gr" laargang Zondag 21 Juli 190?. No. 12442 Berde Blad. Tegen de open deur. Deze courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzonderm van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en VIaaru.ngcn 1.25.Franco per post fl. 1.65. Prijs per weck: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummeer moeten des middags vóór een nar aan het bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven.) Prijs der Advertentiën: Van 1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar de plaats die zjj innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gTatis aan het Bureau te bekomen, In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 ceoife per advertentie, hij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon voor de Redactie No. 123. voor de Administratie No. 103. ENGELSCÏIE BRIEVEN. (Van onzen Londensohen medewerker.) i Londen, 15 Juli 1907. CXI. DE "DAGERAAD DER VACANTIE. Do „season" loopt op zijn einde en als idles ging zooals wij liet gewoon waren, dan zou over een maand het. Lagerhuis zijn zitifchig'en opbellen. Zaterdag zag men het eerste toeken van hel „season" einde, door heel Londen, want hoewel zoowat de hoele weck de eriekat-match tusschen do kostschool jongens van Elou en die van Harrow Werd gespeeld, was het .eerst Za terdag! mooi weer en kwamen toen eerst de mooie meisjes met de mooie toiletjes voor den dag. Da vorige dagen waren ze wel thuis moeten blijven, zoo guur en koud was het en die er nog heengingen, zag men in do eigenaardige vereeniging van netddoek cn bont! Deze wedstrijd is de laatste belangrijke in het rijk van de Sport gedurende den Season. In het, rijk van de wetenschap is nu ook over het algemeen het einde dor exa mens aangebroken en over eon dag of veer tien weten de 'jongtelui of ze hun diploma zullen krijgen of niet. Van allo kanten hoort men over reisplannen spreken, die eerst in. wanhoop, om. het slechte weer, al half waren opgegeven. liet heen- cn weer trekken van het Koninklijk gezin loopt nu ook op zijrx einde en spoedig zal de ko ning wel in Mantenbad en de koningin in Kopenhagen zijn. Zooals alle jaren hoort men allerlei ver halen uit do groote wereld, over dingen, die daar hebben plaats gevonden. Het amu santste verhaal is van 't jaar wel, dat, toen de koning de receptie opzocht door den hertog van Westminster in da ons stads- paleis, Gros verier llouse, gegeven, de ko ning daar aankwam cn do hertog er niet was. De verklaring van dit verzuim van de zijde van den jeugdigen gastheer heel, dat zijn kamerdienaar do korte kuitbroek zijns hertogelijken meesters nergens kon vinden en deze dus zijn toilet niet kon voltooien. Op diezelfde receptie is de zus ter des koning^, prinses Ifelenc van Slees- wijk llolstein, ook Wel genaamd prinses Chris liaan, van een estrade gevallen, ge lukkig zonder dat de vrij gezette dame zich bezeerde. Zoo kunnen intusscfien demen- schen do dingen tegen! oopen. Dat schijnt dc jonge Hertog van Rich mond ook tic vinden, want die is een pro ces 'tegen den minister van financiën be gonnen over de successierechten, welke deze van hein vordert. Die zaak zelve is nu niet'boel belangwekkend, doch Wol is dat het geval met dc wijze waarop dïe hertogen een deel van hun vermogen kre gen. lien der voorvaders van onzen her tog stond namelijk nogal in do gunst bij koningin Elizabeth, die hem het recht gaf een zekeren tol te heffen van alle steen kool, "die Londen werd bwmengovoeid. In die dagen van Queu Bcss bedroeg die tol een honderd of wat ponden sterling 'sjaars en dus was hot niet zoo erg. Toch, inden loop der eeuwen is het kolcnverbriuk! 