kiPiiÉllan'
STADSNIEUWS.
YLAARDINGEN"."
J Fockens t
Men seint ons
Te Arnhem is heden overleden de hoer
J. Foekens, geweren vice-consul vnn Por
tugal, oud-wethouder van Tlurlingon en oud
lid der Provinciale Staten van Friesland.
De overledene die den ouderdom van ruim
88 jaren bereikte was ridder van de Eiken
kroon en van verschillende andere orden.
Graaf Jules van ïlylandt -j-
Ilet stoffelijk overschot van den to St.
Moritz, in Zwitserland, zoo' noodlottig om
gekomen Graaf van Bijlaadt, is gisteravond
van daar in de residentie aangekomen, om
Zaterdag op de begraafplaats Oud-Dik en
Duinen ter aarde te worden besteld.
Be stoet zal te ongeveer luil Ft waal f op de
begraafplaats aankomen.
„Ajakkes
liet orgaan der Nationaal-Historische
partij, het stemmen van de Eerste Ka
merleden Van Leeuwen, Stork en Van
Weideren Reagens voor de Oorlogsbegroo-
ting besprekend, keurt de houding van
die hoeren sterk af en betoogt, dat zij.
na hun eritiek op 's Ministers beleid, niet
vóór hadden mogen stemmen.
„Op de gereserveerde tribune werd dit,
evenals de voorafgaande verklaringen van
de heeron Van Leeuwen en Stork dan
ook met een afkeurend gemompel en uit
roepon van „ajakkes!" begroet, verzekert
het blad.
Wij zouden naar aanleiding daarvan
het volgende willen viagen:
Als men elkaar h propos van het vo
tum der Eerste Kamer met „ajakkes!"
viil gaan bestrijden, gelooft het orgaan der
„Nationaal-TIistorische Partij" dan niet,
dat de voorstanders van 's Ministers be
leid, óók aanleiding zouden hebben tot
dien, uitroep? Eu niet ééns, maar vele,
vele muleta? Ja, dat men zou kunnen vin
den. dat, als het woord „ajakkes!" nog
niet in onze taal ware opgenomen, het voor
dit geval uitgevonden had kunnen wor
den
Dat wil zeggen, indien men elkander
over de openbare zaak met „ajakkes!"
wil gaan bestrijdenwij geven de voorkeur
aan „andere" argumenten. („Vad.")
Publieke werken te Amsterdam.
Naar de „Tel." meldt, zal zeer spoedig
een voordracht van B. en \Y. van Amster
dam aan den Raad verschijnen, ter benoe
ming van een nieuwen directeur van pu
blieke werken. B. en \V. zijn tot over
eenstemming met den nieuwen titularis ge
raakt.
Grondwetsherziening en Algem, kiesrecht.
In een vergadering van de federatie
der plaatselijke afdeeliugen van het Al
gemeen Nedorl. Werkliedenverbond met
het bestuur van de Vrijzinnig-Democrati
sche Kiesvereeniging Rotterdam, 'zijn als
commissarissen aangewezen om zitting te
nomen Irt het plaatselijk propaganda-co-
mité voor Grondwetsherziening en alge
meen kiesrecht de heeren:
C. P. VV. Wijnen, afd. Kralingen,
C, Quispel, afd. Rotterdam, P. Vis
ser, aid. Hillesluis, H. Heijhoom, afd. Delfs-
haven, mr. "S. J. L. Van Aalten Jr., W.
P. De Vries en Cr. Van Pelt van de Vrijzin
nig-Democratische Kiesvereeniging Rot
terdam.
Tereenlglng voor de slaathaishoudkundo.
In de eerstvolgende algenaeene vergade-
ring van de Vereen, voor de Staathuishoud
kunde en de statistiek te 's-Gmvenhage
zijn door het Bestuur aan de orde gesteld
de, vraagpunten: Welke te-tcekenis moet
worden toegekend aan d<- eixiperatie van
kleine ondernemers op het gebied van
landbouw, handel en nijverheid? Heeft deze
coöperatie van Staatswege bevordering noo-
dig? Zoo ja, waarin zou die dan kunnen
bestaan?
Op uitnopdiging van het Bestuur hebben
zich bereid verklaard als prneadviseurs over
deze vragen op te treden de hemen Dr. D.
