60",e laargang
Zondag 15 Juli 1906,
No.
Tweede Blad.
Rembrandt.
t
I^SOl
SSï®2ar5
BEKENDMAKING.
IÏINNENLAND,
SCHIEDAMSCM COURAIIT
Deze courant verschijnt*! a g c 1 ij k s, met uitzondering van Zon- cn Feestdagen.
Prijs per kwartaal'; Voor S c li i c d a m en V1 a a r d i 11 ge 11 £1.1.25. Franco
per post fi. 1.G5.
Prijs per weck: Voor Schiedam cn Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertenliën voor het eerstvolgend nummer moeten 'des middags vóór een
uur aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Botcrstraat 68.
LjixnniüEK.
Dt BunassiEESTER van Schiedam,
Gezien het 3de lid van 10 der Landweer-
instructie I
Brengt ter kennis van een ieder die zulks
aangaat
lo. de dienstplichtigen bij de militie te land.
die in den loop van dit jaar een achtjarigen
dienst hebben volbracht, dat zijn in het alge
meen zij, die behooren tot de lichting van 1898.
zullen op 1 Augustus a.s. overgaan naar de
Landweer, met uitzondering echter van de plaats
vervangers, de nummerverwisselaars, zij dia be-
hooren tot een der bereden korpsen of tot het
Korps Torpedisten en die in het genot zijn van
ontheffing van den weikolijken dienst;
2o. zij, die overgaan naar de Landweer
moeten zich vóór 31 Augustus
a.s. aanmelden ter secretarie dezer ge
meente, afdeeling Militie enz., en daarbij inle
veren hun zakboekje met den daarin gohech
ten verlofpas; de verlofgangers evenwel, die
buitenslands verblijf houden, zullen hun zak
boekje met den daarin gehechten verlofpas bij
aangeteekenden brief (met duidplijke vermelding
van hun volledig adres buiten hot Rijk) hebben
toe te zenden aan den Burgemeester hunner
laatste woonplaats binnen het Rijk
3o. zij, die overgaan naar de Landweer, zijn
van af 1 Augustus a.s. onderworpen aan alle
voorschriften voor de Landweer gegeven
Vestigt met nadruk de aandacht op de na
volgende bepalingen der Landweerwet
Artikel 24.
De verlofgangor van de landweer meldt zich
binnen 30 dagen na den dag van zijn overgang
naar de landweer of na dien waarop hem de
verlofpos is uitgereikt, bij den burgemeester
zijner woonplaats aan, ten einde deze den vor-
lofpas, hem bij de landweer of laatstelijk bij do
militie uitgereikt, voor gezien of opnieuw voor
gezien teakene.
De verlofganger van de landweer, dia buiten
hot Rijk woont of verblijf houdt, m die zich
bij zijn vertrek met vnrlof buiten hot Rijk be
geeft, kan, ter vervulling van do verplichting
in het vorig lid omschreven, binnen dan daarin
vermelden termijn zijn verinfpas bij aangetee
kenden brief tor afteekening toezenden aan den
burgemeester zijner laatste woonplaats binnen
het Rijk. De verlofpas wordt hem door dien
burgemeester bij aangeteekenden brief terug
gezonden.
Artikel 25.
De verlofganger van de landweer, die zicli
in eens andere gemeente gaat vestigen, geeft
daarvan kennis aan den burgemeester zijner
woonplaats. Binnen dertig dagen na den dag,
waarop hij komt in de gemeente, waarin hij
zich vestigt, meldt hij zich aan bij den burge
meester dier gemeente, ten einde deze zijn ver
lofpas voor gezien teekene.
Artikel 27.
Do verlofganger van de landweer mag zich
zonder toestemming van Onzen Minister van
Oorlog niet langer dan gedurende een jaar
buitenslands begeven.
Aan den verlofganger van de landweer, die
niet in verzu m is, wordt deze toestemming,
wanneer zij gevraagd wordt en blijkt noodig
Ie zijn ter zake van uitoefening -rn o- opleiding
tot landbouw, handel of nijverheiJ, in gewone
tijden niet geweigerd.
