60'" Jaargang Donderdag 5 Juli 1906. No. 12122 BERGLUCHT. BUITENLAND. e r v BINNENLAND. G.st-ct.") SCHIEDAMSCHE COURANT Deze courant verschijnt dagelijks,me! uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor S ch i e il a m en Y1 a a r din gen fl. 1.25. Franco per post fl. 1.65. Prijs per week: Voor Schiedam en VI aard in gen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen, Adverlenliën voor hei eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan liet Limeau bezorgd zijn. Bureau: Boterstraat 68. Prijs der Advortentiën: Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zjj innemen. Advortentiën bij abonnement op voonledige Voorwaarden. Tarieven biervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsda g-, Donderdag- en Z a te rdag avo nd verschijnen, worden zoogenaamde kleine advortentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan bot Bureau te voldoen. Intore. Telefoon No. 123. Schiedam, 4 Juli 190G. RUSLAND. De czaar heeft zijn aangekondigden kruis tocht in de Finschc Golf uitgesteld. Dit be richt is van den ,,Temps"-eotre&p. te Pe tersburg on wijst ontwijfelbaar op den ernst van den binneniandschon toestand des rijks. Te Maagdenburg loopt bet gerucht dat Duitscliland on Oostenrijk overeen zijn ge komen om ingeval do revolutie in Rusland den troon van den czaar bedreigt, hem met een leger te hulp te komen. Dnitsehland zal do Öostzee-provincies bezetten, Oostenrijk Polen, zoodat de Russische regeering al dn Kozakken kan gebruiken om den opstand in hel cent rum lo onderdrukken. De „Yor- wiirts", bet socialistische hoofdorgaan in Duitsciiland publiceerde dezer dagen een zelfde bericht, nu komen de „Magdcburgcr Ztg." en do „Petit Bleu". Wellicht is er dus wel wat van waar en is do bewaking der Russische grens aan Duitschc en Oostenrijk- sche zijde een feit. De miliiaiie muiterijen blijven nog aan de orde van den dag. Nu komt weer bericht dat liet garnizoen van Askabad (Turkestan) aan liet nnitcn is geslagen. De „Now. Wrcmjn" ontvangt bericht dat het de ge- heolc Knuknsus in gisting verkeert. liet gedegradeerde lo bataljon van het Preobrajensky-rog. zal uitsluitend vervangen worden door ridders van do St. Jorisorde. In de vergaderzaal van de Doenm is oen telegram aangeplakt, waarbij 200 man van het in den Kuukasus staande Mingrelische regiment „verzet aantcekonen tegen de ver- oordceling van 27 van hun kameraden door den krijgsraad. Er bestaat onder dc soldaten een rovolu- tiomiii'-gezindc bond. liet ministerie van oor log heeft een onderzoek gelast in alle regi menten om te weten to komen of de soldalen tot dezen bond behooren. Dagelijks hebben in verschillende garnizoenssteden bijeenkom sten van soldaten plaats Onder de officieren \an de garde hoerscht pessimisme, hetgeen verklaard wordt uit liet feit dat zij door de hoofdofficieren, onder scherpe controle wor den gehouden. In een bijeenkomst van offi cieren in hot kamp Vim Krasnojc Selo werd geklaagd over de onzekerheid van do per soonlijke vrijheid van de officieren. De subal terne officieren krijgen grootendeels do schuld van de muiterijen der soldaten. De terroristen te Warschau gaan voort met het vermoorden van do politie-agcnten. Twee sergeants van politie zijn gisteren op straat doodgeschoten. De daders ontvlucht ten. Te Bachmoet heerscht algemeene werk staking. De „Retsj", hot orgaan van de constit.