Bos, dr. J. Kouwens, K. Itevne en mr. II.
J. Tasman. Bovendien verklaarde de hoer
mr. E. M. Meyers zich bereid een zakelijk
rapport uit tc brengen nopens den tegenwoor-
digen stand van deze coöperatie hier Ie
lande.
OVERSCHIE, 22 Febr. Door den heer
Van Velzen, rijksveearts te Schiedam is bij
de kinderen van. Suijker alhier miltvuur ge
constateerd een koe aan die ziekte gestor
ven is reeds op de gebruikelijke wijze ver
nietigd geworden.
Den Isten Maart a.s. hoopt de brieven
besteller P. J. Rosman den dag te herden
ken waarop hij voor vijf-en-twintig jaar aan
het postkantoor alhier in dienst trad.
Daar door den hoogen storm gistermor
gen eenige stoenen uit den toren nabij
den ingang in de Nieuwstraat loslieten en
naar beneden kwamen, is er, om onge
lukkon te voorkomen, den geheelen dag
door do politie een post geplaatst, ten
einde do voorbijgangers tc waarschuwen.
gelegd, is hij por rijtuig naar zijn woning 1
gebracht. Vermoedelijk i.s oen lichte kneu
zing een gevolg van den val.
In dezelfde branderij viel om 2 uur de
meesterknecht Zonneveld van den ketel met
zijn gezicht op den grond.
Bewusteloos opgenomen is hij door zijn
kameraden bijgebracht, waarna dr'. Ris spoe
dig ter plaatse was, die slechts eenige lichte
verwondingen constateerde.
Gisteren toen hei water steeg 1,50 M.
boven A. P. wilde men naar gewoonte de
sluisdeuren van de keersluis der lmven te
Vhumiingen sluiten. \Vnt men ook deed,
men kon de deuren niet dicht krijgen, zoo
dat men was genoodzaakt he! water door
te laten. Gelukkig rees het wafer niet hooger
dan 1,G8 M. boven A. I'. en kwam het even
tot den kant. Alen vraagt zich af, wat had
kunnen gebeuren, indien het watei als hij
den vorige» storm tot 1! meter boven A. P.
was gestegen. Maandag waren de sluisdeuren
mjg beproefd en in orde bevonden. Bij de
opvolgende eh bracht een onderzoek aan'
hot licht, dat. op den dorpel van de sluis
een heel vloerkleed en een touw lagen, die
de sluisdeuren beletten geheel dicht te gaan.
Ditmaals is het nog goed afgeloopen.
Naar we vernemen zal heden door een
duiker worden onderzocht waarom de ki>er-
sluis niet geheel kan worden gesloten.
Hedenmorgen 9 uur had de branders-
knecht A. Alliveld wonende in de Pernis-
schostraut het ongeluk irt de branderij van
den heer J. II. Houtman aan de Nieuwe
Haven to vallen waardoor hij een gisttobbe
op zijn linkerbeen kreeg. Nadat door dr.
£>e Bruyn een voorloopig verband was aan-
Verbijsterend en ontzettend zijn do bij-
zonderheden die over het hartverscheurend
onheil aan den Hoek van Holland bekend
worden gemaakt. liet hoogst dramatische van
de vreeselijke rump dm ontroering wekt ver
over zee en over de grenzen is, dat de hulp
van reddingfrbooten en sloophouten niets ver
mocht uit tc richten.
D e c enig gered d e van de opvaren
den van het s.s. „Berlin" is de kapitein
Parkersou, die de reis als passagier mee
maakte. Vermoedelijk zal hij vandaag moe-
deelingen omtrent de ramp kunnen doen en
zal de juiste toedracht bekend worden. Wat
de oorzaak der ramp aangaat wordt vermoed
dat oen defect, hetzij aan de machine, het
zij aan het staurtoestel van de „Berlin" het
=chip machteloos heeft gemaakt en er wa
ren slechts enkele brekers noodig om het
schip, dat de goede richting moet hebben
gehad, uit den koers te brengen on op den
stecneil pier te smakken.
De hulpbieding.
De kapitein van de stoomreddingsboot de
heer G, Jansen, deed het volgende verhaal
van de pogingen om het geteisterde schip
te bereiken.'
