56"* Jaargang. De laatste Oorloistóen i» iet ffeslea va» ie Kaapkolonie. üF. Zondag 21 en Maandag 22 September 1902. No. 10962. Tweede Blad. De mislukte Detective. m 'S, «SS V I. uur). 0, ènes. ms. mek' oe. SC! EDA MS CHE HU RAIT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaar dingen fl. 1.25, Franco per post fl. 1.65. Prijs per week Voor S c li i e d a m en V 1 a a r d i n g e n 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zjjn. BureauBotcrstraat BS. Prijs der Advertentiën: Van 1—6 regels 11. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. Advertentiën by abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Meine odeertentiëa opgeno nen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. latere. Telefoon Mo. 133. Zooals reeds vroeger gemeld, ligt het in ouzo bedoeling, do gebeurlonisscn der laat ste dagen van den Zxiid-Afrikaansclien oor log, waarvan de markies de Kersauson, neef van kolonel de Villebois-Mareuil, verhaalt in tie „Petit Bleu", weer tc geven in den geest als met do artikelen „Met Do Wet in do Kaapkolonie-' van den/elfden schrijver. In do hoop dat deze interessante reeks ecu oven gunstig onthaal moge vinden als de vorige, vatten we de pen op, ten einde den krij'gshafligen markies op den voet te kunnen volgen. liet is een algemeen bekend feit, dat de vrede in Zuid-Afrik» tussclicn do Engelschc regeering en db twee Boerenrepublieken is ge- tcekend den 31en Mei 1902 te nnüdornacliL to Pretoria. De Boeren-commando's on do Hollandsche rebellen die nog in liet westen van do Ivnap m 't veld waren, vernam» die tijding eerst 14 Juni, des avonds te 9 uur tweo weken nadat do vredesafkondiging Europa, ja do gchccle wereld met verbazing had vervuld. In hot midden van April 1902 werden do operatics id het uiterste westen van de Kaap geleid door den generaal-en-ehef Snnits ex- advocaat cn vechtgeneraal in dienst van Transvaal, met samenwerking der comman danten Maritz en Van der Venters, die res pectievelijk 1200 en 800 man onder hun be vel hadden staan. "Wij waren werkelijk mees ter van den toestand aldaar en van liet on afzienbaar-uitgestrekte land, dat wij met gewold van wapenen in bezit hadden geno men. De laatste overwinning van de geza menlijke commando's van Smuts en Mnritz was de bezetting van Concordia, oen groot dorp in Namnqunlaud, waarvan de Britscho bezetting, ruim 250 man, zich zonder slag of stoot aan ons overgaf. Mnritz sloeg daar op hot beleg voor Ookiep op 100 K M. van de kust gelegen. Omstreeks dezen lijtl bracht een Engelscb parlementair onder bescherming der witte vlag belangrijke dépêches voor generaal Smuts. Smuts werd daarin door liet Bocren- gouvernement. opgeroepen tegen den lóen Mei „ter confercntib te Vcreeniging, om mede de vredesvoorwaarden, aangeboden door Zijne Britscho Majesteit, te bespre ken". Do verkeerswegen tussclicn Tiansvaal en dat gedeelte der Kaapkolonie zijn zoo on eindig lang, dab wij eerst mi ook tijdingen van De la Roy. Db Wet, Botha en Sloyn ontvingen, die ons op do hoogte stelden van de Engclselio nederlagen dor colonnes An derson en Ivekewich, en niet te vergeten de 'verplettering van Methucn's logernfdeeling nabij Tweebosch door Do la Bey, Meiihuen's gevangenneming en invrijheidstelling, cn do verovering van zijn elf kanonnen. "Van na dere berichten waren wij een gcruimen tijd weder verstoken In aanmerking genomen de schitterende zege van De la Roy en 'L overige Boerensuc- Naar E. FAIIROW. ces, daarbij gevoegd onze eigen krijgsverrich tingen in het W. van de Kaapkolonie, alles «aamgenomen, deed veronderstellen