Jl
m
tel
55"'* Jaargang.
JI
SI
Woensdag 19 Maart 1902.
no. 10806.
De zaaiende hand.
f°>
,AF
Weekmarkt Schiedam.
Kennisgeving,
inde
tut
iza
ing
doen
toe-
E HO-
AIS
Haag
fc,
EEN GEDENKDAG.
BUITENLAND.
gros'
Ulcs
i all
Jryzei
SCHIEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt dageljjks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fi. 1.25. Franco
per post fl. 1.65.
Prijs per weck: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
tan het bureau bezorgd zijn.
Bureau Hoterstraat 68.
BURGEMEESTER en WETHOUDERS van
Schiedam, brengen ter aigemeene keunis, dat
door den invallenden 2den Paaschdag,
de markt in de Paaschweek, in plaats van
op Maandag, zal worden gehouden op Woens
dag den 2 April, des voormiddags van
8—12 ure voor varkens etc., en voor
hoornvee van O12 ure.
Schiedam, den 18don Maart 1902.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
VERSTEEG.
De Secretaris,
WIJTEMA.
Twce-JaarliJksclie herijk.
DAB.
A.J.
10EH,
Hoog-
t, hoe!
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN SCHIEDAM,
Gelet op het besluit van heeren Gedeputeerde
Staten dezer provincie van 17 December 1901,
no. 107/1 (l'rov. blad no. 120) alsmede op de missive
«an den Ijker, cief van dienst te Rotterdam, van
11 Maait j.l., no. 21.
Brengen ter kennis van de ingezetenen dezer
gemeente
lo. dat het goedkeuringsmei k gedurende de jaren
1902 en 1903 bij den ijk en herijk van maten
en gewichten te bezigen, zal zijn de letter n, in
den gewonen schrijfvorm;
2o. dat de in 1902 aan te vangen twee-jaarlijksche
HERIJK van do inhoudsmaten voor droge en natte
rnren, strijhels, lengtematen en gewichten, voor deze
gemeente zal plaats hebben in liet daarvoor aange
wezen lokaal aan de Lange-Nieuwstraat achter het
gymnasium alhier, no. 121, (gymnastiekschool) van
H April tot 23 Mei n. s., op eiken weikdag
uitgezonderd 8 en 19 Mei van des voormiddags
)i/,—12 uur en des namiddags van 14 uur;
3o. dat voor de ouderverdeeling der werkzaam-
;eden, tot bevordering van de orde en den geiegelden
:mg van den dienst, aan de huizon der ijkplichtigen
briefjes zullen bezorgd woi den, houdende opgaaf van
ten dag en het uur, waarop zij hunne maten en
gewichten tot den iieiijk zullen kunnen aanbieden;
erwijl zij, die zoodanig briefje niet mochten out
range», zich tot het bekomen daarvan op de boven
angewezen dagen en uren aan het gezegde lokaal
lunnen aanmelden
dat de belanghebbenden worden herinnerd
lick bij de terugontvangst der voorwerpen te over
tuigen, dat deze duidelijk met bet goedkeuringsmeik
of het afkeuringsmeik zijn gestempeld, daar latei-
een beroep op verzuimen, die bij den herijk mochten
lijn begaan, niet zal ontslaan van rechtsvervolging;
Voorts wordt in herinnering gebracht:
dat de herijk der maten en gewichten dan alleen
kn geschieden als de voorwerpen schoon en droog
Korden aangeboden en zich inzoodanigen toestand be
iinden, dat verificatie en stempeling mogelijk is;
dat lengtematen met mei kteekenen of aan wijzingen
jan onwettige of afgeschafte maten moeten worden
afgekeurd en ten allen tijde kunnen worden in
beslag genomen;
dat liet gebruiken of voorhanden hebben van niet
Roman
VAN
IDA BOY—E0>.
Tante Louise kou uifc de geschiedenis niet
njs worden cn verging van ongeduld en
panning. Daar kvvam Holen» uit do kamer,
iet oen volkomen kalm (gelaat Geen stra
lend glimlachje op do lippen! En tante
louisc had toelli .goed gezien, hoe Kunowsky
'ti oogenschijnlii'k ongedwongen gespre'k be
dijk met Hole-no daar Binnen gegaan was.
