De Trtwistii, omtlip litiaven.
V
Staten-Generaal.
Rechtzaken.
Kerk en School.
Ingezonden Mededeelingen.
ALLERLEI,
van den Inlander?"* vraagt ge ongeloovig
en. er spreekt schuldgevoel uit dien twijfel.
Ja, ork in zijn belang, ik zal 't ,u bewijzen
en ik spreek daarbij uit naam van de meer
ontwikkelden onder deze overigens nog zoo
achterlijke rassen.
Het-neerhalen van onze vlag in Oost-Indië
zou dus wel een ramp wezen voor onze na
tie, ja zelfs 't klinkt u misschien wel
wat vreemd, maar 't is toch zoo zelfs
nog grooter ramp dan de annexatie van 't
Europeesche Rijksdeel, dan de inbezitname
van den dierbaren vaderlandschen bodem,
hoe grievend dit dan ook op zich zelf voor
ons nationaliteitsgevoel wezen zoul
Immers we kwamen dan onder andere
wetten, onze vlag met oranjewimpel werd
niet meer ontplooid, vreemde uniformen
zouden onze straten vullenhard, zeer
hardmaarwe padden te eten 1 Na den
oorlog toch zou alles weer moeten worden
hersteld, weer worden opgebouwd, handen
zouden er te kort komen en na enkele jaren
slechts zouden de laatste sporen van strijd
zijn uitgewischt, terwijl op slot van reke
ning alles went en een Nederlander te Pa
rijs, Londen of Berlijn toch ook niet zoo
diep ongolukkig is onder vreemde vlag,
vreemde wetten en vreemd opperbestuur.
Werden wij, na een Europeeschen volke-
renoorlog, ingelijfd en bleef India vrij, In-
dië Nederlandsch, dan zouden we kunnen
emigreeren, met tienduizenden uitwijken
naar do koele binnenlanden van Java en
Sumatra, we zouden dan hier kunnen ko-
loniseeren in de ware beteekenis van 't
woord.
Er zouden hier fabrieken verrijzen, hier
waar de grondstoffen zoo goedkoop voor
banden zijn en de Hollandsche arbeider
naast den bruinen broeder in betere levens
omstandigheden kwam.
Er zouden hier evenals in Australië en
Amerika groote bloeiende steden worden
gebouwd en een langzame verplaatsing van
den onafhankelijk gezinden Nederlander
naar onze Oost, zou als een eenig feit in
de wereldhistorie geboekstaafd worden.
Hier in den Archipel zou een Indo-Necler-
landscb Keizerrijk kunnen gesticht worden
onder Oranje en geen macht ter wereld zou
ons meer kunnen verdrijven.
Ons Kamerlid van Kol stelde onlangs voor
een deel onzer Bezittingen hier te verkoo-
pen, ik meen dat 't beter zou zijn onze
West tegen een billijke vergoeding aan de
Yankee's af te staan en met die som onze
Oost dan flink verdedigbaar te maken!
'tls maar 'n idee! Wie weet er wat be
ters?
De heer E. Heldring, die Oost-Azië en
ook Japan bereisde, schreef reeds in
1899i)
„Men heeft in 189-i gezien, hoe Japan,
zonder er veel doekjes om te winden, China
tot den oorlog dwong en dezelfde eerzucht,
die het tot dien stap dreef, bezielt het nog;
het is dan ook wel gerechtvaardigd, met
een zeker wantrouwen de ontzaggelijke
strijdmacht, welke Japan verzamelt, gade
te slaan.
„Europa zal in de volgende eeuw de am
bitie van Japan op haar wegen in Azië ont
moeten en Nederland als koloniale mogend
heid heeft dat vooruitzicht voor oogen te
houden.
waardig talent voor oppervlakkige naboot
sing, kunnen zich daarom gemakkelijk het
air van beschaafd geven, doch blijven voor-
loopig nog Aziaten, mot zeer despotische op
vattingen van recht.
Eenige honderden hebben hun opvoeding
in Europa genoten on onder ben komen
ook werkelijk hoogst ontwikkelde, beschaaf
de on geleerde mannen voor.
De groote massa echter aapt hen na,
maar kan hen niet volgen.
Macht gaat bij den Aziaat boven recht!
