56"" Jaargang Woensdag 10 December 1902. No. 11030. NINA. NATIONALE MILITIE. Kennisgeving. BUITENLAND. V B ol'gi COURAI r. Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die jij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Taneven hur- van zgn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, wort en zoogenaamde tslcima e»daevtemtiëm opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Velefoon So. 123. SCHIEDAMSCHE Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prjjs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 4.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per weckVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het bureau bezorgd zijn. Bureau s Boterstraai 68. Burgemeester en wethouders van Schiedam herinneren hij deze alle belanghebbenden aan hunne verplichting tot het doen van aangifte ter inschrij ving voor de nationale militie, in de rmand Januari -1903. De bepalingen der Militiewet 1901, die betrek king hebben op de inschrijving luiden als volgt: Art. -13. Voor de militie wordt ingeschreven lo» ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die binnen het Itijk, in liet Dnitsehe Rijk of in het Koninkrijk België verblijf houdt, 2o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of m het Koninkrijk België woonp'oats heeft, 3o. ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die binnen het Rijk, in liet Duitsche Rijk of in het Koninkrijk Bolgie woonplaats heeft, 4o. ieder mannelijk ingezetene met-Nederl*nder, zoo hij op den lsten Januari van het jaar het 19de levensjaar was ingetreden en niet verkeert in een der bij art. 15 omschreven gevallen Ingezetene is, voor de toepassing van het bepaalde hierboven onder 4o. A. de binnen het Rijk verblijf houdende minder jarige niet-Nederlander i. wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk woonplaats heeft en haar gedurende de voor afgaande achttien maanden in het Rijk of de koloniën of bezittingen des Rijks in andere wereiddeelen gehad heeft; l. van wiens ouders de langstlevende bij zijn of haar overlijden in het hierboven onder a om schreven geval verkeerde, al verkeert zijn voogl met in dat geval of al is deze buiten 's lands gevestigd o. die door zijn vader, moeder of voogd verlaten is, of die ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moeder heeft en van wien niet bekend is dat hij een voogd heeft, indien hij gedurende de voorafgaande achttien maanden in het Rijk verblijf gehouden heeft; B. de meerderjarige niet-Nederlander, die binnen het Rijk woonplaats heeft en haar gedurende de voorafgaande achttien maanden in het Rijk of de koloniën of bezittingen des Rijks in andere wereiddeelen gehad heeft. "Voor minderjarig wordt voor de toepassing van het bepaalde hieiboven onder A gehouden hij, die minderjarig is in den zin der Nederlandsche wet Voor meerderjarig wordt voor de toepassing van het bepaalde hiervoren onder B gehouden hij, die meerderjarig is in den zin van voormelde wet Art. 14. Da insehrijv'ng geschiedt: lo. van hem bedoeld in art. 13 eerste zinsnede lo Zoo hij binnen het Rijk verblijf houdt en zijn vader, moeder of voogd aldaar woonplaats heeft, in de gemeente der woonplaats van vader moeder of voogd Zoo hij binnen het Rijk verblijf hooudt en zijn vader, moeder of voogd elders dan binnen het Rijk woonplaats heeft, in de gemeente, waar hij verblijf houdt; Zoo hij door zijn vader, moeder of voogd ver laten is, ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moeder heeft en het niet bekend is dat hij een voogd heeft, in de gemeente, waar hij vei blijf houdt Zoo hij in het Duitsche Rijk verblijf houdt, in de gemeente Amsterdam Zoo hij in het Koninkrijk België verblijf houdt, in de gemeente Rotterdam 2o. van hem, bedoeld in art 13 eerste zinsnede 2o. Zoo zijn vader, moeder of voogd woonplaats heeft binnen het Rijk, in de gemeente der woonplaats van vader, moeder of voogd is de woonplaats van vader, moeder of voogd in liet Duitsche Rijk, in de gemeente Am sterdam is zij m het Koninkrijk België, in de gemeente Rotterdam 3o. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnedo 3o Zoo hij woonplaats heeft binnen het Rijk, in de gemeente zijner woonplaats; Zoo hij woonplaats heeft in het Duitsche Rijk, in de gemeente Amsterdam Zoo hy woonplaats heeft in het Koninkrijk België, in de gemeente Rotterdam; 4o A. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 4o., indien hij minderjarig is Zoo hij verkeert in het geval, in de tweede Z'nsnede van dat artikel onder Aa omschreven in de gemeente, waar zijn vader, moeder of voogd woonplaats heeft; Z'O hij veikeert in het geval, in die zinsnede, ender A b omschreven, m do gemeente, waar zijn voogd woonplaass heeft; is de woonplaats van dezen buiten 't lands, dan geschiedt de inschrijving in de gemeente waar de minder jarige verblijf houdt; Zoo hij verkeert in een der gevallen, in even- bedoelde zinsnede onder Ac omschreven, in de gemeente, waar hij verblijf houdt; B. van hem, bedoe'd in art. 13, eerste zinsnede 4o, indien hij meet derjarig is: in de gemeente, waar hij woonplaats heeft De in* de vorige zinsnede als plaat9 van in schrijving aangewezen gemeente is die, waar het verblijf of de woonplaats gevestigd is of was op den lsten Januari van het jaar, vol gende op dat, waarin de m te schrijven per soon het !8e levensjaar volb-acht, tenzij het iemand geldt, wiens inschrijving ie Amsterdam of te Rotterdam moet geschieden wegens ver blijf of woonplaats onderscheidenlijk in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk Belgie. Ait. 15. Voor de militie wordt niet ingeschreven: lo. de ingezetene niet-Nederlander, die bewijst te behooren tot een staat, waar de Nederlandeis niet aan den verplichten krijgsdienst zijn onder worpen of waar ten aanzien van den dienstplicht het beginsel van wederkeerigheid is aangenomen; 2o. hij, die bewijst in de koloniën of bezittingen des Rijks in andeie wereiddeelen vei blijf te houden of woonplaats te hebben, al heeft zijn vader, moeder, voogd of curator woonplaats binnen het Rijk. Art. 16. Hjj, die volgens art 13 behoort te worden inge- schieven, is verplicht zich daartoe bij Burgemeester en Wethouders der gemeente, waai volgens art 14 de inschrijving moet geschieden, aan te geven tusschen den lsten en den 3lsten Januari vau het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levens jaar volbracht. Bij ongesteldheid of afwezigheid van liera, die zich ter inschrijving moet aangeven, alsmede in een der gevallen, hierna in de vierde zinsnede omschreven, rust de verplichting tot het doen der aangifte: indien het een minderjarige betreft, op zijn vader, moeder of voogd; indien het een meerdei jarige betreft, die on Ier curateele gesteld is, op zijn curator Da verplichting van vader, moeder of voogd geldt eienwel slechts zoo hy of zij binnen het Rijk, m liet Duitsche Rijk of in het Koninkrijk Belgie woonplaats heeft. Behoudens de uitzonderingen bij de volgende zinsnede gemaakt, ruit de zorg voor het doen der aangifte uitsluitend op den in te schryven minder jarige; indien zijn vader, moeder of voogd niet binnen het Rijk, in het Duitsche Ryk of m het Koninkrijk Be'gie woonplaats heeft; indien zijn vader of moeder of beiden de ouder lijke macht missen; indien hij door zijn vader, moeder of voogd ver iaten isof indien hij ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moedor heeft en het niet bekend is dat hij een voogd heeft. Hij, die door de bestuurders, in art, 22 vermeld, ter inschrijving moet worden opgegeven of die in ■lienst is bij do zeemacht, de marine-reseive en het korps marinieis hieronder begrepen, hij liet leger hier te lande of hij de kolcmale troepen, is tot het doen van de aangifte niet verplicht, Voor hem of haar, die tot het doen