5u Londen zoo kras toegenomen, dat op het laatst de "hertogen van Richmond alleen daaruit een inkomen van 2J/2 ton gouds hadden. Do stad had hen namelijk legen een jaarlijksohc uitk'eering van dat bedrag bet tolrecht afgekocht. Toon nu evenwel de Londensche Ctraafscliapsraad, 20 jaar geleden liet geldelijk beheer van GrooL- Londen in handen kreeg, kwam men tot de slotsom, dat het wensoholijker was ook dat jaargeld maar af te lcoopcn en naeenige onderhandelingen werd men het eens over de afkoopsom, dito de kleinigheid Van 7i/i nüllioen gulden bedroeg, een kapitaal dat voor de familie door afzonderlijke „trus tees" of curatoren wordt 'beheerd. Dit herinnert mij aan een veel dwazer afkoop. De hertogen, van St. Albans zijn namelijk erfelijke Groot-Valkeniers, een be trekking waarvoor ze natuurlijk' volstrekt niets te 'doen hebben, al sedert wie weet hoe lang. Toch kregen ze daarvoor een tractement Van zoowat f 11.000 's jaars. Dat is hen, nu, ook zoowat 20 jaar geleden, af gekocht voor 3 ton gouds. Ook dat k'api taal wordt voor hen "beheerd, daar het evenmin als oen pensioen mag vervreemd worden en in do familie moot blijven. Er zijn tallooze zaken van dien aard. De her tog Van Marlborough en die van Welling ton hebben bijvoorbeeld indertijd landgoe deren ten geschenke gekregen van Souve- xöitt of Staat en ook die landgoederen kun nen zo niet verkoop en. Vaak is dat heel lastig, want het onderhoud "kost dikwijls schatten en geen van beid.e hertogen zijn rijk, hoewel de eerstgenoemde een rijke Amerikaansche heeft getrouwd,. Zoo is jjiet ook de gewoonte, Wanneer iemand in 'den adelstand wordt verheven voor hem een zeker kapitaal te laten vast zetten, („to endof the title", heet dit). Dat kapitaal mag niet aangesproken wor den. Ik heb wel eens gehoord, "dat lord North oliflc,. de eigenaar van dc „Daily Mail", toen hij van Alfred Harmswortli tot baron werd verheven, ruim 31/2 millioen grilden op die wijze heeft moeten vastzet ten. Als het waar is, verbaast het me niet, want de „Daily Ma.il" kan dit hesf dra gen. In elk geval verklaart dit grootendecls hoe hot komt, dat de Engelsche aclol zoo rijk on dus zoo machtig blijft. De Fran- sche Revolutie heeft er in dat land zeer korte metten mee gemaakt, "doch hier zul len die toestanden nog wel eenlge eeuwen blijven bestaan, en dit bezit in de doode hand zijn. invloed op de Britsche samen leving en ook op den Britschen Staat doen gelden. Na al die ouderwetsche 'dingen mag ik wol op Wat zeer rneuwerwetsch komen, namelijk op Tiet ovaal biljart, dat hierin gebruik wordt gebracht. Zooals men weet, is de kunst van biljarten ontaard in een. kunstje, den „ankerstoot", die daarin be staat, dat men -do ballen zoo 'dicht bij elkaar houdt, clat men aldoor dezelfde ca rambole kan maken. Een biijartkampioen had hot gebracht tot bijna 500.000 caram- holen, zonder af te komen, en hij speelde daarover zoowat 5 weken, liet verveelde op het laatst iedereen en ten slotte hem zelf ook. Om aan zulk idioot, spelen nu een einde te maken, heeft men een ovaal biljart gemaakt, dat nu de zonderlingste stootcn veroorzaakt. E011 groot-biljartspe ler klaagde mij zijn nood over hef. nieuwe ding. Hij kon haast geen enkel effect goed berekenen en al do biljartkennis, die men in 100 jaren bad opgezameld, is, naar hij zcide, nu verloren. Men kan nu geheel van voren af aan beginnen en mag het eigen lijk geen biljarten noemen, het. is een an der spel en moet dus ook maar eon an deren naam dragen. De vriend van de 500.000 caramboles had liet ten minste op het nieuwe biljart niet verder gebracht dan tot een serie van 30, terwijl hij