Bij de toestemming kan de verlofganger
worden vrijgesteld van de verplichting tut deel
neming aan de oefeningen m artikel 11 ver
meld, tot het bijwonen van liet tiij artikel 29
voorgeschreven onderzoek en tot liet komen in
werkelijken dienst ingeval van oorlog oorlogs
gevaar of andore buitengewone omstandigheden.
Aan de toesiempiing kunnen overigens zoo
danige voorwaarden worden verbonden als in
hei belang van den dienst noodig worden gn-
oordeeld.
Artikel 28.
De verlofganger van de landweer, die artikel
24, 25 of 27 niet naleeft, wordt in weikelijken
dienst geroepen en daarin gedurende ten hoogste
een maand gehouden. De duur van dezen dienst
wordt bepaald door Onzen Minister van Oorlog
die tevens hot korps van het leger aanwijst
waarbij de werkelijke dienst moet worden vervuld,
Schiedam, den 14den Juli 1906
De Burgemeester voornoemd,
M. A. BRANTS.
Een man, die tot de in ons land inhcem-
sche familie Nurks behoorde, en „al die
Rembrandt-vcreering" onzin vond, word door
een geestdriftige vereerder van den gemalen
kunstenaar' og_ een uiterst eenvoudige wijze
overtuigd, dat bel toch wM reden heeft,
Rembrandt te cenn.
Hebt ge wol "c.is er over nagedacht, dat
honderdduizenden vreemdelingen Amerika
nen, Engclschen, Duitschei':-, Fransehen,
Zweden, Noren, Denen, Italianen, Span
jaarden, A'/.iaten ons land bezoeken, alleen
omdat het 't land van Rembrandt is, en om
dat zij zijn kunst willen zien in zijn eigen
omgeving? Hebt ge u er wel rekenschap
van gegeven, dat rnillioenen in den vreem
de, die ternauwernood weten, dat er een Ne
derland bestaat, onzen stam als een soort van
uitverkoren volk beschouwen, zoodra zij we
ten dat Rembrandt er uit geboren is? lleb.t
gij wel eens een poging gedaan om na te
rekenen, welke vaarde, welke concreie in
goud uit te drukken som dit alles bcteckent,
afgezien van de rreelo waarde zijner werken,
de handel in reproducties daarvan, do we
reldlitteratuur over hem cn zijn kunst, de
materieele beteokenis die dit alles heeft voor
rnillioenen personen die er in betrokken of
aan verbonden zijn?
Zoo alleen maakt men indruk op Nurks.
Mijn lezeressen cn lezers zijn van een
familie die gemakkelijker weet te waardee-
rcn. Ik behoef voor hen do waarde van Rem
brandt niet uit te drukken in geslagen munt,
maar wil trachten hier een indruk te geven
van hot geestelijk goed, dat wij nan dezen
grootcn kunstenaar danken.
De jongen die np 15 Juli LOOG, of mis
schien 1007, hel een slaat even vast als
het andere cn men heeft 1G06 slechts aan
genomen bij wij /.e van verdrag, de jon
gen die op dien datum te Leiden geboren
werd uit het huwelijk van Hermen Gerritsz,
(die naar zijn woonplaats en molen aan den
Ouden Rijn „Van Rhijn" genoemd werd) en
Nccltje Wïllems van Zuydtbroeck, zag als
levensperiode voor zich uitverkoren den tijd
toon de Rcpubhck der Vcroonigde Neder
landen zich in de volle kracht harer jonge
jeugd bevond.
Aanvankelijk bestemd voor de studie,
(hij word ten minsto als student in Je let
teren ingeschreven aan de Academie te Lei
den, wier roemvolle geschiedenis toen nog
zoo vcrsch in hel geheugen lag) toonde hij
reeds vroeg een ungomeencn aanlog voor dc
schilderkunst.
Na een korten leertijd bij den Leidschcn
schilder en burgemeester Jacob Isaiicsz Swa-
ncnburgh, zotte hij zijn studiën voort in hot
atelier van Rioter Lastman, oen Hollander,
die Rome had bezocht, leerde hij hem vooral
op hel gebied der compositie en lichtwer
king veel, wal later in zijn werken tot uiting
zou komen, cn vestigde zich, na zijn terug
keer uit Amsterdam, weder in zijn geboor
testad, om daar zelfstandig dc kunst te be
oefenen.