der aangifte verplicht is, kan de aangifte geschieden door een ander, daartoe schriftelijk gemachtigd. De volmacht blijft onder Burgemeester en Wethouder', beiusten. De wijze waarop van de gedane aangifte moet blijken, wordt door Ons bepaald. Art. 18. Voor de militie wordt ook tngesclit even of wordt opnieuw ingeschreven 1o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van liet 21ste levensjaar zijn verblijf binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk Belgie gevestigd heeft; 2o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens vader, moeder of voogd na den lsten Januari van het jaar volgende op dat, waarin de minderjarige het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van diens 21ste levensjaar zijn of hare woonplaats binnen het Rijk, in liet Duitsche Rijk of in het Koningrijk Belgie gevestigd heeft 3o. ieder mannelijk minderjarige, die na den lsten Januari van liet jaar, volgende op dat, waarin hy het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van het 21ste levensjaar Nederlander of opnieuw Nederlander is geworden, zoo luj in een der hierboven onder lo. omschreven gevallen verkeert, of wiens vader, moeder of voogd verkeert in een der gevallen liiei boven onder 2o. omschreven 4o. ieder meerderjarig mannelijk Nedei lander, die na den lsten Januari van het ja.u, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóói het intreden van het 21 ste levensjaar zijne woonplaats binnen het Rijk, in liet Duitsche Rijk of in het Koninkrijk Belgie gevestigd of er woonplaats ver- kiegen heeft; 5o. ieder mannelijk meerderjarige, die na den lsten Januari van het jaar. volgende op dat, waarin hij het 18de' levensjaar volbracht, en vóór het intreden van het 21ste levensjaar Nederlander of op nieuw Nederlander is geworden, zoo hij in een der hier boven onder No. 4 omsclneien gevallen verkeert. 6o. ieder mannelijk niet-Nede'lander, die na den lsten Januari van liet jaar, volgende op dat, waarin hij het !8de levensjaar volbracht, en vóór liet in treden van liet 2Iste levensjaar ingezetene of op nieuw ingezetene is geworden in den zin der tweede zinsnede van art. 13. II erbij gelden de laatste zinsnede van dat artikel en art 15. Ten aantóen van de gemeente, waar de inschrij ving of de inschrijving op nieuw moet geschieden en van de verplichting tot het doen van aangifte ter inschrijving of ter insehiijving opnieuw gelden de eerste zinsnede van ait 14 en de laatste vijf zinsneden van ait. 16. De aangifte ter inschrijving of ter inschrijving opnieuw van hem, die volgens de eerste zinsnede van dit aitikol moet worden ingeschreven, geschiedt binnen dertig dagen na het verkrijgen of, werd hij reeds vroeger ingeschreven doch van het register afgevoerd, na het terug ei langen van het Neder landerschap of van het ingezetenschap, of na de vestigmg van verblijf of de vestiging f het ver krijgen van woonplaats binnen het Rijk, in het Duitsche Kijk of in het Koninkrijk Belgie, De inschrijving geschiedt In liet register be treffende de lichting van liet jaar, waartoe de in de eerste zinsnede van dit artikel bedoelde peisoon volgens zijnen leeftijd behoort. Art. 166. Met boete van ten minste vijftig cents en ten hoogste fiOQ.wordt gestraft de ovet treding van de aitt. 16, 18 en 22. Dientengevolge wordt aan alie mannelijke inge zetenen, die geboren zijn in liet jaar 1884, kennis gegeven, dat in het gebouw de ST. JORIS D OERE, aan het Voeleplein alhierop dagen en uren hier onder vermeld, tot het doen dier inschnjving ineei bepaaldelijk gelegenheid zal worden gegeven, te weten, op: 'ZATERDAG den 3den Januari 1903, voor hen wier geslachtsnamen beginnen met een der lettel s A tot en mot M, en MAANDAG den oden Januari 1903, voor hen wier geslachtsnamen beginnen met een der lettei s N tot on met Z, telkens van des voormiddags half tien tot des middags twaalf uur. Voor hen die verzuimd