kiPiiÉllan' STADSNIEUWS. YLAARDINGEN"." J Fockens t Men seint ons Te Arnhem is heden overleden de hoer J. Foekens, geweren vice-consul vnn Por tugal, oud-wethouder van Tlurlingon en oud lid der Provinciale Staten van Friesland. De overledene die den ouderdom van ruim 88 jaren bereikte was ridder van de Eiken kroon en van verschillende andere orden. Graaf Jules van ïlylandt -j- Ilet stoffelijk overschot van den to St. Moritz, in Zwitserland, zoo' noodlottig om gekomen Graaf van Bijlaadt, is gisteravond van daar in de residentie aangekomen, om Zaterdag op de begraafplaats Oud-Dik en Duinen ter aarde te worden besteld. Be stoet zal te ongeveer luil Ft waal f op de begraafplaats aankomen. „Ajakkes liet orgaan der Nationaal-Historische partij, het stemmen van de Eerste Ka merleden Van Leeuwen, Stork en Van Weideren Reagens voor de Oorlogsbegroo- ting besprekend, keurt de houding van die hoeren sterk af en betoogt, dat zij. na hun eritiek op 's Ministers beleid, niet vóór hadden mogen stemmen. „Op de gereserveerde tribune werd dit, evenals de voorafgaande verklaringen van de heeron Van Leeuwen en Stork dan ook met een afkeurend gemompel en uit roepon van „ajakkes!" begroet, verzekert het blad. Wij zouden naar aanleiding daarvan het volgende willen viagen: Als men elkaar h propos van het vo tum der Eerste Kamer met „ajakkes!" viil gaan bestrijden, gelooft het orgaan der „Nationaal-TIistorische Partij" dan niet, dat de voorstanders van 's Ministers be leid, óók aanleiding zouden hebben tot dien, uitroep? Eu niet ééns, maar vele, vele muleta? Ja, dat men zou kunnen vin den. dat, als het woord „ajakkes!" nog niet in onze taal ware opgenomen, het voor dit geval uitgevonden had kunnen wor den Dat wil zeggen, indien men elkander over de openbare zaak met „ajakkes!" wil gaan bestrijdenwij geven de voorkeur aan „andere" argumenten. („Vad.") Publieke werken te Amsterdam. Naar de „Tel." meldt, zal zeer spoedig een voordracht van B. en \Y. van Amster dam aan den Raad verschijnen, ter benoe ming van een nieuwen directeur van pu blieke werken. B. en \V. zijn tot over eenstemming met den nieuwen titularis ge raakt. Grondwetsherziening en Algem, kiesrecht. In een vergadering van de federatie der plaatselijke afdeeliugen van het Al gemeen Nedorl. Werkliedenverbond met het bestuur van de Vrijzinnig-Democrati sche Kiesvereeniging Rotterdam, 'zijn als commissarissen aangewezen om zitting te nomen Irt het plaatselijk propaganda-co- mité voor Grondwetsherziening en alge meen kiesrecht de heeren: C. P. VV. Wijnen, afd. Kralingen, C, Quispel, afd. Rotterdam, P. Vis ser, aid. Hillesluis, H. Heijhoom, afd. Delfs- haven, mr. "S. J. L. Van Aalten Jr., W. P. De Vries en Cr. Van Pelt van de Vrijzin nig-Democratische Kiesvereeniging Rot terdam. Tereenlglng voor de slaathaishoudkundo. In de eerstvolgende algenaeene vergade- ring van de Vereen, voor de Staathuishoud kunde en de statistiek te 's-Gmvenhage zijn door het Bestuur aan de orde gesteld de, vraagpunten: Welke te-tcekenis moet worden toegekend aan d<- eixiperatie van kleine ondernemers op het gebied van landbouw, handel en nijverheid? Heeft deze coöperatie van Staatswege bevordering noo- dig? Zoo ja, waarin zou die dan kunnen bestaan? Op uitnopdiging van het Bestuur hebben zich bereid verklaard als prneadviseurs over deze vragen op te treden de hemen Dr. D. Bos, dr. J. Kouwens, K. Itevne en mr. II. J. Tasman. Bovendien verklaarde de hoer mr. E. M. Meyers zich bereid een zakelijk