Zondag 14 en iVïaandag 15 December 1902.
11034
Tweede Blad.
Be laatste Ooiteiafa ij tel Westen
van Se Kaajloloiie.
y
56'** Jaargang,
«Ml
3D© zes Graven.
O
3$
BINNENLAND.
SCHIEDAMSCHE C0URAN1
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen,
Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1,25. Franco
per post fl. 1.65,
Prijs per weckVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur
aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau r Boleratraat 68.
Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92, iedtie ie>el
Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die sij
Prijs der
meer 15 cents,
innemen.
Advertentiën bq abonnement op voordeehge voorwaarden. Tarieven hur-
van zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag- en Zaterdagavond verschijnen, worcen
zoogenaamde Ul«imasdttertantiën opgenomen tot den prijs van 40 cents
per advertentie, bg vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
latere. Velcfoon 3fo. 133.
XV.
1 83 O Hoi, Do voorbereidende maat
regelen voor den opmars cl l naar Kaapstad
zijn eindelijk bijna afgeloopcn.
Maritz is eiken dag iii de weer om ad onze
krachten to concentreeren. liet commando
van generaal Van der Venters lieeft zich bij
ons gevoegd, evenals de burgers van een
tweede ■commando dat onder aanvoering
staat van den. dapperen Bower.
Maritz gaat alleen nog terug naar de boer
derij van T'Coop om hot commando van
Andries Kampher hij onze strijdmacht te
voegen. Daarop verzamelt hij te Tontel-
boschkolk de commando's van. de comman
danten Wesscils en Tlieron. Allen krijgen in
structie aan den opmarsch naar Kaapstad
deel to nemen, waarvan wij] den aanvang
iedor oogonbliik verwachten.
Deze laatste dagen ontvingen wiji het of
ficieblo rapport van vechtgeneraal Do la
Rey betreffende zijn groote overwinning te
Tweebosch, waarbijl lord Methuen weid. ge
vangen genomen. Ons kwamen slechts nu en
dan vago geruchten omtrent dezen triomf
der onzen ter ooro en wo lazen er van in
enkele Engelscho bladen die biji toeval in
•onzo handen vielen.
Hocwol dus Do la Key's victorie minsxens
een maand of twee oud is electriseort de> c>f-
ficieele tijding ons als 't ware en doet de
geestdrift ten top stijgen, waanncdc wij op
onzen „raid" naar Kaapstad dienen gewa
pend to zijn. De voorhoede waarvan ik deel
uitmaak, heeft reeds de eerste stappen in
die richting gedaan.
1 Juni. Ons kleine voorhoede-detaoic-
ment komt te' Klein Roobcrg aan, waar cpii
boerderij! de eerste halte vormt. De arme
Hollandscho Boerenvrouw, die er woont,
heeft geen fourago voor onze paarden.
„Daarl" riep ziji plotseling uit. „Ik heb
een idee. Help mij om deze stroo-matras
open to snijden. liet stroo waarmede zo -.p-
gevuld is, kan als voedsel voor uw piardcn
dienen."
„Maar dan zult go vannacht oen harde ir-
gerstod© hebben
„Och kom. Als uw paarden flink gegeten
hebben, zult ge morgen aan den dag uos te
meer vau hun krachten kunnen vergon en
een langen wog kunnen afleggen. Dat denk
beeld alleen is voldoende om mij een goe
den slaaprust te bezorgen. Maar misschien
is het stroo van dito matras niet voldoende
voor allo dieren. Ik geloof dat ik nog ccn
kleinen voorraad graan heb voor mijn brood,
dat zal ik hun eveneens geven."
De tranen komen mijl in de oogon bij het
toonbedl'd van zooveel ware zolfceribohe-
xiing. Ziedaar een bolangeloozc handelwijze
van een Afrikaandtor Boerenvrouw, die de
Engolschen steeds als domme, verstompt
wezens afschilderen.
Jaehtschels nnnr
ANTON vrijheer \nn PEUFALL.
Het kasteel, of veelmeer liet hoerenhuis
lag in den hcsrfstnevel tc midden van hot
bloeiende dorp met zijn lage stroodak-hui-
ten. De twee statige populieren, die alls het
ware de sbeenen hoofdpoort bewaakten, ver
hoogden hot zwaarmoedige effect van het
geheel. Boven den natten grond hing een
vochtig misbldecd.
