Bruin (de)
P,
Groot (de)
M,C,M,
Bruin (de)
P.
Gouka
A
Koopmans
E.
De Japansche marine-minister Yamanio-
to, die onlangs in Duitsclilancl groote be
stellingen voor de Japansche marine deed,
is gisteren te New-York aangekomen en
verklaarde dat do vriendschappelijke ver-
bondingen tusschen Japan en de Ver. Sta
ten zullen blijven voortbestaan. De voor
bijgaande storm zal verdwijnen in de wa
teren van den Stillen Oceaan.
BINNENLAND,
Van het Hof.
II. M. de Koningin vertoeft sedert gister-
£u ond in de residentie, vanwaar H. M. a. s.
Zaterdag naar het Loo terugkeert.
Kaar wij vernemen, lieeft H. M. do Ko
ningin bepaald dat met ingang van I dezer
bet Bureau der zaken van weldadigheid deel
uit zal maken van de secretarie van II. M.
'de Koningin, en heeft II. M. den lieer
Werdmuller van Elgg, tot dien datum reken-
plichtig secretaris van dit bureau, benoemd
tot: „hoofd van het bureau Weldadigheid
van II. M. de Koningin."
Consulaire berichten.
Ingevolge Koninklijke machtiging is de
heer IV. de Jongh erkend en toegelaten als
consulair-agent van Duitschland te Dor
drecht, voor Dordrecht en Zwijndrecht.
(„St-ct")
Onze Marine.
Blijkens bij het departement van maiine
ontvangen bericht is Hr. Ms. pantserdek
schip Friesland, onder bê\el van ueu kapitein
ter zoo E. O. J. Verschoor, 10 dezer te
Southampton aangekomen. („Stut.")
Audiënties.
De audtcntïe van den minister van Water
staat zal aanstaanden Zaterdag 13 dezer
niet plaats hebben.
Ridderorde.
Bij Kon. besl. van 17 Mei is de heer
E. A. E. baron von Seckendorff, buitenge
woon gezant en gevolmachtigd minister van
don Duitsehen keizer, te Caracas, belast ge
weest met de waarneming van II. M. legatie
aldaar, benoemd tot ridder-grootkruis in de
orde van Oranje-Nassau.
Bii Kon. besl. van 21 Mei is de heer T.
E. Nickclsen, belast geweest met de waar
neming van het consulaat-generaal der Ne
derlanden te Christiai\ia, benoemd tot ridder
in de orde van Oranje-Nassau.
Personalia.
Te 's-Gravenhage is bericht ontvangen
van het overlijden te Wiesbaden van den
heer De Struve, vroeger Russisch gezant bij
het Nederlandsche Hof.
Vredesconferentie.
Mondelinge mededeeling aan de Pers.
4e Commissie.
10 Juli.
Hedenochtend vergaderde de 4e commis
sie die zich bezig houdt met hot vraagstuk
der onschendbaarheid van den bijzonderen
eigendom op zee. De gedachtenwisseling werd
onder voorzitterschap van den heer de Mar
tens voortgezet.
De heer Beernaert las uit naam van de
Belgische delegatie een verklaring voor waar
in hij den stand der zaak samenvat: Eener-
zijds heeft men het Amerikaansche voorstel,
aan de andere zijde de bekende bezwaren
tegen de opheffing van het buitrecht. De
redenaar zeide, dat reeds een aantal oplos
singen aan de hand waren gedaan om beide
meeningen tot elkander te brengen, bepaal
delijk door Koorwegen, Griekenland, Brazi
lië en Nederland, Op te merken viel, dat de
groote zeevarende mogendheden, die vóór
het behoud waren van het status quo, dit
niet absoluut deden. Het kwam er dus op
aan te voren de kwesties van contra
bande en blokkade te regelen.