rapport uit tc brengen nopens den tegenwoor- digen stand van deze coöperatie hier Ie lande. OVERSCHIE, 22 Febr. Door den heer Van Velzen, rijksveearts te Schiedam is bij de kinderen van. Suijker alhier miltvuur ge constateerd een koe aan die ziekte gestor ven is reeds op de gebruikelijke wijze ver nietigd geworden. Den Isten Maart a.s. hoopt de brieven besteller P. J. Rosman den dag te herden ken waarop hij voor vijf-en-twintig jaar aan het postkantoor alhier in dienst trad. Daar door den hoogen storm gistermor gen eenige stoenen uit den toren nabij den ingang in de Nieuwstraat loslieten en naar beneden kwamen, is er, om onge lukkon te voorkomen, den geheelen dag door do politie een post geplaatst, ten einde do voorbijgangers tc waarschuwen. gelegd, is hij por rijtuig naar zijn woning 1 gebracht. Vermoedelijk i.s oen lichte kneu zing een gevolg van den val. In dezelfde branderij viel om 2 uur de meesterknecht Zonneveld van den ketel met zijn gezicht op den grond. Bewusteloos opgenomen is hij door zijn kameraden bijgebracht, waarna dr'. Ris spoe dig ter plaatse was, die slechts eenige lichte verwondingen constateerde. Gisteren toen hei water steeg 1,50 M. boven A. P. wilde men naar gewoonte de sluisdeuren van de keersluis der lmven te Vhumiingen sluiten. \Vnt men ook deed, men kon de deuren niet dicht krijgen, zoo dat men was genoodzaakt he! water door te laten. Gelukkig rees het wafer niet hooger dan 1,G8 M. boven A. I'. en kwam het even tot den kant. Alen vraagt zich af, wat had kunnen gebeuren, indien het watei als hij den vorige» storm tot 1! meter boven A. P. was gestegen. Maandag waren de sluisdeuren mjg beproefd en in orde bevonden. Bij de opvolgende eh bracht een onderzoek aan' hot licht, dat. op den dorpel van de sluis een heel vloerkleed en een touw lagen, die de sluisdeuren beletten geheel dicht te gaan. Ditmaals is het nog goed afgeloopen. Naar we vernemen zal heden door een duiker worden onderzocht waarom de ki>er- sluis niet geheel kan worden gesloten. Hedenmorgen 9 uur had de branders- knecht A. Alliveld wonende in de Pernis- schostraut het ongeluk irt de branderij van den heer J. II. Houtman aan de Nieuwe Haven to vallen waardoor hij een gisttobbe op zijn linkerbeen kreeg. Nadat door dr. £>e Bruyn een voorloopig verband was aan- Verbijsterend en ontzettend zijn do bij- zonderheden die over het hartverscheurend onheil aan den Hoek van Holland bekend worden gemaakt. liet hoogst dramatische van de vreeselijke rump dm ontroering wekt ver over zee en over de grenzen is, dat de hulp van reddingfrbooten en sloophouten niets ver mocht uit tc richten. D e c enig gered d e van de opvaren den van het s.s. „Berlin" is de kapitein Parkersou, die de reis als passagier mee maakte. Vermoedelijk zal hij vandaag moe- deelingen omtrent de ramp kunnen doen en zal de juiste toedracht bekend worden. Wat de oorzaak der ramp aangaat wordt vermoed dat oen defect, hetzij aan de machine, het zij aan het staurtoestel van de „Berlin" het =chip machteloos heeft gemaakt en er wa ren slechts enkele brekers noodig om het schip, dat de goede richting moet hebben gehad, uit den koers te brengen on op den stecneil pier te smakken. De hulpbieding. De kapitein van de stoomreddingsboot de heer G, Jansen, deed het volgende verhaal van de pogingen om het geteisterde schip te bereiken.' Van 's morgens vroeg tot donker was de reddingboot nabij het verongelukte schip om hulp te bieden, om te redden wat te redden was, maar het