'oen kwamen na een paar minuten Ebba cn
utnowsky tegelijk uit de kamer! En scheen
|es dan toch nog een domheid 'begaan had-
en en Kunowsky een blauwtje hadden la-
itzarigtjten loepen, dan zouden ze toch eens wat be-
even! Dan sneed tante Louise tusschcn
aar en zich het tafelkleed in tweeën.
Na verloop van een kwartiertje had ze do
;elegenheid, Ebba zachtjes te vragen
Parisd nYuhiiil Heeft hij zich niet vertelaard V'
SankleA Ebba voelde zich onaangenaam aangc-
mnslojfcan.
FJiene Ee had in oen afgrond van daemonis&h
ia! Act-è'erlangen geblikt, en hier word ze beroerd
[HCSi P°°i' de plompe nieuwsgierigheid en berekc-
•anfaisfï'ing. Maai- zo was gewoon, tante, als een
iJSI esp'soon van gewicht, beleefd te behanddlen
étienni.f'1 20 fluisterde terug
„Richard eu Hol ene -willen eerst papa
pet hun verloving in kennis stollen, voordat
het vreemden zoggen."
„Zeer tactvol," merkt© tante Louiso be
ledigd op. Ze kon het nu toch allo vrieu-
üiuiou in fliot oor blazen oil was niet voor
ten.
met het veieischte goedkeuringsmeik voorziene
maten of gewichten verboden en strafbaar is.
Kn is hiervan afkondiging geschied, waar het
behoort, den 18den Maart 1002.
Burgemeester cn Wethouders van Schiedam
VERSTEEG.
De secretaris,
WIJTEMA.
Prijs der Adverten tiën: Van 16 regels fl. 0.92iedere regei
meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die z>
innemen.
Advertentiën bjj abonnement op voordeehge voorwaarden, Taneven hier
van zpn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- er» Zaterdagavond verschenen, worden
zoogenaamde mdwergmnfiën opgenomen tot. den prijs van 40 cents
per advertentie, bjj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
latere. Telefoon Bïo. 123.
Donderdag 20 Maart zal het driehonderd
jaren geleden zijn, dat bij besluit van de
Staten-Generaal, het hoogste regeerings-col-
lege in deze landen, octrooi werd verleend
aan een Actiën-maatschappij, die den naam
zou dragen van Oost-Indische Compagnie.
Aangezien die/maatschappij een paar eeuwen
lang, indien al niet de voornaamste, dan toch
zeker, na de haringvisscherij en de vracht
vaart, die we beoefenden tusschen de Oostzee
en Zuid-Europa, een van de voornaamste
bronnen van bestaan voor de inwoners dezer
landen is geweest, is deze dag als 't ware
de aangewezene, om in 't kort na te gaan,
hoe onze voorvaderen er toe gekomen zijn,
die maatschappij te stichten.
Onze eigenlijke vaart op Indië begon, zooals
algemeen bekend is, met de reis van de
Goudsche gebroeders Houtman naar die verre
landen wel waren reeds voor dien tijd tal
rijke Nederlanders in dienst der Portugeezen
en zelfs van de Spanjaarden in den Archipel
gevestigd, wel had de Nederlander Jan Huij-
gen Linschoten met eigen oogen den treu-
rigen toestand gezien, waarin 't bestuur der
Portugeezen in den Archipel verkeerde; maar
de gebroeders Houtman zijn de eerste ge
weest, die gesteund door Amsterdamsch kapi
taal een expeditie op Hollandsche sciiepen
naar 't Oosten ondernamen, 't Resultaat van
de onderneming was 'geldelijk niet onvoor-
deelig, maar van veel grooter belang was,
dat men door die reis tot 't inzicht kwam,
dat 't rijke Indië toegankelijk was voorden
ondernemenden zeevaarder en koopman, en
dat men althans niet bevreesd behoefde te
zijn voor een krachtig verzet van den kant
der Portugeezen.