Do roodsteenen-houtvcsteirswoiiing, half
verborgen in hot bruiino wijlngaardlloof, met
een hertengewei, als uitihangboid', hoven do
voordeur, werkte zeer opwekkend in deze
ouderwetsohc omgeving.
Voor het huis stond de houtvester met
rijn daijvers op de slothecren te wachten
Het waren armoedige gestalten, die bij do
bescheiden, diorpökrotteji daarginds pasten
Meerendëel mismaakten, zat bijna geen
hoofd recht tnsschen do schouders. Do klee-
ren, jassen, broeken, hoeden voogden zich
niet naar de lichamen on vormden geen pas
sende bedekking voor hot gure jaargtijde
doffe ellende spi'ak ui't aller gelaat.
Des te krachtiger on wèldborvoodor stak
de breedgeschouderde houtvester boven de
ovex-igen uit. 't Was een energieke verschij
ning, feitelijk was hij' toch do knecht van d'o
slothecren en de anderen, de drijjvars, vrij
in hun doen en laten. Of is alleen de mach
tige vrij? En die was hij, do kloek© hout-
Spoedig heeft da vrouw voor ons uitmun
tende legersteden gereed gemaakt van scha
penvellen en des morgens in de vroegte is zij
reeds voor ons pleizier opgestaan en heeft
koffie gezet, voordat wij in den zadel stij
gen.
Opmerkelijk was heb dat allo Boeren en
Boerenvrouwen die wij op onze omzwervin
gen'in hot westelijk deel van Kaapkolonie
ontmoetten, op dezelfde royale wijze cms be
handelden.
2 Juni. Wiji trekken naar Kamdaney,
over Lourie&fontein. To KaaJspruit, een hal
te-station, vernielt een landbouwer eveneens
zijn matrassen om ons van voodsel voor de
paarden te voorzien.
Op alle boerderijen worden we beetormd.
met vragen naar tijdingen over do vredes
onderhandelingen te Verecniging. Wij kun
nen geen inlichtingen verschaffen, omdat wij
zelf geen gegevens hebbeai, omdat wij niet
weten dat de vrede sedert drie dagen reeds
is igetecikend. Van allo zijden wordt er druk
over gesproken a1s over eeu zaak die spoo
ling zal beslist worden.
Het m cc render! van hen die ons naar
nieuwstijdingen vragen, is overtuigd dat ae
vrede zal brengen do onafhankelijkheid van
de Transvaal cn den Oranje-Vrijstaat. Men
hooft er immers zijn goed en bloed voor veil
gehad! Men heeft immers zoovele van zijn
bloedverwanten, zoovele vrienden zien val
len' Men heeft genoeg smarten en helden
moed gezaaid om er de belooning voor te
oogsten, en do bolooning zou zonder twijfel
zijn een vrij' laud
Maritz beschouwt al die geruchten cn mij
meringen met een onverklaarbare dosis on
verschilligheid. Zijn plannen om Kaapstad
tc overrompelen, hebben geen jota wijziging
ondergaan.
3 Juni. Wij zijn thans te Rhia'ookfon-
tein aangekomen. Hier verklaart men ons
dat er gib teren op den dag oen Eugelsch
estafette in galop is gepasseerd, die zonder
twijfel een of andere belangrijke boodschap
liad, doch men weet niet welke.
Maritz is ons weer verscheidene uren
gaans vóór.
Op 25 kilometer van Rhiebokfontein, dat
ito te zeggen nabij de Dooring-rivier ontmoet
ten wij oen naturel in dienst van een Afri-
kaander uit den omtrek.
„Ik heb, zegt de zwarte, daareven voorhij
Zien vliegen den grooten „bass"' (oppei'-
hoofd). Dc Kaffer bedoelt hiermede Maritz.
Hij gaat voortDe groot© „bass" heeft mij
ge/egd dat bij juist heeft vernomen dat de
oorlog geëindigd' was en die tijding ga ik
thans aan mijn meester overbrengen.''
Wij zetten onze paarden aan tot den galop
om Maritz zoo spoedig mogelijk in te balen.
Hij, is volgens de Kaffers to Wilhesm's Ri
vier daar kunnen we hem dus ondervragen.