Onder deze omstandigheden moest niet
worden vastgehouden aan de onmiddellijke
aanvaarding van de Amerikaansche leer,
'doch beproefd worden in afwachting daarvan
eenige betrekkelijke verbeteringen aan te
brengen. In dien geest waren er voorstellen
van Italië, Denemarken en Brazilië. Men
kon de verbeurdverklaring vervangen door
beslag en in bewaring neming. Vervolgens
kon men schadeloosstelling verleenen, wat in
een vredestractaat kon bepaald worden. De
matrozen van handelsschepen zouden niet
als krijgsgevangenen worden behandeldmen
zou de handelsschepen niet vernielen zonder
voorafgaande kennisgeving.
Belgie had voorstellen gedaan in dien zin.
De heer Beernaert sprak den wensch uit,
dat men tot een oplossing komen zou. Hij
wees op de belangrijkheid dezer bijeenkomst
en op alles wat men van haar verwachtte.
Het kwam er voornamelijk op aan om voor
het maritiem recht te doen wat de conferen
tie van 1899 deed voor het recht van Jen
oorlog te land. In 1899 stelde Rusland het
verbod van mijnen voor; tegenwoordig ging
men in dit opzicht veel minder ver en sprak
slechts van bepaalde soorten van mijnen. De
openbare meenïng vordert een werk van groo
teren omvang; men moet die bevredigen
door zich bezig te houden mot 'de rechten
der neutralen en den particulieren eigendom
ter zee.
De heer Foster ondersteunde uit naam van
China het Amerikaansche voorstel. Men
had, zeide hij, een aantal bezwaren opgewor
pen die evenwel niet overeen te brengen wa
ren met de huidige opvatting dat de vrede
'don normalen .staat van zaken vormt en
dat 'de oorlog een abnormale toestand is,
gedurende welken de rechten van bijzondere
personen en onzijdige Staten moeten geëer
biedigd worden.
De heer llammerskjöld, Zweden, herdacht
de rol die Zweden sedert eeuwen heeft ver
vuld in de kwestie van den privaten eigen
dom ter zee en wilde die regelen zien toege
past op den oor-log te land en ter zee. Hij
sloot zich aan bij het Amerikaansche voor
stel, zonder zich de moeilijkheden, der toe
passing te verhelen.
De heer Barbosa, Brazilië, wilde dat men
aandacht schonk aan de opmerkingen van
den heer- Marschall, Duitschland, en zich
eerst bezig hield met blokkade en contra
bande. Hij betreurde dat het Russisch pro
gram het anders beschikt had.
Uit een gedachtenwisseling tusschen den
heer Martens en den spreker volgt, dat de
heer Barbosa geenszins de bedoeling heeft
het Russische program te critiseeren, doch
enkel venschte te constateeren, dat liet be
zwaren in den weg legt, die hij zou wen-
schon ter zijde te stellen.
De heeren Choate (Amerika) en Tomielli
(Italië) ver-zochten den hoer Beernaert reeds
thans zijn vooretellen uiteen te zetten. De
heer Van den Heuvel (België) las die daarop
voor, met den considerans, een en ander ge
lijk door den heer Beernaert reeds was ver
klaard.
De heer Bourgeois (Frankrijk) constateer
de, dat de toestand veranderd. Men wilde
nu bemiddelende stellingen vaststellen. Hij
hoopt, dat de commissie in goeden geest
daartoe zou medewerken. Frankrijk had ren
voorstel, voornamelijk betrekking hebbende
op de afschaffing van het aandeel in de buit
(la part de prises). Hij wenschte Jat de
conferentie zich hiervoor en ten gunste van
de schadeloosstelling zou uitspreken.
De heer Marschall dee'd uitkomen dat
Duitschland zich niet tegen, doch vóór de af
schaffing van het buit-recht had verklaard,
mits vooraf de vragen betreffende blokkade
en contrabande waren geregeld. De heer
Beernaert kon zich over dit voorbehoud niet
anders dan verheugen.
Uit naam 'der Argentijnsehe delegatie ver
klaarde de heer Eodrigues Larreta zich
vóór het behoud van het buitrecht, op de
gronden reeds door anderen ontwikkeld.