Do roem van zijn schilder- en ets we ril
drong spoedig door lot in Amsterdam. Dc
stad aan hot IJ, ~aar zoo fier het hart van
hot land klopte, waar het loven, dank zij
de groote vlucht van den ovcrzccschcn han
del, zoo rijk, zoo kleurig en veelbewogen
WUS, moest hom wel krachtig aantrekken.
In 1G31 vestigt hij er zich. Zijn ver
wachtingen werden niet teleurgesteld. On
middellijk vloeide hel werk hem van alle
kanten toe, de rijke burgerij stelde er een
eer in, door hem geportretteerd te worden,
en zijn buis bood geen ruimte om de vele
leerlingen te herbergen, die in zijn werk-
plnals hun opleiding wenschten te ontvangen.
De talrijke portietten, die hij in dien
tijd maakte, zijn voor hem even zoovele
probleemcnhij zocht de menschenzielen
te doorpeilen, >n Ie dringen in hun levens
sfeer, hen op het doek te brengen niet al
leen naar hun uiterlijke verschijning, maar
ook naar hun innerlijk leven.
Maar
schelijk gelaat, ofschoon met groote liefde
verricht, wisselt hij, als de tijd het toelaat,
met vrijer compos'.'ies af, waarin hij geheel
zich zelf is.
Twee belangrijke opdrachten, hem in dien
tijd gedaan, ge1.en hem gelegenheid zijn
volle kunnen te ontplooien. De eerste betrof
het portret van de leden vim het Amslerdam-
scho Chirurgijn,sgildc, Inter bekend als de
„Anatomische les van professor Tulp"
dc andere het uitrukken van het vendel van
Banning Cocq, lieer van Purmerland, een
stuk, dat onder den naam „de Nachtwacht"
wereldberoemd is geworden.
In deze beide stukken, hot cei\.*ê bchoo-
rend lot de gilde- liet tweede tol de schul-
terstukken, reeds schitterend door de schoon
heid van figuren en dólaüs op zich zelf,
kwam een geest lot uiting die zich verre
boven het reeds hoogstaande niveau der toen
malige schilderkunst verheft, door de dra-
kwam hem te slaan op een
gonst van het publiek, liet
matische kracht, die er uit spreekt. Als por
tretgroepen bedoeld, zijn het ieder in zijn
eigen genre, inderdaad handelende groepen,
waarin elk onderdeel van figuratie en kleur
samenwerkt tot het verkrijgen van een over
weldigenden en onverdcelden eenheids-in
druk.
Vóór Rembrandt's tijd waren er gilden-
en sehutterstukken bij menigte gemaakt,
maar geen zooals doze. In de Nachtwacht
intusschcn had hij naar het oordeel zijner
tijdgenooten te veel opgeofferd aan den
totaal-indruk en te zee r verzuimd de af te
beelden personen elk als een afzonderlijk por
tret te behandelen.
Deze critiek v
daling in de
kruidje-roer-mij-niet waar het materieele be
staan van den kunstenaar maar al te veel
van afhangt.
In 1634 was hij gehuwd mot een meisje
uil oen gezeten Friescho familie, Saslda
van Uylenburgh. Haar vader was burgemees
ter van Leeuwarden geweest.
Zij is, zooals ook uit de vele schilderijen,
elsert en teekeningen blijkt, waarop hij haar
afbeeldde, een luchthnrtje geweest, vroolijk
en opgewekt van natuur. Zij heeft zijn leven
gedeeld in de dagen van voorspoed, wel
vaart en weelde; de moeilijke dagen die daar
na kwamen zijn haar gespaard gebleven,
want zij stierf in hot jaar van „de Nacht
wacht" (1642).
Het gebeurde met dat stuk had Rem
brand ts naam bij het groote publiek geschokt.
Do portrelbestellingen verminderden, en hij
was meer dan vroeger aangewezen op de
opbrengst van den verkoop zijner etsen en
schilderijen.
Zijn groote zorgeloosheid en onnadenkend-
ïoid in geldzaken een eigensclmn die onaf
scheidelijk schijnt van het genie zijn
toomlooze zucht lot het collcctioneeren van
kostbare voorwerpen, (schilderijen, beeld
houwwerken, etsen, gravures, wapens, instru
menten, kostbaarheden, rariteiten enz.) en
de aankoop van een huis terwijl hij slechts
een klein doel van de koopsom in contanten
bezat, verhaastte zijn financicelen onder-
deze zorgzame studie van het men-
Prijs der Advcrtentiën: Van 1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen,
Advcrtentiên bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In. de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- on Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertenliën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan hot Bureau te voldoen,
lutere- Telefoon No. 123.