hebben of verhinderd wa ren, zich op een der voornoemde dagen ter inschrij ving aan te geven, zal daartoe, ton Ilaadh'dze der gemeentealsnog gelegenheid bestaan op iedere» werkdag der maand Januari a.s., op de uren hier boven vermeldterwijl het ïegister van inschrij ving, ingevolge ai t. 23 der meergemelde wet, op den Bisten dier maand voorloopig zal worden ge sloten. En is hiervan afkondiging geschied, waar het behoort, den 9 December 1902. Burgemeester en wethouders voornoemd, VERSTEEG. JDe secretaris, WIJTEMA, ABrtïKflKKK OWKHffilCBiT. SCHIEDAM, 9 December 1902. Xuld-Afrlha. Chamberlain heeft de vorige week Cairo verlaten en zich Zondag te Suez weder aan boord van do G o o d 'H o p a ingescheept. Do minister was ten hoogste voldaan over de aldaar sedert zijn bezoek in 1900 aange brachte verbeteringen. Met lord Crooner had' hijl oei» lang gesprek dat 'liep over uitgebreide regeea-iiigszaken. Chamberlain zal nu eerst Zanzibar, daarna, Mombassa aandoen en eindelijk to Durban op Engelsch grondgebied aan wall1 stappen. Do EtigciscliO minister van oorlog, Bro- driok, beert antwoordend op ©en vraag in het Lagerhuis, verklaard dat de werkelijke kosten van d© 'bezetting der- nieuwe koilomos in Zuid-Afrika bedroegen 15,000 pond stol ling por week, alzoo een totaal van ruim 9 miillioen gulden per jaar. Do Londetnsche correspondent van d'o „Pe tit Bleu" mdldt dat ©en incident aangaande do hebzucht van veldmaarschalk lord! ïto- berts groote sensatie te Londen verwekte, wier afgod „Bobs" is. Na zijn terugkeer uit Zuid-Airika en do vervanging d'oor lord! Kitchener, verklaarde Boberts „dat de oorlog geëindigd was". Haj) duurde des ondanks nog mum andeahaif jaar en steeds meer slachtoffers edschton de con centratiekampen, een instelling, die uit hxrd Bo-berts' brein was voortgekomen. Voor cfezo en meer andore krijgsdiensten aan Engelland bewezen werd Roberts als do overwinnaar der Boefen benoemd tot ridder in da orde van den Kouséband, veldmaarsclialk van G-root-Britannië en last not least kende het paiüement hem 100.000 pond starling toe. Het ridderschap van de Kous eband-ordo Naar F. W. BOBINSON's roman uit de Arhistenweredd. 77) „Laten wijl dat ruston, mijnheer Rush off. Lord Kano loochent niets en 'Hf iis zeer ont moedigd, wij hebben, echter niet het redht over hem te oordeoten. En nu verzoek ik u om haar geschiedenis, mijnheer Ruskoff, die in elk geval meer verheven, meer eerlijk Zal zijki alls d'ie van haar man, dien gijl zoo streng oordeal t." Rubkoff ademde diep. ,^Zij| ita nog meer tegen de borst stuitend alls dei zijne 't is vreeselijlk," antwoordde hij smartelijk. „Dat bedroeft mij inderdaad," zei Gravatt ernstig. „En het is des tei eager omdat de schuld aan, mij' ligt, want ik ben een ellendeling, oen schurkIk wilde haar aan 'hem ontroo- ven, iik wilde haar goeden naam bezoedelen, ik wild'© baai' door het ïastar-slijk sleuren, omdat ik dn mijini ontzettende egoïsme geloof de dat ik alleen! haar gelukkig kon maken. Dat is (het geval, dokter. En verzachtende omstandigheden ontbroken." „En zijl lady Kans?" „Zij zocht mijl te ontloopen, zelfs door de poorten des doods! Ze is slechts een liedjes zangeres, dokter, en toch den engelen zoo in. «ll'es gelijkend!!" „Arme, arme Nin!" zeil Gravatb bewogen. „Zij heeft uw medelijden, niet van noode, daar, is zij; boven verheven. 