De vierde commissie zal zich Vrijdag
bezig houden met de kwestie der verandering
van handelsschepen in oorlogsvaartuigen.
Tan de Gedelegeerden,
De heer Hagerup, gezant van Noorwegen
bij ons Hof en gevolmachtigd gedelegeerde
van dat land ter "Vredesconferentie, bood
gisteren een diner in Hotel den Ouden Doelen
aan eenige diplomaten en afgevaardigden ter
Vredesconferentie, -waaraan mede genoodigd
•waren de oud-minister van buitenlandsche
zaken baron Melvil van Lynden, jhr. Doude
van Troostwijk en de heer Longaard, Neder-
landsch consul-generaal te Christiania.
MMdenstandskamers.
Hedenochtend vergadert in het gebouw
der afdeeling Landbouw van het departe
ment van Landbouw, Handel en Nijverheid
de staatscommissie van den Middenstand ter
voortzetting van de behandeling van het ont
werp de vertegenwoordiging van, den M'd-
denstand in Middenstandskamers.
OVERSCHIE, 10 Juli. De 16-jarige B.
J. van den B., loopknecht aan de brood
fabriek 'der voerliedem-vereeniging te Rotter
dam en wonende Haarlemmerstraat aldaar,
die zijn wagen aan het Verlaat alhier even
onbeheerd had laten staan om zijn klanten
aan de groote werf te bedienen, kwam tot
de onaangename ontdekking dat tijdens zijn
afwezigheid, uit een geldbeursje, inhoudende
4 guldens en circa 3.50 aan kleingeld,
dat hij in zijn wagen had achtergelaten, de
4 guldens waren ontvreemd.
OVERSCHIE, 10 Juli. Iledennamiddag
omstreeks 4j uur ontlastte zich boven deze
gemeente een hevig omveder gepaard gaan
de met stortregens en hagelslag. Een twee
tal koeien loopende in het weiland aan den
Rotterdamschen straatweg, en toebehoorende
aan de veehouders ~W. Zeeuw en P. Roden
burg, werden door het hemelvuur gedood.
KETHEL EN SP ALAND. Ds. F. G.
Hospers van hier heeft bedankt voor het
beroep naar de Ned. tlerv. gemeente te
Sprang.
STADSNIEUW^
dcrlandseho taal- en letterkunde aan het
Gymnasium (vacature E. Ilazelhof).
Door curatoren van hot gymnasium wor
den aanbevolenI. de heer II. J. Nassau
Noordewier, te Leiden; II. do heer R. van
der Meulen, te Rotterdam.
6. Benoeming van een leeraar in aard
rijkskunde aan do Hoogere Burgerschool
voor den.' cursus 1907/1908: Aanbevolen
wordt de heer J. Brandenburg, te Haarlem,
7. Voorstel van B. en W. tot splitsing
van klassen nan do Burger Avondschool en
tot definitieve benoeming van dr. M. G. do
Boer en verlenging der tijdelijke benoeming
van de heeren A. C. Linschoten, A. Smit
Jz. en J. P. L. Roder.
8. Voorstel van B. en W. tot wijziging
van de gemeontebegrooti ng van het loo
pende jaar (model C).
9. Voorstel tot goedkeuring der rekeningen
over 190G van de gemeente-gasfabriek en
de gemeente drinkwaterleiding, met advies
der Financieele Commissie.
10. Vaststelling van het kohier no, 1 on
2 dor inkomstenbelasting voor het dienst
jaar 1907/8.
11. Voorstel van B. en IV. tot vaststelling
van het percentage der inkomstenbelasting
voor het belastingjaar'1907/1908.
12. Bezwaarschriften inkomstenbelasting
dienst 1906/7.
13. Voorstel van B. en "W. om in ver
band met het Koninklijk Besluit van l2
Juni jl. no. 71, in te trekken een der voor
waarden gesteld bij de benoeming van de
onderwijzeressen Th. C. van Rhijn, G. II.
van Bemmel, en M. M. A. Kinimijser, lui
dende „dat de benoeming slechts geschiedt
tot zoolang de benoemde ongehuwd blijft.