en zijn tegenpartij samen in anderhalf uur niet meer dim '400 punten hadden kunnen ma ken. Wel een geweldig verschil dus cn niet zoo'n ijzingwekkend vervelende vex- tooning. Ten slotte raad ik mijn laudgenoolen, die dezer dagen Londen mochten bezoeken bij Tooth, 175 "New Bond Street, het nieuwe schilderij van Alma Tadcma te gaan zien Het is, naar kenners verzekeren, liet beste dat hij ooit gemaakt heeft en wie zijn kunstopvatting bewondert, kan daar zeker wan genieten. Het stelt een uitvoering voor in hot Colosseum, onder Septimus Seve rus en is zoo schitterend van kleur, zoo keurig Van uitvoering, als ik zelden he(b gezien. In Duitschland is in den laatstcn tijd liicr en daar een bewoging op te merken die zeer zeker ook in hot buitenland wel de aandacht zal trekken cn veelal bijval zal vinden een beweging togen de on beperkte openbaarheid van de strafrechts bedoeling. Dat er niets vcrdachts-politieks achter deze beweging steekt, blijkt wel daaruit; dal vogels van zeer diverse politieke plui mago zich daarover hebben laten hooren Geen wonder, dat deze critici bot niet met elkaar eens zijn en dat zij, hoe eenstemmig ook bij hot diagnostiseeren van het kwaad, zeer veelstemmig worden bij het opgeven van de middelen om het te verhelpen. Als dat kwaad wordt dan het volgende aangewezen. I. Bij openbare behandeling van straf zaken worden vaak vroegere straffen van beklaagden opgerakeld, die niet zelden veel pijnlijker voor den beklaagde zijn, dan do in behandeling zijnde strafzaak zelve. II. Getuigen, deskundigen enz. worden niet voldoende beschermd tegen indiscrete vragen van verdedigers ol openbaar minis terie over particuliere omstandigheden, over hun vroeger leven enz. III. De openbaarheid leidt tot een on gezonde belangstelling van het publiek in cnsatieprocessen, die grooter wordt naar mate de dagbladpers zich uitbreidt. IV". Het gewone publiek van de terecht zittingen bestaat voor een deel uit allerlei slechte elementen, welke in de rechtszaal ele handigheidjes en methodes tot het ple gen van misdaden on tot het ontkomen aan de veidiende stral leeren.. Deze feiten behoeven nauwelijks toelich ting. En hebben de eigenaardige toe standen in ons land tengevolge, dat deze gebreken, althans de eerste drie, niet zóó sterk in het licht treden als veelal in het buitenland, zij bestaan toch ook bij ons, terwijl iedereen, die iets met strafproces sen te maken heeft, de sub IV bedoelde studenten in hot strafrecht" kent, gelijk men deze heeren in Duitschland wel eens noemt. Overigens zijn van II en III zeer re cente voorbeelden uit het buitenland te geven. Zoo is het b.v. bij het geruchtma kende proces van den Afrikaanschon dr. Peters vooigekomen, dat een der advoca ten, met hot doel een voor dr Peters goed gezinde vrouwelijke getuige rerdacht te maken, verzocht heelt haar te vragen of zij niet liefdesbetrekkingen met dr. Peters gehad had. Het ligt voor de hand dat zulk een vraag, eenmaal in het' openhaar ge daan, zelfs wanneer de president der recht bank haar zou weigeren op zijn beurt te stollen, onnoemelijk veel kwaad kan doen en iemand met een goeden naam voor zijn geheelo leven ongelukkig kan maken. Het geval is overigens buitengewoon typisch. Het ligt voor de hand, dat de advocaten, zoowel als het openbaar ministerie allicht trachten het gewicht van zekere getuige nissen te verminderen door den persoon van den getuige als minwaardig voor te. stollen. En nu is het natuurlijk wel heel erg, als dit opzettelijk en tegen beter we ten in gebeurt, doch hoe licht kan het ook vanzelf cn zonder zoodanig opzet geschie den. Nu is het waarfjHict