Van 's morgens vroeg tot donker was de
reddingboot nabij het verongelukte schip om
hulp te bieden, om te redden wat te redden
was, maar het heeft niet mogen zijn, zeide
kapitein. Jansen, een man, uit wiens geheele
wezen kalmte en vastberadenheid spreken.
De zee was te hol en het water was tc hoog.
Tweemaal was het gelukt door het overbren
gen van een lijn met behulp van het schiet-
toestel verbinding met het schip te krijgen,
doch de lijn brak, en de derde maal brak
de ankertros.
Reeds spoedig na de stranding i.s het schip
gebroken, midden door, kort achter de ma
chinekamer, bii het begin van den tunnel,
liet schip brak niet, gelijk gewoonlijk ge
schiedt, van boven naar onder, zoodat de
afwijking begint aan het dek. Het dek bleef
ditmaal juist heel, daarentegen schoof het
schip van onder uit elkaar. Hierin ziet men
een bewijs, dat de „Berlin" bijzonder sterk
moet zijn geweest.
Onmiddellijk na hel doorbreken verdween
het voorschip irt de diepte en daarmede een
groot gedeelte der opvarenden. Er waren
vóór de -eheuring naar schatting een 60 A
70 menschen op dek, maar dat getal kan
ook wel grootar geweest zijn.
Toen do reddingboot het schip naderde
moeten de loods en de kapitein reeds over
boord geslagen zijn geweest. Immers de per-
ionen, die toen op de commandobrug ston
den, bleken later te ziin de nu geredde
kapitein Parkerson en de eerste stuurman.
liet ergste was, dat hij tegen den avond
naar binnen had moeten komen, terwijl er
nog menschen aan boord waren, die in
doodsangst naar redding uitzagen. „Als het
nog niet bekend is, zet het dan maar niet
in de courant krijg ik ze vannacht nog
des te beter", zeide kapt. Jansen. Maar het
was al bekend.
Vier ongelukkigcn stonden er onder het
sloependek, éen man in uniform, hij behoor
de dus tot de equipage, of het was een joods,
er waren nl. drie Rotterdamsche binnen
loodsen als passagiers aan boord. De dienst
doende loods heette Brander en stond bekend
als een hoogst bekwaam man.
De bemanning van de reddingboot cn de
schipbreukelingen konden elkaar duidelijk
zien. De hoot was toen tot op slechts 10 me
ter van het wrak genaderd, oen enkele maal
moest, zelfs full speed achteruit worden ge
stoomd, om niet tegen het schip aan te ko
men.
Men kon aan boord van de reddingboot
de mannen op het wrak duidelijk verstaan
en men had ze ook gemakkelijk kunnen be
roepen, maar men had tot, elkaar gezegd
„laten wij, nu wij toch niet anders kunnen
zeggen, dan dat wij zo niet helpen kunnen,
in Jezusnaam maar niet antwoorden."
E tl h ti I p w a s o n m o g e 1 ij k.
Pe was inderdaad buitengewoon woest,
maar toch ware, wanneer het schip op een
andere plaats had gezeten, redding niet on
mogelijk geweest. Maar hier was niets te be
ginnen het schip zit als een rots, waar alles
tegen te pletter slaat.
„Anders, voor zoover de toestand van de
zee aangaat, heb ik wel erger reddingen ge
daan, zeide kapt. Jansen.
Des nvoifds zou hij met zijn bemanning
weer gaan probeoren, wat gedaan kon wor
den. liet meest geschikte moment in ver
band met het tij zou zijn vannacht om één
tiur.
Als zij het maar zoolang uithouden
En het wrak? Het kan nog verder uit el
kaar slaan vannacht. Aleer wegzinken of af
glijden van den dam kan het niet, daarvoor
zit het te vast. liet nog boven water uitste
kende achterschip is aan den buitenkant
geheel opengebarsten. Toch schijnen de on
gelukkigcn er nog oen plaatsje te hebben
om te schuilen. Althans '/ij verdwijnen tel
kens weer en worden dan af en toe ven voor
een weer zichtbaar.
Afct den toon van iemand, die in hot volle
besef is zijn plicht te hebben gedaan, ver
klaarde kapt. Jansen: „Ik ben tr voor mij
van overtuigd, dat wij gedaan hebben wat
wij korden."