Ik wees er reeds bij mijn Havelaarcritiek
op, en nu, na drie eeuwen nacht, eindelijk
bij de Nederlanders het ethische zonnetje
in de koloniale politiek doorschemert, nu
een betere tijd voor deze rassen gaat aan
breken, nu van alle kanten weciklinken:
„recht ook voor den Inlander!",
nu zeg ik, als onverhoopt die half bar-
baarsche Mongolen ons met een overval
bedreigden en die overval niet zou kunnen
worden afgeslagen, dat dan deze ongeluk
kige, onmondige volkeren weder terug ge
worpen zouden worden in het duister!
„Wij zouden liet Holland nooit vergeven,"
sprak een ontwikkeld Soendaneos, „als het
ons overgaf aan den Japanner, laat het ons
wapenen en oefenen, we willen gaarne vech
ten als 't moet, doch na alles wat Neder
land van ons geprofiteerd heeft, na alles
wat 't heeft genoten, mag het ons niet aan
ons lot overlaten2)
„N ederlandse li-I n d i zal dus
verdedigd moeten worden!" zei
Multatuli en terecht.
Lt. Cloceeneb Bbousson, b. d.
Sindanglaja.
Dat ook de Regeering zich bewust is van
't Japansche gevaar, zullen we in de volgen
de Penkras zien, alleen wil ik hier nog even
meer duidelijk aantoonen, dat ook de In
lander er belang bij heeft niet onder 'n
Mongoolsch bestuur te komen.
De Japanners hebben zich plotseling ont
rukt aan hun droornerig Oostersch plan
tenleven. Zij hebben bovendien een merk-
1) Oost-Azië en Indië", Beschouwingen en
Schetsen door E. Heldering, bij J, H. de Bussy
(prijs ƒ3).
Een zeer leerzaam boek!
ontwaakt iets, dat lang onder puin en scher
ven is bedolven, «geweest, iets, dat bij sinds
zijn kinderjaren niet meer heeft gekend,
en langzaam gaat 'hij stap voor stap achter
uit, tot (hij aan den overkant der bosdh.-
weide» staat. Daar Blijft hij wa-dhten, den
blik onafgewend op bet lieflijk tafreel ge
richt, tot bet tooneel verandert. Doorn
roosje wordt wakker; springt uit de hang
mat en strijkt Ihaar rok glad'. (Neen, zij is
niet meer een kind, groot en slank is ze
en trots ligt er in de wijze, waarop zij bet
hoofd draagt.
In baar wit kleedje doet ze aan een teeore
■bloesem denken; haar strooien hoed aan
den arm. bangend', maakt ze zich. tot heen
gaan gereed'. Frits Verdwijnt plotseling ach
ter de boomen en legt 't zoo aan, dat hij
haar bij toeval ontmoet.
Eerbiedig neemt bij zijn. hoed af. „Goe
den morgen, mejuffrouwZou u- een armen
verdwaalden wel even den weg willen wij
zen? Ik moet in Döbern rijm"
Ze knfkt bem vriendelijk lachend' toe,
„Graag. Daar aan den anderen kamt van
üiert boseh. ligt Döbera. Ik zal u tot aan
den zoom begeleiden, dan kan u den weg
verder niet. missen."
„(Mijn hartelijfken dank. (Maar u permit
teert mij Frite von Dobern uiw naam
behoef ik niet. te vernemen, 't is immers
de bevallige boschnimpb zelve, die mij het
geheide geeft.
Een heldere laobi was baar antwoord.
„Dragen bosdhmmpben dan zoo korte
rokken? Neen. immersDie zweven voort
in lange, neergolvende gewaden en hebben
ook geen ebrooboeden,"
-) Sinds 1831 direct reeds meer dan acht hon
derd vier en zestig mihioen gulden, waarvan sinds
1867 twee honderd millioen!
Dat deden wij nog in de egoisten-periodo van
de vorige eeuw
In do twintigste echter zegeviert ook bij ons
het reebt!
TWEEDE KAMER.
Zitting van Vrijdag 27 Mei.
{Vervolg.)
Drankwet.
De heer SCHRAPER verdedigt alsnu een
amendement, door hem en zijn politieke
vrienden voorgesteld, om onder de gevallen,
waarin vergunning kan worden geweigerd,
te doen vervallen het geval, dat de aanvra
ger „uit anderen hoofde (niet in de wet ge
noemd) te kwader naam en faam bekend
staat".