dat do geest der ons aangeboden vredesvoorwaarden werkelijk „vrede" zou adbmcn cn dat En geland ongetwijfeld vrijheid cn onafhanke lijkheid zou verlecnen aan een volk dat al les had ten offer gebracht om huis en haard te verdedigen. Tot nu toe klonk het woord „vrede" als in een dioom ons in de ooren, want wo wa ven er van overtuigd dat we nog zeker eeni- ge jaren op liet oorlogsveld voor het mes hadden. Van vrede zou, volgens onze meening, al leen sprake kunnen zijn, als de gcheelo Kaapkolonie was opgestaan om de beide Re publieken lo hulp te komen en die opstand, die zeker band over hand veld won ni op den langen duur liad moeten slagen, die op stand was nog slechts in zijn kindsheid. Onze oudere kameraden of zij' elite een voorgevoel hadden te worden doodgescho ten, zeiden „Wij zullen nooit den vrede be leven." En waarlijk, wanneer men den oor log gedurende drie lange jaren heeft mede gemaakt en alle mogelijke ontberingen kent, dan is men aan dien toestand van „always on guard" zoo gewoon geraakt, dab „met den vinger aan den trekker van liet geweer" slapen een tweede natuur wordt. Men ver geet den toestand van „vrede", men kan zich dien niet meer voorstellen. Hoe liet zij, de verrassende medocleeling die onze generaal' kreeg, maakte bet uit- ziclit op stakitug der vijandelijkheden waar schijnlijk, hoewel do gevoelens daaromtrent tussohen Boeren en Kaaps olie rebellen nog al uiteen liepen Do tijding van vrede viel „ons mense" dan ook ruw op bet lijf. Ver beeldt u, zou men bij liet opdoemen van een stofwolk aan den bonzon zijn geweer in rust kunnen laten, want bet was geen Engelsche cavalerie die daar kwam aanhollen! Dat wa ren geen vijanden, want liet was immers vrede! Men kon rustig zijn huisdeur sluiten, om niet elk oogenblik naar buiten te moe ten vliegen, oor en oog open voor verdach te geluiden van onraad, op d'e vleugelen van d'en wind aangebracht? Het was immers voortaan overbodig, met liet geweer in do band te slapen' Men zou bij het ontwaren van een silhouet van een ruiter in do verte niet meer liet verlangen koesteren cn den plicht te vervullen bobben om zich in staat van verdediging te stellen. IIoo was het mogelijk? Als in een droom Vrede Do meeste burgers gaven zich dan ook vooreerst gecu rekenschap van oen plotselin ge n omkeer in den gang van zaken, zij ble ven hardnekkig zich aan liuu ongeloovig- heid vastklampen. Eu anderen vroegen zich ontroerd af, of zij in den eersten tijd van dozen vrede niet werktuigelijk naar den mauser cn de patro nen zouden grijpen om een vijand na tc ja gen, die niet meer bestond, in bun verbeel ding hoorden zij roods boe bet verstand dan ten slotte zou zeggen „staak die nuttolooze pogingen, zoudt gij' een vrij volle nog willen verdedigen En zij daclitcn 't zicli werkelijk in, bet heerlijke vredesidcc de vrede met onaf hankelijkheid dan eindigden hun mijme ringen met vreugde-uitingen. Zij, waren gelukkig. Alzoo liaddeu zij niet ie vergeefs ioderen nacht God gesmeekt om air.' l ;ale-'.1 t ure. Emil Folder voelde ziek van jongsaf aan getrokken tot de criminalistisclic beroepen cn hot liefst ware bij dbtcctive geworden. Gclioime-politibspeurhond, dat was zijn ideaal! Intusschcn werd liet helaas niet verwe zenlijkt, daarvoor d'roeg EnuTs papa, ecu bezittend rentenier, angstvallig zorg, omdat liij nu eenmaal alles wat maar eonigszius met „do misdaad" in verband stond of cr slechts naar zweemde, uit don grond' van zijn liart verfoeide. Officier van Justitie, dat was voor Emil oen godenbaantje, doch niets van d'at alles. Menigmaal slaakte Emil