BINNENLAND. STADSNIEUWS. Gemeenteraad. Tocli wei-den rij vrijgesproken op grond, dat do bedoelde legerwet niet volgens heb voorsdhrift was uitgevaardigd en dus geen bindende kracht had. [De tegenstand der Finnen tegen alle rus sificeering is nog onverminderd en het moge den Russisdien autoriteiten een waarschu wend teekeu zijn, dat de landvcrhuiziA* de laatste weken eerder toe- dan afneemt. Zoo vertrokken de vorige week alleen over Hangö 670 jonge menschen, allen in de kracht en den bloei (hunner jaren. Amerika. Do „Times" verneemt uit New-York, dat de Senaat Donderdag zal stemmen over de quaestie van het ïstilunische kanaal. De kansen voor den Pauamaweg schijnen on gunstig, tenzij de Franseho maatschappij in staat is haar goede rechten aan te toonen zal do Nicaraguaroutc waarschijnlijk wor den gekozen. Hofbericht De Duitsche bladen melden, dat H. M. de Koningin voor een verblyl van verscheidene weken in het eind van Augustus op het kasteel Rathsfeld bij Rudolstadt haar intrek zal nemen. Corps dlplomatiqne. De heer J. Zenii, gezant van de Vereenigde staten van Mexico bij ons Hof, benoemd tot gezant te Weetien, is gisteravond te 's-Gra- venhage aangekomen. Audiënties. De gewone audiëntie van den Minister van Buitenlandsche Zaken zal "Vrijdag niet plaats hebben. Mr. Wentliolt. f Morgenochtend 8 uur wordt liet stoffelijk overschot van den oud-iaadsheer mr. J. B. L. Wentholt per staatsspoor van 's-Graven- lmge naar Utrecht overgebracht, ter bijzetting in het familiegraf aldaar. R. K. Kamerciub. De »Maasbode" «chrijlt De bewering van een der bladen, dat «de geheeie quastie-Pasloors reeds in der minne is geschikteen storm in een glas water,» knnnen we tegenspreken. We herhalen het betrouwbare bericht van onzen llaagschen correspondent, dat in de jongste vergadering der R, K. Kamerclub geen definitieve oplossing is tot stand ge komen. Dat intusschen een bevredigende schikking in de nog hangende quastie haar beslag zal kunnen krijgen, mag alsnog mogelijk worden geacht. Mlnisterleele toezegging. De minister van binnenlandsche zaken heeft, daartoe gemachtigd door H. M. de Ko ningin, op een adres van het bestuur der Nederl. Pensioenvereeniging van Vroedvrou wen geantwoord, dat fiuancieele steun aan liet pensioenfonds voor alle Nederlandsche vroedvrouwen niet kan worden verleend, doch dut bij de voorbereiding van een wets ontwerp, in zake veizekering tegen de gelde lijke gevolgen van ouderdom en invaliditeit, ook op de belangen der vroedvrouwen zal worden gelet. Geen aansluiting. Het bestuur van den Vrijzinnig-democra- tischen Bond heeft op eene uitnoodiging van het Nederlandsch comité voor algemeen kies recht tot aansluiting bij bedoeld comité ge antwoord, dat de bond met het comité ten zeerste overtuigd is van de hooge wensche- lijkheid eener spoedige Grondwetsherziening ter bereiking van de ook door den Bond ge wilde regeling van het kiesrecht, doch dat men zich als politieke partij verplicht rekent volle vryheid van handelen voor te behouden ten aanzien van de wyze, waarop die zaak door hen dient te worden bevorderd, om welke redenen het bestuur aan het verzoek tot aansluiting niet mag voldoen. De arbeids- en rusttijden. De Ned. R.