Hij vreest voor groote willekeur 'bij
de toepassing, invloed van dorpspraat enz.,
zonderlinge opvattingen omtrent goeden
naam en faam, o. a. bij anti-rev. burgemees
ters, die wel het bekend staan als socialist
bijv. een kwaden naam kunnen achten.
De lieer TALMA herinnert eraan, dat ook
het provinciaal bestuur die opvatting dan
zou moeten deelen. Hij acht „goede naam
en faam" een begrip met vaste, historische
beteekenis en ontraadt dus bet amendt.
De heer GOEMAN BORGESIUS verdedigt
het amendement. Wanneer inderdaad niets
kwaads omtrent iemand voor den rechter te
bewijzen is, hebbe het kwaad dat van
iemand wordt gezegd, dan ook geen invloed.
De heer SCHOKKING stelt, een amende
ment voor, bepalende dat personen die al
gemeen bekend staan een slecht levensge
drag te hebben, geen vergunning zullen krij
gen.
De Regeering neemt dit over, waardoor
het amendement-Schaper is vervallen.
De beer TALMA stelt een paar amende
menten voor dat bij twee oude vergunnin
gen, waarvoor een nieuwe kan verwisseld
worden, niet meerekenen de vergunning die
ten name van den verzoeker stond en uit
sluiting van tusschenpersonen voor uitge
sloten en.
Deze en andere kleine amendementen
worden door de Regeering overgenomen en
art. X goedgekeurd.
Bij art. XI zijn verscheidene amendemen
ten ingediend.
De heer DUYMAER stelt voor tot niet-toe
lating van personen benedon 18 jaren zon
der geleide to besluiten.
De heer VAN LIMBURG STIRUM beeft
voorgesteld: van sociëteiten te eisclien, dat
zij bona fide sociëteiten zijn, o. a. door te
bepalen, dat tusschen aanmelding voor het
lidmaatschap en aanneming minstens twee
maal vier en twintig uur moeten vorloopcn.
Voorts zc(u !het reglement bepalingen moe
ten bevatten nopens bet drankgebruik door
introducés.
De heer VERHEIJ wil logomenls-vergun-
ning alleen toestaan in geval bet logement
inderdaad als zoodanig door bet gemeen
tebestuur is erkend.
De MINISTER verdedigt op elk punt de
lezing van bet ontwerp, doch stelt zich niet
scherp tegenover een dezer amendementen.
De heer FERF verzot zich tegen bet aan
banden leggen van de vrijheid van sociëtei
ten, bedoeld door het amendt.-Duymaer van
Twist.
De heer VERHEIJ redigeert zijn amende
ment zóó, dat vergunning voor den verkoop
in logementen alleen aan logeergasten zal
worden geweigerd wanneer het logement
niet te goeder trouw als zoodanig is te be
schouwen.
De beer VAN STIRUM noemt dit spreken
van „ter goeder trouw te beschouwen" een
spelen met woorden.
De heer VAN LIMBURG STIRUM wijzigt
zijn amendement in dien zin, dat in het re
glement van sociëteiten bepalingen worden
geëisebt volgens welke het lidmaatschap
wordt verkregen.
Do heer FOCK wijst erop, dat aanneming
van het amendement-Duymaer van Twist
o. a. ten gevolge zou hebben, dat jongens
van 17 jaar niet zonder kindermeid naar den
dierentuin mogen gaan.
De heer TALMA geeft in overweging, de
toelating alleen te doen weigeren in lokalen
waarvoor de vergunning is verleend.
De heer DUYMAER VAN TWIST geeft ge
hoor aan den wenk.
De heer VAN DE VELDE wijst op de
moeilijkheid, waarin de bepaling sociëteiten
brengt, die bij muziekuitvoeringen enz. tal
rijke niet-leden toelaten.
I-Iet amendt.-Van Limburg Stirum wordt
door de Regeering overgenomen.
Daarna gaat men over tot stemming.
Het amendt.-Talma nopens weigering van
vergunning, wordt met 39 tegen 28 slem-
men aangenomen.
Het amendt.-Duymaer van Twist wordt
met 31 tegen 29 stemmen verworpen.
Het amendt.-Verheij wordt met 40 tegen
20 stemmen verworpen.
Artikel XI wordt nu goedgekeurd, en even
zoo artikel XII.