De blijde tijding van de behouden thuis
komst van de expeditie en van haar succes
ging als een loopend vuur door do Holland
sche steden. Drie compagnieën werden opge
richt te Amsterdam, om de vaart op Indië
uit te oefenen, dén te Delft, twee te Rotter
dam, twee in Zeeland. In 1598 voeren reeds
'28 groote Oost-Indie-vaarders onze zeegaten
uit. 'tWas echter te voorzien dat onderlinge
concurrentie licht tot onaangenaamheden en,
wat erger is, tot vermindering van winst
zou leiden, en daarom zijn toen de practische
Hollandsche kooplui tot 't inzicht gekomen,
dat, mochten ook in alle andere gevallen
-31/» ure
4 11.3"
loxmisi
oevrouw Busehmann geblameerd.
En aan tafel bemerkte Ebba wel, dat bij
na allo aanwezigen op de hoogte waren.
Blikken eu glimlachjes werden er naar Ri
chard en Heleuo gezonden, die van bun zijn
de in volmaakte (houding, weinig met el
kaar sprekend, naast elkaar zaten. Ebba
had zich door Kiddie Busehmann aan tafel
moeten laten leidon, die haar openlijk -liet
hof maakte eu ook verlof vroeg baar en
Ilelcne naar buis te mogen vergezellen.
Tegenover 'liaar zat doctor Andreas Aüte-
neck. Ebba kon ttiot zich niet begrijpen, dat
geen blik van hem den hare kruiste. Had zo
dat zalige oogonblik van straks slechts ge
droomd? Of verkeerd begrepen?
Zo werd steeds stiller en bleeker en be
antwoordde nauwelijks de vragen van haar
buurman.
Maar- deze dag zou niet eindigen, zonder
haar zekerheid te verschaffen.
Fiddie Busehmann stond, toen men op
brak, al gereed cn wachtte op haar. Toen
kwam zijn moeder, die anders niet een be-
vriond on in de buurt wonend echtpaar
medoging, en riep hem wat bits. Zo'had hem
niet uit het oog verloren. Do domme jongen
mocht tot geen prijs de professorsdochter
thuisbrengen, dan was bot tien tegen een,
dat ze hem inpakte!
„Als de jonge dames mij in plaats van don
heer Busclunann willen aannemen zeide
opeens een stem achter Ebba.
„Mijnheer von Kunowsky gaat met ons
mede," zeide Ebba onzeker, of zo het aan
bod mocht aannemen of niet.
„Kijk, daar gaat bij al me>t uw nichtje
vooruit."
„Ja, dan
En zo ging haastig do trap af. Ze wilde
zoo spoedig mogelijk van alle kennissen af
komen.
(Na vijf minuten waren ze alleen. Aan
octrooien voor scheepvaart en handel nadeelig
werken, zij in dit opzicht van hun beginsel
van vrijen handel en vrije vaart moesten
afwijken. Daarbij kwam nog, dat indien de
kleinere compagnieën of particulieren zich
vereenigden, ze veel gemakkelijker het hoofd
zouden kunnen bieden aan vijandige inland-
sclie vorsten of aan de pogingen der Portu
geezen om de vreemde indringers te keeren.
Zoo is, en wel hoofdzakelijk door toedoen
van Oldenbarneveld, de Oost-Indische Com
pagnie ontstaan, waarin alle toenmaals be
slaande compagnieën, maatschappijen nvan
Verre" en handelszaken van particulieren, die
op Indië handelden, samengesmolten werden.
't Octrooi werd verleend door de Staten-
Geneiaal en wel vuor den tijd van 21 jaar;
't werd sinds steeds verlengd't gaf aan de
compagnie met uitsluiting van alle anderen,
corporaties of personen, 't recht op de vaart
en handel op Indië en tevens alle souvereine
rechten binnen 't handelsgebied, dat wil
zeggen, de compaguie mocht binnen baar
handelsgebied overeenkomsten sluiten met
vorsten en regeeringen, forten aanleggen,
militairen in dienst nemen en ontslaan, oorlogs
schepen uitrusten, burgerlijke ambtenaren
aanstellen, kortom, de compagnie was meeste
res in haar eigen zaken. Zij betaalde voor
haar octrooi 25000 Yiaamsehe ponden, waar
voor de Staten-Generaal aandeel namen in
't oprichtingskapitaal.