hartbrekende ■ver- zuehtingen en soms overlegde hij bijl zich zelf „Wanneer de oude heer maar ziet dat ik talent hob voor hot vak, dan is er wel licht gelegenheid op 's mans ijdalheid' te werken, oen beroemden zoon te hebben is toch geen kleingheid. Wat kunnen som- nrigo menschen tooli zotte gedachten koes teren 1" Zeker, het hoogste geluk van den ouden Folder was een beroemden stamhouder, zelfs do planken moclit hij betroden en op het toonocl een schitterende carrière zooken D'at was zeker een overwinning, op bet heldhaftig vaderhart behaald, toen net be roep van tooncelspeler werd toegestaan. Edoch Emil ging zich aan den handel wij den. In zijn eerste woede over de besliste weigering van d'e vaderlijke toestemming tot het detective-beroep gaf Emil na afge legd gymnasium-eindexamen te kennen lie ver haringvisscher dan acteur te worden. In dit opzicht bezondigde onze Emil zich aan schromelijke overdrijving, nfct dat hij zijn lust aan haringen botvierde, integen deel, een allerliefst goudVischjo bracht hem zelf het hoofd op liol. Onderwijl was Emil als volontair bij de so lide bankiersfirma Ernsthagen Co. te Ber lijn in dienst getreden. Het hem opgedron gen baantje stuitte hem van uur tot uur meer tegen de borst en bij zijn groote ver achting voor 't koopmansberoep wist hij' de verschillende takken van bedrijf niet uit el kaar to houden, althans liij, als volontair, achtte zieli minstons eon oven, waardig lid in do maatschappij als bij'v. een accountant. vrede; God was rechtvaardig cn goed. llij verhoorde d'e dagclij'kscho beden, ieder uur van den dag spraken onze harten tot liem van de vurige smeekbeden van bon die hem vroegen den zwakke bij te staan tegen den sterke en liet recht to doen zegevieren over het hemelt-orgendkte onrecht! Iïet was aan den avond! van den 24cn April dat generaal Smuts afscheid nam van zijn burgers in de kerk van Concordia. Nooit zal ik die treffende scène vergeten in dat nederige bedehuis, reeds gehuld' m de wazi ge avondschemering. De generaal sprak ons kort en krachtig toe: „Men spreekt tot ons van vrede," zeide hij, „maar dat is voor u geen reden om niet voortdurend op uw hoede te wezen, uw moed en vastberadenheid ook maar een en kel oogenblik in den stock te laten Ruiter lijk zeg ilk u mijn mcening, ik geloof aan dezen vrede niet en evenmin schijnt het mij toe dat commandant Maritz er veel waarde aan hecht. Hoe liet zij, burgers, laten wij do krijgsverrichtingen niet staken, verdubbelt liever uw waakzamen ijver. Laat niemand van u dénken„Waarvoor zou ik vandaag mijn loven wagen, wanneer morgen db vrede wordt afgekondigd?" Juist door in den strijd te volharden totdat bet uur der zeker heid' slaat, door u te blijven gedragen als helden, die gij formers waart, daardoor toont gij dat. gij strijdt voor een glorierijk land. En dan zal er bij mijn terugkomst als liet waarlijk vrede is, slechts vreugde bij ons heersehen. Is mijn boodschap echter „Het is oorlog", welnu, mannen, dan zal het ook een strijd wezen op leven cn dood, een strjjd, opnieuw aangevangen, verbitterder dan ooit te voren I" II. Velen zal liet wonderlijk toeschijnen, wanneer zij li ooren van een generaal die over oorlog en vrede spreekt in een kerk. In Transvaal, Oranje-Vrijstaat cn Kaapkolonie is liet godsdienstige element zoo nauw ver bonden niet allo levensomstandigheden, dat zulks als de naluuilijksto zaak der wereld wordt beschouwd. Nauwelijks had dan ook generaal Smuts zijn warme toespraak geëindigd of onze godsdienstleeraar, ook veldprediker, beklom den kansel, om als man des vredes de aan