voor"1)Ime"s. ALLERLEI. VOOR KINDEREN. klassen worden i) verschillende pinnies (vim -0, 24, 42. tU en -IS cunt) ingesteld. Uit de h e taal d e p r e m i e s wordt, mt de ouderdomsrente berekend en wel zoo, tint i!e rente beslaat uit oen grondslag on een verhooging. De grondslag is (in lie! kort) het, bedrag, dat wordt gevonden als men het è-15 voinl van lief gezamenlijk bedrag der betaalde pivnrièn dieelt door liet aantal we ken, dal do verzekering geduurd heeftDe verhooging bedraagt 15 ten honderd van het totaal bedrag der betaalde premiën. Alen Iieel't echter geen recht op ouderdoms rente indien men niet. èn 65 iunr is èn een wachttijd heeft vervuld, die 1218 invmie- wvkcn bedraagt, De weduwe heeft in het algemeen ook recht, op weduwenrente, indien zij bij liet overlijden van baar echtgenoot den leeftijd van '05 jaar bereikt heeft of indien zij na dar, overlijden dien leeftijd bereikt. De we duwenrente bedraagt LO-1 gulden oer jaar. Deze kan eventueel komen hij de rente, die de vrouw wegens eigen premiebetaling lit eft. Om rente te genieten behoort zij ge trouwd te zijn voordat, haar echtgenoot was, niet. \an tafel en bed gescheiden te zijn en niet. een nieuw huwelijk aan te gaan. Particuliere maatschappijen zullen niet naast, de onderdonisrentebank kunnen optre den. Deze Rank beslist in kwestiouse geval len in vele gevallen bestaat van die beslis sing beroep op de (bekende) raden van be roep en in hoogste ressort op den cent ruien raad van beroep. Dit, zijn, zeer in liet kort de hoofd lijnen van liet ontwerp. De details over het routekaart- en plakzegel-systeom, over den rol, die do district skiassen en d>' posterijen zullen vervuilen, geven wij thans niet om niet. de aandacht af te leiden van de hoofd zaak. Trouwens ten aanzien van de bizonder- heden is zoo enorm veel tot. in kleinigheden in deze wet geregeld, dat het voor anderen dan do ontwerfiers der wet bijna onmogelijk is zich daarvan nu reeds een beeld te vor men iets waarvan de ontwerpers zich trouwens blijkens de memorie van toelichting zeiven bewust toonen. CHARLES DICKENS ALS SPELER. De beroemde romanschrijver Charles D/io- ke.ns bad hel in zijn jengel alles behalve rooskleurig. Zijn vader, een onpraelisoh, lichtzinnig zakenman, zat. incest in de gij zeling, en zijn moeder was niet in staat hem en de andere kinderen voldoende te voeden. Daarom moest hij reeds als kleine jongen door handenarbeid tot het levens onderhoud der zijnen bijdragen. Hij werd daarom naar een fabriek gezonden, waar hij een shilling daags verdiende. Hier leerde hij een anderen knaap, Robert Fargin, ken nen. die naast hem werkte. Doch deze bittere lijdenstijd was einde lijk voor Dickens voorbij en hij kon weer een school bezoeken. Daarna werkte hij als verslaggever voor couranten, maakte later zijn „Schetsen", cn gaf in het jaar 1836 den met zooveel succes bekroonden roman „Santnel Pickwick" uit, waardoor hij plotseling een der meest gelezen en ge sderde schrijvers van Engeland werd. Destijds was in St. Jamesstreet le Lon den hef. prachtige paleis van de zooge naamde Crockfordeiub gebouwd, een speel hol van de voornaamste soort, genoemd naar haar stichter Croekford, oen voorma- ilgen rijken vischhandeiaar. Om er studie ie kunnen maken, wensclde Dickens deze speelciub eens te bezoeken, liet viel hom niet moeilijk zich een entrcekaart voor de club te verschaffen, en hij ging er op ze keren avond heen. In de schitterend ver lichte vestibule van hei. speel paleis werd hij door 'n rijkgekleeden porfier ontvangen. ,,\Vat zie ik, ben jij het. Bob!" riep dc romanschrijver verbaasd, toen hij zijn vroe ger kameraadje uit de fabriek herkende. „Jawel, Charley, ik beu hier als por tier aangesteld." maan kwam op, haar zilver licht drong door het dikke gebladerte der btsomen rondom hen, en zij konden in eikaars oogeu en harten lezen. Plotseling dee i cn ge luid, eerst veraf, toen dirhUiij, lam bei den opschrikken. Het volgende oog-nbük kwamen er uit liet struikgewas een aantal spookachtige honden te voorschijn, g.