'Een -vrouw cii# haar leven opoffert voor haar goeden naam riep Paul in geestdrift, „Ik weet heb. Zij was een hetero man dan lord1 Kano waardig 'geweest, ©en meer be trouwbaren vriend dan Paul Ruskoff een schooner, rijker leven „Dat kan haai' no>g besehoren zijn." „Neen. Ziji komt er niet meer boven op," verzekerde' Gravatb diepbreurig. „Hot zou mogeilijik geweest zijn dlat zijl Volkomen her steld was, maar alleen dan wanneer gij| niet meer op haar weg waart getreden, mijtaheer Kuslkoff." XLII. Kiitty Bucle wierp zich rusteloos in haar bedstede van de eene op da and'ere srijid'e. Moeder stond onbewogen als een zoutpilaar bij haaa' sterfbed. Kitty was nu zeer zwak, heb levenslicktje flikkerde nog slechts nu en dan omhoog. Het was zoo stil in huis ailsof do dood reeds zijn intrede had! gedaan. Het bouwvallige maai' ruime huis had vele gasten 'kunnen bevatten maar des on danks keerscktö eir diep© stilte, totdat de klok benedlem in de huibkamer scherp en af gemeten middernacht sloeg. De schrille Mank dreunde door de gehee- ie woning, de handwerksman d'ie met haas tigen tred den straatweg langs kwam, kon haaa' hooren staan en eveneens de groote, slanke man, die niet var van de pachteis- wonimg in do donkere hoornen-schaduw, ang stig duisterde naar wat daarbinnen zou kun nen voorvallen. „Moedor 1" riep Kitty, met da Vermagorde armen op do deken slaande, „bot «toeven duurt vreeseilijk lang ik heb ei* nu genoeg van „Lig rustig, Kitty," vermaande de moe dor, die door d© kamer dribbelde, „Rustig moot je lilggen, zegt d'e dokter „De dokter kan voor mijn part naar den drommel loopen! In liet graf zal ik toch rustig igenoeg liggen1 Moedor, ik wil weten wat er gisteren en vandaag liier in buis ge beurd is. Hoe komt dokter Gravatt bier? En die ezel' van, een lord, dia Hans? En waarom komt Nin nibt bij mij Zeg mijl toch waai' is Nin?" „Je moot j© niet opwinden, Kitty, maak je> ma-ar niet bezorgd „Alsof u niet bezig waart mij op te win den Wat bedluidt in 's homals naam die ge heimzinnigheid Het is me 'hier of ik in een gekkenhuis 'hen! "Wat ia er aan de hand, moeder 1" „Men zegt miji immers ook niets, Kitty," antwoordde moeder Piekerson onverstandig, terwijl ze een snuifje nam. „Men denkt dat ik tei dom ben maar ik ben een hinder paal voor hen. Do ïange dokter heeft 1 at mij gisteren nog ongezouten gezegd." „Waar is Nin 1 Ais je het me nu nog lan ger weigert t© zeggen, dan smijt ik je het kussen naai' het hoofd, oude „Nin slaapt, zij slaapt reeds verscheidene uren achtereen en daarvoor moeten vrij dankbaar zijn- Wat ik mot jullie meisjes al uitgestaan heb en dan weer met Piekerson zelfs nu nog, nu we in onze oude dagen komen Het moedertjo snikte. „Moeder," vroeg Kitty schor-fluisterend, „is Nin or-Van-door Was zijl weg do en Hans met dien ouden kwakzalver bier kwam Alfe het zoo i* en je hebt liet me niet wwi' mpam—nca—iio—mi gezegd, d)an is het een doodzonde o, dio vervloekte hoest mij db eeniiget vreugde te ontnemen, die ik nog smaken kan Is Nin weg? Je kunt toch wol ja of neen zeg gen. Of lis je dat ook te veel moeite?" „Kitty," antwoordde dei moeder geërgerd, „je bent iemand dio een ander heelemaal buiten westen zou brengen I Je doet net als of ik leugens sta te verkoopeai, en d!an nog wel 'snachts om twaalf uur, bij' iemand! „Waai' is Nin?" gild© Kitty krijschend. „Zei ik je niet, dat ze slaapt?" „Waar?" „In de laatste fcamor aan 'b eind vau de gang." „En Hans is Hans bij' haar „Neen ten minste zooeven was hij', be neden bij den dokter." „Is Nin ziek?" „Ja bijpa zoo ziek als jij als jo het nu toch weten wilt," barstte moeder Pioker- son los. „Ziji heeft een zware verkoudheid' opgedaan en iheeft ijllende koorts. „De vol maaktste rust heeft de dokter aanbevolen." „Waarom beeft men het voor mij geheim gehouden krijsclrte Kitty. „Heb ik dan ook geen recht op mijn zuster? Heeft zij niet naar mij, gevraagd?" „Zij, vraagt steeds en nog meor naar aller lei dilngen het braakt iemand' 't hart,haar te hooren ij'len.En dan, dan moet ik schreien en dan jaagt ze mijl wög. Haar eilgen moeder, Kits, haar eigen moedler en ze jaagt haar weg!" ,,'t Is ja ©igen schuldJo bent een zieke tot grooten last. Wat heb ik niet met ja uit te staaii gehad!" „Dat as anoodb ondankbaarheid, Kitty, maar ik ben 't immer# niet anders gewoon logt ook vele verplichtingen op. Ben recht geaard ridder betaalt aan e-en onafzienbare meaigto kleine ambtenaars on