i 57'" Jaargang. Zondag 17 Januari 1904. ^3Èif No. 11367. Tweede Blad, Kindervoeding1 en -Meeding. lui#?*;, ysJefbou ivo. X23. BONENLAND. V SCHIEIDAMSCIKE COURANT Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25. Franco per post 11. 1.65. Prijs per weekVoor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur •san het bureau bezorgd zijn. Bureau t Botentraat 08. Prijs der Adv«rt«ntiën: Van 16 regels fl. 0.02; iedoie regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de pi.mts die zij innemen, Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hier van zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag*, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde Itloiae udrertentii'n opgenomen tot den prijs van 10 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. I. Zeker is er geen onderwerp, dat steeds 200 zeer aan de orde van den dag, en telken winter met meerdere kracht aan de orde van don dag komt, dan het vraagstuk om trent voeding en kkeding van schoolgaande kinderen. Een vraagstuk, dat met iedere bogrooting in vele gemeenten van ons vaderland op nieuw optreedt, en dat slechts hier eu daar tot een bepaalde oplossing komt, doch op die weinige plaatseu ook nog niet tot een zelfde oplossing. Ook dit. jaar zijn er in de gemeenteraden van Den ITaag en Amsterdam voorstellen cn'ticnt deze zaak gedaan, die heel wat de- bal hebben uitgelokt, soms zelfs een heftige isooidcnwhseling ten gevolge hadden. En het is jui-t het in den Amsterdam- sclien gemeenteraad aangenomen voorstel van vijf raadsleden, dat ons noopt, ovor dit onderwerp te schrijven, allereerst wijl ons dit vooisbei toeschijnt de brug te zijn, waar op voor- en tegenstanders van bepaald© wij zen van 't verstrekken van voedsel en klee ding aan schoolgaande kinderen elkaar kunnen ontmoeten, en waarlangs men kan komen tot een algeheel e oplossing dezer zoo belangrijke zaak. Gelijk onze lezers weten, staat in art. 35 van de Leerplichtwet, zooals die op Vrijdag 30 Maait 1900 is aangenomen: Ter bevordering van het schoolbezoek is dc gemeenteraad bevoogd voeding en kleeding te verstrekken aan schoolgaande kinderen voor wie daarvoor behoefte be staat. of met dat doel subsidie te verleenen, een en ander volgens regelen bij algemeouen maatregel van bestuur te stellen. Dit artikel is met 49 tegen 48 stommen (de gcheele toenmalige minderheid) aange nomen. Oorspronkelijk was or in liet wetsontwerp geen dergelijk artikel opgenomen, wijl de Regcenng meende, dat de wet op bet Lager Onderwijs aan de gemeenten reeds deze be voegdheid verkende. De meerderheid van de Kamer heeft echter geoordeeld, dat deze bevoegdheid in deze wet clicnde opgenomen te worden. Zij oordeelde aldus: door deze wet (do Lceqdichtwet) worden do ouders verplicht, aan hun kinderen voldoend eu geregeld la ger onderwijs te doen verstrekken van het 7de tot liet 13de jaar, zoodat het allo klas sen der lagere school heeft doorloopen of al thans die klassen, waarin liet bij liet berei ken van den dertienjarigen leeftijd was go- plaatst. Deze verplichting nu van do zijde der ouders, welker stipte nakoming door de overheid wordt gc'èisöht, legt aan de Regee ring den plicht op, zooveel mogelijk de hin derpalen weg te nemen, die er voor ouders of kinderen kunnen bestaan, om aan die verplichtingen te voldoen. Een van die hinderpalen is: ge li rok aan voeding on klecdmg van liet kind, dat tot eohoolgaan verplicht is. Vandaar het door do 5 liberale Kamerle den voorgestelde amendement, dat gelijk luidend was