'tls hier niet de plaats om na te gaan of
'tin alle opzichten een geluk geweest is,dat
de Hollandsche handel op Indië aan een
octrooi gebonden is geweest, wel willen we
er met een enkel woord op wijzen, dat de
onderneming dezen landen in 't algemeen en
den deelnemers in 't bijzonder geen wind
eieren heeft gelegd. E"n tiental jaren na
haar oplichting had de Compagnie 40 schepen
in de vaart met vijfduizend koppen; voeg
hierbij de velen, die in lodië zelf plaatsing
vonden op de factorijen, de duizenden, die
hier te lande met 't verwerken en verhandelen
der koopwaren, aan 't bouwen en uitrusten
der schepen hun brood verdienden, dan zal
'tieder duidelijk zijn, van hoeveel belangde
Oost-Indische Compagnie in die jaren voor
onze landen is geweest. En de winst, die de
deelhebbers in den loop der jaren gemaakt
hebben, is waarlijk om iederen handelsman
te doen watertanden. Het maatschappelijk
kapitaal bedroeg 6.5 mil/ioen gulden, een
groote som voor dien tijd, verdeeld in aan
deden van f 3000.
De eerste jaren wisselde 't dividend van
20 tot 50 pCt.in 1606 bedroeg het zelfs
75 pCt. en in de achttiende eeuw, toen de
Compagnie reeds in diep verval getaakte,
werd er op zulk een een aandeel in tachtig
jaren nog een winst gemaakt van f 107,625.
den voorlaatstcn en laalsten straathoek had
den ze nog ccn half dozijn niensdhcn goeden
uaclit gezegd.
Daar buiten, in hot nieuwe gedeelte, had
niemand van tante Louise's bekenden zijn
woning, behalve de oude advocaat Meijners,
dio andea's de jonge meisjes thuisbracht,
doch heden niet gekomen was.
Do straten waren nn volkomen eenzaam.
Van den liemol soliecn het maanlicht. De
maan zelf was achter wolken verborgen, die
langzaam zwart- en zilvergonuul voorbij dre
ven.
Helena cn Richard zwegen of fluisterden.
De achter ken aankomenden hoorden gceu
geluid.
Zo gingen langzamer en langzamer. Do
man scheen in gedachten verdiept, hel meis
je durfde van verwachting niet spreken.
Ze bleven ver achter.
De donkere kruinen der linden, die in re-
gelmatigo rijen stonden, wierpen een bree-
de, onregelmatige schaduwstreep op de
straat.
„Wilt u uio niet liever een arm geven
vroeg Andreas AJteneck eindelijk.
Ze deed zwijgend, wat hij vroeg.
Hij drukte baar arm teeder tegen zich
aan.
„Lieve, lieve Ebba," sprak bij zacht.
„O mijn God stamelde ze sidderend.
Nog een paar schreden. Toen stond Hij
stil en sprak zeer bewogen
„Ebba, ge weet wat mijn hart voor n ge
voelt! Het is zoo vreemd daar ga ik naast
u en donkik moet het haar vandaag zeg
gen en koe zal ik het haar zeggen? En op
eens is hot mij, .als hooide ik een luide stem
roepenZe weet liet al', zo weet het heel
zeker."
Ebba stond voor hom, hij boog zich en leg
de beide handen op haar schouders.
Dat echter de middelen, om tot zulk een
winst te geraken, niet altijd de eerlijkste
zijn geweest, is bekend; beperking van ver
bouwen van specerijen door inlanders, vaak
met geweld en bloedvergieten gehandhaafd,
vermindering van den voorraad door 't ver
branden van geheelo pakhuizen met spece
rijen, om ze aldus op prijs te houden, kwam
herhaaldelijk voor.
V
Twee eeuwen lang heeft de Compagnie
bestaan; zelfs in grove trekken geschetst
zou haar geschiedenis 't bestek van een
couranten-artikel verre te buiten gaan. Heb
ben we echter in 't kort haar ontslaan be
schreven, zoo willen we ook met een enkel
woord haar einde meedeeien.
De staatsregeling van 1798 voorbereid in
een vergadering, waarvan de leden een eed
van onvernnderhjken afkeer jegens 't stad
houderschap, 't federalisme, de aristocratie
en de regeeringloosheid hadden afgelegd,
moest natuurlijk ook oen maatschappij, zooals
de Oost-Indische Compagnie was, met haar
bevoorrechte plaats in den Slaat ten doode
doemen.