-volgfl door een grooten, afschuwelijk mtzieudon man, als jager gekleed, mrt een lange sjerp, die hem over de schouders hing. Cede rende een oogenbiik stond liij rtii mi keek hen aan; toen sprong hij, luid gillend, vooruit, en zijn handen uiHiekkerid, om eenige den weg veispcrrende blaren opzij te duwen, verdween hij LttSschen de hoo rnen en was niet meer to zien. -Mei een doordringende kreet van: „Le grand Von curl" wierp Bertha zich in Charlie's armen, in haar angst zicli siijf tegen hein aandringend. Hij kende dc legende van de „Jager van Foiitameblean", maar had het tot nu toe slechts als een sprookje beschouwd;maar nu had hij het met zijn eigen oogen ge zien, en was Berths, niet in zijn armen? Hoe hulpbehoevend was zij nu in haar grooten angst. Hij had diep medelijden mot haar eri drukte haar nog vaster tegen zich aan, en zijn hoofd buigend, ontmoetten zijn lippen de hare. ..Bertha, Bertha, mijn lieveling, ik heb je lief, ma chériol 0. zeg dat jij mij ook bemint! Word mijn vrouwtje!" mompelde hij. „Beloof me dat, Bertha!" In dien tussehentijd had liet overige ge selschap den grooten weg bereikt, en haastte „En het gaat je goed?" „Heel goed; maar wal kom je hier doen?*' „Ik wilde liet leven in deze inrichting wat meer van nabij loom» kennen." „Luister eens," fluDteide vertrouwelijk Bob Faigut, terwijl hij voorzichtig omkeek, „doe hot liever niet! Ba niei naar binnen I Laai je door mij waai schuwen: noem je boenen under je arm en maak dat je weg komt! llel is weliswaar niet in hei be. lang van mijn lieer ais ik zoo tegen ju spreek, maar je bent de vriend uit mijn jeugd uit de fabriek, en daarom reken ik het mij lol plicht je te waarschuwen. Ik /.eg je, je wordt daar hitmen geplukt, dat liet ecu aard heeft." „Hartelijk dank voor je welgemeende waart sohuwiing. Bob," sprak Dickens lachend; „maai- toch kan ik aam je goeden raad geen gevolg geven. Ik moei. om bizondeie redenen dit- établissement nauwkeurig in oogcnschouw nemen. Slim kan hei niet worden, want ik heb maar lien poml bij me gestoken. Als ik die verlies, is bet nog zoo heel ei-g niet, want ik ben niet meer zoo al will bij kas. nis destijds, toen we samen op de fabriek waren." In de speelholen bevonden z'eii vele elegant gekierde lire ten. Sommigen van hen kenden den jongen romanschrijver en knik ten hem vluchtig toe. zonder zich even wei door zijn verschijnen in het spel te laten sloren. Do leider van liet geheel, do oude heer Crocikford. dia er met zijn grijze haren als een volmaakt gentleman uitzag, wife zelf aanwezig. 11 ij wisselde enkele blikken met de croupiers. Alvorens zijn gel nik le beproeven, keek Dickens een poosje naar hel spei, en zette toen vijf pond op een kaart. Hij won, liet staan en won weer, daarna nog een paar keer. Toen hij heen ging, vond hij bij den uit gang weer den vriend uit zijn jeugd. „Zoo," sprak zacht de in de geheimen van het speelhol ingewijde Bob Fargin, „ben jo daar weer? Natuurlijk geheet geplukt, hè?" „Integendeel ik heb gewonnen." „Heb je gewonnen „Ruim zeshonderd pond." „Dat kan onmogelijk eerlijk gegaan zijn; men is hang geweest voor je scherpe pen. Je schrijft, immers nog voor de „Aloraing Chronicle" en andere tijdschriften?" „Jawel 1" „Dan heeft men vermoeden, dat je een artikel wilt seJirijven over de Crockford eiub, en je daarom een aardig winstje in den zak laten steken, opdat je schrijven niet al te gevaarlijk zou worden." Dickens lachte. „Nu, dan lieeft men zich wel certtigemiató vergist," sprak hij toen. „Ik wil geen speciaal artikel over de Crock fordeiub schrijven. Ik kwam slechts hier om studies te maken. Ik werk namelijk aan een nieuwen roman en ia een der hoofdstukken wil ik het leven in een voor naam speelhol beschrijven. Dat was het eigenlijk doel van mijn bezoek." „In alle geval doe je beier, in 't vervolg hier vandaan Je. blijven." riep zijn voor malige kameraad hom nog na. „Eéns en niet meer!" dacht waarschijn lijk ook de geestige romanschrijver, want hij bezocht het speelhol in St. Jamesstreet nooit meer. HET HOOGSTE HUIS DER WERELD. Aan de „Frankfortcr Zeiluug" werd ver leden maand uit New-York het volgende geschreven: „De vloed van toeristen, die thans naar Amerika terugkeert, vindt hij lief binnenvaren