aan art. 35. Hieraan was een amendement voorafge gaan, dat tot strekking had, de gemeenten de verplichting op to leggen tot het verstrekken van Voeding cn Meeding. Die verplichting is niet opgelegd. Eigenaardig is bet, dat werkelijkheid is geworden, wat do heer do Sav. Lokman in ®jn bestrijding van dit artikel aanhaalde: dat, wanneer men bijl do wet een publiek rechtelijk© bevoegdheid geeft, dit al tijd min of meer een publiekrechtelijke z o- d e 1 ijk o verplichting wordt. Immers, meer en meer wordt heb verschaf fen van voeding en Weeding, aan het dit ontberende schoolgaande kind als een zede lijke plicht der gemeente beschouwd en ver schil! on de bladen van liberale zijdo (van de moest vooruitstrevende tot do moest be houdende) enkel in de wijze van hot ver schaffen hiervan. Do bevoegdheid1 is dus vrijwel een ver plichting in velar oogen geworden. Zoo herinneren we slechts aan Wat liet i.Handelsblad" zei in oen artikel -over het genoemde voorstel der 5 raadsleden „Do Gemeenteraad van Amsterdam mag zich n'et langer onttrokken aan de z o d o 1 iji k e 01' p 1 i c h t. i n g, welke de leerplichtwet te dien aanzien (voeding en klecding) aan do Gemeenten oplegt'." Zoo wijzen we op een krachtig pleidooi voor voeding en Meeding aan het anno M-lioo'kind, uitgegeven op gezag van het Nut van t Algemeen en geschreven dooi den heer Riumwold Riedel, een boekje, dat met deze opwekking eindigt: ,,En vomtq aan den arbeid! De leego maag liccft geen ooren en in een verkleumd lii haam is ook de geest niet opgewekt." Een boekje dat daarbij oohter waar schuwt „Ga (daarom) to werk met de grootsto omzichtigheid, zonder eenigo overdrijving. Wie in dezen meer doet, dan na nauwgezet onderzoek van onderwijzers cn Vereeniging, Comité of schoolbestuur, noodig blijkt, doet te veel. Wie liet niet doet met de stellige 'bedoeling, daarbij) alles to vermijden, wat de kinderen zou kunnen vervreemden van do familie, of de ouders van hun natuur lijke lasten en verplichtingen, doet heb werk niet goed. Wie aan dezen arbeid zijn mede werking geeft of onthoudt op grond van politieke of sociale overwegingen, dio om gaan buiten het direct© belang van het arm o schoolkind zelf, laat zich leiden door motieven, die buiten dit vraagstuk staan." De bevoegdheid van het Gemeentebestuur wordt dus vriji wel algemeen opgevat als een zedelijke verplichting tot het verschaf fen van voeding en Meeding van heb school gaand© kind, mits ter bevordering van hot schoolbezoek. Heb Koninklijk Besluit van 19 Nov. 1902 tot uitvoering van art. 35 der leerplicht wet heeft dan ook volgende artikelen. Art. 6. Voeding en kleeding worden al leen verstrekt aan kinderen, die, uit lioofdo van gebrek aan voeding of klecding, niet of niet trouw ter school komen, of van wio het te verwachten is, dat zij, zonder ver strekking van voeding of klecding, niet ge regeld de school zullen blijven bezoeken. Verstrekking van voeding en kleeding mag niet anders dan rechtstreeks aan de kinderen zelv© plaats vinden. Art. 7. Voor Ideeding van één ©n het zelfde kind mag niet moor besteed worden dan 10 per jaar. Art. 8. Verstrekking van voedsel zal zoo- voel mogelijk plaats vinden buiten do ge wone schoollokalen. Art. 9. Subsidiën, als bedoeld in art. 35 Leerplichtwet, worden alleen verleend aan Vereenigingen of Commissiën, di© zdoli het verstrekken van voedsel of .kleeding aan kinderen, tor bevordering van schoolbezoek, ten dool stellen, en aan schoolbesturen. Alzoo geheel ter bevordering van school bezoek. Mag