- democraten, sprekende over de onmogelijke verhouding van do Doema tot de regeering, Roman naar het Duitsch van ADOLF OTT. zegt dat het kabinct-Goiemykin niet kan blijven bestaan naast de Doema. Een van beide moet verdwijnen, öl de Doema öl de regeering. Ontbinding der Doema zal aan leiding geven tot een aigemcenen opstand in hot land. De „lljctsj" besluit met te zeggen dat het ontslag van hot ministerie onver mijdelijk is. De vooruitstrevende bladen kunnen nog zooveel beteogen over de noodzakelijkheid van een liberaal ministerie en liervoimingen, aan het hof schijnt men besloten te zijn, nog „maar wat bij het oude te blijven. Pobjedo- nostsef, de gehate reactionair neemt, als raadsman van den czaar, deel aan de zittin gen van den ministerraad. De stemming van den czaar is na de jong ste muiterijen natuurlijk zeer behoudzuch tig, hetgeen wel blijkt uit het vasthouden der regeering aan de doodstraf. Die dwaas heid zal op de hoofden der regeerders zelf neerkomen. Dc regceiingsporsonen hebben openlijk in de Doema verklaard dat /.ij de doodstraf wcnschtcn te behouden om de autocratie te bevrijden van alle ongcwensch- te elementen zooals liberalen en revolutionai ren die de vrijheid in Rusland wcnschcn. Het oogenblik zal komen, en dat oogenblik schijnt niet verre meer, dat de huidige auto riteiten niets meer te zeggen zullen hebben over de doodstraf. Maar dan zal zij bestaan en een wapen zijn in de handen der revo lutie om de gehate regeerders in de eerste plaats ermee kennis te laten maken. In dien de Fransche nat. vergadering in 1789 dc doodstraf lmd afgeschaft, zouden de conven tie en de revolutionaire rechtbank onmoge lijk zooveel menschen naar het schavot heb ben kunnen zendon. De executies, geschied nadat de Doema den eisch heeft laten hooren om de doodstraf af teschaffen, zullen hot volk prikkelen om als het eenmaal de macht heeft dc tegen woordige heerschers te laten boeten, als weerwraak voor dc misdaden der regeering en die represailles zal volkomen te billijken zijn. Do D o e m a heeft gisteren met 286 tegen 62 stemmen de veikiezingen van 11 Doema- leden, afgevaardigden van Tnmbof, ongeldig verklaard. In de couloirs van het Tauriseho paleis vei telt men dat dit besluit \an groot gewicht is omdat de gemeentelijke besturen tlnms zien dat dc Doema hun inmenging in de ver kiezingen afkeurt. Het wetsontwerp op de vrijheid van ver- ceniging en vergadering is naar een com missie van elf Doemaleden verwezen. Spoedig zullen weer interpellaties aan dc orde komen betreffende de doodstraf en de gevreesde pogrom tc Batoem. Het debat over den Jodenmoord te Bjoloslok zal Donderdag beginnen. Het is de vraag welken indruk het nieuwe keizerlijk manifest zal maken, waarin grond aan de hoeren wordt beloofd. De kroonhm- 28) .S.V,L„- r~ Valentin was aan de deur gaan staan en had onmiddellijk de bergen gezocht. Maar zij waren er niet meer. Zij waren verdwenen alsof ze er nooit geweest waren. Het was hem alsof hij uit. een droom ontwaakte. De hergen waren verdwenen, alles was den jon gen man vreemd gewordenhij gevoelde zich eenzaam en verlaten. Wat had hij toch gewild, daar in het Zuiden waar zooeven de bergen hom nog hadden toegewenkt? Ilij had zich vergist, hij had slechts aan een plotselinge opwelling gehoor gegeven toen hij zich naar het Zuiden had gewend. Daar was zijn plaats thans niet meer. Hij behoorde aan Johanna's zijde. Ilij was aan haar verbonden door de wet en de liefde. Nu wist Valentin wat hij te doen lmd. Hij sloeg dc richting naar de stad in en zag geen enkele maal naar zijn