Bij art. XIII verdedigt de heer SCHAPER
zrjn amendement, strekkende tot algeheel
verbod van verkoop van sterken drank
aan den openbaren weg.
De beer Schaper spreekt in dit verband
over het drankgebruik op het Plein te
's-Gravenhage. Spreker zou ook verbieden
willen den verkoop op stoepen enz. aa
koffiehuizen, maar vreest dat dit niet te
verkrijgen is. Hij wijzigt daarom zijn oor
spronkelijk amendement zóó, dat er zal ko
men te staan „op den openbaren weg".
De vergadering wordt geschorst tot Dins
dag.
koloniaal' F. Smefca in den! naclib Van 5 op
6 klaart aan de Oosterkade te Rotterdam,
waarbijl ihem ond'er geweldpleging een por-
temonnaie mot- f 146 aan b airkina pi er cn
specie afhandig werd! gamaaikt», zullen zich
2 Juni ai.s. Voor de redhtbarik «aldaar te ver
antwoorden hebben Ai. A, de G., 28 jaar,
en S. AL K., 23 jaar-, heiden sdhïppere-
tö Rotterdam.
Ais verdedigers zullen. heat bijstaan mis.
A. H'ijin'an en J. G. Sckiütooaim, (beiden
advocaat.
to, sdheele hoofdpijn, zenuwpijnen, aentw.
ziekten, verblindingen, duizeligheden,
kloppingen, onreigdimatighfeden.
Prijs f 1.75 de doos, f 9.— pe® 6 dtesen
'Verkrijgbaar bij Snaibilié, Steiger 27, Rot
lord am, hoofddepothoud'er voor Nederland
on Apotheken. Franco toezending
postwissel.
„Nu dan, „mooi roodknüdi", plaagt hij!
ondeugend.
,.0, om. mijn roodachtig haar? Ook dat
niet. Eenvoudig een menschenlkind van
vleesch en Moed. Ik heet Ada von Blano
ken en woon ginds op'het slot. Heb is de
geboorteplaats mijmer voorouders," legt ze
uit en er lag een uitdrukking van zoo groo
te hoogachting en gewichtigheid' op haar
gedichtje, alsof die vooroudere haar in
plaats van pindsdhe rinne een konings
slot hadden nagelaten.
Frits maakte galant een buiging. „Heel
romantisch, dat slot," verzekerde» Mjl en
daarmee had hij' de echte snaar aangeroerd.
Hoe aardig die kleine man babbelen kan!
Welk een wereld van fantasie» stak er in
dat hoofdje
„t Is hier alleen een beetje eenzaam,"
erkende ze ten slotte. „Wekenlang krijgen
we soms niemand' te zien. Mama heeft in 't
gebod, geen omgang; dat komt, do oei at wo
arm rijn en met het pensioen moeten rond
komen, dat ons na papa's dood wordt uit
gekeerd'. Vroeger woon'den wij ook in de
stad, -waar ik veel zag, wat mooi en nieuw
was."
Een diep medelijden greep hem aan met
dit arme (kind van voornamen huize, dat
met 'kalme waardigheid hom' vertelde vsn
haar armoede en in haar bloeitijd alles
moest ontberen, wat een tmeiajedhart be
koort.
„En vertelt u mij nu, als 't u blieft, iets
uit de residentie, van doncertea en van heb
tooneel, van de bals, waar zooveel ödhitte-
rende pracht is, met mooie vrouwen en fon
kelende juweeteu,"
Naar de openbare teredhbzittinig van de
rechtbank te Rotterdam is verwezen de
zaak tegen de 23-jarige dienstbode A. N.
V., die den 17 Mei jl. in da woning van
haar .patroon aan de Sdbiekade aldaar zich
schuldig maakte aan diefstal van een be
drag van f 150 aan bankpapier.
Als verdediger is (haar toegevoegd' mr.
H. M. A. Schade© advocaat.
Wegens moedwillige aanranding van den
Ned. Hery. Kerk
Beroepen te Zoutelaude (Walcheren)
de heer F. A. Visser, ennd. te Utrecht.
Aangenomen het beroep ie Makkum
en Cornwerd dear dr. G. Smit te Ooslerland
(Zeel.)
Geref. Kerken.
Beroepen te Oudewater ds. J, Doumn
te Alblasserdam.
Hoober Onderwijs.