dan nu het gemeentebestuur geen voeding en .klecding versohaffen aan arme schoolkinderen, opdat zei met meerdere vrucht 'het onderwijs kunnen genieten?" Zeker wel, beamen we met den heer Bruinwold Riedel. „Het is integendeel wen- sehelijk, dat zijl krachtig medewerken tot vervulling van alle voorwaarden eu het in 't leven roepen van do moest gunstige om standigheden, om het onderwijs te doen beantwoorden aan zijn doel." De bevoegdheid hierto-e is niet gegeven in de Leerplichtwet, wijl dit geheel buiten deze wet ligt. Maar reeds in do wet op het Lager Onderwijs van 1857 staat to lezen: het gemeentebestuur bevordert zooveel mogelijk het schoolgaan der kindoren van bedeelden, onvermogenden en minvermo genden. Dat daarbij! aan lichamelijke verzorging mocht gedacht worden kwam eerst op, toen do leerplichtwet in 1900 word ingediond en do Minister heb amendement van voeding en kleeding bestreed als overbodig, zijiido dit roods in do web op 't Lager Onderwijs opgenomen. Do vraag blijft dusis het, uit een op voedkundig oogpunt, wonsdkolijfc, dat armo kinderen, die onvoldoende gevoed on go- kleed worden, voedsel on kleoding worde verschaft En zoo ja, hoo moet deze voeding en klec ding verschaft 1 Wijl zullen ons omtrent d-eso vraag niot in theoretische beschouwingen verdiepen, maar aan do hand van meergemeld boekjo nagaan, hoo men in 't buitenland over dit vraagstuk denkt on hoo men het ter oplos sing heeft trachten to brengen, om daarna ie zien, wat in ons land aan voeding en kleeding wordt, gedaan, opdat we zoo komen tot onzo eigen schoolgaande kindoren en do zorg van ons Gemeentebestuur daarvoor. Ovor 't buitenland zullen we zoo kort mogelijk zijn. Het eerst is do voeding en 'kleoding in Frankrijk toegepast (1SS1), daarna in Duilschland (1882), .Zwitserland (1SS3), Oostenrijk, België (1888), in Engeland, Ita lië en Noorwegen in de allerlaatste jaren. Do ruimste toepassing vindt men iu Zwitserland, waar voeding verschaft wordt aan arme schooglaande kinderen, die niet voldoende of uiet voldoende krachtig voed sel ontvangen, en om het geregeld school bezoek te bevorderen ën om bet onderwijs meer vruchtdragend te maken, doch tevens met het meer verwijderde doel: den alge menen gezondheidstoestand te verbeteren en het komende geslacht meer strijdbaar to maken en beter voor to bereiden voor den arbeid, die het in do samenleving wacht. De verschaffing gaat hier meer door par ticuliere vereenigingen, dan door de over heid zelve; in Frankrijk zorgt de gemeen telijke overheid er voor, zoo ook steeds mem' en meer in Italië en Engeland, in Duitse.hland is zij armenzorg. In Frankrijk bestaat in elke gemeente oen schoolkas, gevormd door contribution van leden en subsidiën van staat, departe ment en gemeente. Door dezo worden in vele gemeenten sclioolcantines in stand gebonden, die allo kinderen der gemeentelijke lagere scholen, kosteloos of t e g e li b e t a 1 i n g, na den oclitendsehooltijd een warm maal (soms ook 's morgens een warm boort soep) ver schaffen. Sommige groot© gemeenten heb ben deze cantines in eigen beheer. De sohoolvoeding is golicol onderwijszaak, goliecl buiten de armenzorg. Zij heeft boven al op liet oog liet vruchtbaar maken van het onderwijs. De door de stad Parijb aan de solioolkas- sen verstrekte bijdragen loopen van 1891 1899 vau 640.000 tot ruim 1 millioen francs, do bijdragen der kassen zalven daalden van 36.000 tot 20,000 francs. Lyon geeft jaarlijks 40.000 fiancs; Rou- baix gaf in 1900 201.000 francs, wijl daar aan