meeste succes zal men met deze methode hebben in de lan den van de jury, waar de juryleden zich lichter door een plotseling aldus in het licht gestelde appreciatie van een gegeven getuige laten leiden, dan elders de bcroeps- rechtcis. Doch dat de methode ook tegen over dierocpsrechters toegepast kan wor den en wordt, ligt voor de hand. Indien het nog noodig ware, van het boven sub III gotcekende kwaad een voor beeld aan te balen, dan zouden wij kunnen verwijzen naar het Waddington-proces in Brussel, dat meer op oen groote theater voorstelling het woord is van een be kend socialistisch advocaat dan op een rechtsgeding geleek. Nu is het waar: ook hier wordt de zaak erger in landen, waar con jury is. Daar toch hebben de advoca ten meer aanleiding om allerlei bizonder- heden op to rakelen cn met allerlei pikan te intimiteiten op het onbedorven gemoed der juryleden te werken. Doch dat het ook in ons land vrij wal ongezonde sensatie zou wekken als eens in de Ilaagscho rechts zaal ten aanzien van de Ilaagscho diplo matieke wereld iets dergelijks gebeurde als in Brussel is geschied, wie zal het looche nen? Wie zal durven tegenspreken, dat do couranten uitvoerige verslagen zouden moe ten hebben en dat die verslagen door het publiek zonden worden gespeld. In elk geval kati men constateeren, dat in Duitschland deze vier bezwaren vrij al gemeen gevoeld worden en clat zij ook voor ons land niet to licht moeten worden ge teld. Hoe nu daarin te voorzien? De fouten sub I en II zijn ook door de Duitsche regccringscommissie voor do her ziening van het strafproces met zooveel woorden aangegeven. Deze commissie stolt voor, dat de vroegere straffen (als sub I) alleen zullen genoemd worden, indien een der in het proces betrokken personen dit wenscht of de voorzitter het noodig oor deelt: ook zal dc voorzitter kunnen wei geren bepaalde vragen aan getuigen enz. (sub II) te stellen. Zijn deze maatregelen voldoende? Veel gelooft men dit in Duitschland niet. Men wijst er op dat de indirecte gevolgen van I en If zoo ernstig zijn, clat radicaler maatregelen noodig zijn. Wil men langza merhand dc gedeeltelijk uit deze vrees voor openbaarheid voortkomende schuwheid van het publiek tegenover den strafrechter die ook in ons land ter dege bestaat wegnemen, wil men verhinderen, dat ge tuigen desnoods een meineed cloen, alleen maar ,om te ontkomen aan het feit, dat langvergeten, onaangename incidenten uit hun vroeger leven weer worden opgera keld, dan moet men verder gaan en hot gqyaar, dat zulke vragen gesteld worden, voorkomen zoo zegt men in Pruisen. Ja men gaat verder. Rechter van Pfistor te DaimsLadl trekt de aandacht door een ge schrift, waarin hij verklaart, dat dc open baarheid van de strafrechterlijke behande ling volstrekt niet zoo taboe behoorde te zijn als zij is. Men kon die openbaarheid anders regelen, het liet zich heel best den ken, dat men de openbaarheid ophief, zon der dat daardoor do rechtspraak slechter word en de controle van het volk op de rechtspraak verdween. Men zou de jury kunnen aanvaarden als geheel passieve dwarskijkers, uit het publiek gekozen, meri zou de openbaarheid der vonnissen beter kunnen waarborgen, dan door ze zooals nu op te lezen, zóó, dat slechts weinigen de voorlozing kunnen volgen, en door en kele daarvan nu en dan in rechtsgeleerde bladen to publiccoren zegt onze goede rechter. Mon zou wilde men minder ra dicaal zijn (en er zonden er zeker in ons land niet velen gevonden worden, die zoo maar zonder meer de openbaarheid met haar veel goede gevolgen ter zijde zouden willen stellen) ten slotte liet aantal ge vallen kunnen