Kapitein Jansen heeft in ruim 12 jaren
830 reddingen verricht. De stoomreddings
boot „President van Heel", is de eenige
stoomreddingsboot op onze geheele kust en
bet eigendom van de Zuid-IIollandseJie ltcd-
dingmaatsehappij.
Het Rijk houdt cr geen reddingsbooten
op na. Do bemanning der boot bestaat uit
9 wakkere mannen, er is voor 50 gered
den plaats. Om de geredden over te ne
men, was er gisteren steeds «cn sleepboot
in de nabijheid. Zij heeft Imlaas geen dienst
behoeven te doen Aan boord daarvan be
vonden zich do heeren dr. Van Arkel en
Thibaut, quarantaine-arts, en een R.-K.
geestelijke, benevens de heer Preteers van
de wede rij.
L! e omgekomenen.
Donderdagmorgen even hali'zes zag men
het electrische licht aan boord uitgaan. In
het duister moet toen een vreeselijk drama
zich hebben afgespeeld. De personen die
zich in het voorgedeelte bevonden, de eer
ste kiasse passagiers dus, moeten door de
golven weggeslagen, stuk voor stuk hun
graf in de zee hebben gevonden; wat van
die op liet gisteren nog omhoog zittende
achtergedeelte geworden is, was tot op
gisteravond nog niets bekend; men hoopte
nog altijd enkele opvarenden te redden,
zoodra het weer bedaarde, maar mogelijk
is de hulp te laat gekomen...
Het aantal passagiers bedroeg 90, dat
der bemanning 53, tezamen 143. Gisteren
waren reeds '2G lijken aangespoeld: 21 van
mannen, 4 van vrouwen, één van een jon
getje van 5 jaren.
Humaanworden de slachtoffers behan
deld. Be geestelijkheid van Maassluis en
van den Hoek is in de onnuddellijke nabij
heid, gereed om de stervenden bij te staan.
Aan alle drenkelingen wordt nog het H.
Oliesel toegediend. In do derde klasse wacht
kamer worden door dokters nog pogingen
in het Work gesteld om de levensgeesten
veer op te wekken, maar steeds tevergeefs.
Dan gaan de arme .slachtoffers van de
ramp naar een ruime, heldere loods van
de HollandAmeriba-lijn.
Den geheelen dag waren daar bezig met
de behandeling" 'der lijken zuster Postma,
geholpen door méj, Stolze, benevens de
sergeant van den hospitaaldie nat Kwikkei
en do ambtenaar van de S.S. Rroekhout.
Een verpletterenden aanblik leveren de
iarige rijen dooden op. In lakens gespéld
lagen zij naast elkander, het gelaat onbe
dekt in verband met de herkenning.
Alles geschiedde hier in de meest vol
maakte orde, ondanks de groote bedrijvig
heid, die er hccrschte.
De groote loods der HollandAmerika-
lijn werd in een rouwkapo! herschapen.
De lijken liggen er- op in allerijl getimmer
de baren, wit bekleed met zwarte, afzet
ting, de wanden zijn behangen met zwart
doek, terwijl zwart crème en bloemen en
groene takken bij iedere baar zijn aange
bracht.
Nog weinigen zijn herkend, die niet tot
de bemanning hebben behoord.
De leden van de equipage der gister
avond binnengekomen boot van do Ilar-
wich-lijn herkenden voor een doet hun
vroegere kameraden. Dezelfde menschen
rapporteerden, dat zij bij het voorbijvaren
van het wrak om hulp hadden hooren
roepen.
Inmiddels zijn de rewlingsboot en de
sleepboot, waarop zich wederom een kape
laan en de dokter bevonden, naar den
pier gegaan. De storm was iets minder
hevig, do zee evenwel nog "hol.
Gisteren zijn betrekkelijk weinig lijken
aangedreven. Vermoedelijk: zullen heden
nacht met den vloed meerdere op het strand
aanspoelen. De eenige geredde dreef zon
der zwemgordel rond; hij had een paar
stukken hout onder de armen en daarop
dreef hij.
Alle andere drenkelingen hadden bijna
zonder uitzondering zwemgordels (zwem
vesten) aan. Zij waren evenwel van koude
en uitputting omgekomen. Onmiddellijk wer
den alle pogingen aangewend door de dok
toren oin de "levensgeesten op te wekken,
maar ook deze pogingen bleven helaas
steeds vruchteloos.