-3L Bakkersbond beeft aan den minister -van Binnenl. Zaken een adres gericht, waarin de Bond te kennen geeft, Dat door Z.E.'s ambtsvoorganger een wetsontwerp werd in gereedheid gebracht, regelende de arbeids- en rusttijden, waarbij meer speciaal gelet was op de belangen der bakkerijl in (het algemeen Dat aangaande dit wetsontwerp verschil lende besprekingen hebben plaats gevonden, en de vereenigingen van de desbetreffende vakken dan ook niet in gebreke zijn geble ven haar opinie aan de Regeering en Staten- G-eneraal kenbaar te maken, waarvan de Bond bovengenoemd de eer heeft een exem plaar hierbij aan Z.Exc. te doen toekomen, doch verreweg de meesten aandrongen op Zondagsrust,gepaard met wettelijke afschaf fing van nadhtrust, zonder welke Zondags rust onmogelijk is; Dat door Z.Exc. dit ontwerp, tot leed van de tienduizenden hierbij belanghebbenden, niet op het regeeringsprogram is geplaatst, hoewel naar 's bonds bescheiden meening en volgens de hij 't adres gevoegde memorie van toelichting, deze zaak uit een oogpunt van godsdienst, familieleven en concurrentie todli zeer urgent mag worden genoemd. Redenen, waarom de Bond met gepaste vrijmoedigheid, doch zekeren aandrang zich veroorlooft tot Z.Exc. het verzoek te richten in deze zaak ten spoedigste de maatregelen te treffen als door 'Z.Exc. zullen worden oor baar geacht. Yolkssanatorlnm. De ïHaaii. Ct." deelt mede, dat voor het Sanatorium voor onvermogende longlijders, 't welk door de Zuid-Hollandsche vereeniging »Het Groene Kruis" wordt opgericht, de aandacht is gevallen op het fort Wieriker- schans bjj Bodegraven, dat binnenkort wordt opgeheven. Lcücriudustrlo. In het verslag der Kamer van Koophandel te Waalwyk over het jaar 1901 lezen we o.a. »Ue winsten van het schoenwerk 1 «jv. zijn nauwelijks een derde meer van hetgeen zij waren vóór 25 jarende fournituren zijn duurder dan ooit, de productie wordt telken jare aanzienlijk grooter, de uitvoer wordt be lemmerd, terwjjl de invoer van buitenlandsch fijn schoenwerk tengevolge onzer vrjje han delspolitiek, nog immer aanzienlijk ishet crediet wordt door de afnemers bijna wille keurig gerekt. Ook voor de leerlooieryen gelden nagenoeg dezelfde klachten en be zwaren. De schoen- en lederfabrikanten beducht voor het hun dreigend gevaar en bevreesd voor een totalen ondergang hunner industrie, hebben zich vereenigd tot bonden, welke alles doen wat strekken kan tot opheffing of vermindering der malaise. nMogen hunne pogingen spoedig met een goeden uitslag bekroond worden, en een voor beide industrieën voordeelig tarief van ver- boogde invoerrechten weldra kracht van wet erlangen." Kantwerkschool. Dezer dagen kwamen te Sluis de heeren H. J. de Groot, inspecteur van het ambachts- onderwjjs en W. H. Berden, directeur der kunstnijverheidschool te Amsterdam, om, in opdracht van den minister van binnenlandsche zaken, een onderzoek in te stellen naar de vroeger hier bestaan hebbende kantwerk school en de mogelijkheid om dezen tak van kunstnijverheid weer tot bloei te brengen. («M. C.") Proefondervindelijk. Wij waren in de gelegenheid, zegt „Het Huisgezin", een onzer groote katholieke werkgevers, betrokken bij' do texiel indus trie, in .kennis te stellen met hetgeen wij schreven over arbeidsduur en arbeidspres tatie. „'Mijn ondervinding is dezelfde", zeide hij tot ons. „Ik heb nagegaan wat, over een gelieel jaar, ten opzichte der arbeidspres tatie de uitkomst was van een verkorting van den arbeidsduur met 10 pereent, „Het resultaat was een verhooging der productie met gemiddeld 10 Dat wil zeg gen, dat terwijl een tiende minder lang ge werkt werd, de productie een tiende grooter was. „En", voegde hij erbij, „ik zou den ar beidsdure nog met 10 durven verkorten, zonder vermindering van productie te vree- zen." Deze woorden bevestigen opnieuw de juistheid der stelling, dat Jxoe korter (na tuurlijk binnen redelijke grenzen) de ar beidsduur is, er des te intensiever gewerkt wordt. Niet Ibij handelt dus van zuiver finan