Xabiji van Zyl's kolk ontmoeten wij een
Boer, die met vee rondtrekt. Ook hij verze
kert ons d'at de vrede gesloten is, zonder iets
naders to weten van de overeengekomen
voorwaarden.
En kan ons dat belang inboezemen Im
mers niet! Wij zijn ei- zeker van dat alge-
heole onafhankelijkheid de grondslag van
den wede is.
Do vrede was in onze oogen niets meer
dan, do kroon gezet op het suoocs der Boe-
renwapenen.
„Einis coronat opus'', (Het einde kroont
het werk.)
Wat dachten wij nog wcihig aan dc af
schuwelijke' deceptie die het bloed in onzo
aderen zou doen verstijven
Te Van Zyl's kolk treffen wij comman
dant Kampher cn zijn burgers aan. Hij geeft
ons de verzekering dat Maritz te Wilhem's
Rivier oen dépêche van lord Kitchener hoeft
ontvangen gebracht dtoor een Engelsch offi
cier. Dat was de tijding van hot sluiten van
den vrede. Maar ook Kampher weet or geen
nadere bijzonderheden over te melden.
Alleen deelt hiji ons mede dat Maritz be
vel gaf aan de verschillende commando's om
den raid naar Kaapstad voorloopig te staken
en terug to trokken op Bushman's land.
Maritz zelf is naar Tontolboschkolk vol
trokken.
Wij gaan opnieuw onzen chef achterna,
langs den weg van Gannabosch, bijna op
den jaardag van den slag dien wij do Engel
scho colonne Jcudwmne niet ver van daar
leverden.
Wij bereiken Gannabosch om 9 uren des
avonds. Een landbouwei-, oud-lid van den
Afrikaander Bond, is zoo verheugd do tij
ding van het sluiten van d'en vredo te verne
men, dat hij een feestavond aanricht en ons
tracteertop ccn proef van zijn ouden cognac,
dien hij sedert lang voor feestelijk© gelegen
heden bewaart. Wij drinken op zijn verlan
gen da gezondheid' van dc Republieken
want ook hiji heeft geen kwaad vermoeden.
4 Juni. Ik haal Maritz te Middolpost
in. Hij toont mij do dépêche die hom van ge
neraal Kitchener werd gestuurd Het papier
g»eft evenmin nadere ophelderingen.
„De vrede is getoekend," luidt hot, „tus-
seheu do rogcering van zijn BriUchc Maje
steit cn de beide „ox"-Republiokcn. Gene
raal Smuis zal binnenkort u instructies mo-
dedeelen aangaande het neerleggen en inle
veren der wapens."
Maritz begrijpt er niets van, zogt hij. Ik
nog veel münder, Het woord „ex"-Republi&-
ken jaagt mo bovendien geen vrees aan. Er
bestaat voor mijl allo roden te gelooven dat
het woordje „ex" op> het telegram is ingc-
lascht door een moppigeu Engelschen tele
grafist, Of liij, heeft to goeder trouw gehan
deld met 'liet oog op den toestand der Boe
ren op het oogenblik van de vredes-ondertee-
kening. Op dat moment waren do Trans
vaal en de Vrijstaat ex-Republieken, omdat
da annexatie kort na de bezetting van Pre
toria door lord Roberts aldaar plechtig bij
proclamatie was afgekondigd. En buitendien
toonde het bezigen van dat woord, in een of
ficieel stuk, niet aan dat de Republieken
hun onafhankelijkheid hadden vendoren bij
dat tractaat. Wat aangaat de ontwapening
dn de Kaapkolonie, dat was de natuurlijkste
zaak ter wordd. Do combattanten in de
Kaap konden niet gewapend blijven in die
Engelsche kolonie. Dat waxen de illusies,
waarmede wijl onszelf in slaap trachtten te
wiegen
Op het oogenblik dat wij in den zadel stij
gen om naar Matjcsfontean op te lukken,
komt een Boer, oen non-oombattaut, op ona
af, die onder zware verdenking staat meer
malen als Engelscho spion te bobben dienst
gedaan. Hij| gaat naar Maritz toe, grijpt hem
bij den arm zeggende
„De vredo is gobeekend, hé?"
„Ga heen, verrader!" antwoordt Maritz,
hem minachtend van zilcli stoetend, ,.ga
thans de handen drukken van de Hol tentet
ten!
(Wordt vervolgd.)