Roods zijn herkond de heer A. Kruger,
verbonden aan de rijschool te 's-Graven-
hage; L. 11. Lamotte, woonplaats onbe
kend; Woods, eon stoker, mrs, Boomes,
eon stewardess en haar zoon, een ma
troos; \V. J. Moor, de chief steward; Pa
tricks, matroos, en mr. C. W, B, Ander
son, eon passagier uit Hult,
Onder do verdronkenen moet zich ook
bevinden do koerier van het F ranse lie Itot',
op weg naar Berlijn en Kopenhagen.
Do meeste passagiers hebben zich niet
laten inschrijven, maar namen rechtstreeks
een passagebiljet, zoodat hun namen niet
bij de directie van de 'Great Eastern te
Londen, bekend zijn. Van de Nederlandsche
passagiers zijn omgekomen de heer M.
R ais ma n en diens zoon, diamanthandela
ren to Amsterdam, en de heer de Groot,
diamantklover Ie Amsterdam.
De gewoonte aan boord is, dat de pas
sagiers worden gewekt wanneer men in
hel gezicht der kust komt. Wanneer men
dus in aanmerking neemt, dat het schip
in de onmiddellijke nabijheid van de ha
ven is verloren gegaan, kan men met ze
kerheid zeggen, dat de passagiers niet iu
hun bedden door de ramp zijn overvallen,
doch reeds gekleed moeten zijn geweest.
De mogelijkheid van herkenning der aan-
gespookte lijken wordt hierdoor aanzien
lijk vergroot.
Intusschen is de waarschijnlijkheid groot,
dat vete passagiers door het nootUveci
zwaar zeeziek waren, en dus niet het volb
besef van de vamp hebben gehad.
Tot do passagiers behoorden ook de hoc
ren D. Davidson van Rotterdam en V m
der Alealon, en de heer en mevr. Serabs-
ki, die haren doodzieken vader ging be
zooken.
„Lloyds" doolt mode, dat er 19 leden
der Duitsche opera, die van Londen kwa
men, aanboord waren.
G e o n hulp m o g e 1 ij k.
Do „Batavier III", die gistermorgen na
de rampzalige Harwichboot den Water
weg trachtte binnen te komen, slaagde er
eerst na verscheidene pogingen in 'om bij
een momenteel gunstigen toestand, binnen
te komen. Aanboord zag men toen, dat
de „Berlin" "dwars op de pier zat. Ter
hoogte van de machinekamer was hel
schip doorgebroken, zoodat zoowel het
voor- als het achterschip onder water zat
Achter de machinekamer stonden naai
schatting veertig menschen, die zich zoo
good mogelijk, trachtten vast te houden.
Hun geroep om hulp en hunne jammer
kreten sneed door de ziel, maar er was
gcon helpen aan, vólgens de matrozen der
„Batavier". Hadden we een poging ge
waagd, dan zou ons schip en wij allen
vast en zeker verloren zijn geweest. Het
is wel verschrikkelijk vulde een ma
troos aan. Dan moet je er met zoo een
groot schip bij zijn en niet kunnen helpen,
want het kan je zelf ook overkopren. Hoe
moer ons schip zich verwijderde, hoe har
der wij jje jammerkreten hoorden. Ook
was er nog een sleepboot, maar die 'kon
evenmin iets helpen dan wij.
De „Berlin" was een stalen dubbel
.schroefstoomboot, in 1894 in Engeland ge
bouwd, met een bruto-tonnenmaat van
1775 (nette 59G ton). De afmetingen waren
lengte 302, breedte 3G en holte 16 Eng. voe
len. Het vaartuig had de aanzienlijke snel
heid van 17 mijl.
Het schip behoorde aan de Great Eastern
Railway-Comp, die, in samenwerking met
de Iloll. IJzeren Spoorweg-Afaatschappij,
de verbinding tusschen Harwich en den
Hoek van Holland onderhoudt.
Verhaat van een ooggetuige.