En zoo geschiedde 't. Er werd bepaald dat
in 1799 't octrooi niet zou worden hernieuwd,
en dat haar bezittingen en schulden, ten
bedrage van 150 millioen door den Staat
zouden worden overgenomen. Op deze wijze
werd Nedeiland koloniale mogendheid.
C.
ABBBfflESflS OYEUZICllT.
SCHIEDAM, 18 Maait 1962.
JE u I d A f r I k a.
Twecbosch. Boerenverllezen.
Lord Kitchener seint uit PretoriaLord
Methuen zendt mij een stafofficier, met een
door hem gedicteerd rappoit, waaruit bhjki,
dat de achterhoede-dekking, bestaande uit be
reden tioepen, bij liet annbi eken van den dag
(op 7 dezei), werd bestormd en o erweldigd
De ossen- en muilenconvooien waien toen e--n
mijl verder. Lord Methuen veisLerkte dadelijk
de achter hoede-dekking met alle beschikbare
bereden manschappen, die met een sectie
van de 38e batterij, een uur lang tegenstand
boden, terwijl de convooien in geregelde orde
opsloten.
Lord Methuen droeg verder aan 200 man
infanterie op, den aanval af te slaan die dooi
de Boeren krachtig werd doorgezet. De be
reden troepen trachtten terug te trekken op
de infanterie, die daarbij in volslagen wanorde
geraakte, en de meeste bereden manschappen
medesleurde in haar vlucht.
De beide kanonnen van de 35e batterij
bleven onbeschermd acliterzij zetten het
gevecht voort, totdat elke man gewond wa«,
met uitzondering van luitenant Nesham, die
„Heb je me lief?' vroeg bij zacht.
„Je/" knikte ze. Eens, meermalen en had
do handen gevouwen en keek tot hem op.
Ilij nam haar in zijn armen en drukte
haru* stormachtig aan zijn borst. Toen liet
hij haar weer los, maar alleen om 'haar arm
vast., vast in den zijne te klemmen en naast
haar voort to gaan.
„Die vervelende straat zeide hij
schertsend, pogende zijn ontroering meester
te worden.
En daar zo bleef zwijgen, vroeg hij
„Zoo stil, lief kind?''
„Ik kan niet spreken," fluisterde zc.
Hij begreep haar zwijgen en het maakte
Item geliibkig.
„Morgen," begon hij na een pauze, r:ct
waar, morgen breng ik mijn lieveriing naar
mijn lieve moeder V'
„Als papa bot goed vindt
„Natuurlijk spreek ik morgen vroeg dade
lijk mot hem. Ik hoop, dat liij mij zijn kind
zai toevertrouwen. Geloof je?"
Ebba drukte vleiend ihaar wang tegen
zijn schouder.
„Waarom zou bij- niet?"
Ze stonden weer stil. Ilij kuste haar ving
op haar mond voor ze verder gingen.
„En ge zult probccren van mijn moeder
te houden?" vroeg hij ernstig.
„O," riep) zo vol vuur, „i'k houd al zoo
lang van haar zoo uit de verte omdat
zo jon moeder is. Ik ken zo ook al van aan
zien. En als ik ze op straat tegenkwam, beef
den mijn knieën van ontroering en ik daclit
altijd, ze moest bet me kunnen aanzien, dat
ik haar zoon liefhad, on dan peinsde ikof
ze boos zou zijn, als zo liet wistEn ofschoon
ik in liet geheel geen aanspraak op baar kon
maken, was ik toch bepaald trotscb op haar,
en als ze in haar grijze japon en haar defti-
gen mantel daar zoo aankwam, rustig en
werd doodgeschoten, toen hij weigerde zich
over te geven.
Lord Methuen werd met 200 man van de
Northumberland fuseliers en 2 kanonnen van
de 4e batterij afgesneden, doch hield drie
uren lang stand, gedurende welken tijd de
rest van de infanterie namelijk 100 man van
het North-Lancashire regiment met 40 man
bereden troepen, meest Kaapsche politie, die
een kraal bij de wagens bezet hadden, even
eens weerstand boden aan herhaalde aan
vallen der Boeren.
Toen werd lord Methuen gewond. De ver
liezen weiden bijzonder zwaar en de mu
nitie was bijna geheel verscholen, zoodat to
91/n uur in den morgen de strijdmacht zich
overgaf.