Onze oorlogsvloot.
Blijkens bjj het Dep. van Marine ontvangen
bericht is Ilr. Ms. pantseidekechip Koninin
Regentes, onder bevel van den kapitein
ter zee A. W. F. C. van Woerden 12 dezer
van Perim vertrokken, ter voortzetting van
de reis naar Oost-Indië.
vester, hij was do gevreesde man in het
dorp.
Ik hield mij juist in de nabijheid op en
was op particulier initiatief van den hout
vester uitgenood igd' mede van de partij' te
zijn. D'at was een van do vele privileges dito
hij zich tegenover zijn meerderen veroor
loofde.
Ongeduldig over het lang moeten wach
ten, ging do gestrenge blik langs de rijen of
er niets was aan to merken of er niet een
slachtoffer 't zij, jachthond of drijver met
zijn superioriteit moest kennis maken.
„Waar- heb je je klompen gel aten,slungel
Meen je dat je betaald wordt voor het ga-
pon? kerel, kijk uit, wat je doet, je worgt
bijna dien bond!" Deze lieflijkheden waren
gericht tot een knaap, die een grooten jacht
hond bij,na niet meester kon.
Dat was slechts 't voorspel. Allen kenden
hem als een in den grond goed mensch. Zij
wilden hem niet kwaad maken door opposi
tie. Grof te zijn was van oudsher houtvcs-
tors-recht.
Nu keerde hij; zich naar dn slotpoort cn
schudde het hoofd. „Wanneer zullen zo nu
eindelijk gerood zijn met hun zessen
,Wie zijn die zes?" vroek ik moedig.
„Misschien zijn ze vannacht minder tal
rijk geworden. Doch 30 jaar lang telt men
niet spood'ig mis. H bent vandaag voor 't
eerst in de gelegenheid ze to zien en zult dhs
moeite hebben ze uit elkaar te houden.
Hij spreidde de vingers uit en begon
„Daar heb je ten eerste mijn lieer en mees
ter, graaf Johann Maria 1 dan komt de
Centrale Gezondheidsraad,
Bg Kon. besluit is aan mr. P. W. A. Cort
lan rier Linden, lid van den Raad van State
oud-Minister van Justitie, te 's-Gravenhage,
op zijn verzoek eeivo! ontslag verleend als
buitengewoon lid van den Ceniralen Gezond-
heid.-iaad.
Ongevallenwet.
liet „Staatsblad" no. 202 bevat een kon.
besluit van den 2Gsten November 1902, tot
instelling van plaatselijke commission, als
bedoeld in artikel 86 der Ongevallenwet
1901.
In de provincie Zuid-Holland worden o.a.
ingesteld dc navolgende commissies
een commissie voor do gemeenten Vlaai-
dingen, Vlaardinger Ambacht, Maasland,
Maassluis, Rozenburgdeze commissie heeft
haren zetel in de gemeente Vlaardingen
een commissie voor de gemeenten Schie
dam, Kcthel, Ovcrsehie, Schiebrook, Pemis;
deze commissie heef haren zetel in do 'go-
meent© Schiedam.
baljuw, gnuif Ncpomuck, graaf Exnanuel,
de majoor graaf Eranz, de kapitein en
graaf UI rich, de hofmaarschalk. Dat zijn zo
met hun zessen."
„Ik kom or cén tekort," weerlegde ik.
„DrommelsDo houtvester begon van
begin af weer bij Jolrann Maria. „Dat is heel
goed maar Karei, ik heb Ivarol overgesla
gen. Nu om hem is veel te doen geweest
maai* hijl was nooit de domste van 't gezel
schap! Wat is d'at? Zijn ze al gereed?"
De hoofdpoort werd door een "bediende
open gemaakt. De zes graven traden naar
buiten, als hoofdpersonen van een sprookjes
boek.