deze voeding tevens 't verschaffen van kleed ere n was verbonden. Kiezerslijsten. Evenals andere jaien, wijten wij hieron der op al wat men doen moet om kiezer te word o li of te blijven. Al e t te meer nadruk dringen wij bij hen, die in de termen vallen om kiezer te zijn of te worden, er ditmaal op aan om hun plicht in deze niet te verzuimen, want dit jaar toch staan de verkiezingen voor le den der Provinciale Staten voor de deur. Ook met bet oog op liet jaar 1903, wan neer de Tweede Kamer-verkiezingen aan dc orde zijn, kan het nuttig wezen zich uu reeds als kiezers op to geven, wijl dit aan do orgar-.rt.ie der partijen bevorderlijk kan zijn. De aangifte teil Stad huize moet geschieden tussclieu 1 cn 15 Februari a.s. V* Om kiezer te zijn, moet men op deii 15en Mei a.s. den leeftijd van 25 jaar bereikt hebben. Als men bölastiugkiezcr is, dan behoeft men geen aangifte te doenen dat is men wanneer men over het dienstjaar, loopendo van 1 Januari tot 31 December 1903, is aangeslagen naar ecu of meer dei- vijf eerste grondslagen van de porsoneele belasting of in de grondbelasting (in deze laatste voor ten minste een bedrag van een gulden aan hoofdsom), of in het dienstjaar, loopende vail 1 Mei 1902 tot 30 April 1903, in de vermogens- of bedrijfsbelasting. Men moet echten-, om op de kiezerslijst to ko men, do directe rijksbelastingen, waarvoor men aangeslagen is, vóór 1 Februari a.s. hebben voldaan. Zoo men dit verzuimd heeft, kan men nog op do kiezerslijst ko men, als men do verschuldigde belastingen vóór of op 1 M'aart voldoet. Heeft men in een of meer andere gemeen ten een der genoemde belastingen over do genoemde tijdvakken betaald1, dan kan men, zoo noodig, daarvan door overlegging van do voor voldaan goteekende belastingbiljet ten vóór 15 Februari a.s. ton gemeentehui zo doen blijiken. Dé aanslag der vrouw in de rijks directe belastingen geldt voor haar mandie van minderjarige kinderen wegens goederen, waarvan hun vader het vruchtgenot heeft, voor hun vader. Aanslagen in de grondbe lasting wegens onroerende goederen oener onverdeelde nalatenschap gelden ook voor den mede-eigenaar, wiens naam niet bij den aanslag iu iliet kohier is vermeld, mits zijn aandeel in dien aanslag ten minste 1 be draagt. Is men echter geen bclastingkiezer, dan kan men nog op verschillende andere ma nieren op de kiezerslijst geplaatst worden, mits men vóór 15 Februari a.s. aangifte doet ten gemeentehuizo. Men kan woningkiozer zijn, wan neer men als hoofdi van een gezin of als al leen wonend persoon op 31 Januari 1904 fie delt 1 Augustus van het vorig jaar heeft bewoond, krachtens huur, oen huis of een gedeelte van een huis, waarvoor, met of zonder bijheb oorenden of in huur gebruik ten grond of lokaleij en bijgebouwen, niet tea" bewoning bestemd, do wettelijke huur prijs, per week berekend, ten minste heeft bedragen voor: Schiedam f 1.75, Vlaardin gen ƒ1.50, Ovorschio en Vlaairtiuger-Am bacht ƒ1.25, Ketlic-1 en Scibiebroek ƒ1. Ook zij, die als hoofden van gezinnen of alleen wonende1 personen op 31 Januari 1993 sedert 1 Augustus 1902, krachtens eigendom, vruchtgebruik of kuur, eenzelfde vaartuig van teil minste 24 kub. 