cieel standpunt het verstandigst, die zijn werklieden laat arbeiden zoo lang ze kun ne, maar degene die, door een redelijken ar beidsduur in te voeren, zich de grootste pro ductie en (het beste werk verzekert. Doch al ware dit niet zoo, dan nog eischen billijkheid en menschelijtkiheid, dat er voor den werkman behoorlijke tijd overschiet, dien hij voor zich-zei ven ~eii zijn gezin, voor ontwikkeling en ontspanning kan besteden. Het besef, dat de werkman niet een ma chine, maar een mensch. is, is in deze quaes tie het begin der wijsheid. Van den toren, het raadhuis en andere stedeljjke gebouwen te 's-Gravenhage wap perde heden, den herdenkingsdag van den slag by Waterloo, de Nederlandsche vlag, OVERSCHIE, 18 Juni. De vaderlandsche driekleur wappert van onzen toren, ter her denking van den slag van Waterloo. KETHEL EN SPALAND, 18 Juni. Ter herinnering aan den slag van Waterloo wap pert heden de vaderlandsche driekleur van den toren. Op de gebruikelijke wijze wordt hier weder de verjaardag van den slag van Wateiloo gevierd, door het ontplooien der vlaggen van de openbare gebouwen. Aanbevelingen ter benoeming aan de hoo gere burgerscholen met 5-jarigen cursus, te 's-Gravenhage, van drie leeraren in wiskundedr. P, Molen broek, directeur eener H.B. S. met5-j.c. te Amsterdam A. A. Beekman, directeur eener H. B. S. met 5-j. c. te Schiedam; II. A. A. Beekman; G. J. van de Well, leeraar aan de H. B. S. te Delft; III. G. J. van de Well; F. Schuh, tijdelijk leeraar aan de H. B. S. te Sneek. Uit deze voordracht blijkt wel dat er zeer veel kans bestaat dat de directeur onzer H. B. School zal worden benoemd. Met leedwezen hebben wij die voordracht gezien. Immers, gedurende de 13 jaren dat de heer Beekman hier aan het hoofd der H. B. School heeft gestaan, is die inrichting tot hoogen bloei gebracht en had zjj een uit nemende reputatie in den lande. De gemeenteraad heeft echter niet met den directeur willen medewerken om de school op die hoogte te houden. Het splitsen der klassen, door directeur en leeraren noodza kelijk geacht, is geweigerd en volgens een officieel rapport is het onderwijs heel wat gedaald in zyn resultaten. De heer Beekman geloeft niet dat het gemeentebestuur op zyn beslissing zal terug komen, en, niet geneigd om aan het hoofd eener inrichting te staan die onvermijdelijk haar goeden naam zal verliezen, prefereert hy om heen te gaan en stelt hy een betrek king van leeraar te 's-Gravenhage boven die van Directeur te Schiedam. Het doet ons genoegen te kunnen mede- deelen dat de kookgas-tentoonstelling, geor ganiseerd door de directie der gasfabriek, zich mag verheugen in een groote belang stelling. Den ganschen dag bevinden zich belangstellenden in het lokaal, en gisteravond was het er bepaald vol. Het aantal bezoekers werd toen geschat op 800 a 1000. De firma wed. G. Kemp, alhier, heeft thans ook eenige gaskroneD, komforen, baden, enz. ingezonden. Hedenmorgen zyn wederom eenige meisjes van de huishoudschool uitgegaan, begeleid door 4 onderwijzeressen. Per trein zijn zij naar Hoek van Holland vertrokken, om van daaruit eenige plaatsen in het Westland te bezoeken, en vanavond om 6 uur terug te keeren. Evenals de andere meisjes hebben ook deze den geheelen winter hiervoor gespaard, doch hebben aan het vorige reisje niet deel kunnen nemen. Hedenmiddag tel uur stapte het dochtertje van B, Lohstroh in een pan met kokende melk, tengevolge waarvan het kind ernstige brandwonden aan een der beenen bekwam. X X X/N V X' V. V Vergadering op Dinsdag 17 Juni 1902, des namiddags ten twee uur. Gunning leerwerk, In deze vergadering