uitbreiden, waarin do deu ren gesloten moesten worden en aan de bij een strafproces betrokkenen een ruime bevoegdheid kunnen geven, om sluiting van de deuren to vragen. Iloe het zij waar een wil is kan men ook een weg vinden. I11 Duitschland begint de wil er meer en meer tc komen. De vraag is nu of ook in Nederland bovenbe doelde misstanden bestaan en of er aan leiding is om te overwegen of daartegen iets gedaan kan worden en zoo ja wat, zonder direct de al te radicale middelen van den Darmstiidter rechter toe te passen. ontvangen." Dat bracht' Bórangers bloed aan het koken. Hij wendde zioh mei ver achting van de nieuwe regccring af engaf al zijn liefde aan den eenigc, die alleen waard was om Frankrijk te regeeren en groot te maken. Hij wilde zijn pijlen legen de nieuwe regeering uitschieten en hij deed het. In 1821 verscheen Bórangers tweede liederenverzameling. Daar hij begreep, wat hem te wachten stond, vroeg hijzelf zijn ontslag van de universiteit. Zijn nieuwe liederen vonden nog meer bijval dan de eerste. Eindelijk, eindelijk had iemand in dichterlijke taal uitgesproken, wat allen in hun hart voelden. Elf duizend exemplaren gingen in de eerste dagen na het verschij nen van het boekje weg. Toon licL de re gccring beslag leggen op de rest der op laag en veroordeelde den dichter wegens majesteitsschennis tot drie maanden gevall en 500 francs boete. ALLERLEI. DE BEHANGER. Pierre Jean de Béranger behoorde tot een verarmde adellijke familie. Zijn groot vader was kleermaker, zijn vader was eerst boekdrukker en richIte toen een bankop, die echter weldra fout ging. De knaap, die in 17S0 tc Parijs geboren werd, leerde dus van zijn vroegste jeugd af aan de moei lijkheden van het leven kennen. MeL een optimisme, vertrouwend cn vroolijk, ging hij echter moedig door het leven. Tot aan zijn veertiende jaar werkte hij hij zijn grootvader, op zijn achttiende jaar, toen Napoleons maclil op hel. hoogtepunt was gestegen, kwam hij bij een boekdrukker in do leer, en leerde daar eerst goecl lezen en schrijven, hij, die vijftien jaar later in zoover tot do grootste süjlkunstenaars van Frankrijk behooi-de, dat hij hel opgeschroef de cn pathetische geheel miste! Wel be hoorden zijn eei'ste dichtwerken nog tot de oude school, liet waxen comedies en idyllen, geheel naar het recept van de oude overlevering vervaardigd. Napoleons broer Luciên, die voor dichter doorging, kreeg die onder hot oog cn droeg het eerbewijs, dat de akademie hem .verleend had, aan den jongen Béranger over. Dat was de eerste stap. Den tweeden deed de dichter zelf, toen hij in 1S09 een betrekking aan nam bij de universiteit op een jaargeld van 1000, latex vim 1200 frs. Hij was nu 29 jaar geworden, zonder dat hij zich met zijn gedichten aan de overlevering had onttrokken. In 1810 kwam opeens Bóran gers genie aan het licht. Dc jaren van 18101814 zijn dc vruchtbaarste van zijn leven geweest. De ge'dicliten, die toen ont stonden, zijn ook vrij van politieke satire, ze spreken alleen van liefde, vroolijkheid, vreugde en wijn. Toen ze in 1815 ver schonen werdeir ze algemeen toegejuicht. Weinige dagen later hoorde men ze overal op straat zingen en fluiten. Béranger- naam was in aller mond, maar de univer siteit moest haar beambte wegens zijn lichtzinnige liederen onder handen nemen. Onderwijl was de slag1 bij Waterloo ge leverd. De reus Napoleon was naar een eiland in den verren Oceaan verbannen en Bodewijk XVIII, in jicjit.doeken gehuld, aanschouwde vanaf zijn balkon den pa- rademarsch der voorbijtrekkende troepen. Die troepen, waaronder zoo menigeen was, die de zon van Austerlitz had