van louter overeen stemming tusschen de mogendheden on, voor enkelen van haar, de versterking van liaar verbonden en dc bo\restiging van hun vriend schap. „Moge 1902 slechts de uitbreiding van deze aera van overeenstemmiing brengen,-dat is de wenscli die ik wil richten t-ot dc ver- tegcuwoordignrs van de geheele wereld." Dc gemeenteraad van Parijs nam het be sluit tot- de uitgifte van een nieuwe leening van 150 millioen francs, voor't voltooien van do werken voor den Métropolitain-spoorwcg. Spanje. In ï-egceJi-ingsezindö kringen wordt de spot edreven mot de geruchten over een ophan den zijnde ministeriecle crisis. Italië. Dc „Tribuna" spreekt .liet bericht togen, dat d'e rad3 van vorst Nilcita naar Petersburg ten doel zou hebben een bezoek van liet Ko ninklijk paar aan heb Petersburgselio Hof voor te bereiden. Den 9cn Jan. zai do ontzcgcling plaats hebben van Crispi's papieren. Dïiar de fami lieleden tegenwoordig willen zijn, tegen den wil der Regeering, vreest men moeilijkhe den. H o n g a r ij e. De minister-president, Koloman Szeli, ver klaarde in zijn antwoord op de gclukwen- in toestemde mij te verlaten, om naar zijn eigen kamer te gaan, die Bettina, op mijn bevel, in gereedheid had gebracht, niet ver van de mijne en waar liiji verborgen zal blij ven tot den volgenden dag, waarop ik hem, naar ik hoop, buiten. Frankrijk zal leunuen zendon, zonder gevaar voor hemzelf. Heel vroeg ben ik naar de deur van deze kamer gegaan, waarvan dc voor de veiligheid, den sleutel bewaar. Na geluisterd te hebben, heb ik, daar ik geen geluid vernam, stilletjes de deur geopend' en ben ik zachtjes naar het bed gegaan. Jcan sliep d'aar, nog lialf aangekleed. Mijn bezoek heeft hem niet gewekt. Ik heb daar bij hem gestaan, hem beschouwend en bewon derend, terwijl ik mijn oogen niet kon afwen den van dit manlijk schoonc gelaat, dat, sla pend zelfs, nog van de vurige hartstocht sprak, waarvan hij met- mij, het genot gedeeld! lieeft. Als de vrees, zijn slaap te storen, niet 2rooter was geweest, dan de aantrekkings kracht, die hij op mij uitoefent, dan zou ik dien welsprekendeu mond gekust hebben, die me dien nacht zooveel teed'ere en hartstoch telijke woorden heeït toegefluisterd. Maar ik heb mezelf beheersclit. Do kus, die zijn. lippen misschien vroegen, heb ik licon van uit de verte toegezonden, van de toppen der vingers. Vervolgens ben ik heengegaan, zoo als ik gekomen was, op do te-enen loopend, hem in zijn rust latende, d'waa-s gelukkig te denken, dat hiji daar is, onder mijn hoed'e, beschut voor heb gevaar, gered door mij, want ik heb hem gered door die vrijwillige opoffering van mijn vooroordeelen, van mijn angst cn vreezen, die, in dien onvergclijike- lijken minnaar, mij een slaaf en een meester gegeven heeft. (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 1