De afdeeling in de kraal bleef echter tegen
stand bieden, tot dat 2 kanonnen en een
pompom op haar werden gericht.
Omstreeks '10 uur gal ook deze de onhoud
baar geworden stelling over.
De meeste Boeren waren in khaki gekleed.
Sommigen droegen zelfs onze onderscheidin
gen.
Het is deideljjk, dat de infanterie goed
vocht en de artillerie haar overleveringen
gestand deed, terwijl naast de 40 reeds ge
noemde manschappen der Kaapsche politie,
enkele afdeelingen van het 5e Regt. Imperial
Yeomanry en de Kaapsche politie hun stel
ling behielden na de paniek, die het grootste
gedeelte der bereden troepen op de vlucht
deed slaan.
De ȟai!y Mail" verneemt uit Klerksdorp
van gisteren:
Nadat Loid Methuen zich, tengevolge van
uitpuUing van de munitie, overgegeven had,
kwam de la Reij aangereden, Hij behandelde
Lord Methuen met alle onderscheiding en
hoffelijkheid. Hij beval hem naar Klerksdorp
teiug te brengen, onder hoede van zijn eigen
neef en begeleid door kolonel Towusend's
eersten officier van gezondheid.
Vele burgers verzetten zich met bitterheid
legen de vrijlating en een troep werd uitge
zonden om Methuen terug te brengen, hetgeen
gebeurde; de la Ri-y bleel er echter bij,
dat Methuen uilgeleverd zou worden en, de
tegenweipingen van zijn bmgers ten spijt,
steirie hij twee van zij» eigen wagens ter
beschikking van Methuen, die hedenochtend
hier aankwam. In de geheele zaak heeft do
la Reij groote goedheid en menschlievend-
heid getoond.
In een later telegiarn zegt de correspon
dent, dat de la Rey's goedheid niet anders
is dan wat officieren en manschappen, die
tegen hem gevochten hebben, van hem ver
wachtten. Olschoon bij een schitterend krijgs
man en een geboren aanvoerder is, volvoert
hij zijn taak zonder bitterheid en haat tegen
Engeïschen. IIij onderdrukt met krachtige
hand buitensporigheden van zijn burgers. Na
het gevecht, waarin Von Donop's convooi
genomen werd, gaf de la Rejj een plunderaar
met de sjambok en berispte commandant
Liebenberg over de lafhartigheid en vrees
achtigheid van zijn burgers. Na Tweebosch
voornaam, een goedige uitdrukking op het
lieve gezicht, dan had ik wel naar naar
toe kunnen loopen om haar de hand. te kus
sen."
„Lief kind," sprak hij aangedaan.
Hij had dus niet te voel verwacht: dit
enthousiaste, eerlijke hart zou zich met
kinderlijke liefde tot zijn dierbare moeder
wenden.
„Ja," ging hij voort, „heb haar lief! Je
bent haar -dank schuldig. En je kunt van
haar leeren. Den man, dien jo liefhebt, miiu
schat, aan wien je je leven toevertrouwen
wilt zij heeft liem gevormd! Aan haar
heeft hij veel, zoo niet alles te danken.
Haar zaaiende hand heeft in zijn hart veel
koren geworpen. En als hot ontkiemde, als
heb vruchten afwierp dan is dat te dan
ken aan haar werkzaamheid, aan haar
trouw."
„Je moeder sprak ze nadenkend.
„En hoe heerlijk zal het voor jo zijn,ween
een moeder te hebben Jo moeder is al lang
dood, niet waar?"
„Heb wordt reeds zeven jaar," vertelde
Ebba; „en"sedert dien tijd heeft papa zich
geheel in zijn boeken begraven. Heb is, ais
verstopt hij zich daar achter, daar hij den
trcurigen toestand in onze huiselijkheid lie
ver niet zien wil, omdat hij te hulpeloos is,
hem te veranderen. Maar juist gisteren
heeft tante Louise een verstandig gesprok
met hem gehad en weet je, voor haai- is hij
een beetje hang. Ja, het is heerlijk, dat ik
weer een moedor krijg. Voor Helene zou 'b
ook goed zijin. Maai- do heer Kunowsky's
oudere zijn beiden reeds laug dood."
„Dus die belden werkelijk?"
„Ja."
(Wordt vervolgd.)