Aan de spits schreed de slotheer Johann
Maria in een kastanje 'bruine sluitjas, om
hangen met een enorme lederen wcdtasch,
een. bonten muts met een ijsdijk-lange kippe-
veer voltooid'© het jachtkostuum, daarop
volgde majoor Emanuel, met een stijven,
iioogen kraag tot aan de oorlellen, nauwe
broekspijpen, en kapitein Franz mot dc hoo-
g© kaplaarzen, dan Nepomuck, dc geduchte
rechter met zijn inquisitoren-blik achter de
brffl'le-glazeu, in ongestoorde ambts-waardig
heid,eu UlriWli, de hofmaarschalk dribbelde
niet nerveuss pasjes den onafseha'ddlijken,
aristocraten-lach op 't gedistingeerde gelaat
vóór den laatsten in de rij, Karei, om wien
zooveel to doen was geweest! Een lange ma
gere man, het evenbeeld van Johann Maria
in do kastanje-bruine sluitjas. Karal's blik
en cenigo tcokenendo trekken om neus en
mond kenmerkten don kunstenaar.
Zij hadden allo zes wat van elkander weg,
Audiënties.
Do gewone andientio van. den Minister
van Justitie zal Woensdag 17 dezer niet
plaats hebben.
Benoeming ambtenaren rechterlijke macht.
Bij Kou. besluit zjjn benoemd met ingang
van 15 Dec. 1902 tot president der An\-
Recbtbank te Groningen jlir. mr. 0. Q van
Swinderen, thans vice president van gemeld
college, tot vice-piesident der Arr.-Recbtbunk
te Groningen mr. J. de Sitter, thans rechter
in gemeld college.
ProT. Staten van Limburg.
Gekozen te Venlo tot lid der Provincinle
Staten van Limburg (vacature-Brouwers) de
heer Chr. L. J. Berger (K.) aldaar, met
1491 stemmen. De heer J. Janssen (K.),
burgemeester van Helden, verkreeg 1327
stemmen.
Tweede Kamer.
Staatsbegrooting 1 9 0 3.
Hoofdstuk VIII (Oorlog).
De Minister zegt in zijn antwoord dat
voor de to kennen gegeven bezorgdheid over
de snelle stijging dtor defensie-uitgaven g'een
aanleiding bestaat.
Dc Minister verdedigt do defensie-uitga
ven door op tc merken dat het onafhanke
lijk volksbestaan dc eerste oisch is, waarmse
elk staatsbestuur beeft rekening te houden.
Do Minister is van oordeel, dat er geen
reden bestaat bet steÜBel van verstrekking
van ldecdmg op rekening voor de miliciens,
ten gevolge van den korten, wetrkelijiken
diensttijd, te behouden.
Het algemeen plan waarnaar de wijziging
van do bestaande organisatie zal moeten ge
schieden, komt in hoofdtrekken hierop
neer:
Infanterie: Het is de bedoeling „vier" di-
visiën infanterie te vormen, elke divisie be
staande uit „drie" regimenten van vier ba
taljons. Elk van de twaalf regimenten zou
evenwel bij, mobilisatie onmiddellijk „zee"
bataljons moeten vormen.
Cavalerie: Dc formatie van oen vierd#ro-
iment cavalerie zal noodig zijn, cn 't ligt m
de bedoeling regimenten van vier eskadrons
evenwel van ©enigszins grootere uitrukken-
do sterkte, to vormen, en do depots in den
tegenwoordigen vorm op tc heffen.
Bereden artillerie: Dc organisatie van dit
wapen is in hooge mate afhankelijk van de
geschutvanrt waarover beschikt wordt.
Wordt over „u cüvuurgcschut" beschikt, dan
zullen de batterijen waarschijnlijk uilfc „vier"
in plaats van „zes" vuurmonden-bestaan.
Vesting-artillerie: Do bedoeling is hst
aantal onderdeden van dit wapen uit, fc*
breiden.
Genie-troepenDeze zullen moeten wor
den uitgebreid met een compagnie veldgo-
nïetrocpen.
AdministratieHet voornomen is een
compagnie administratie-troepen tc vormen.
Feitelijk zal zulks evenwel eerse in geval
van mobilisatie plaats hebben.
Ilospitaalso,daten Ook liet. aantal com
pagnieën hospitaalsoldaten zal met één moe
ten worden uitgebreid.
Voorts deelt d - Minister nog o. a mede,
dat bet verhoogde contingent waarover in
1903 zal worden beschikt, aanvankelijk over
do bestaande onderdeden zal worden ver
deeld.