van de haven van New- York hel uiterlijk dezer stad eenigszins veranderd: uit de zee van luchtkrabbers, „(Ie Downtown", is namelijk een nieuw gebouw opgedoken, dat hoog boven aile andere gebouwen der stad, en, naar men zegt, ook der wereld, uitsteekt. Het is het Singor-gebouw aan den Bencdcn- men zich naar hui', om vóór het vallen vtuj don nacht binnen te zijn. Door het vlugge rijden bereikten zij Eontainebleau vóór zij do afwezigheid van Charlie on Bertha hemeikten. Zij maakten zich niet ongmist, maar mlon eenvoudig wat lang zamer om den. jongelui gelegenheid te ge ven hen in to halen, dikwijls stilhoudend en omkijkend, iu de hoop hen achter zich te zien. Toen de ouders thuis waren, werden zij evenwel ongerust, en de lieer Eortcscue ging dadelijk met eenige anderen terug om hen te zoeken. Dit bleek niet gemakkelijk te zijn, want liet was erg donker, en, hoe wel allen een lantaarn bij zich hadden, was lief. in het dichte bosch toch moeilijk om vooruit te komen. Zoo gingen zij uren voort, voortdurend verdwalende en dikwijls niet wetende, wel ken wog in te slaan. Ten laatste, geheel ontmoedigd, kwamen zij aan eeu halt, en overlegden wat turn te doen stond, toen een doordringende kreet de stilte verbrak. De stem van zijn kind herkennende, snelde de heer De AKnaud voorwaarts. „Dezen kant uit," riep hij. Een paar maanden later gaven de For- tescucs hun huis te Fontainebleau op en keerden naar Engeland terug. Na verloop van tijd deed hun zoon met goed succes zijn examens en trouwde heel spoedig daarna mei Bertha de ALinaud. Op deze wijze leerde Charlie Fortesoue Fransch. Broadway, dal thans tol aan de 41ste ver- 1 dieping gevorderd is. Hiermede is het ech ter nog niet voltooid, er wordt nog een toren van, zes verdiepingen op gezet en daarmee zal deze reus onder de huizenzee van New-York de respectabele hoogte van 612 voet bereikt hebben, zijnde dit 200 voet hoogur dan elke tot dusverre bestaan hebbende luchtkrabber. Het gebouw maakt don indruk van een leusariitigon toren; men moet namelijk in New-York, en speciaal in het liamlelskwar- tiei'j buitengewoon zuinig met den grond omgaan, daar hij hier 700 dollars per vlerk, voet kost, en dientengevolge nemen de bouwwerken daar Ier plaatse al meer en meer oen torenaehlig karakter aan. Vol gens de bestekken, die tot in de kleinste bijzonderheden uitgewerkt zijn. zal hel lo- taalgew icht van don reuzenbouw 86,000 ton (van 2200 pond elk) bedragen. Hiermede is mei elk boutje en elk spijkertje reke ning gehouden; want de geboete ontzag lijke ijzorconsfructic, met muren en vloe ren, rust op 89 stalen kolommen, die !J0 voet onder don beganen grond in den rotsachtigim bodem vaslgemelseld zijn. en allo berekeningen zijn hierop gebaseevd. dak elke kolom ongeveer evenveel ("dia- geil heeft. Overal, waar dit kan ge schieden, zonder aan de soliditeit van den bouw afbieuk le doen, nordl getracht, aan gewicht te besparen; zoo weiden bijv. de radiatoren der centrale vrwiiniiing in üe verschillende lokman van liet kostbare ge- peisl staal vervaardigd, in plaats van, zoo ais dit gewoonlijk hel geval is, van gegoten ijzer, omdat hieidonr enkele tonnen aan gewield uitgespaard werden. Zeer interessant is hol om ie zien, hoe de boofd-ai'ciiilect de werkzaamheden leidt. Geen kwestie van, dat deze, trap op, trap al. in de velschillende verdiepingen omklautert, om rechts cn links zijn be volen uit te doelen. Neen, bij zil ge heel op zijn gemak in een zeer geriefelijk ingericht bureau, dat van gelui I-dempend"1 wanden is voorzien, op de derde ver dieping en heelt daar och telefoon onder zijn bereik. Deze loopt naai' alle verdie pingen en zoodoende kan hij binnen en kele seconden met den een ol anderen; opzichter spreken. Met hel gebouw wordt ook het net van deze telefoon gedurig grooter. In het Singor-gebouw zal men enkele nieuwe snufjes aantreffen, die men zelfs in de meest moderne luchtkrabbers nog te vergeefs zou zoeken. De bewegingen der verschillende liften worden van uit een centraal-burcau geregeld, van waaruit de chef der iiftjongens aan elk zijner onder geschikten zijn aanwijzingen door middel van