Groningen. Bevorderd tot arts de heer
JE. Dommering, med. doctsgeboren te
Groningen.
Leiden. Bevorderd lot arts de heer M.E.
Polano.
„Neon, mijn kind'," voelde hij neiging te
zeggen," „dat is niets voor u, die een woud-
blo-em-etje zijit, frisch ale de dauw, daar in
do stad leeft men in een. werelld van schijn,
bedrog en leugen," - maar zoo zei hij niet.
Hij vertelde -op een wijze, dat de on
schuld van het kind niet werd' gekwetst,
van den schitterenden buitenkant, van
blinkende uniformen en met jutweelen ver
sierde halzen."
Ze hadden (heel langzaam geloopen, nu
echter stonden ze aan den rand van lm
bosoh en de weg naar Dobern voerde langs
een redht zijpad.
„Hoe jammer!" zei ze -kinderlijk en sloeg
de oogen naar' hem op. Diepe, donker
blauwe metsjesoogeu, zooais Frits er nc-oit
vriendelijker had gorien.
„Mag ik van middag terugkeeu'en, froule
van Bla-noken Hot is do eerste» Pinkster
dag, dan imc-et men iets extra prettigs yarn
doem."
„Ja, maar mama vrij ontvangen heel
geen bezoek, en het is zoo eng en klein bij
ons ik
„Het ia im'merS 'het slot van Doorn
roosje," zegt (hij.
„Zoo heb i!k biet in mijn jongenstijd steeds
genoemd. Ik zal uw moeder vriendelijk
verzoeken, mij' te willen ontvangen."
Ze kijikt hem met een stralend lachje aan,
terwijl 'hij met flinkeu stap verder gaat,
dan slaat zo droOmend' den weg in naar
huis.
Op 'Döbera heersdbte in 't eerste uur
heel wat opwinding. 'De jonge eigenaar was
plotseling verschenen en men moest hem
gauw de middagtafel in. orde maken.
30 cent per regel,
Het verkwiste geld' bedraagt fortuinen.
Hier laten wijl het voorbeeld volgen van. de
ouders van jongejufrouw Catharina Liu-
denburg, wonend'e Dorpstraat no. 1 to lJs-
solmondo. Zij hadden ook ontzaglijk veel
geld uitgegeven aan allerlei soort van ge
neesmiddelen om hun igelioMe dodhter van
een ernstige longziekte te genezen, waar
aan rij sedert drie jaren lijdende was, do'dh
alle aangewende middelen mochten hoege
naamd niet baten. Evenwel thans, zoo
worfdt ons geschreven, is zij genezen en als
wij heb bestaan der Pink Pillen gefkend
hadden, hadden wij vedl geld' kunnen be
sparen, het zijn nl. deze Pinlk Pillen die
haar volkomen genezen hebben. De hoe
veelheid doozen die Zij genomen heeft, ver
tegenwoordigen niet Veel geld, liet is een
werkelijk goedkoopo genezing. Het is te be
treuren dat wij, de Pink Pillen niet vroeger
igekcncl hebben, want wij zouden veel geld
en tijdverlies bespaard hebben. Voorfkeon
(had rij hoegenaamd! geen eetlust, vele ma
len Haagde zij over steken in de rijde, was
'kortademig en werd bovendien nog door
vreesdijke pijnon in de beenen geteisterd.
Haar toestand kon niet slechter zijn.
Doordat do geneesmiddelen niet hielp-en
'kregen wijl dien raad' om de Puik Pillen te
beproeven, rij heeft ze genotmen en da goedo
uitwerking heeft niet op zich laten wach
ten, van af de eerste dagen den- behandeling
deed er ridh een merkbare verbetering in
den algemeenen toestand voor. De pijnen
in de borst en boenen verdwenen, dé» eetlust
nam toe en dientengevolge haar krachten.
Wij 'kunnen niet anders zeggen als dat rij'
voor haar een reddingsmiddel geweest zijn
want rij hebben liaar totaal genezen en
"i zij' aan aJIffl lijdende personen' ten
zeerste aanbevelen.