geliefde geboorte plaats meer om. Jn het begin waren zijn schreden als van een vermoeid wandelaar, die een zwaren last te dragen had. Hij hield peinzend het hoofd gebogen. Werktuiglijk volgde hij den rechten weg en vermeed het, ver vooruit to zien. IIoo dichter hij het doel naderde hoe vaster zijn schreden werden en •loc haastiger hij voorwaarts ging. In de koortsachtige haast waarin hij ver keerde, toen hij naar zijn vaderland wilde, don zullen worden afgestaan cn particuliere gronden, niet onteigend maar door do bezit ters tegen klinkende munt afgestaan, al die gronden zullen blijken onvoldoende te zijn. lil het manifest dat spoedig in zijn geheel zal hekend worden, wordt den boeren vrij willige ballingschap in Siberië voorgespie geld. „Vadertje" is al to goed Onder voorzitterschap van den burge meester van Kaapstad is aldaar een protest- vergadering gehouden tegen de joden moorden i li Rusland. Christenen cn joden woonden haar in grooten getale bij en men drong aan op verwezenlijking van de plannen tot joodsclic volksverhuizing in het groot. Onder de sprekers waren dc deken van Kaapstad en leden van de volksver tegenwoordiging. f GEMENGDE MEDEDEELINGEN. ten en het gebrek aan licht heeft zich slechts korten tijd doen gelden. had hij een grooten afstand afgelegd. Het was reeds laat in don nacht toen hij voor do deur van zijn woning stond. Do straat was stil en leeg, terwijl een ijskoude wind langs hem heen streek en de sneeuw in dikke vlokken neerviel. Slechts een enkel venster van zijn woning was verlicht, liet licht brandde in de kamer van Johanna. Daar stond Valentin, wit besneeuwd en zag met verlangenden, bijna angstigen blik naar het helle schijnsel op. Juist was hij op het punt de huisdeur te openen, toen deze reeds van den binnen kant geopend werd en Johanna op den drem pel verscheen. Hoc het gekomen was, dat zij elkaar zon der eon woord te spieken een oogenblik luid den aangestaard en dan elkaar omhelsd had den, alsof zij nooit moer zouden scheiden dat wist geen van beiden tc zeggen. De macht dor liefde had nogmaals gezege vierd en op dit oogenblik scheen alles ver geten on ondergaan te zijn wat ooit belem merend tegenover hen had gestaan. TWAALFDE HOOFDSTUK. De oude hoor van de Zonnehocve was on der de verpleging van Kuni langzaam her steld, doch nog stiller en knorriger gewor den' dan voorheen en waakte er angstvallig voor oen woord over zijn zoon to reppen. Valentin schreef af en toe aan zijn vader een korten brief, dat Dot hem goed ging en dat hij hoopte dat ook op den Zoniiehoeve allen in welstand verkeerden. Antwoord kreeg hij nooit, want de boer gaf de brieven onge opend aan Kuni met de opdracht indien er iets bijzonders in stond hem dat te vertellen, Frankrijk. De procureur Baudouin ging gisteren voor het hooggerechtshof voort met de behande ling van de nieuwe feiten, die leidden tot deze revisie van het Dreyfus-proces. De pro cureur eischt cassatie van het Rennesvonnis, zonder verwijzing van Dreyfus naar een nieu wen krijgsraad. Het hof van cassatie is het eenige aangewezen college om recht te doen. De Parijsche berichtgever van de »Petit Bleu" wijst er op dat er een beweging op touw wordt gezet om Dreyfus' rehabilitatie te belemmeren ten gunste van zijn vroegere beschuldigers. Zurlinden schreef een brief om te protesteeren tegen het verpletterende requisitoir van Baudouin. Esterhazy kwam een oogenblik uit zijn schuilhoek en ook andere ex-officieren elfden hun best