14. Voorstel van B. en W. tot herziening
van d'e Verordening op de organisatie dei-
Brandweer. (Bijlage no. 24).
15. Voorstel van B. en W. tot aankoop
van het perceel Sectie A. no. 496 rot ver
grooting van de speelplaats bchoorende bij
school D.
16. Voorstel van B. en W. tot aankoop
van hoefslagen van den Vlaardingerdijk van
B. C. A. Rijkse. (Bijlage 110. 23s).
17. Adres van J. P. Koppenhagen, leeraar
in rekenen en wiskunde aan de Burger-
Avondschool alhier, wonende te Rotterdam,
om ontheffing van de verplichting om oin
nen deze gemeente te wonen.
18. Adres van A. Timmermans en Zoon
om wijziging van 'de voorwaarden van ver
koop van een perceel NassaustraatPrins
Frederik Hendrikstraat, (Bijlage no. 22)
met praeadvies van B. en W.
19. Adres van A. Timmermans en Zoon,
om aankoop van een stuk grond breed 7)
M. op den hoek van de Nassau- en School
straat, rnet praeadvies van B. en "W.
20. Adres van Gebrs. van der Meer om
verlenging van het gebruik van een stuk
grond aan de Spuihaven tot het bouwen van
ijzeren schepen.
21. Voorstel van B. en W. tot verkoop
van grond aan de Directie van de Stearine-
Kaarsenfabriek „Apollo".
En verdere voorstellen en mededeel irigen.
Gemeenteraad.
Vergadering van den Raad der gemeente
Schiedam op Dinsdag 16 Juli 1907, des
namiddags ten 2 ure.
Mededeelingen.
Ingekomen stukken.
Vaststelling der notulen van de vergade
ring van 7 Juni j.l.
Agenda
1. Adres van den heer A. Schievcen om
ontslag als Regent van het St. Jacobs-
Gasthuis.
2. Adres van 'den lieer H. J. Versteeg om
ontslag: a. als curator van het Gymnasium,
b. als Regent van. het St. Jacobs-Gasthuis,
en c. als lid van de commissie van de ver
nietigde gilden.
3. Adres van mej. J. A. van der Hoeven
om ontslag als onderwijzeres aan school D
4. Benoeming van 2 Regenten van het
St.-Jacobs Gasthuis.
Aanbevolen wordt met welke aanbe
veiing B. en W. zich hebben vereenigd
I. de heer dr. M. A. Brants, II. de hoes,
A. Cool Mzn.
b. ter vervulling der vacature-Schieveen
I. 'de heer J. W. J. van Harwegen den
Breems; II. de heer dr. J. Liezenberg.
5. Benoeming van een leeraar in de Ne-
De herstemming;.
"Waar bij de eerste stemming is gebleken
hoe wonderlik combinatiën van candidaten
op de stembiljetten waren zwart gemaakt,
willen wij er hier nog eens uitdrukkelijk
op wijzen dat, wil men zijn stembiljet niet
waardeloos doen zijn, men zijn biljet voor
de vrijzinnige candidaten moet zwart maken
als op onderstaande voorbeelden is aange
geven.
Elke afwijking hiervan maakt het biljet
gehee| gedeeltelijk waardeloos
DISTRICT II
Aanwijzing
derkenze.
Naaien,
Voor
letters.
Laan (van der)
Snel
DISTRICT III;
H.
G. W.
Aanwijzing
der keuze.
Namen.
Voor
letters.
Cool Mz.
A.
Goslinga
T. S.
Wittkampf
B A. J.
De herstemming.
Gisteren werd in Musis eon openbare ver
gadering gehouden waarin als sprekers op
traden do hoeren De Bruin, De Groot en
Koopmans, candidaten der vrijzinnigen voor
de morgen to houden herstemmingen voor
den gemeenteraad.