spraak van den veldheer aan tc vullen. Db predikant moedigde ons aan, vertrou wen in G-od te hebben, „want", zeide liij. „Hij zal zijn volk ito de ure des govaars niet verlaten." Een psalm met warme oprechtheid gezan gen, bewees wel dat deze zonen van Afrika een onbegrensd vertrouwen stekten in dien God, eten Almachtige, die aan hun bittere ellende voorgoed een eind ging maken, hen ging vcr'ossen uit de roofzuchtige klauwen hunner vijanden Den volgenden morgen, 25 April, 's mor gens om 9 uur, vertrok generaal Smuts Ge ëscorteerd door 250 man en met onze beste wcnsclien vergezeld, begaf hij zieli op weg, dien langen, eihdeloozen weg naar Vereeni- ging. Na twee dagreizen naar liet noorden werd hij met alle mogelijke onderscheiding ontvangen door ko-lonel Cooper, die hem een vrijgeleide tor hand stelde, voldoende om veilig achter elke Engclsehe linie te komen. Zooals ons allen was aanbevolen, verdub belden ook onze officieren bun waakzaam- In de oogen van Friclchen Steinmann, liet bekoorlijke goudVischje, was hij, een der steunpilaren van do Beurs, beter dan allo andere kantoorbedienden; zij prees hem steeds waar hij zelf bij was. In vertrouwen vertelde Emil haar dan van den idealisl'i- scheii droom zijns levens, den verstomden detective-droom. Ze durfde hem niet uit lachen, dooli bracht schuchter in liet. mid den dat ze de -gedachte, altijd met misdadi gers te doen te hebben, wel wat griezelig vond. „En de rechters dan, juffrouw Frida?" „Ik zou ook nooit met een officier van justitie witten, trouwen, dat beloof ik je! En ook vind ik het vebl edeler, de beschuldig den te verdedigen, zooals een advocaat doet, dan ze op to jagen ten einde ze in handen der justitie over te leveren." Emil's oogen schoten vonken Het was hem ter oore gek-rnen dat sedert kort een jong en handig advocaatje Frida 't hof maakte! Zou dat werkelijk een toespeling zijn 1 ,,Ik geloof," zeide hij met verheffing van stem, „dab dames zich nooit de bevredigin en de gemoedsrust kunnen voorstellen na het listig betrappen en arresteeren van een beruchte» spitsboef beid. Mot oen onverschrokken aanvoerder als de jonge commandant Maritz aan liet hoofd, leed' liet geen twijfel of wij konden slechts niéuwe lauweren voegen bij de ovci- winningen, reeds door hem behaald in de af- geloopen maanden. Maritz sprak nooit over den vrede. Zeer merkwaardig, geloof ik, dat een heimelijk voorgevoel liem weinig goeds deed verwach ten van zulk een opgedrongen vrede. Het was alsof hij er bang voor was. Vroeg men zijn mcening over dit onderworp, dan luid de bet antwoord meestal kortaf „Waarvoor zouden wij over vrede spreken, waar ons nog zooveel te doen staat?" Sedert de af rei ze van Smuts koesterde hij' werkelijk een grootsch plan. Mnritz wilde een nieuwen inval doen, gericht naar het zuilden, als liet kon zelfs Kaapstad aantasten om do Engelschen eens wakker to schudden en hen te toonen dat Boeren cn rebellen de eigenlijke meesters waren van het gcheelo westen van do kolonie. Met dit dool bet hij alle commando's in zuidelijke richting op rukken, uitgezonderd Schocman's comman do, dat met 300 man m de omstreken van Games achterbleef. Meer cn meer ging men inzien de onwaar schijnlijkheid va.n een naderenden vrede, immers commandant Maritz waagde een nieuwen inval! Slechts den 15en Mei, den datum, vastgesteld voor de bijeenkomst der Boercncliefs te Vcreeniging, stegen vurige smeekbeden ten hemel, ten gunste van. do staking dér vijandelijkheden door een alge- heelc verlossing der beide republieken. Do Afrikaaiiders die tegen den zaaitijd' naar bun