werd, by bet voorlezen der ingekomen stukken, bij de vermelding der missive ten geleide van de berichten van den directeur en de commissie voor gemeente werken in zake het niet-gunnen van het teer- werk aan den laagsten inschrijver G. Osterholt, door den heer R i s opgemerkt, dat uit die stukken hem gebleken was, dat zyn opmer king, vroeger geuit, juist was, dat het een onbillyke maatregel is geweest om het teer- werk niet te gunnen aan den laagsten in schrijver. De argumenten daartoe door hem aangevoerd zjjn door den directeur in diens schrijven bevestigd. Door de Commissie van Gemeentewerken wordt wel medegedeeld dat haar beslissing berust op de bewering van een of twee barer leden dat het werk niet standhoudend is gebleken, maar die uitspraak noemt spr. lichtvaardig en na zoo'n tijdsverloop niet te bewijzen. Spr. hoopt dat in het vervolg aanbestedingen zullen worden toegewezen door B. en W. en niet meer door eenige commissie, terwijl hij de verwachting daarbij uitspreekt dat de billijkheid voortaan zal betracht worden. In antwoord daarop werd door den Voor zitter er op gewezen dat de commissie verklaart de volle verantwoordelijkheid voor haar besluit te aanvaarden, zoodat naar spre kers oordeel geen raadslid dan meer behoort te spreken als de heer Ris deed overigens ontkent spr. de bevestiging der argumenten door den directeur. De heer Visser, voorzitter dier commis sie, zegt nog dat hij, na de gehouden inter pellatie, de zaak nog eens heeft onderzocht en dit hem aanleiding heeft gegeven om het besluit als volkomen gerechtigd te bljjven beschouwen. De heer R i s handhaaft het recht van ciitiek der raadsleden tegenover de bewering van den voorzitter, ook daar waar uitdrukkelijk de verantwoordelijkheid wordt aanvaard. Graan meter s-w egersfonds. Namens de corporatie van beëedigde graan- meters-wegers was by adres van 28 Sept. 1901 aan den Raad verzocht sal het mogelijke te doen de wegers in staat te stellen het noodige onderhoud voor hun gezin te verdie nen. De Kamer van Koophandel, om advies gevraagd, stelde voor de corporatie op te heffen, waartegen door de corporatie werd geopponeerd. Bij adres van 2 Juni 1902 werd door 11 leden der corporatie verzocht de gelden van het fonds onder de leden te verdeelen. De commissaris der corpotatie (6 Januari 1902) en drie gepensioneerden (4 Febr. 1902) verzetten zich tegen die verdeeling. Door het raadslid F. J. Smit werd naar aanleiding dezer adressen een voorste! bij den Raad ingediend lo. om het fonds te liquideeren, 2o. voor wie niet wil liqnideeren of reeds gepensioneerd zijn het bun toekomende gedeelte intehouden, 3o. den gepensioneerden een wekelyksehe uilkeering van f5 te verze keren, 4o. die uilkeering te garandeei en dooi de gemeente, 5o. de stortingen der leden te laten blijven tot onderhoud van werktui gen en betaling commissaris. Door B. en W. daarentegen was voor gesteld a. het voorstelSmit te verwerpen b. wyziging te brengen in het bestaande reglement der korenmeters-wegers tot het geleidelijk inkrimpen van het aantal meters- wegers en het verbod aan dezen om hun werk te laten verrichten door inleggers. De heer Smit verdedigde uitvoerig het door hem ingediende voorstel. Hy bestreed de opheffing der corporatie die zonder eenig bezwaar kan blyven bestaan ook al werd besloten tot opheffing van het fonds als door hem is voorgesteld. Spr. acht de garantie door de gemeente volstrekt geen bezwaar omdat zjjns inziens de Raad zich bij besluit van 29 Mei 1861 heeft verbonden om Hndien »het fonds voor de toelage ontoereikend is, »het ontbrekende uit de kas der