Van de uitgonoodigde overige candidaten
hadden de hoeren Goslinga en v. d. Laan
bericht gezonden, dat zij liet niet noodig
oordeelden, deze vergadering bij te wonen
daar de gastvrouw hen reeds onverhoord
als conservatieven had gekwalificeerd, hoe
wel zij verklaarden zich daartoe niet te
rekenen.
De heer v. Meurs, die de vergadering
leiddde, gaf na deze mededeeling een over
zicht van de jongste vergadering der Vrijz.-
dem. verceniging die tot resultaat had gehad
dat de candidatuur Snel werd ingetrokken en
daarvoor die van den heer De Bruin was in
de plaats gesteld, welke candidaten nu ook
door het Bestuur met ernst werden gesteund
en aanbevolen.
De heer De Groot, het woord verkrij
gende, zei 'dat hij in een vorige openbare
vergadering had gesproken hoofdzakelijk
over het christelijk beginsel dat- door de ker
kdijken, steeds zoo op den voorgrond wordt
gesteld, doch waarvan toch zoo weinig blijkt.
Het deed spr. intusschen genoegen dat
eindelijk dezo zaak eens was besproken in het
Katholieke orgaan doch hij moest tot zijn
leedwezen verklaren dat ook hier weer Je
lengte van het artikel omgekeerd evenredig
was aan den inhoud. Men blijft van rechts
verwarren de Godsdienst en 'de kerkleer en
zoolang ze daarmede voortgaan zal men niet
tot overeenstemming kunnen, komen. Uit
drukkelijk heeft spr. nu en in de vorige
vergadering er op gewezen dat de leer van
Christus wel degelijk in het openbaar leven
moet doorwerken, alleen de kerkleerstellingen
nietdit kan ook niet van rechts omdat de
rechtsche groepen juist leerstellig het meest
verschillen.
"Wat iti dit artikel gezegd wordt over het
standpunt der linkerzijde inzake het colpor-
tageverbod, dat deze alleen bedoelde de hand
having 'der openbare orde, verwijst spr. naar
de verklaring van dr. Brants, burgemeester
en voorzitter van de strafcommissie die uit
drukkelijk -,-rklaarde dat dc-M verbodsbepa
ling alleen bedoelde de handhaving der orde
mogelijk te maken. Deze staat 'dus op het
zelfde standpunt als de linkerzijde en dus
blijkt daaruit dat hierbij geen christelijk be
ginsel de partijen scheidde.
Wat het rechtvaardigheidsgevoel der fecp-
kelijken betreft wijst spr. op de verhooging
van hot schoolgeld voor de minvermogenden.
Hadden de kerkelijken, om het schoolgeld op
de openbare en bijzondere scholen gelijk te
maken, het schoolgeld der laatste verlaagt, hij
zou dat christelijk noemen, nu noemt hij
de daad der kerkelijken onchristelijk. De
groote subsidie van hot rijs. stelde hen in
staat het schoolgeld te verlagen.
Dan wijst spr. op een strooibiljet der ka
tholieken waarin met grof geschut gewerkt
wordt en waarin de woorden leugen en hui
chelen telkens vet gedrukt terugkeeren.
Toch handhaaft spr. zijn bewering dat de
Katholieke kerk de vrijheid van godsdienst
en van drukpers „uit den booze acht", zoo
als in 'de Syllabus is gezegd en wat mede
erkend is door mr. Aalberee.
Ook handhaaft spr. dat do linkschc par
tijen eerbiedig opzien naar Jezus' liefdeiccr,
maar die liefdeleer is heel wat anders dan
de leerstellingen der kerken die onderling
zeer sterk velschillen.
Mede blijft spr. van meening dat de ker
kelijken, met uitzondering van enkelen, con
servatief zijn; eerst wanneer zij door du
ll e n het tegendeel bewjizen, zal spreker's
meening gewijzigd worden. Als eenig bewijs
voor de democratie der beide antirevolu
tionaire candidaten, wordt verteld dat zij
öf in democratische omgeving hebben ge
leefd öf jong zijn, en dat acht spr. wel wat
a! te zwakke bewijsvoering.