boerderijkjn waren getrokken en geen deel namen aan deze laatste vijande lijkheden,, vroegen ons overal angstig naar tijdingen van den vrede. Wo konden hen evenmin als onszelf geruststellen. Maar ouzo ijver en ons kalme doortasten stelden hen gerust. En overal waar wij langs trok ken, op Boerenhoeven waar jonge meisjes waren, hield men danspartijen, ons ter oere. Wij dansten mede en waren uitgelaten van vroolijkheid. De zekerheid van onze zegepraal meenden wij ook op te merken aan bet gedrag van den vij'and. Overal liet bij, de hielen zién cn vluchtte meer cn meer naar het Zuiden, den bouw van blokhuizen, waarmede men begon nen was tusschen Victona-Road en Lam- berts-baai, in den steek latende. Weldra kwamen de geruchten ons ter ooro 111 steden waar ontsnapte gevangenen waren doorgetrokken. Do onderhandelingen duurden voort, zei men ons. De. onafhanke lijkheid van Transvaal' en Oranje-Vrijstaat was verzekerd cn een quaestie van enkele dagen. Er bleef nog slechts to bespreken do amnestio der Kaapsclio rebellen van Hol landsche afkomst eu Britscho onderdanen. Dat was, zoo verhaalde men, tot nog toe het ecnilge struikelblok voor den vrede Maritz, die al deze geruchten onder do nood ige reserve aannam, trok zijn omina ti de's samen nabij Calvinia. Nacht en dag was het „opzaal" 0111 zoo spoedig mogelijk te Kaapstad aan te komen cn den Engel schen een gevoeligen klap toe te brengen. Do vijiand! verborg zicli overal of sloop spoe dig weg, zelfs v rmeden de Engelschen do kleine patrouilles veidontdekkers, die Ma ritz ca- op uit stuurde om den weg tc ver kennen. Do noodlottige datum van den 31en Mcil verstreek, zonder dat wij cr zelfs liet flauwste idéé van hadden, dat de teerling reeds geworpen was «1 dat het lot van de dierbare Zuid-Afrikaanseho republieken reeds was beslist dat alles gedaan '\as en op wrik een rampspoedige wijze Den .nu Juni vei trok Maritz naar Zocte- water, een Engclseh kampement, dat hij moe&t nemen, voor en aleer hij zijn ojj- marseh naar Kaapstad kon voortzetten. Op enkele mijlen van Van Rhijus dorp kwam echter ecu parlementair onder bescherming van de witte vlag 011s tegemoet cn klampte commandant Maritz aan, wieti llij een dé pêche van generaal Kitchener ter hand stol de. Zij bevatte de tijding dat de vrede gere kend was en Maritz weixl uitgenoodigd rijn commando's zoo, spoedig mogelijk te laten oprukken naar den naastbijzijnden spoor weg; zij hield verder in dat generaal Hm 1 its binnen enkele dagen zou terugkomen fin ons de noodige ophelderingen over de vie- desvoorwaarden en do nlgemccne ontwape ning te geven. Maritz deelde onmiddellijk aan allo com mando's de tijding van het staken dor vijan delijkheden mede, doch in plaats van 111 de richting van een spoorwegstation op te imr- cliccrcn, verwijderde hij zijn commando's verd'er van do spoorlijn om ze 111 Busliimiiis- iand, een woeste streek ontoegankelijk voor Britscho troepen, achter te laten, terwijl hij zelf, vergezeld van zijn staf, zicli zou Ik ge ven naar Tontclboscli Kolk aan de v'Loh- rivier. De verschillende tegenstrijdige gemieJs- bewegingen bij do bevestiging van liet \ro- desgerucht waren opmerkelijk. Bij hot vernemen van de blijde tijdin? ga ven de bewoners van het westen dei" Kaap kolonie ondubbelzinnige blijken \an vieug- do. Men twijfelde cr niet aan of de vmlcs- voorwaarden waren gunstig voor de Boeien. Overal word do vierkleur van Trans."aal ge plant, na liet avondgebed bief men als uit één mond bet volkslied aan „ons vij,111de is weggevlucli, 011s wacht een blijde dag I11 onze kampen hecrsclite