Ten aanzien van dc wijziging in de be
staarde dislocatie en uitbreiding der kazer
neering, die ten gevolge van de uitbreiding
cn de reorganisatie van liet leger noodig
wordt, zegt do Minister o. a. dat nieuwe ka
zernes zouden gebouwd worden te Assen en
te Nijmegen, alk voor 1 bataljon en te Ede
voor 2 bataljons. Wel ligt het in de bedoe
ling om te Nijmegen twee nieuwe kazernes,
elk voor 1 bataljon, te bouwen, maar voor
één zal dat eventueel het gevolg zijn van d©
voorgenomen ruiling van gronden, enz.
Op 1 Augustus a.s. zal de landweer ont
staan en in verband! hiermede bestaat het
voornemen de landweerwet in te voeren op
1 April 1903.
Het ligt in de bedoeling het personeel der
landweer met 1 Juli as. in. functie te doen
treden.
Gedurende den loopenden winter wordt
voorbereidend militair onderricht gegeven
in 386 gemeenten, aan omtrent 17,500 jon-
gcledbn, tegen 263 gemeenten met 12,717
in den winter van 19011902.
's Ministers aandacht blijft op beperking
in 't bijzonder schoen de ver-vooruitspringeu-
do neus een kenmerkend ras-toeken. Allen
droegen -liet baar grijs, gebleekt door de stor
men des levens.
Een genadige begroeting der jachtgonoo-
ten volgde gcbeol ancien régime-stijl wol-
willendi-hoogliartig. Op hun wijze lachte men
aan het hof voor een paar honderd jaren.
De toon dien de houtvester daarbij aansloeg
paste er slecht bijt
„Heb wachten heeft lang geduurd, mijn
heer de graaf. De wind wordt er niet beter
op, ik stol dus voor zoo spoedilg mogelijk aan
te vangen. Voorwaarts dus!"
De zes graven stellen zich op. Johann
Maria vooraan met een zilveren jachthoorn
aan een dito ketting om den hals, het laat
ste toeken van zijn waardigheid, graaf Ka-
rel vormt de achterhoede^ Ik volg dezen
op den voet.
Een oud, edel geslacht! Van de zes wa
ren er slechts twee gehuwd, Johann Maria
en Karei. Twee zonen van den eersten lagen
in Frankrijk's bodem begraven. Kar cv nat'
cn mésai iance gedaan, waaruit zooais <1 ci
lia nu Maria verklaard' had, „gelukkig''
slechts een dochter was geboren.
Zoo waren zij' do laatsten, do zes laatsten
van een eerwaardige voorzaten reeks Een
zeldzaam en treurig einde a-oor een zoo roem
rijk geslacht!
Misschien zou met den jongste, Karei, een
nieuwe periode in het leven worden geroe
pen, een nieuwe, levenskrachtige zijtak ont
staan, misschien tob geluk voor 't stamhuis,
om met Johann Maria te spreken. Wat ech
ter ten doode is opgeschreven, daarovor is
hier op aarde geen kruid gewassen.
Bk geloof niet dat ecu van de zes grafelij
ke jagers op dit oogenblik zijn hersens af
tobde over deze diepzinnigheid, want ze
zogen gemoedelijk aan hun tabakspijpen tot
zelfs Uirich toe die zorgvuldig elk plasje
vca-mced waarin zijn voorganger de baljuw
geen hinderpalen zag.
„Jammer, bij zulk een regenachtig weer
moest men niet gaan jagen en liet komt toch
mas,r neer op doodschieten," meende Karei.
„Doodschieten Wat is dat nu voor taal
antwoordde de majoor goraakt. „Doodt gij
een haas? Iiscluct hem dooden
„Dooden!" herhaalde de kanivein.
Het woord liep dc rij van zecsen langs
tot graaf Johann Maria, in een climax van
erontwaardiging. de grondtoon was eeu
persoonlijke afkeer die men van heden af
komstig was.
Johann Maria wendde i ca om.
„Natuurlijk is liet een gezegde van Ka
rei Als wij schieten doodt hijHet
verschrikkelijke woord liep nog eens de rij
door en weer terug tot aan mijn voorman.
„Iloe noemt gij het?" wendde; deze zich
tot mij.
„Zooals gij, heer graaf, dooden!"
Als op commando keken allen naar mij
om me eeu vernietigenden blik too te wer
pen.
„Schildert gij ook?"' vroeg de majoor mij,
op graaf KareTs liefhebberij zinspelend.
„Toch niet, heer graaf
„0, ik dacht soms, dat