'Ml inhoud of 24,000 kilogram laadvermogen hebben bewoond, bebooren tot do woonkiezers. Indien men hetzelfde perceel of hetzelfde schip is blijven bewonen, waardoor men bet vorig jaar op do kiezerslijst werd gebracht, is aangifte thans niet noodig. Verder kan men loonlfiezcr zijn, wanneer men op 31 Januari 1904 sedert 1 Januari 1903 achtereenvolgens bij niet meer dan twee personen, ondernemingen, openbare of bijzondere instellingen in dienstbetrekking o£ als inwonende zoon in bet bedrijf of beroep der oudere werkzaam is geweest en als zoodanig over dat jaar een inkomen heeft genoten voor: Schiedam ƒ450, Vlaardingon ƒ400, Overschiet en VIaardinger-Ambacht 350, Ejetkel eu Schiebroek 325, met inbegrip van het in de wet aangegeven bedrag voor vrije woning of inwoning en vrijl kost en inwoning. Loonkiezers, dio op de lijst, van het vorige jaar voorkomen, ontvangen, met de noodigo toelichting, blanco-aangiftebiljetten ter invulling voor hun toelating tot do nieuwe lijst. Ook als pon sio'cnki ozdr ban men recht hebben om te stemmen. Onder die categoi-io bobooren zij; die op 1 Februari 1904 in het genot zijn van een door een onderneming, openbare of bijzon instelling verleend pensioen of verleende lijfrente van gelijk bedrag als bij' de loon kiezers is gemald. Voor hen, die minder dan het vereisehto bedrag aan pensioen of lijfrente ontvangen en bovendien een inkomen liebben, verkre gen op de wijze als onder de rubriek, „loon kiezers" is vermeld, mogen pensioen, .lijf rente en inkomen worden samengeteld. Be reikt- deze som dan tenminste het vereisckte cijfer, dan kan do pensioen- of lijfrente- en loontrekkende kiezer Worden. Pensioenkiozers, die op do lijst van het vorige jaar voorkomen, behoeven zich niet o-pnieuw aan te geven. Inkomen, pensioen en lijfrente der vrouw geldt voor liaren mandat Van do inwonen de minderjarige kinderen voor de helft voor hun vader. Nog een andere weg is er om als kiezer invloed to oefenen op den loop der zaken, namelijk als Groofboelc-of Spaa r- b a n k k i e z e r. Do zoodanigen rijn zij; die op 1 Februari 1904 sedert een jaar den eigendom met recht van vrije beschikking hebben van t-eu minste ƒ100 (nominaal), ingeschreven in de Grootboeken der National© Schuld, of van ten minste 50, ingelegd in de Rijkspost spaarbank, in een gemeentelijke spaarbank of in een spaarbank, beboerd door hot be stuur van eau rechtspersoonlijkheid bezit tende vereeniging, van een naamlooze ven nootschap, van een coöperatieve vereeni ging of van een stichting. Hij1, die op dezen grond roeds het vorig jaar keizer was cn voor wien die grond ook thans nog bestaat, behoeft zich niet opnieuw aan te geven. Al de tot nu toe genoemde oategoriën vra gen een zeikeren welstand of zeker bezit, maar er is nog een andere gelegenheid om kiezer te worden, want. de wet noemt ook nog E x a m e n-k i e z o r s, dat zijn zij, dio met goed gevolg hebben afgelegd een exa men, ingesteld door of krachtens de wet of aangewezen bij' nlgemeenen maatregel van bestuur eu in verband staande met de be noembaarheid tot eenig ambt, do vervul ling van eenige betrekking of do uitoefe ning van eenig bedrijf of beroep. Hij, die op dezen grond het vorig jaar reods kiezer werd, behoeft niet opnieuw aangifte te doen. De formulieren voor de verschillende aan giften zijin kosteloos verkrijgbaar aan do secretarie der gemeen to. Al het bovenstaande geldt voor de kiesbe voegdheid voor de T w o ed e K a m e r. Voor do kiesbevoegdheid voor do P r o- v i u c i a 1 e Staten zijn bijl de' kieswet dezelfde cischen gesteld, met dien verstand» dat men bovendien ingezetene dei- pro vincie moot zijn. Voor dö kiesbevoegdheid voor do G e- m c c n t e r a d o n gelden dezelfde eisclien, met dien verstande, dat men bovendien in gezetene der gemeente moet zijn en dat die categorieën, die niet tot de belastingkiezcrs