De firma Dirkzwager te Maassluis, heeft
aan den Hoek van Holland 'n reporter,
die geregeld de in- en"uitgaande schepen
naar diverse plaatsen opgeeft. Deze repor
ter verhaalt ongeveer als volgt:
Hij zag de „Berlin' om ongeveer 5 uur
15 min. uit zee naar binnen komen. Toen
lag het schip dwars en was op de Noorder-
pier geloopen. Onmiddellijk werd de stoom-
reddingboot „President van Heel" uitgezon
den, doch kon geen hulp bicden, door
de zware zeeën. De wind was zeer hevig
en kwam ifit hot N. W. ten N„ en geleek
moor op een orkaan. Hij had geen sig
naal van boord gemerkt. Op dat oogen-
blik stond er 118 decimeter water, terwijl
or gewoonlijk ongeveer 104 d.AI. staat.
Te half zes ongeveer, gingen plotseling
de lichten uit, waaruit kon worden op
gemaakt dat do machine defect was,' of
dat er water in de machinekamer was
gestroomd. Op het voorschip zag hij een
massa men.schon, die voorzien waren van
zwemgordels, en zich op elkander drongen.
Bij het dagworden kon dc reporter alles
onderscheidon; eerst de breuk met den
achtermast achterover hollend. Langza
merhand kon hij do deelen van elkander
zien scheuren en om half negen was alles
in de woedende zee verdwenen
Aan den dood ontsnapt.
De bekende Nederlandschc opera-zan-
gor Jos. AI, Orolio, thans tc Londen, was
van plan zich bij zijn vrienden te voegen
aan boord van het schip; maar daar hij
geen geld genoog meer had moest hij hier
blijven, totdat hij - dit uit Holland van
zijn vrouw had ontvangen.
De heer Betering, directeur der Ko
ninklijke Potroleummaatsehappij, had oen
hut besteld, doch veranderde op het laat
ste oogenblik van plan, en bleef te Lon
den, zoodat ook hij van een wissen dood
ontsnapt is.
Zeker moot het zijn, dat de directeur
van het opera-gezelschap, do heer Ernst
Van Dijk,, zich niet aan boord bevond. liet
gezelschap was niet op reis naar Darm
stadt, maar naar Dordtmund.
De „Etoile Beige" kan uit goede bron
hel gerucht tegenspreken, dat or D61,
sche artisten order de omgekomenen
don zijn. Er was sprake van Ernest v,"
Dyck on Ëugènc Isayo, maar do eert!
bevindt zich nog to London, de tvvewl!
te Wennen.
olgens do ^Evening Standaard" Mi
bon me}. Irene Scharror, een bekende tó
instc, on do kapelmeester der Diiii
opera, Wopol-d Reiclnvein, op het haM
oogenblik hun reis met* do „Berlin"Jit
gesteld en zijn te Londen achtergebleven
Aren vreest, dat Fraulein Schone, dieto
Londen Elisabeth in „Tannhauser" en Eist
in „Lohengrin" gezongen heeft, en de heer
•cn mevrouw Ru nek van dc opera onrl„,
do slachtoffers behooren.
Aan booul van de „Berlin" bevond ziek
een aanzienlijke hoeveelheid diamanten
ter waarde van vele duizenden pond™
sterling.
Kapitein Precious van de „Berlin" was
de oudste gezagvoerder 'der lijn; hij «ad
2G jaar in lyaar dienst, waarvan 14 ,'p
kapitein
Betuigingen van deelnoming.
II. AL de Koningin hooft aan do ver
tegenwoordigers der Great Eastern Rail
way, de heeren Hudig en Pieters te Rot-
tordam, oen telegram gezor«jon, Waarin zij
Hare innige deelneming met dc ramp be
tuigt.
Lord Knoilys, de particuliere secretaris
van koning Edward, seinde aan den direc
teur-generaal van de Great Eastern Rail,
way: „Do Koning en de Koningin dragen
mij op medo te deelen, dat ze smartelijk
getroffen zijn door het vergaan van de
„Berlin" on het vreeselijk verlies van
menschenlevens, dat daarvan hot gevolg
was.
De burgemeester van 's Gravtnzsmde
ontving van vele autoriteiten aanvragen
of buitengewone hulp noodig. was, o. a.
van den Minister van Waterstaat en van
Landbouw, Handel en Nijverhc'.f en van
den Commissaris der Koningin.