om den vroegeren état major schoon te wasschen. De vrienden van Dreyfus kunnen têvreden zijn, want nu de falsarissen weer zijn opge schrikt en zich laten hooren, zal het debat voor liet hof van cassatie heftiger zijn, maar het zal niets van zijn overtuigende kracht verliezen de waarheid zal zegevieren en het eerherstel van den onschuldigen Jood zal er des te vollediger en onbetwistbaar om zijn. 0 os tenr ij k-II on gar ij c. De Ooslenrijkseho delegatie hoeft de be raadslaging over de begrooting van buiten- landsche zaken hervat. Gntüf Goluchowsky verklaarde, in antwoord op velschillende des betreffende beweringen, dat het oveibodig was de togen liet drievoudig Verbond ge maakte aanmerkingen te weerleggen een zoo beproefden grondslag te laten varen zou heteekonon een avontuurlijke politiek te gaan volgen, iets waartoe do minister van buiten lundsche zaken nooit dc hand zou lcenoii. De werklieden aan dc gasfabrieken te Boe dapest on de lantaarnopstekers hebben het «eik gestaakt, zoodat gedurende eenigen tijd do stad vrijwel van liclil verstoken was. De regeering heeft echter soldaten gelast om den noodigen arbeid te verrich- muar anders dc „vodden" te verbranden. Bovendien had hij hel meisje streng verboden ooit achter zijn rug aan Valentin te schrij ven. Kuni verbrandde de brieven echter niet maar verborg ze en las ze in stilte telkens en telkens weer over, in weerwil daarvan dat er eigenlijk haast niets in stond. Dc berichten uit do stad werden echter voortdurend schaarscher. De boer vroeg daar in 't geheel niet naar, maar Kuni maakte zich ernstig bezorgd. Zou reeds ge board zijn wat zij vreesde? Deze gedachte benamen haar alle vreugd en levenslust, zij werd bij den dag bleekci en iusteloozer. Ook de hoer bemerkte dat ten slotte doch zcide er geen woord over en lachte alleen af en toe spottend. Zijn plannen met betrekking tot Kuni had hij namelijk nog volstrekt niet opgege ven en met Kerstmis achtte hij den tijd ge komen er inede voor don dag te komen. Zij kwamen terug van de mis om mid dernacht waarvoor ze naar Garmiseh waren geweest. Een dikke sneeuwlaag bedekte bergen en dalen en de rijp had de hoornen met een schitterend kleed van diamanten getooid. Bij iedere schrede kraakte dc harde sneeuwbodem. Als de binnenzijde van een reusachtige koepel) bezaaid met heldere licht punten, welfde zich hot firmament boven liet dal. De ijle koude lucht deed do klank dor klokken verweg door bet Loisachdal weer galmen. Langs alle wegen in de vlakte en langs de berghellingen bewogen roodgele schommelende lichten van de fakkels et: de lantaarns waarmede do kerkgangers hun ver spreide woningen opzochten. De regeering heeft op de Oostenrijkscli- Ilongaarsche nota van 30 Juni geantwoord: Ze aanvaardt den door Ooslenrijk-ITongarije voorgestelde» grondslag betreffende het voor- loopig handelsverdrag en spreekt den wensch uit dat dit verdrag van kracht zal blijven tot op het einde van 1906 of tot dc sluiting van een definitief verdrag. Servië zal zijn staatsbenoodigdheden van Oostenrijk koopen tot een minimum bedrag van 26 mill, dina- ren, maar behoudt zich voor vrij to zijn bij de bestellingen van kanonnen cn artillerie- materieel. Personalia. Dr. F. W. T. Hunger, privaat-docent aan de Utrechtsclie universiteit, heeft de aanbie ding om als directeur van bet algemeen proefstation te Salatiga (midden-Java) op te treden, thans definitief aangenomen. Dr. Hunger zal zich reeds den 12don Juli a.s. inschepen om per s.s. Oranje van Genua naar Ned.