In 1G58 wordt hij failliet verklaard,
zijn inboedel, zijn huis cn zijn collecties
komen onder don hamer, cn als een berooid
man staat hij, 50 jaar oud, zonder midde
len, falliet en insolvent, voor de nood zake
lijkheid van vóór af aan te beginnen.
Hij had in dien tijd een huishoudster,
een jonge vrouw van boerschen afkomst,
Hcndrikjo Stoffels of Jaeghers, die ook her
haaldelijk als model in zijn stukken op
treedt. Uit die verhouding kwam een andere
voort, waarvan de gevolgen niet uitbleven.
Niets geeft ons echter het recht om dr,ze
jonge vrouw te beschouwen als een vrouw
van slechte zeden. Zij werd door de \rien-
den en kennissen van den meester behan
deld met hot respect, dat een eerbare vro iw
toekomt, en Rembrandt's zoon, Titus, ge
boren uit zijn huwelijk met Saskia, had haar
ief als een eigen moeder.
Veeleer was rij een vrouw, die in haar
groote liefde voor den meester zich zelf en
alles vergat. Dat blijkt ook uit de wijze waar
op zij met Titus een arrangement lot stand
bracht, om Rembrandt's lot verder in het
goede spoor te brengen, en hem voor ver
volging van de zijde zijner schuldeischcrs te
vrijwaren.
Zij stichten tezamen een vennootschap,
ten deel hebbende den handel in kunstvoort
brengselen. Rembrandt zal voor hen wer
ken cn daarvoor huisvesting, de kost rn zal
geld genieten, maar aan de vennootschap zelf
heeft hij geen deelalles wat hij bezit, of
later komt te bezitten, zal daarin worden in
gebracht, zoodat geen zijner schuldeischers
hem ooit meer zal kunnen lastig vallen, cn
dc schilder zich onbezorgd aan zijn kunst zal
kunnen wijden.
hier niet langer dan onver
zijn leven stilstaan, maar
een oogenblik te verwijlen
Wij kunnen
mijdelijk is, bij
wenschcn nog
bij zijn kunst.
Zijn grootste roem is verbonden aan do
vele bijbelsche lat'ercelen, die hij heeft ge
sehilderd en geëtst.
Een der merkwaardigste eigenaardigheden
daarvan is, dat '-ij, hoe verheven het onder
werp was, dat liii behandelde, hoe diepzin
nig dc gedachte was, die hij in beeld bracht
daarvoor toch steeds als modellen aanwend
de personen uit hot gewone dagclijksche
loven, cn deze niet idealiseerde, maar ze als
het ware uit de volle werkelijkheid in zijn
stukken overbracht.
Hij concentreert het. licht sterk op die dcc
"ijner compositie welke hij het sterkst
en schaduw houdt daarmee verband; wat
hij ons toonen vil, spreekt onmiddellijk en
zonder zoeken lot ons. Doch tegelijkertijd
geeft dit aan zijn schaduwpardjen dien ge-
heimzinmgen toon, dat raadselachtige, het
welk den beschouwer altijd wat te vermoe
den, te denken, te phantaseeren geeft.
Dit alles is niet alleen toepasselijk op
ijn schilderijen, maar ook op zijn talrijke,
en met veel zorg bewerkte etsen, o. a. dc
bekende „Honderd guldenspret", „de Drie
Kruisen", „Dokter Faustus" enz. enz. Hij
oerde de etskunst op tot een hoogte, zoo
als voor hem niet bekend was cn na hem
door niemand is bereikt. Door de eenvou
dige kruising en krieweling van zwarte lijn
tjes, weet hij een zoo geweldig lichtste ver
rijgen en zoo mysterieuze schaduwen te
verwekken, dat èn wat kracht ën wal loon
betreft, het voor den kunstenaar onbereik
bare bereikt schijnt.
Na 1059 heeft hij niet meer geëtst, het
geen wordt toegeschreven aan een gebrek van
ijn gezichtsvermogen.