hofdignitaris- son fooien, hij moet zich oen kostbare plaats koopen i'n de koninklijke kapol van Sint- Gcorge. Bij elkaar komt dit neer op onge veer 12000 gulden onkosten. Roberts nu, die als militair-adm Lnisfcrm tour dor transportmaatsahappijen. in troe bel water vischte ea bij! do transportschan- dalen zijn garen spon, weigert thans des© kosten t© betalen, er zicli op beroepende dat wijion koningin Victoria (van wie hij-1 hot lintje ontving) had! beloofd hem van do daaraan verbonden geldelijke verplichtin gen te zullen ontslaan. Generaal de Wet zei de reeds r „Maar- sehalk Roberts iu een volbloed' Engolsdh- man." Gemengde SSededeeliuge». De „Pctit Bleu" beweert te weten dat na door haaa- ingewonnen informaties in de om geving van koning Leopold nog niets bekond is van oen aanstaande reis naar Egyptcs. Heit Brusselsche Mad' vermeldt er bij dat men in den regel do plannen des konitogs eerst op hot laatst© moment vernoemt. Engeland. Dbm Oarlos is van zijn bezoek aan ko ning Edward1 Maandagmorgen teruggekeerd en na zijn velo jachtpartijitjes weer ui Parijs aangekomen. Officieel tegengesproken wordt het be richt van een bezoek van koning Edward aan het Hof t© Lissabon. In hot Lagerhuis zoide Balfour, 'in ant woord op een vraag omtrent VcnwBU&la: „Vijf jaren lang hebben wijl ernstige re den van klachten goliad over ongerechtvaar digde handalingen van do Venezudlaanscha rogeering ten opzifcbte van d'e vrijheid ende eigendommen van Britsche onderdanen. Er zijn door ons geen pogingen gespaard' om een minnelijke regeling van die gevallen te verkrijgen, maar in geen enkel geval is oen bevredigende verklaring ontvangen, eu. dcai laats bon 'tijd is or van do vorttoogen. van don Brilscheu gezant feitelijk geen nota geno men. Wijl zijn nu opgetreden in vereeniging mot d'o Duitsche regeering. Onzo 1-aatetei me>- dedealing is aan d© Veneaublaansohe regee- ring gedaan. Indien daarop geen bevredi gend antwoord wordt ontvangen, zullen de beide ï'egecrmgen dei maatregelen nemen, die nood'ig mochten zijn om haar eischen kracht bij te zetten." F r a li k r ij k. Delcassé heeft zijp. ontwerp tot ratificatiSa van hot Fransch-Siam-eeseh© verdlrag bijl de Kamer gedeponeerd, en daarbiji oen uiteen zetting van de motieven d'er regeering ge geven. De Franschei koloniale bladlen had den naar aanleiding van dit veixlrag een, ge weldig kabaal op touw 'gezet. Vooral vond en het verwondert me in t geheel niet misschien zal je in do andter© wereld gaan inzien, wat of je zei jo wat Kiitty?" Kitty's lippen bewogen zich, maar moe dor moest zicli diep over liaar heen buigen om haar te verstaan. „Houdt je mond'," steunde zij'. Moedor Piekerson nam haar bril en adeü»- almanak om met dezo troost te vinden en bet evenwicht ito. haar geschokte ziel weder t© herstallen. Kitty lag nu ook stil en beproefde in da duisterheden die liaar omringden, d'oor te dringen. Er was het eon of ander met Nin voorgevallen, daarvan was ze overtuigd. Had moeder, die over 't algemeen een geloof waardige bron was, ha-ar niet met nadruk verzekerd' dat Nin ziek te bed lag, Kitty zou onvoorwaardelijk hebben aangenomen, dat zij met Paul er-van-d'Oor was, hetgeen het beste voor haar zou wezen, zooals zij, haar zuster, baar had aangeraden Opeens werd d'o kamerdeur geruischloos geopend en Kitty's groote donkere oogen staarden in gespannen verwachting in. die richting Neen, het was Nin niet; slechts haar man, dien zijl zoo diep had lecren min achten, Wat kon hij; nog van haar verlan gen? Ilars stak voorzichtig slechts heb hoofd' naar binnen alls om zich te overtuigen, dat het geoorloofd was binnen te treden. Zijn borstelig haar stak weerbaa-stig in de. hoog te, zijn gelaat was vaal-ged, de ronde visch- oogeu brandden met felle randen Kitty had hem nog nooit zoo gezien. (Wordt vervolgd.)

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1902 | | pagina 1