De ,,N. Sch. Crt." heeft voorts betoogd,
dat in don Raad handelslieden noodig zijn
welnu er hebben er reeds 16 zitting, zoodat
het tijd wordt dat er nu ook eens arbeiders
in komen.
Wat helpt het, zoo citeert spr. verder uit
dat blad, de sociale belangen te bevorderen
als er geen welvaart is. Maar zegt spr., het
een sluit toch het ander niet uit? Wil men
werkelijk „recht voor allen" dan moeten cok
allen in den Raad vertegenwoordigd zijn.
De aanbeveling van den heer Wittkampf
in III als aftredend is misleidend. Deze treedt
in III niet af, maar in 1 en daar is hij
reeds herkozen. De heer Wittkampf za] dus
ia elk geval weer in den Raad zitting heb
ben en dus behoeft daarom niemand op hem
zijn stem uit te brengen in III.
Spr. hoopt dat de kiezers meer en meer
zullen gaan gevoelen voor het werken in de
mocratische richting, waarbij beoogt wordt
alle menschen als gelijk-gerechtigden te bc
schouwen en hen gelijkelijk dc gelegenheid
to geven hun gaven te ontplooien in het be
lang van. den individu maar ook van de
gemeenschap. 1
De heer Koopmans, hot woord verkrij
gende, zegt dat hem gebleken is dat hij nog
weinig hier bekend is en daarom wil hij zich
bij 'deze gaarne aan de kiezers voorstellen.,
Spr. is vrijz.-democraat en zal medewer
ken dat de wetten die de gemeente heeft uit
te voeren, in democratischen geest zullen
worden uitgevoerd, omdat dit zal ten gevolge
hebben do verheffing van het peil der men
schen. Spr. zal meewerken tot verbeterfng
der arbeiderstoestandon, tot het goed exploi-
teeren der bedrijven in het belang der ge-
heele bevolking, tot wijziging der belasting-
verordening in, den geest ale die te Zaan
dam is voorgesteld, waaiy de zr wrtr last
wordt gelegd op 'de sterkste scho iè»\
De heer De Bruin, die u!:< d< "de
spreker het woord verkrijgt, hel. mild* de
verschillende strooibiljetten, -V vior
'deze horstemming reeds zijn ve:s[umd en
betoogt daarbij ongeveer hetzelfde als wat
'de heer De Groot heeft gezegd.
Spr. vraagt waarom de V,N. Sch. Ct."
in haar hoofdartikel niet geantwoord heeft
op 'dc door hem en don heer De Groot
gestelde vraag: wat hebben de kerkelijke
partijen In de jaren, dat zij de meerder
heid "hebben in den Raad, tot stand ge
bracht? Waarmede hebben zij getoond hun
liefde voor Tiet volk?
De kerkelijken hebben het schoolgeld
verhoogd, hot schoolgaan dus moeillijker
gemaakt en toch heeft de maatschappij be
hoefte aan goed onderwijs voor de kin
deren.
Nog eens herhaalt spr. 'dat de waterlei
ding vooral Vrijdag en Zaterdag vuil wa
ter levert, dat de belastingbetalende bur
gers recht hebben op goede bestrating,
gasverlichting in de straat, besproeiing der
straten bij dioog weer, enz.
Ten slotte wijst spr. er op idat reeds
tijdens de Statenverkiezingen in den Haag
en andere steden de raadszetels werden
verdeeld tusschen de keikelijken en de
oud-liberalen, wat toch. zeker wel bewijst
dat die scheiding der partijen door den
godsdienst meer als reclame dient dan in
werkelijkheid bestaat.
Debat.
De heer Verhoeven betoogt dat dc
linksche partijen wel 'den godsdienst wil
len weren uit het openbare leven; dechris-
lijke partijen daarentegen willen dat men
ook Christen zal zijn in het openbare leven.