Zijn schilderwerk, in zijn eerste tijdperk
kruimig en veelkleurig, in de periode van
den Nachtwacht forscher van kleur en mach
tiger van schaduw, wordt, naarmate hij ouder
wordt, steeds eenvoudiger, zoowel van kleur
als van compositie.
Het zwierige der figuratie maakt plaats
voor meer gebondenheid, de keus der kleuren
blijft gebonden binnen beperkter bestek.
Een der uitnoinendstc werken van den
avond zijns levens in het stuk, bekend als
De Staalmeesters", een groep waardijns
van het gilde dor kkemvevers, allen in s em-
mig zwarte kleedmg aan een tafel gezeten.
Zoo eenvoudig als het onderwerp is, beeft
men van dit stuk en terecht gezegd,
dat niemand voor of na hem zoo dicht het
leven heeft weten to benaderen als liet in
deze portretten is uitgedrukt.
Soms kwanten in dezen laatsten tijd de
schitterende kleurencombinaties van zijn roe-
geren tijd weer terug, maar rijper en glooien
der, als een op\lamming van jeugdige kracht
in een grijsaard die met het leven heeft nfge-
ekend, maar het beter begrijpt dan dc jonk
heid. Dit is b.v. het geval in zijn David,
harpspelende voor Saul."
Andere malen beweegt zijn palet zich
slechts (usschen enkele fijn gekozen kleu
ren, zooals in den „Homerus", waarin een
enkel toetsje karmijnrood de krachtigste
noot is, terwijl dt hoofdtoon gevormd wordt
door een droefgeestig grijzen toon.
In dergelijke stukken spiegelt de som
bere levensavond van den meester zich af.
Hondrikje was hem (waarschijnlijk in
1GG2) ontvallen. Gok zijn zoon Titus ging
hem enkele jaren 'n den dood vooraf.
Den 4cn October 1669 ontsliep de groot
ste kunstenaar die Nederland heeft voort
gebracht.
Zijn levensbeschrijvers en de stukken op
zijn leven betrokking hebbende, doen ons
hem kennen als een eenvoudig mangeheel
overgegeven aan zijn werk; burgerlijk le
vend vele aanzienlijken onder zijn vrienden
tollend, maar z;ch niet schamend voor don
omgang met eenvoud igen en ongeletterden,
vrijheidlievend als een echte Nederlander;
van groot doorzettingsvermogenmeer een
man van de daad dan van het woordin
alles een echte zoon van onzen stam,
Als kunstenaar is hij de diepzinnigste
schilder die onze ïoemrijke kunstgeschiede
nis vermeldt; geniaal in alles; het eenvou
digste en meest platte zelfs door zijn aan
raking verheffend tot iets ongemeens en
verhevens.
Geen kunstenaar icr wereld heeft zoo
zeer twee schiinnaar tegenstrijdige levens
elementen, het verhevene en het allcdaag-
sche, tot elkander welen to brengen en met
elkaar te verzoenen. Dat is de groote betee
kenis van don kunstenaar, die vóór 300 jaren
het levenslicht aanschouwde, en dien Neder
land ja, geheel de beschaafde wereld
thans in diepen eerbied herdenken als een
der uitnemendste en edelsten, die de mensch-
licid heeft voortgebracht.
Zul J) hen C. L. VAN BALEN.
Ion
Te 6 u. 21 min. kwam II. M. van het
Loo te Baarn aan.
Heden te 10 u. 37 min. kwam Z. E. H
de Prins te Soestdijk. Z. IC H. vertrok te
12 u. 19 min. met II. M. de Ivoningin-
Moeder naar Leiden. Terugkomst alndar te
u. 22 min.
Onze Ministers.
De minister van waterstaat, hol] b'chceit
van zijn departement weder aanvaard hebt
bende, brengt ter kennis van belanghebben
den, dat bij1 voortaan eiken Zatc'rdag, to
Beginnen met 21 dezer, desi namiddags tb
2 uur aan het lokaal van. het departement)
van waterstaat op het Binnenhof allen zal
ontvangen, die hom| ovei4 'de zaken vaal!
zijn 'departement wenschen te spreken, j
Personalia.