heeft niet mogen zijn, zeide kapitein. Jansen, een man, uit wiens geheele wezen kalmte en vastberadenheid spreken. De zee was te hol en het water was tc hoog. Tweemaal was het gelukt door het overbren gen van een lijn met behulp van het schiet- toestel verbinding met het schip te krijgen, doch de lijn brak, en de derde maal brak de ankertros. Reeds spoedig na de stranding i.s het schip gebroken, midden door, kort achter de ma chinekamer, bii het begin van den tunnel, liet schip brak niet, gelijk gewoonlijk ge schiedt, van boven naar onder, zoodat de afwijking begint aan het dek. Het dek bleef ditmaal juist heel, daarentegen schoof het schip van onder uit elkaar. Hierin ziet men een bewijs, dat de „Berlin" bijzonder sterk moet zijn geweest. Onmiddellijk na hel doorbreken verdween het voorschip irt de diepte en daarmede een groot gedeelte der opvarenden. Er waren vóór de -eheuring naar schatting een 60 A 70 menschen op dek, maar dat getal kan ook wel grootar geweest zijn. Toen do reddingboot het schip naderde moeten de loods en de kapitein reeds over boord geslagen zijn geweest. Immers de per- ionen, die toen op de commandobrug ston den, bleken later te ziin de nu geredde kapitein Parkerson en de eerste stuurman. liet ergste was, dat hij tegen den avond naar binnen had moeten komen, terwijl er nog menschen aan boord waren, die in doodsangst naar redding uitzagen. „Als het nog niet bekend is, zet het dan maar niet in de courant krijg ik ze vannacht nog des te beter", zeide kapt. Jansen. Maar het was al bekend. Vier ongelukkigcn stonden er onder het sloependek, éen man in uniform, hij behoor de dus tot de equipage, of het was een joods, er waren nl. drie Rotterdamsche binnen loodsen als passagiers aan boord. De dienst doende loods heette Brander en stond bekend als een hoogst bekwaam man. De bemanning van de reddingboot cn de schipbreukelingen konden elkaar duidelijk zien. De hoot was toen tot op slechts 10 me ter van het wrak genaderd, oen enkele maal moest, zelfs full speed achteruit worden ge stoomd, om niet tegen het schip aan te ko men. Men kon aan boord van de reddingboot de mannen op het wrak duidelijk verstaan en men had ze ook gemakkelijk kunnen be roepen, maar men had tot, elkaar gezegd „laten wij, nu wij toch niet anders kunnen zeggen, dan dat wij zo niet helpen kunnen, in Jezusnaam maar niet antwoorden." E tl h ti I p w a s o n m o g e 1 ij k. Pe was inderdaad buitengewoon woest, maar toch ware, wanneer het schip op een andere plaats had gezeten, redding niet on mogelijk geweest. Maar hier was niets te be ginnen het schip zit als een rots, waar alles tegen te pletter slaat. „Anders, voor zoover de toestand van de zee aangaat, heb ik wel erger reddingen ge daan, zeide kapt. Jansen. Des nvoifds zou hij met zijn bemanning weer gaan probeoren, wat gedaan kon wor den. liet meest geschikte moment in ver band met het tij zou zijn vannacht om één tiur. Als zij het maar zoolang uithouden En het wrak? Het kan nog verder uit el kaar slaan vannacht. Aleer wegzinken of af glijden van den dam kan het niet, daarvoor zit het te vast. liet nog boven water uitste kende achterschip is aan den buitenkant geheel opengebarsten. Toch schijnen de on gelukkigcn er nog oen plaatsje te hebben om te schuilen. Althans '/ij verdwijnen tel kens weer en worden dan af en toe ven voor een weer zichtbaar. Afct den toon van iemand, die in hot volle besef is zijn plicht te hebben gedaan, ver klaarde kapt. Jansen: „Ik ben tr voor