Op de vraag wat de Christelijke partijen
tijdens hun meerderheid in den Raad heb
ben gedaan, antwoordt spr.zij hebben
met het colportageverbod het gezag verde
digd tegen den laster, die voor dien door
anarchisten en anderen vrijelijk op de straat
kon worden uitgebraakt.
Hierbij bleek juisl het verschil tusschen
linkschen en rechtschen, omdat de eersfeit
alleen 'de handhaving der orde beoogden.
Do verhooging van schoolgeld verdedig
de spr. als rechtvaardig met het oog op
de concurrentie tegen de bijzondere scholen.
Voorts betoogt spr., 'dat do kerkelijken
een open oog hebben voor de teekenen
der tijden, en waar de heer De Groot «nu
zegt dat de kerkelijken conservatief zijn,
herinnert spr. er aan dat deze vroeger heeft
beweerd, dat de democratie ook onder de
kerkelijken voortwerkte.
Aau den "heer De Bruin verwijt spr. on
volledig citeeren uit het hoofdartikel der
„N .Sch. Ct."
De heer Blommestein meent flat
het schoolgeld niet te hoog is; hij betaalt
op de bijzondere school maar 5 cent en
hij zou eigenlijk evenals bij 'de open
bare school 10 cent moeten betalen.
Als er arbeiders in den Raad moeten,
zooals 'de heer De Groot zegt, waarom be
dankt deze dan zelf niet. De heeren De
Groot en Do Bruin zijn als coöperatoren
eon gevaar voor den winkelstand en dus
moeten de winkeliers Ren niet steunen.
Voorts beweert spr. dat ook' onder liberale
meerderheid het water der waterleiding
vuil was.
De heer Sanders heeft ook gezien dat
het water 'der waterleiding, vooral Vrij-
'dags en Zaterdags vuil is en heeft, even
als waarschijnlijk de heer De Bruin, ge-
informeerd wat de oorzaak daarvan is.
Hem is daarbij medegedeeld dat zich in
dc leidingen vormen bacteriën, voor de
gezondheid onschadelijk, die vooral hij het
sterk verbruik1 van water en het daardoor
krachtig stroomen van het water door de
buizen, loslaten en meegevoerd worden.
Reeds word prof. Hugo de Vries vóór ja
ren daarover geraadpleegd, maar deze wist
tegen deze crenotrix geen middel.
Spr. vi aagt of de heer De Bruin kan
aantoonen dat de hem verstrekte inlichtin
gen onjuist zijn.
Repliek.
De heer De Groot stemt flen heer Ver
hoeven toe dat de leer van Christus ook
in het openbare leven moet doorwerken,
maar niet de leerstellingen der kerken.
Wat de colportagekwesüe be tie ft, wil
spr. herhalen dat dr. Brants het in deze
zaak volkomen eens was met de linker
zijde. Wordt het gezag beleedigd, dan zal
de Wet daartegen kunnen worden ingeroe
pen en wanneer slechts de bedoeling om
tc beleedigen beslaat zal een kantonrech
ter wel straffen, ook al geven 'de woorden
daartoe niet zoo volkomen aanleiding.
Spr. herinnert voorts aan de woorden
van den heer Smit: „wij, katholieken, zul
len dat niet dulden", door dezen gespro
ken in openbare raadszitting. Dat was
zeer revolutionair en zeer onchristelijk.
De katholieken hebben door hun eontra-
colportage eon onwettige daad bedreven,
omdat zij met geweld' hebben belet Wat
de wet met verbieden kon.
Aan Tien 'heer Blommestein geeft spr.
'den raad aan het schoolbestuur mede te
deelen dat tnj hooger schoolgeld moet be
talen.
Spr. handhaaft op alle punten het door
hem gesprokene, waarvan hij een en an
der nader toelicht.
De heer De Bruin antwoordt aan den
heer Sanders, die zicli' ook niet ais tech
nicus jn "deze beschouwt, dat hij de oor
zaak der vervuiling van het water hierin
zoekt dat de waterleiding niet berekend
is voor haar taak,