Indien de geneesmiddelen! dio U geno
men. hebt, de behandelingen, die» TT geivölgdl
'hebt zonder .uitwerking rijn gebleven, neemt
als dan Uw toevlucht tot de Pink Pillen en
gij zult Uw geld niet verkwisten. Zij gene
zen daar waar andere geneesmiddelen ge»-
faald hebben, Zij rijn onovertreffelijlk tegen
bloedarmoede, bleekzucht neurasthenie,
nheumatiek, a'lgomeene zwalkte, maagziekte,
scheels hoofdpijn en allerlei ziekten, voort
komende uit een sleöhten en zwakken toe
stand van het bloed.
De zoo krachtige werking die do Pinik
Pillen. <ap het bloed) uitoefenen dat zijl her
nieuwen en verrijken, maiken ze onovertref-
felijk tegen blo-edarmoecte, algemeen© zwak-
eigen
De Olifant en de snuit.
Na indertijd melding te hebben gotnaaiht
van den uitverkoop van den Dteretobuhi Yaa
Gent en van den aankoop van d'ea olifant
Jack voor 'n prikje als 310 frs. door ©at»
plaatselijken paai'd'enslachter, rijn wij
wel verplicht, het vervolg on riot dor Gent-
sdhe Dieirentuinkistorie mee te deelen. Dk
is tragisdh, wamt het verfhaal eindigt met
don dood van Jack. Zijn niauwo eigenaar
had het dier aan 'don LonGetasciken Zoo wil,
len verk'oopon, maar dn London, brak meu
do ond'erttondeling af, omdat tob daar waren
doorgedrongen staaltjes van hét alleisledat-
ste humeur van Jack.
Volgens de veilinigscomdities moest de
paardansladhter -binnen veertien dagen zijn
olifant weghalenhij! (kreeg nog een uitstel
maar toen liij nergens zijn, olifant aan den
man kon brengen en toen do termijn
verstreken was, moest Jack worden
maakt.
Zoo viel Jack als gev'olgi van
slechte hfumeur.
Een. geoefend Gentsah! sdkerpscSiJutteE
joeg hem een 'kogel in heb oog ©n d'aiddijk
viel Jack oon. Toen nog acht schöten op de
trefbaarstó plaatsen, maai- Jaok igaf al geen
tec-kon van loven meer. (Men had! Wveiidlsn
de voorzorg genomen, heb beest» een. strop
om den hals to doen. en e&n windas kW
gehouden voor hot geVal de kogels geen
succes hadden on hot 'beest dus op andere
wijze, door wurging bijvoorbeeld, afgemaakt
zou moeten worfden.
Jack was echter in dit laatste stadin®
■van zijn laven een® igezeggdijjki eln was dade
lijk dood.
'D'e nieuw© eigenaar van Jack, de paar-
ctenriarfhter, moet nu voor het lijk zoilgen.
Het geraamte zal verkocht worden aan een
museum. Een deel van het vleescüi zal dienst
doen om chemisch vet te bereiden. De Md'
is goed voor Waterlaarzen.
Eindelijk blijft er nog dé» snuit oVer. Een
oii fantsoiruit heeft altijd! ©en. h'ooigere betee
kenis gehad, reedd van d'e kinderkamer af.
En zoo noodigdö de Gontsdhe paard'en-
slachter zijh vrienden uit tot een festijn,
waarbij als hoofdschotel de olifantssnuit ter
tafed zal verschijnen.
Het -moet een ware delicatesse rijn, bewe
ren de fijn-proevers.
Eleatriaiteit en mist.
Yoligens ©en bekend Engelsoh natuur
kundige, Sir Oliver Lodge, zou h et mogelijk
zijittj do electridteit te bemuttigeni om den
mist te vernietigen. H'et is een zeer bekend
feit, dat, zoo men een lichaam, omringd'
door stof of damp, electriseort, do verschil
lende» deeltjes zich verdichten, condenseeren
en neervallen. Om don mist te Vernietig®,
zou dus enkel een zoodanige operatic in liet
groot mteten plaats hdblben.
Deze proefneming is te Liverpool ge
schied door sir Oliver Lodge met een ma
chine van "VViinrirarst, die aich in do atmos
feer ontlaadde door een bundel vertakiliin.-
gon. Het resultaat was volkotmem. In een
zeer dikken mist was de machine voldoen
de om een zone te verkrijgen, gethieel door
schijnend. op een oppervMcto van. 100 M.
middellijn.
Rondom de machine was de atmosfeer
op 50 M. in alle richtingen Volkomen hol
der.