gemeente »voor te schieten." De voorstellen van B. en W. worden ten slotte door spr. lapmiddelen genoemd, die hoogstens uitstel van executie zullen geven. De heer De Groot acht ook opheffing van het fonds gewenscht. In de eerste plaats omdat de deelhebbers in zulk een financieelen toestand verkeeren dat zjj aan het geld thans groote behoefte hebben en niemand, armoede Ijjdende, gaat zorgen voor den ouden dag in de tweede plaats omdat het fonds altyd is geweest een slecht ingelicht fonds. De meerderheid der wegers, elf tegen vjjf, heeft zich daarvoor bovendien uitdrukkelijk uitge sproken. Billjjk acht spr. het dat de gepensioneerden hun pensioen behouden. Het fonds met zyn bezittingen is groot f 30.000. Voor een lijfrente ten behoeve der gepensioneerden is noodig f 14.000, zoodat ter verdeeling zou blyven f16.000. Gemiddeld zou dus elk lid der corporatie ontvangen ongeveer f 1200. Spr. stelt ten slotte voorDe Raad acht verdeeling van het pensioenfonds ia de ge geven omstandigheden gewenscht, en verzoekt B. en W. de noodige voorsteilen daartoe te doen. Deze motie wordt ondersteund door de heeren Smit en Gouka. De heer ror. Jansen verzet zich tegen het denkbeeld-da Groot omdat, wanneer er zyn die niet tot opheffing willen besluiten daarvoor een bedrag moet worden gereser veerd, Immers er blijft dan te onderhouden het huisje en de gereedschappen waarvoor natuuriyk geld noodig is; dat geld en de waarde der gereedschappen en van het huisje moet van de f 30 000 afgetrokken worden. Spr. is van oordeel dat een opheffing van het fonds onvermijdelijk zal na zich slepen de opheffing van de corporatie. De heer Van Westendorp wjjst er op dat het fonds behoort aan de corporatie, en dat de raad slechts beheert. Wil de cor poratie haar geld terug dan heeft de raad zich daarby slechts neer te leggen. Desnoods zou de corporatie langs gerechtelyken weg tot teruggaaf kunnen dwingen. De voorzitter brengt daarna in stemming het eerste gedeelte der motie-De GrootDe Raad acht verdeeling gewenscht". Dit wordt verworpen met 10 tegen 8 stemmen. Vóór stemden de heeren Van Westendorp, Vürtheim, Smit, Ris, Honrierlage Grete, De Groot, Gouka en P. Jansen. Het voorsiel-Smit dat op dit principe is gebaseerd wordt nu zonder hoofdelijke stem ming afgewezen en het voorstel van B. en W„ behoudens eenige ondergeschikte redactie wijzigingen, aangenomen. H o f j e s v a n B e 1 o i s. Regenten der Hofjes van Belois hebben den Raad machtiging gevraagd tot aankoop van eenige huisjes aan de Raam tot uitbrei ding dier stichting. B. en W. adviseeren den Raad om dat verzoek niet toe te staan, omdat van die voorgenomen uitbreiding niets kan komen, daar de verordening op het bouwen zulke uitbreiding verbiedt. De heer v. d. Schalk echter meent dat, ook al kunnen de tegenwoordige plannen niet tot uitvoering worden gebracht, de plannen en de omstandigheden kunnen gewyzigd worden. Er is nu gelegenheid om die huisjes te koopen, later misschien niet. Met 11 tegen 7 stemmen wordt echter het voorstel van B. en W, aangenomen. Tegen stemden de heeren Vürtheim, La- gerwejj, Blaisse, Wittkampf, De Groot, Ben der en v. d. Schalk. De wijzigingen in de begrooting der instelling, noodig bij een eventueelen aan koop van die huisjes werd nu tengevolge tan deze beslissing verworpen met algemeene stemmen. L a n d h u u r. De heer Gouka, erkennende dat het voorstel van B. en W. formeel volkomen juist is, betwijfelt of het ook aan de billijk heid voldoet. Land brengt zijn huur op in de zomermaanden. Huurt iemand dus voor een jaar land en wordt hem dat land gedu rende de zomermaanden