mij van overtuigd, dat wij gedaan hebben wat wij korden." Kapitein Jansen heeft in ruim 12 jaren 830 reddingen verricht. De stoomreddings boot „President van Heel", is de eenige stoomreddingsboot op onze geheele kust en bet eigendom van de Zuid-IIollandseJie ltcd- dingmaatsehappij. Het Rijk houdt cr geen reddingsbooten op na. Do bemanning der boot bestaat uit 9 wakkere mannen, er is voor 50 gered den plaats. Om de geredden over te ne men, was er gisteren steeds «cn sleepboot in de nabijheid. Zij heeft Imlaas geen dienst behoeven te doen Aan boord daarvan be vonden zich do heeren dr. Van Arkel en Thibaut, quarantaine-arts, en een R.-K. geestelijke, benevens de heer Preteers van de wede rij. L! e omgekomenen. Donderdagmorgen even hali'zes zag men het electrische licht aan boord uitgaan. In het duister moet toen een vreeselijk drama zich hebben afgespeeld. De personen die zich in het voorgedeelte bevonden, de eer ste kiasse passagiers dus, moeten door de golven weggeslagen, stuk voor stuk hun graf in de zee hebben gevonden; wat van die op liet gisteren nog omhoog zittende achtergedeelte geworden is, was tot op gisteravond nog niets bekend; men hoopte nog altijd enkele opvarenden te redden, zoodra het weer bedaarde, maar mogelijk is de hulp te laat gekomen... Het aantal passagiers bedroeg 90, dat der bemanning 53, tezamen 143. Gisteren waren reeds '2G lijken aangespoeld: 21 van mannen, 4 van vrouwen, één van een jon getje van 5 jaren. Humaanworden de slachtoffers behan deld. Be geestelijkheid van Maassluis en van den Hoek is in de onnuddellijke nabij heid, gereed om de stervenden bij te staan. Aan alle drenkelingen wordt nog het H. Oliesel toegediend. In do derde klasse wacht kamer worden door dokters nog pogingen in het Work gesteld om de levensgeesten veer op te wekken, maar steeds tevergeefs. Dan gaan de arme .slachtoffers van de ramp naar een ruime, heldere loods van de HollandAmeriba-lijn. Den geheelen dag waren daar bezig met de behandeling" 'der lijken zuster Postma, geholpen door méj, Stolze, benevens de sergeant van den hospitaaldie nat Kwikkei en do ambtenaar van de S.S. Rroekhout. Een verpletterenden aanblik leveren de iarige rijen dooden op. In lakens gespéld lagen zij naast elkander, het gelaat onbe dekt in verband met de herkenning. Alles geschiedde hier in de meest vol maakte orde, ondanks de groote bedrijvig heid, die er hccrschte. De groote loods der HollandAmerika- lijn werd in een rouwkapo! herschapen. De lijken liggen er- op in allerijl getimmer de baren, wit bekleed met zwarte, afzet ting, de wanden zijn behangen met zwart doek, terwijl zwart crème en bloemen en groene takken bij iedere baar zijn aange bracht. Nog weinigen zijn herkend, die niet tot de bemanning hebben behoord. De leden van de equipage der gister avond binnengekomen boot van do Ilar- wich-lijn herkenden voor een doet hun vroegere kameraden. Dezelfde menschen rapporteerden, dat zij bij het voorbijvaren van het wrak om hulp hadden hooren roepen. Inmiddels zijn de rewlingsboot en de sleepboot, waarop zich wederom een kape laan en de dokter bevonden, naar den pier gegaan. De storm was iets minder hevig, do zee evenwel nog "hol. Gisteren zijn betrekkelijk weinig lijken aangedreven. Vermoedelijk: zullen heden nacht met den vloed meerdere op het strand aanspoelen. De eenige geredde dreef zon der zwemgordel rond; hij had een paar stukken hout onder de armen en daarop dreef hij. Alle andere drenkelingen hadden bijna zonder