Het is ze'kea- al iets, dat amen in eteafc
is, den mist op een bepaalde oppervlakts
te doen verdwijnen, maar het is niet ge
noeg. De sdhepen dn volle zee, en zelfs dj;
die' zich op een oenigsrins breed imeer te-
vinden, hebben behoefte aan oen heldere
Inspecteur Muller ,gaf onderwijl inlich
tingen.
„Dö alkikers staan er pradhtig voor, mijn
heer de baron, 'het oude MaveiVeld' aan den
anderen slootkant bob ik 'laten omspitten
en ik heb
,;Dat is alles uitstekend, beste Muller
'Maar zog me eens, wie bewoont d'an nu het
oude slot?"
„Mevrouw de weduwe Blan'dkem met
haar dochter. Zeer voornaam, maar arm
De oude toren is inderdaad' geen geödhi'kt
verblijf voor zufke deftiige dames. Ieder
heeft medelijden met (haar, unar ze wen-
schen iicelemaal geen omgang."
„Dank je wel, befelte Muller,"
Den namiddag van d'iönzelfdem dag roedi
Frits von Döbern in vollen draf in d© rich
ting der rui nu. Zijd 'hart klopte onstuimig,
toen Jl ij' benödon in dö woning van den slot
bewaarder op bescheid wachtte, of' rijn
bezodk 'heden zou worden aangenomen.
Hij, do rijke, overal begeerde Frit® vo»n'
Dobern wachtte» in den o»udon toren en
kreeg hartkloppingen bij de gedachte», dat
anon hom zou kunnen «.fwijjzen.
Als iemand hem. dat gisteren ©ons 'had
gezegd'
„Db dames verzoeken mijnheer boven te
komen!"
't Volgend oogenblik was ihiiji in he»fc «11 vi
no salon, waarover nog een waaa van vroe
gere grootheid1 lag, tegenover mevrouw
Von Blanoken en boog voor haar met een
eerbied, alsof hij stond' voor oen koningin.
Do verstandige oogen rustten lang op ihöm
en haar vrijtóoddig 'aankijkend1, b'öautwoord-
K
de
de
A.
lie»
fen
m
ter
Ik
Je
ha
Fr.
Hij
Ik
Je
He!
\Ya
Ik.
0
De
Je
Hij
Xe
Ik z
Geer
Je It
Je 1,
!Lb
Ei
geror
Zijn
Zijn
Is 't
Del
Omd'i
kef
h o
kfih
Weet
Weet
h k
Laeh
kef
de hij dezen onderzodkcudeu blik, dm
'heette zij] hem vriendelijk wellkoini.
Toen hij 'g avonds afscheid nam, stond»
Ada naast hem en klopte rijin paard op
den hals.
„Dat was oen prettig© Pinksterdag,"
zeide zo, mijmerend, zulk een moeien dag
•hebben we hier nog nooit gehad."
,,'Mbrgen zal 't ndg prettiger rijn; frcuW
Ada, ik zal u en uw moedor anet mijn va
gen afhalen en wij' rij'den dlan naar Ellern-
liorst. En overmorgen rijt gijl heiden mijh
gasten op Döbern."
Ze knikte en 'keek met ecu gelukkig
laohlje tot hem op. „O, hoe» heerlijk, to
vorrulkkolijlk zal dat zijnMaar ik boni nh
al bang Voor het eind er van. Een paar da
gen van bterLijiklheid' en d'an ia ui weer
weg - en wij wij geheel alleen.."
■Bij detza woorden boog ze het hoofd, o®
de verrad'erlijiko tranon te verborgen, die ro
lbaar oogen opwelden.
De maan speelde met haar rifverte Ihldi
om do oude muren on otm do in 't wit go-
'hul'de meisjesgestalte».
De -goiudgo lontenadht sloeg deze beide
mcnsdhenziolen in haar tooverband'.
Hij» had. zijn arm om haar hoen 'gelegt
en hief Ihaar hoofdje» op, zoodat de blauwe
sterren daarin in rijn oogen weerspiegelden.
Je zult nooit «neer alleen rijn, als je ro'j
oen bèctje lief kunt hebben, Adaifc kon
een 'geluk zóo groot, zóö onlbegrijlpeliF
zalig Ada
Toen sloeg riji met zadhten jubeltoon! do
armen o'm zijln bals cn hij kustte zijn Doorn
roosje op den roeden mond.