uit de huur geno men dan trekt hij niets van deö grond. Zoo is hier het geval. De Voorzitter antwoordt dat de on billijkheid volstrekt niet bestaat. Uitdrukkelijk bevat het huuicontract bepalingen omtrent het eventueel uit de huur nemen en daarop is het voorstel van B. en W. gebaseerd. Die bepalingen hebben invloed op den huurprijs en de schade is daardoor by voorbaat reeds geëquivaleerd. Het voorstel van B, en W. werd daarop met 13 tegen 5 stemmen aangenomen. Tegen stemden de heeren Klein, Blaisse, Pinster, Gouka en v. d. Schalk. Havenreglement. Door den sleepdienst-ondernemer W. van Ejjk was bjj B. en W. ingekomen een ver zoek tot wijziging van het havenreglement waardoor het sleepen van schepen ook werd vergund in de Buitenhaven binnen de Buiten- sluis tot aan de Koemarktbrug of dat de mogelijkheid worde geopend de toestemming daartoe doorloopend te verleenen. Door B. en W. was afwijzend op dit adres geadviseerd op grond van het gevaar voor scheepvaait en schade voor industrie en ge meentewerken. De heer Klein, die met verwondering dit advies heeft ontvangen, beweert dat een doorloopende permissie is gegeven aan een boot die van Rotterdam naar Den Haag vaart. Telkens varen stoombooten, motorschuiten en dergelijke naar binnen. Gevaar voor de scheepvaart wordt zijns inziens veroorzaakt wanneer 2 bommen of loggers aan één lijn gesleept worden. Juist om ongelukken te voorkomen acht spr. het gewenscht het sleepen eer verplich tend te stellen dan te belemmeren. Voorts zegt spr. nog dat in de Rijnhaven te Rotterdam het sleepen van schepen ver plichtend is. De heer v. d. Schalk zou, in plaats van de vergunning tot sleepen uit te breiden, liever zien dat die werd verminderd, met het oog op de gevaren voor de sluiswerken. Is sleepen noodig dan heeft de haven meester toch het recht om daartoe vergun ning te geven. Het beschadigen van den dorpel kan enorme uitgaven na zich sleepen. In géén gemeente van Nederland mag door sluizen gesleept worden. De heer L a g e r w e ij ondersteunt de be schouwingen van den heer Klein omdat hij zooveel mogelyk de belangen van de scheep vaart wil bevorderen, zy het ook ten koste van schade aan gemeentewei ken. De Voorzitter wyst op de gelegenheid om ten allen tijde by den havenmeester ver gunning te vragen om binnen te varen, aan wien bovendien is opgedragen zoo min moge lijk te weigeren. Spr. wyst op de schade die reeds is ge. maakt bij het binnensleepen en hoe door schippers dikwijls onbetrouwbare opgaven worden gedaan omtrent diepgang. Het college zal echter bereid zijn zooveel mogelijk aan de wenschen van belanghebbenden tegemoet te komen. De heer Klein blijft ook na de gevoerde discussie cp een proef aandringen en beweert dnt aan een boot toch reeds een doorloopende permissie is gegeven, wat bern is medegedeeld door den sluiswachter. De Voorzitter betwijfelt de juistheid dier inlichting. Het voorstel van B. en W. wordt daarna verworpen met 11 tegen 7 stemmen. Tegen stemmen de heeren Klein, Vürtheim Smit, Lagerwey, llonnerlage Grete, Beukers' Wittkampf, de Groot, Pinster, Bender en P.' Jansen. Tramhuisje. Door B, en W. is het voorstel gedaan om den grond waarop het tramhuisje <taat opnieuw aan de R. T. M. te verhuren voor f52 per jaar, met recht van jaarlijksche opzegging. De heer R i s vraagt of het niet wen- schelijk is om daar eon arrestantenlokaal te plaatsen. Hij heeft gehoord dat dit voor de politie wel gewenscht zou zyn, en meent dat het daarom beter is dien grond ter be schikking te houden. Ook de heer Klein deelt deze meenioe. De Voorzitter wijst er op dat de gemeente