behooren, tevens over 1963 voor een zeker bedrag in do plaatselijke directe belasting moeten zijn aangeslagen geweest eu op 1 blaart 1904 dat bedrag voldaan hebben. Prins Hendrik tc Berlijn. D'ö correspondent van de „N. R-. Ct." te Berlijn seint In do ridderzaal van het oude Stadsslot alhier beeft do keizer vanmiddag om twaalf uur mot den gewonen luister cn met do oude praoktsontwikkeling do investituur in de orde van den Zwarten Adelaar verleend aan do nieuwbenoemde ridder-s, don Prins dei- Nederlanden, den Erfprins Wilhelm van Holienzolleru en don Geheimraad Georg von Kooller. In groot gala reden de prinsen van het koninklijk huis eu do van elders voor dö plechtigheid overgekomen vorstelij ke personen naar het paleis, waarop do drie ■keizerlijke standaarden waren uitgestoken. Van kwart voor twaalven af verschenen de talrijke als getuigen van de plechtigheid uitgenoodigdo hooge miltairen, leden dor hofhouding en hooget ambtenaren, de leden van bet gevolg der vorsten en zoo voort. Na eenigo oogcnblikkcn van plechtige stilte klonk een daverende fanfare, een korte roep van de in de zaal geplaatste trompetters -en do eerste ridder trad binnen, met een twee- do fanfare begroetAils laatste ridder trad do keizer in de zaal, liet hoofd met den helm bedekt, in purperfluweelen mantel, de keten van den Zwarten Adelaar om de schouders. Graaf Kaait?, trad tot voor den troon, boog cn ontving het keizerlijk bevel, do jongste ridders van de hoogc orde ter op neming in de orde binnen te leiden. Onder nieuw trompetgeschal worden de Prins der Nederlanden cn do Erfprins van Holienzol leru door hun peten, do prinsen Friedricli Heinrich en Joacliim Aübrecht, met plech- tig-langzamen stap tot voor den troon ge voerd. Hier aangekomen bogen de vier prinsen voor den Keizer, de secretaris dei- orde las de formule der gelofte, terwijl de muziek natuurlijk zweeg, de eed: „Ja, iób gelobo es" werd uitgesproken en onmiddel lijk viel een oud-Duit sche fanfare in, welke tot het einde dea- investituur voortklonk. Tot oen nieuwen -roep verhieven zich do trompetters, toen de Keizer den prinsen de keten der orde om do schouders legde, waar bij do laatsten do knie op oc-n trede van den troon hadden gebogen. De fanfare werd van 'het koor af driemaal beantwoord. Nadat- do twee prinsen liun plaatsen onder de kapittelbevoegdo ridders hadden ingeno men, gaf de Keizer bef bevel den verkelij- ken .geheimraad Kaeller binnen te leiden. Ten toeken dat do investituur was geëin digd, word nogmaals een fanfare geblazen. De Keizer verhief zicli van den troon om zich naar de zaal van bet kapittel to be geven, waarbeen zich eon stoet van 46 rid ders richtte, in dier voege, dat de nieuw ingelijfden den stoet openden. Na de plechtigheid hoeft bij liet Keizer lijk Paar een dejeuner plaats geliad, waar toe do Prins der Nederlanden, prins Ilein- rioli van Pruisen, prins Friedricli Karl van Hessen eu de Rijkskanselier graaf von Bii- low waren genoodigd. Dr. Kuyp-r In België. In „Do Tijd" deelt do heer A. van Win kel, R. K. pr., geestelijk hoofd der katho lieke Nederlandsciliö kolonie cn directeur dcir Nodcriandscho Werkliedcnvereeniging te Brussel, con onderhoud mede, dat hij met den minister Kuyper gehad hooft. Wij ont- ilcenen daaraan het volgende. Vooreerst vroeg Z. Excellentie met veel belangstelling naar- den toestand der Kath. Nederl. Kolonie te Brussel, Want de treu rige ondervinding had hem geleerd, dat zijn

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1904 | | pagina 5