-Duliö te vertrekken. Atjeh en Celebes. Blijkens uit Indië ontvangen telegraphi- sclic berichten zijn sedert de jongste me- dedeelingen dienaangaande in de „Nederl. Staatscourant" van 7 Juni 1906, no. 130 bij dc krijgsverrichtingen a. in Atjeh en onderhoorigheden licht gewond, de fuseliers F. Willemstein cn P. Sterk; b. op Celebes niet levensgevaarlijk gewond, do fuselier J. II. van Vossen licht gewond, de sergeant-majoor W. C. II. Engclbert van Bevervoorde, de sergeant J. W. Okhuysen en de fuseliers II. Schnei der. W. de Jong, J. R. 3e Wit, W. H. Blewanus, P. M. Loef en C. van Straten; onbeduidend gewond, de sergeant D. Slic ker en c. op Ceram: zwaar gewond, de sergeant W. de Lang. Tegen wettelijke winkelsluiting. Gisteren had te Amsterdam een alge meene vergadering plaats uitgeschreven door het comitó tegen wettelijke verordening op het sluiten van winkels in magazijnen te Amsterdam. Daarin zouden de bezwaren tegen een dergelijke verordening worden uiteengezet. De inleider, mr. J. A. Levy, begon met or ann tc herinneren, dat dit onderwerp op het eerste middenstandscongres een punt van bespreking heeft uitgemaakt. Bij motie sprak men zich uit voor een nader onderzoekdat onderzoek heeft spro De meiden en knechts van de Zonne hoeve haastten zich thuis te komen en wa ren hun boer en diens eerste meid vooruit geloopen. Dat scheen den ouden Oherwalder een gunstige gelegenheid toe. Ilij ging heel dicht naast het meisje loo pen, dat in dc dikke sneeuw niet kon uit wijken en begon„Ik heb iets heel bijzonders met je te bespreken Kuni." „En daarmede heb je gewacht tot Kerst mis, antwoordde het meisje. „Ja, een bijzondere zaak past op een bij zondero plaats. Om kort te gaan, hoe het met Valentin staat, dat weet je, daar be hoef ik je niets over to zeggen, maar ik wil van mezelf praten. Luister Kuni, 't valt me hard om het te zoggen, maar 't moet er uit, of het wil of niet, ik heb, behalve dal ik al tijd vermogend geweest ben, in mijn leven niet, zoo veel geluk gehad. Mijn vrouw zali ger heeft daar niets aan kunnen doen, die kon niets anders dan huishouden en sparen. Zoo begin ik nu al haast oud te worden. Weet je, voor het innerlijke heb ik nooit iets gehad. Jo donkt dikwijls dat je heclemaal d'r onder zult geraken. Toen Valentin dat dwaze huwelijk heeft aangegaan, dacht ik dat ik heclemaal aan den grond zou komen." Kuni ging zonder een woord to zeggen naast den boer en knikte alleen af en toe met liet hoofd. Dat was nu helaas wel allemaal waar wat hij vertelde maar waar wilde de man toch heen? Zij zou niet lang in twijfel blijven want na een korte pauze ging hij verder: „Toen ben ik begonnen over mezelf te den ken en ik ben tot dc slotsom gekomen dat ik niet altijd recht op hot leven heb dat ik niet altijd in de schaduw hoef te blijven ker's overtuiging niet verzwakt, dat men hier staat een stap te doen op een hoogst gevaarlijken weg. Voorts zcide spreker te meenen, dot de voorstanders er geen duidelijke voorstelling van hebben, hoe dc toestand na aanneming der concept-verordening zal zijn. Daarom wilde hij duidelijk maken tot welken prijs die verordening in ons recht zal worden op genomen. Thans bezit men drie onschatbare rech ten. Ten eerstehet recht om te arbeiden, dat verworven is moeten worden, hetgeen spreker aan de hand der historie nader aan toonde, daarbij in 't bijzonder wijzende op Turgot, den minister van Lodewijk XVI. Dal recht kwam ook