Rij Kon. besluit van 11 dezer is aan den
heer G. N. Itz een eervol ontslag verleend
uit zijn betrekking van lecraar in de genie-
wetensehappen aan de Koninklijke Militaire
Academie, en zulks met ingang van 1 Sep
tember.
In Hotel des Indes to 's-Gravcnhage zijn
aangekomen: de bisschop; van Maryland,
Mgr. Parel, do militair attaché' van Enge
land bij ons Hof, kolonel Yardo Bnler; do
president van de. Yale-universiteit, Arthur
Havley, uit Ncw-Havenf (Amerika), en de
gewozon burgemeester van New-York, mr,
Hugh Grant.
Het „Stbl." no,, 163 bevat de wet van,
den 7dcn dezer, houdende naturalisatie van
„Hans Chrisloffel", 1ste luitenant derinfan-i
lerie van liet leger in Nederlandscli-Indiöj
geboren te Itothenl) runnen (kaarten Gr au1
biinden, Zwitserland) den 13en September
1865, wonende te 's-Gravenhage.
Ridderorden.
Bij Kon. besluit van 11 dezer is bevorderd
tot officier in de orde van Oranje-Nnssau, de
kolonel A. IV. Knttenbusch, commandant
van liet 4de regiment vesting-artillerie, aan
wien, met ingang van 15 dezer, onder toe
kenning van pensioen, eervol ontslag uit den
militairen dienst is verleend.
G cmeentefl n anclën
Rij Kon. besluit van 7 dezer is aan mr.
R. J. II. Patijn, op zijn daartoe gedaan ver
zoek, eervol ontslag verleend als lid en secre
taris van de bij Kon. besluit van 1 Juli
1903 ingestelde Staatscommissie voor een
onderzoek naar den financicelen toestand der
gemeenten en ter voorbereiding van wette
lijke maatregelen, waardoor die toestand op
dunrzarim grondslagen kan worden geves
tigd; en is in zijn plaats benoemd mr. J. B.
Kan, administrateur bij het departement van.
binnenlandsche zaken.
Delfland.
Bij Kon. besluit is benoemd tot hoog
heemraad van Delfland de lieer W. G. van
den Boor te 's-Gravenhage.
Politietoezicht Soorzee-Tlsscherlj.
De „Stct." (no. 162) bevat' de reisrap
porten van Hr. Ms. schoeners1 „Zeehond"
én „Dolfijn", belast met het politieloeziéht
op de visschcrij' in de Noordzee, geduren
de do' maand' Juni 1906.
wil doen uitkomen. Zijn verdecling van 'icht
Yan hot Hof.
II. M. do Koningin-Moeder is gisteren
middag. met den gewonen trein van halfzes,
in het salonrijtuig der N. G. S. M., van
Apeldoorn naar Soestdijk vertrokken. H. M.
de Koningin on Z. K. II. de Prins deden
Haar in een li la Daumont bespannen rijtuig
uitgeleidde.
Dc Koningin-Moeder droeg oen fraaien rui
ker rozen,
Provinciale subsidie.,
Door de commissie in wier honden zijn
gesteld de verschillende voorstellen van Ged.
Stalen ter behandeling in de a.s. tweede
vergadering is o.m. onderzocht de subsidie
aanvragen voor de:
Huishoud- en Industrieschool
t c Schiedam, De oommissie adviseert
een provinciaal subsidie te verkenen van
f 100Ö 's jaars.
V i s s c h e r ij s c h o o 1 te Vlaar
dingen. De commissie stelt voor reeds
over liet kopende jaar ten behoeve van voor
melde school en voorts tot wederopzegging
een provinciaal subsidie te verkenen van
170 's jaars, onder voorwaarde dat ook het
rijk een jaarlijksche bijdrage verkene, en de
gemeente haar subsidie van f 400, zoomede
het gratis verstrekken der noodige lokaliteit
bestendige.
Vissch er ij school te Maas
sluis. De commissie adviseert een subsi
die uit de provinciale ïondsen toe te kennen
van ƒ150 's jaars.
Bijdrage in de kosten van hot u i t, b a g-
geren derhavnn van Maassluis.
De meerderheid der commissie verklaart zich
vóór de subsidie. De minderheid (één lid)
kan echter liet provinciaal belang der sub
sidie niet inüiep.