uitzondering zwemgordels (zwem vesten) aan. Zij waren evenwel van koude en uitputting omgekomen. Onmiddellijk wer den alle pogingen aangewend door de dok toren oin de "levensgeesten op te wekken, maar ook deze pogingen bleven helaas steeds vruchteloos. Roods zijn herkond de heer A. Kruger, verbonden aan de rijschool te 's-Graven- hage; L. 11. Lamotte, woonplaats onbe kend; Woods, eon stoker, mrs, Boomes, eon stewardess en haar zoon, een ma troos; \V. J. Moor, de chief steward; Pa tricks, matroos, en mr. C. W, B, Ander son, eon passagier uit Hult, Onder do verdronkenen moet zich ook bevinden do koerier van het F ranse lie Itot', op weg naar Berlijn en Kopenhagen. Do meeste passagiers hebben zich niet laten inschrijven, maar namen rechtstreeks een passagebiljet, zoodat hun namen niet bij de directie van de 'Great Eastern te Londen, bekend zijn. Van de Nederlandsche passagiers zijn omgekomen de heer M. R ais ma n en diens zoon, diamanthandela ren to Amsterdam, en de heer de Groot, diamantklover Ie Amsterdam. De gewoonte aan boord is, dat de pas sagiers worden gewekt wanneer men in hel gezicht der kust komt. Wanneer men dus in aanmerking neemt, dat het schip in de onmiddellijke nabijheid van de ha ven is verloren gegaan, kan men met ze kerheid zeggen, dat de passagiers niet iu hun bedden door de ramp zijn overvallen, doch reeds gekleed moeten zijn geweest. De mogelijkheid van herkenning der aan- gespookte lijken wordt hierdoor aanzien lijk vergroot. Intusschen is de waarschijnlijkheid groot, dat vete passagiers door het nootUveci zwaar zeeziek waren, en dus niet het volb besef van de vamp hebben gehad. Tot do passagiers behoorden ook de hoc ren D. Davidson van Rotterdam en V m der Alealon, en de heer en mevr. Serabs- ki, die haren doodzieken vader ging be zooken. „Lloyds" doolt mode, dat er 19 leden der Duitsche opera, die van Londen kwa men, aanboord waren. G e o n hulp m o g e 1 ij k. Do „Batavier III", die gistermorgen na de rampzalige Harwichboot den Water weg trachtte binnen te komen, slaagde er eerst na verscheidene pogingen in 'om bij een momenteel gunstigen toestand, binnen te komen. Aanboord zag men toen, dat de „Berlin" "dwars op de pier zat. Ter hoogte van de machinekamer was hel schip doorgebroken, zoodat zoowel het voor- als het achterschip onder water zat Achter de machinekamer stonden naai schatting veertig menschen, die zich zoo good mogelijk, trachtten vast te houden. Hun geroep om hulp en hunne jammer kreten sneed door de ziel, maar er was gcon helpen aan, vólgens de matrozen der „Batavier". Hadden we een poging ge waagd, dan zou ons schip en wij allen vast en zeker verloren zijn geweest. Het is wel verschrikkelijk vulde een ma troos aan. Dan moet je er met zoo een groot schip bij zijn en niet kunnen helpen, want het kan je zelf ook overkopren. Hoe moer ons schip zich verwijderde, hoe har der wij jje jammerkreten hoorden. Ook was er nog een sleepboot, maar die 'kon evenmin iets helpen dan wij. De „Berlin" was een stalen dubbel .schroefstoomboot, in 1894 in Engeland ge bouwd, met een bruto-tonnenmaat van 1775 (nette 59G ton). De afmetingen waren lengte 302, breedte 3G en holte 16 Eng. voe len. Het vaartuig had de aanzienlijke snel heid van 17 mijl. Het schip behoorde aan de Great Eastern Railway-Comp, die, in samenwerking met de Iloll. IJzeren Spoorweg-Afaatschappij, de verbinding tusschen Harwich en den Hoek van Holland onderhoudt. Verhaat van een ooggetuige. De firma Dirkzwager te