Van Prins Hendrik werd bericht ont
vliegen, dat Z. K. H. hedenmorgen het
terrein van de ramp zal bezoeken.
Het verhaal van kapitein
Parkinson.
De correspondent van het „Hbd." te
Hoek van Holland, had een onderhoud
mot den eenigen man tlie gered werd:
G. W. Parkinson, een Ier, gezagvoerder
bij de v,Ocean" stoomvaartlijn te Liter-
pool. Hij is een krachtig gebouwd persoon
van omstreeks 50 jaar. Zijn verhaal komt
op het volgende neer: „Ik lag in mijn kooi,
toen ik gewekt werd door een hevigen
schok. !k begreep dat er iets niet in den
haak was, trok vlug enkele kleedingstukken
aan en toen ik vernam wat er gaande
was', kleedde ik mij verder nagenoeg
heel aan. Ik zag nog iemand dien ik
kende, een zekeren Holton, die voor za
ken naar Aloskou ging en die vóór zijn
vertrek, evenals anderen, oen verzekering
van 500 pond sterling had gesloten. Toen
hij mij dat verteld bad, zei ik hem dat
hij de polis niet hij zich had moeten hou
den, waarop hij antwoordde, dat ik ge.
lijk had on dat hij het document van Har
wich .uit terug zon zenden. Of hij dat
nog gedaan heeft, weet ik niet. Ik zag
hent hot laatst terwijl hij half uit zijn kooi
was gekomen en ik riep hem toe: „Good
bye, Holton, perhaps we'll never moet
again", ging naar boven op de brug (het
moei ongeveer half vijf geweest zijn) cn
zei tot den eersten stuurman: „This is
going to be a bad jol)", waarop hij ant
woordde: „Jt is".
Kort daarop werd ik door een stortzee
van boord geslagen, maar ik wist hoven
tc komen en begon te zwemmen. Eerst
trachtte ik „een groot stuk wrakhout tc
bereiken, maar dat gelukte mij niet. Zcc
na zee sloeg mij over het hoofd. Een
tweede maal zag ik weer iets in mijn nabij
heid. Ik slaagde er in het te bereiken cn
Ie grijpen. Het was een lijk, drijvend met
het hoofd en de ledematen onder water.
Toen ik dat had losgelaten, zocht ik weer
iets anders en slaagde er eindelijk in een
stuk hout te, grijpen. Ik zag een boot die
uitging, het was een Engelschc boot en
ik stak mijn stuk hout op om hun ma*
dacht to trekken. Ze zagen mij en schreeuw
den mij iets toe, doch zij konden niet bij
mij komen. Telkens sloegen de zeeën ovei
mij heen, ik kreeg veel water binnen en
werd koud en zeer slaperig. Ik voelde
mij alsof ik zacht en aangenaam in slaap
begon te gaan.
Toen kwam daar opeens de reddings
boot Zij staken mij oen bootshaak toe, dio
ik greep en daarna trokken zij mij aan
beide handen aan boord.
Wij vroegen den, geredde of hij toen
niet bewusteloos was geworden, maar h'j
antwoordde ontkennend. Ik trachtte nnj,
zoi hij, zooveel mogelijk to verwarmen
door jassen over mij heen te trekken on
ik had hoewel ik nooit sterken drank urm",
hol gevoel, dat een paar slokjes cognac
mij nu toch goed zouden doen. Ik 'ofl
geen druppel binnen krijgen.
De geredde was vol dankbaarhein e
lof over dc liefderijke behandeling die 1!J
in hotel „America" had ontvangen, «<ta
do dochter des huizes hem had warm g
wreven en allen zich hadden aitgepn u
zorgen om hem behoorlijk te verwannen-
ITit dimlrteinrJioirl natïl llii. naar Wij
gro
der
bij
een
afg
WK
dus
totc
der
slat
gen
doo
A
den
daa
mor
er
T
too
nka
loot
oog.
Die
den
0
ong.
vroi
mid.
ang
D.
als
vest
en
ster!
Ei
baai
gebe
tiaar
latter
re
leen
Ivan
uier
.cms
1 voor
laat
Di,
hep
.meer
aog
staar
mot
anderen hoorden, een gouden nng
Chineesche teekens er op van zijn ,,in^
en schonk dien aan de dochter des huize