gezien en die van het kruis op zijn borst kon zeg gen „Ik Iieb z ij n Kruis uit z ij n hand' genisstraf Geheel Frankrijk was vol van deze fe dichten, het volk voelde dat iemand ze gedicht had, die zijn vaderland vurig lief had. Gccix volk is in den grond zoo va derlandslievend als het Fransche. Wat Bé ranger groot gemaakt heeff, is dat hij de meest nationale dichter is geweest en dat zijn vaderlandsliefde in de tijden van het ergste verval niet verminderde, maar in tegendeel nog hoogcr steeg. Hij deed tonen van vaderlandsliefde hooren, zooals ze vóór hem nooit weerklonken hadden. „Ma ria Stuarts afscheid van Frankrijk" en „De zwaluwen" behooren tot hot schoonste en aangrijpendste wat de vaderlandsche dicht kunst van oen volk ooit heeft voortgebracht. In 1828 verscheen Bórangers laatste lie derenverzameling, daarna gaf hij niets meer uit. Hij was in 1828 weer meteenige maanden gevangenis gestraft, daardoor is hij er misschien toe gekomen verder te zwijgen. Men deed alles om zijn gunst te winnen, wilde hom tot lid van de akademie maken, wilde hem het kruis van het le gioen van eer geven, maar hij sloeg alles af. Hij had in 1833 al zijn liederen afge staan aan zijn uitgever voor een uitkeering van 8000 francs "sjaars en daar van leefde hij tevreden tot aan zijn dood. Natuurlijkheid, dat was in Bórangers le ven en zijn werken de grondtoon. J lij be kommerde zich weinig om al het uiterlijke en do letterkundige strijdvragen van zijn lijd. Hij was zich zelf genoeg; waar hij den polsslag van het hart niet voelde, nam hij geen aandeel aan de dingen. Open cn eerlijk, groot in ieder opzicht ging hij door het leven. Als vijand van iedere gekun steldheid, viel het hem gemakkelijk het gevoel van zijn volk to treffen. Hij noemde de dingen bij hun naam en omschreef ze niet, zoodal hij altijd zeker was van den indruk op zijn toehoorders. Karakteristiek' voor zijn gehcele leven cn dichten is de anekdote, volgens welke hij eens een lid van de akademie antwoordde op zijn vraag: „Hoe zou "u in dichterlijke taal de zee noemen?" „De zee, natuurlijk." „Dus Nep- tunus, Thetis en Amphitrite geelt u geheel op?" „Geheel en all" De modernen kunnen tegenover Béranger er zioh niet op beroemen, dat ze de grenzen der dichterlijke uitdrukking verruimd heb ben. Do man, dien inexx tegen zijn wil op staatskosten en met do eer van een maar schalk van Frankrijk op het kerkhof Pèro Lachaise begraven heeft, was d,e modernste van allen. De vraag, waarom dit zoo was, is gemakkelijk te beantwoordenomdat hij een echt dichter was. Echte poëzie blijft eeuwig jong en eeuwig nieuw in alle tij den. HET GOUD VAN IIET NOORDEN. Sedert duizenden jaren reeds is het barn steen den menschen bekend, en altijd is men verlangend' geweest do vraag naar zijn ontstaan te kunnen beantwoord'en. Men weet dal het uit een harssoorl. uit het tertiaire tijdperk is ontslaan, maar den juisfen boom, die dit hars leverde, heelt men nog niet kunnen bepalen. De gewel dige wouden van Oezo konifeeren, die vooi"- namelijk het tegenwoordige Sanxland be dekten, zullen in die oude tijden aan deze streek een zeer romantisch karakter heb ben verleend'. Maar over deze heerlijkheid van een spiookjesachfcigen tijd', brak de ijzige gletscherstroom van het ijstijdperk heen, dïe de barns teen wouden langzamer hand' deed uitsterven en ze daarna be groef. Zoo kwam deze soort liars in, zijn d'onkere bergplaats, de karakteristieke „blauwe" aarde, waarin, het. nu nog rust. In vroegere tijden bepaalde men zich er toe, het voor de hand liggende ham- SCHIEDAMSCHE COURAN ffo-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 9