voor in onze eerste grondwet, docli ongelukkig staat 't er nu niet meer inmr. J. Heemskerk Azn. lm 1!' op deze leemte gewezen Spreker heeft devtijd in de Kamer een voorstel ingediend om do vrijheid van arbeid in de wet op te nemen, doch op verzoek der regeering heeft hij 't toen teruggenomen,op deze moticveering. dat 't een vanzelf sprekend iets is cn do vrijheid van arbeid daarom niet in de wet behoort opgenomen te worden. Doch dat ver trouwen is beschaamd. Als liet tweede onschatbare recht noemde de inleider de onschendbaarheid der woning, een oud en eerbiedwaardig recht, reeds ge huldigd in het oude Rome. En herinnerd werd aan de Engelscho zegswijze: „my house is my castle"in Frankrijk heet het „charbonnior est niaitre chez soi." Doch de autocratie eerbiedigde dc on schendbaarheid niet, tot de Fransche revolu tie een einde aan die uitspattingen maakte. Ook in onze eerste staatsregeling was dit recht opgenomen. Het derde recht is, dat der vrije gedach- tenuiting, dat de onderlaag vormt van onze maatschappij, wat betreft haar publiekrech telijke zijdewelk recht dienstbaar is aan liet recht tot vergadering en tot vereeniging. Do ontwerp-veroi doning op de winkelslui ting verkrijgt men voor dezen prijs: Jat voor den winkelier, voor zoover betreft den omvang va" zijn zaak, van bovengenoemde rechten niei-, geen zweem overblijft (Ap plaus.) Daarna besprak mr, Levy eenige artikelen der verordening. Als voornaamste reden voor deze verorde ning wordt aangevoerd „bescherming van het personeel", maar, zegt spr., als die kwaal moet worden bestreden behoort dat rechtstreeks te geschieden. De belanghebben den moeten vakorganisaties in liet leven loepen. Staatsdlvang moet steeds als laatste middel worden aangewend. Voorts wijst spr. op de onmogelijkheid eener goede controle op de naleving der ver ordening. Aan het personeel kan ander werk voor de zaak worden opgedragenmonsters kunnen ter keuze gegeven; bestellingen per telefoon aangenomen worden. Ook blijft de staan en dat zoo'n beetje zonneschijn me nog veel goed zou doen. En toen heb ik aan jou gedacht Kuni. Jij staat me aan, je bent een aardig vrouwtje en als het niet zoo be spottelijk klonk zou ik willen zeggen dat ik bepaald verliefd op je ben." „Maar boerriep het meisje verschrikt. „Dus, sla toe, ik wil je tot boerin ma ken. De menschen kunnen zeggen wat ze willen, ik heb een breeden rug. Zoo'n mooie kans krijgt een arme boerendeerne zooals jij bent niet licht weer." De boer was blijven staan en hield haar 'zijn vlakke hand voor, vast overtuigd dat zo zou toeslaan en het groote geluk dat haar werd aangeboden met dankbaarheid aanvaarden. Zijn verwondering was dus grenzeloos, toen dit niet gebeurde, maar het meisje hem kalm maar beslist antwoordde: „liet is me een groote eer dat do boer van de Zoniiehoeve aan mij gedacht heeft, maar ik kan zijn voorslag niet aannemen, al ben ik ook maar een arm boerenmeisje en hij een rijke eigenboer. „IVa-wat? Ik verkies zulke ongepaste grappen niet aan te hooren. Wat ik gezegd heb is me volkomen ernst en daar behoef je niet mee te spotten," stootte hij in zijn toor nige opwinding uit. „En wat ik gezegd heb eveneens. Ik heb bedankt want ik wil er geen schuld aan hebben en er niet toe meewerken, wanneer Valentin zijn erfpacht ontnomen wordt. Daartoe moet je een ander zoeken, dan Kuni, ik laat me daartoe niet gebruiken." (Wordt vervolgd,}

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1906 | | pagina 1