evenwel ge< u opgewekte geest, üc dappere sirijdois „voor vrijheid cn voor recht" walen \cibluft cn angstig. De kwelling van don twijfel toeken de zicli op aller gelaat cn ik melkte» op, dat de kameraden, somberder gestemd waren dan op den dag van den moesten tegenspoed. Wat betcekendcn ditó woorden „algemee- 11e ontwapening?" Optimisten legden ze al dus uit: „ontwapening van allen, zoowel van Engelschen als van Boeren". Todercen zette toch do wapenen aan kaait, de Ivaap- scho rebellen als zij naar hun haardsteden terugkeerden zoowel ari de Engelschen, wan neer zij naar huil lantï vertrokken "11 de vrijgevochten landstreken ontruimden l Het was immers billijk dat dc ontwapening al gemeen was, niet waar? Maar er waien pessimisten die bleven twijfelen en dc schouders opliaaklen, tmwijl zij verklaarden cr niets van tc begrijpen. Ecu levendige dibcussio werd over dit rog vage onderworp gevoerd. Zouden wellicht dc Kaapsehe rebellen op minder voordeelige voorwaarden zijn behandold, dan de bewo ners der beide Republieken? En wal dezo laats ten betreft, niemand twijfelde cr aan of zij waren volkomen onafhankelijk. Wij waren het er allen over ecus dat: „Als de vrede getcckend was, dan kon het niet anders of Transvaal en Oranje-Vrijstaat wa ren onafhankelijk." Dat stond bij ons als een paal boven water. We herhaalden liet in onszelvcn. in oir/o Die taak is voor mij helaas ook niet weg gelegd, want in het najaar neemt papa mij bij zich in de zaak. O, kon ik vóór dion tijd nog eens het grondig bewijs leveren, dat ik v.erkolij'k voor hot d'otectivc-beroep talent bezit." „Zeker, ik geloof ook wel, dat je er talent voor hebt," merkte Frida vergoelijkend aan, ,,7.ooals je weet, had' Goetlie veel talent als graveur." Emil lachte, dom was hij in 't geheel niet. Eenige dagen later had Emil tot zijn grdoto verrassing gelegenheid zijn deteetive- hórt eens op te halen, hij kon a,ls aspirairt- dctectivo in een opsporihgszaak diensten pracsteeren, waartoe zijn vriend Scliulze, een detective van naam, hem in staat stel de. Deze politieman had' den jongen koop man stocd's opgewarmd voor zijn lievelir.gs- idoeën. Scliulze was ziek geword'en en juist dien morgen kwam een telegram uit Nou-Lubin van d'en volgenden Inhoud': „Do gerechtsdienaar Pfeil met 100,000 mark de plaat gepoetst naar Berlijn. Over dag vermoedelijk in hotels to vinden, in vrouwelijk gezelschap. Middelbare gestalte, haar, baard zwart, oogen donker, nous, mond gewoon, vreemd accent. Opsporing verlangd' en overbrenging naar gevangenis. Officier van Justitie euz." „Dus pas goed op jc tellen, vriend zeide Scliulze. „Hier heb je mijn iiisigne, hetgeen ik feitelijk niet mag afgeven. Ik doe het al leen om je een kans te geven je speurdcista- lent eens aan den dag te leggen en natuur lijk uit pure vriendschapDraag cr alsje blieft goed zorg voor." „Zeker, vriend, wees cv volkomen gerust op," riep Emil lucnthariig, „en buiten dien, ik sta immeis voor allo gcsolgen in. „Ja, ge zijt een geluksvogel. Nooit gelde lijke zorgen l Maar komaanIk wcnsch jc vee geluk op jc recherche vooral moet je je niet laten overweldigen. En weet ook dat signalementen niet van overwegend belang zijn, want d'e schurken verstaan uitnemend do'kunst zich in een ommezien onherkenbaar to maken, haankleunniddeltjes etc." „Ja, zeker, dat weet ik alles zeer goed betoogd'e Emil minachtend. „Ik zal mijn oogen en ooren maar flink open zetten eu voor vandaag de hotels maar even afloo- pen. We zullen wel zien. wat cr van komt." W ii t -

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 5