Maassluis, heeft aan den Hoek van Holland 'n reporter, die geregeld de in- en"uitgaande schepen naar diverse plaatsen opgeeft. Deze repor ter verhaalt ongeveer als volgt: Hij zag de „Berlin' om ongeveer 5 uur 15 min. uit zee naar binnen komen. Toen lag het schip dwars en was op de Noorder- pier geloopen. Onmiddellijk werd de stoom- reddingboot „President van Heel" uitgezon den, doch kon geen hulp bicden, door de zware zeeën. De wind was zeer hevig en kwam ifit hot N. W. ten N„ en geleek moor op een orkaan. Hij had geen sig naal van boord gemerkt. Op dat oogen- blik stond er 118 decimeter water, terwijl or gewoonlijk ongeveer 104 d.AI. staat. Te half zes ongeveer, gingen plotseling de lichten uit, waaruit kon worden op gemaakt dat do machine defect was,' of dat er water in de machinekamer was gestroomd. Op het voorschip zag hij een massa men.schon, die voorzien waren van zwemgordels, en zich op elkander drongen. Bij het dagworden kon dc reporter alles onderscheidon; eerst de breuk met den achtermast achterover hollend. Langza merhand kon hij do deelen van elkander zien scheuren en om half negen was alles in de woedende zee verdwenen Aan den dood ontsnapt. De bekende Nederlandschc opera-zan- gor Jos. AI, Orolio, thans tc Londen, was van plan zich bij zijn vrienden te voegen aan boord van het schip; maar daar hij geen geld genoog meer had moest hij hier blijven, totdat hij - dit uit Holland van zijn vrouw had ontvangen. De heer Betering, directeur der Ko ninklijke Potroleummaatsehappij, had oen hut besteld, doch veranderde op het laat ste oogenblik van plan, en bleef te Lon den, zoodat ook hij van een wissen dood ontsnapt is. Zeker moot het zijn, dat de directeur van het opera-gezelschap, do heer Ernst Van Dijk,, zich niet aan boord bevond. liet gezelschap was niet op reis naar Darm stadt, maar naar Dordtmund. De „Etoile Beige" kan uit goede bron hel gerucht tegenspreken, dat or D61, sche artisten order de omgekomenen don zijn. Er was sprake van Ernest v," Dyck on Ëugènc Isayo, maar do eert! bevindt zich nog to London, de tvvewl! te Wennen. olgens do ^Evening Standaard" Mi bon me}. Irene Scharror, een bekende tó instc, on do kapelmeester der Diiii opera, Wopol-d Reiclnvein, op het haM oogenblik hun reis met* do „Berlin"Jit gesteld en zijn te Londen achtergebleven Aren vreest, dat Fraulein Schone, dieto Londen Elisabeth in „Tannhauser" en Eist in „Lohengrin" gezongen heeft, en de heer •cn mevrouw Ru nek van dc opera onrl„, do slachtoffers behooren. Aan booul van de „Berlin" bevond ziek een aanzienlijke hoeveelheid diamanten ter waarde van vele duizenden pond™ sterling. Kapitein Precious van de „Berlin" was de oudste gezagvoerder 'der lijn; hij «ad 2G jaar in lyaar dienst, waarvan 14 ,'p kapitein Betuigingen van deelnoming. II. AL de Koningin hooft aan do ver tegenwoordigers der Great Eastern Rail way, de heeren Hudig en Pieters te Rot- tordam, oen telegram gezor«jon, Waarin zij Hare innige deelneming met dc ramp be tuigt. Lord Knoilys, de particuliere secretaris van koning Edward, seinde aan den direc teur-generaal van de Great Eastern Rail, way: „Do Koning en de Koningin dragen mij op medo te deelen, dat ze smartelijk getroffen zijn door het vergaan van de „Berlin" on het vreeselijk verlies van menschenlevens, dat daarvan hot gevolg was. De burgemeester van 's Gravtnzsmde ontving van vele autoriteiten aanvragen of buitengewone hulp noodig. was, o. a. van den Minister van Waterstaat en van Landbouw, Handel