de huur elk jaar kan doen eindigen, Het voorstel wordt daarna goedgekeurd met. 15 tegen 3 slemmeD. Tegen stemden de heeren Blaisse, llon nerlage Grete en Vürtheim. Verordening ryden. Door B. en VV. zijn een paar wijzigingen in de verordening op het rijden in deze gemeente voorgesteld, o.a. om het hardrijden in de Warande te verbieden en een straf bepaling op te nemen voor de overtreding van art, 13. De heer Gouka, die meent dal de ver bodsbepalingen in die verordening tocii niet te handhaven zyn en Ju de praktijk ook niet zouden worden gehandhaafd acht hel b-ter om, in plaats van de verbodsbepalingen uit te breiden, de geheeie verordening in te trekken. De hrer Lagerwey verklaart met die opvatting in te stemmen. De Voorzitter antwoordt dat, waar hier in openbare vergadering beweerd wordt dat een verordening niet wordt nageleefd, liij bij de politie een onderzoek zal instellen. De oppositie van de beide heeren tegen deze wijzigingen acht spr. ongemotiveerd, terwijl een voorstel tot intrekking der verordening niet aan de orde is. Het voorstel van B. en W. wordt door deo voorzitter eenigszins gewyzigd, zóó dat een strafbepaling ingeiascht wordt bij art. 45 onder al. 2. Do verordening wordt daarna goedgekeurd. Interpellaties. Door de heeren Honnerlage Grete en Vürtheim waren de volgende drie vragen ingezonden Kunnen dior B. en W. thans of binnen korten tijd mededeelingen worden gedaan aan den raad lo. Omtrent een voorstel tol wijziging der verordening regelende de heffing van school gelden aan gymnasium en hoogere burger school. 2o. Omtrent de mogelijke overname der hoogere burgerschool door het Rijk, subsidiair omtrent het toekennen eener hoogere subsidie. 3o. Omtrent het inrichten der school-Tyl tot eene handels-burgerschool, ten einde daar door de hoogere burgerschool evemueel te ontlasten van een groot aantal leerlingen. De Voorzitter deelde als antwoord hierop mede in verband met Vraag 1. By de behandeling der begrooting werd door B. en W. onder de middelen ter ver sterking der inkomsten genoemd de verhoo ging der schoolgelden. Binnen zeer korten tijd zullen aan den Raad worden aangeboden, waarschijnlijk ook in druk toegezonden, voor stellen betreffende de heffing van nieuwe be lastingen. Viaag 2. Hieromtrent kunnen B. en W. niets mede- deelen. Het adres van de Hooge Regeering is verzonden en officieus is eenerzijils ver nomen dat er hoop bestaat op gunstige be schikking, anderzyds dat daar weinig kans op bestaat. Officieel is nog niets vernomen. Vraag 3. Het college van B. en W. heeft omtrent een reorganisatie der schoolTij! noch een belofte gedaan, noch een opdracht gekregen. Vroeger is een voorstel daartoe gedaan, doch dit is verworpen. Later hebben de heeren De Groot en Jansen de wenichelijk- heid daarvan geuit. Wanneer de Raad B. W. uitnoodigt om voorstellen dienaangaande te doen, dan zou het College niet nalaten aan de uitnoo diging gevolg te geven misschien zijn do omstandigheden daarvoor nu wel gunstiger dan vóór twee jaar. De heer Vürtheim licht toe dat ae bedoeling der vraag meer was om middelen te vinden ter voorkoming van de voortdu rende overbevolking der school. Een verhoog schoolgeld van de jongelui uit steden wnnr een II. B. School is, acht spr. gewenscht. De Voorzitter merkt op dat dit met uit de vraag te lezen was. De heer v. Westendorp zegt dat ae tjjd voor zulk een maatregel voor dit jaar reeds verloopen is. Wel kunnen de jongens uit die steden geweigerd worden. De heer Honnerlage Grete meen dat er wel degelijk een verzoek is gericht

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 2