en Nijverhc'.f en van den Commissaris der Koningin. Van Prins Hendrik werd bericht ont vliegen, dat Z. K. H. hedenmorgen het terrein van de ramp zal bezoeken. Het verhaal van kapitein Parkinson. De correspondent van het „Hbd." te Hoek van Holland, had een onderhoud mot den eenigen man tlie gered werd: G. W. Parkinson, een Ier, gezagvoerder bij de v,Ocean" stoomvaartlijn te Liter- pool. Hij is een krachtig gebouwd persoon van omstreeks 50 jaar. Zijn verhaal komt op het volgende neer: „Ik lag in mijn kooi, toen ik gewekt werd door een hevigen schok. !k begreep dat er iets niet in den haak was, trok vlug enkele kleedingstukken aan en toen ik vernam wat er gaande was', kleedde ik mij verder nagenoeg heel aan. Ik zag nog iemand dien ik kende, een zekeren Holton, die voor za ken naar Aloskou ging en die vóór zijn vertrek, evenals anderen, oen verzekering van 500 pond sterling had gesloten. Toen hij mij dat verteld bad, zei ik hem dat hij de polis niet hij zich had moeten hou den, waarop hij antwoordde, dat ik ge. lijk had on dat hij het document van Har wich .uit terug zon zenden. Of hij dat nog gedaan heeft, weet ik niet. Ik zag hent hot laatst terwijl hij half uit zijn kooi was gekomen en ik riep hem toe: „Good bye, Holton, perhaps we'll never moet again", ging naar boven op de brug (het moei ongeveer half vijf geweest zijn) cn zei tot den eersten stuurman: „This is going to be a bad jol)", waarop hij ant woordde: „Jt is". Kort daarop werd ik door een stortzee van boord geslagen, maar ik wist hoven tc komen en begon te zwemmen. Eerst trachtte ik „een groot stuk wrakhout tc bereiken, maar dat gelukte mij niet. Zcc na zee sloeg mij over het hoofd. Een tweede maal zag ik weer iets in mijn nabij heid. Ik slaagde er in het te bereiken cn Ie grijpen. Het was een lijk, drijvend met het hoofd en de ledematen onder water. Toen ik dat had losgelaten, zocht ik weer iets anders en slaagde er eindelijk in een stuk hout te, grijpen. Ik zag een boot die uitging, het was een Engelschc boot en ik stak mijn stuk hout op om hun ma* dacht to trekken. Ze zagen mij en schreeuw den mij iets toe, doch zij konden niet bij mij komen. Telkens sloegen de zeeën ovei mij heen, ik kreeg veel water binnen en werd koud en zeer slaperig. Ik voelde mij alsof ik zacht en aangenaam in slaap begon te gaan. Toen kwam daar opeens de reddings boot Zij staken mij oen bootshaak toe, dio ik greep en daarna trokken zij mij aan beide handen aan boord. Wij vroegen den, geredde of hij toen niet bewusteloos was geworden, maar h'j antwoordde ontkennend. Ik trachtte nnj, zoi hij, zooveel mogelijk to verwarmen door jassen over mij heen te trekken on ik had hoewel ik nooit sterken drank urm", hol gevoel, dat een paar slokjes cognac mij nu toch goed zouden doen. Ik 'ofl geen druppel binnen krijgen. De geredde was vol dankbaarhein e lof over dc liefderijke behandeling die 1!J in hotel „America" had ontvangen, «<ta do dochter des huizes hem had warm g wreven en allen zich hadden aitgepn u zorgen om hem behoorlijk te verwannen- ITit dimlrteinrJioirl natïl llii. naar Wij gro der bij een afg WK dus totc der slat gen doo A den daa mor er T too nka loot oog. Die den 0 ong. vroi mid. ang D. als vest en ster! Ei baai gebe tiaar latter re leen Ivan uier .cms 1 voor laat Di, hep .meer aog staar mot anderen hoorden, een gouden nng Chineesche teekens er op van zijn ,,in^ en schonk dien aan de dochter des huize

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 2