ciectrische signalen en de telefoon kan doen toekomen. Een speciale olcctui- sehe inrichting, gearrangeerd op dc ma nier van een plattegrond, toont hem ten allen tijde, waar de verschillende liften zich bevinden. Van de 16 liften zullen er acht expres-liften zijn, die pas bij 'ile 20e verdiepingen stoppen. Elke lift kan 600 voet per minuut afleggen. Tiet gebouw zal zooveel lampen tellen, als menige stad van niet te grooten om vang, namelijk meer dan 15,000, die allen gevoed worden door een installatie inde buurt der fondamenten. In elk lokaai van 'den reuzenbouw zal men. een d rink w ate r- fcrnn,n vinden, wier water gefiltreerd zal zijn en op temperatuur gehouden. a,l naai' den tijd van het jaar. Iels nieuws is verder de reinigings-instal- latie. die gebaseerd is op hei vacuum-svs- leom. In elk lokaal bevindt zich namelijk een „Opzuig-borstel", die in oen oogen- lilik 'n jas of hoed van alle stof bevrijdt, dat zich er op of er in mocht bevinden. Voor het schoonhouden van do lokalen is deze inrichting natuurlijk van hei groot ste gewicht. 'Aile stol' komt in hnt sous- terrein terecht. Op den toren wordt een reusachtig zoeklicht aangebracht, wolks lie bi men nog op een afstand van 100 lot 130 kilometer zal kunnen zien, d. w. z. wan neer ook deze reus niet vroeg of laat weer door een nog hangoren iuich krabber overvleugeld woi'dl. De .ïïetiopolitan Life Company, di 'zicli op e/migeu afstand van hei g'riiouu bevindt, zal bijv., naar men beweert, onlang op haul' gebouw een toieti zullen van -JD ver diepingen, gerekend vanaf iten beganen grond. Nog andere „hoogvliegende" plasman wachten op uil voering. Een bouwku/ldig genie hier ter stede heeft zelfs de plannen voor een gebouw van 1 5 0 v e rd u pi n- gen uitgewerkt; voor de uitvoering dozer plannen ontbreekt hem alleen... hei kapi taal! Hij meent, dat hij dit zaakje, don grond niet inedegerekend, voor 20 a 25 millioen dollars kart klaarspelen. (De boinv van het Singei-huis kost tVa miiiioen dol lars). Wellicht wordt ook dit ideo nog eens werkelijkheid. Vijftien jaren geleden dacht immers ook nog niemand aan een gebouw 'van 47 verdiepingen; men was toen nog bescheiden; want toen hel 18 verdiepin gen Iiooge gebouw der „World" werd op getrokken, was do verbazing algemeen. Thans is dat gebouw al zoo „ouderwetsch", dat zijn eigenaar zicli er voor schaamt en er een stuk laat bijhouwen, dat veel hooger zal worden, om toch maar eenigs zins met den tijd mee te gaar." als model. man kwam op zekeren dag eens treurig en terneergeslagen bij hengen hij vroeg hein. wal hem scheelde, liter,-1 wilde de sergeant hier niet op antwoor den, maar stortte toch later zijn luutvoor den schilder uit. Hij was voorgedragen voor het kruis van hot legioen van oer, maar onreclitvaanligerwijze had hij lir-l niet go- kregen. Het verdriet van den braven sol daat iiracht den kunstenaar op oen goed idee. Hen volgenden, dag wachtte hij hel bezoek van den koning Louis Philippe en schilderde daarom de decoratie met in 'L oog vallende kleuren op de borst van den soldaat. Toen de koning hut atelier betrad en de nieuwe schilderij bekeek, maakte Vernet met blijkbaar leedwezen de opmer king: ,,lk heb mij toch vergist: ik mpende, dat deze soldaat, die hot land werkelijk belangrijke diension bewezen heeft, gede coreerd was; maai' nu ik goed ingelicht beu, bemerk ik, dal bet niet. waar is. Het. is jammer, wanl de decoratie slaat op de schilderij werkelijk goed." De koning antwoordde dadelijk hierop mot vuur: „(Ie hebt gelijk. Wiiseh hot kruis niet uit., iiet is goed op zijn plaats: „ik zal u een echt sturen, dat ge uw model da.» uit mijn naam kuurt geven." EEN VOORDEELiCiE SCHAAR. Eenige jaren geleden Liet lord Salisbury. Engeland's eersle-minisier, bij een kapper, waar bij anders niet gewoon was te komen, zich het haar knippen. De baai-kunstenaar had zijn voornamen klant dadelijk her kend, maar lie! liet, zoolang hij hem ou der handen had, niet merken. Twee dagen later kwam de minister voorbij denzelfden winkel, en toevallig viel zijn oog op de uitstalkast. Er hing namelijk een groot bil jet. in, en een talrijke mense,heunien.igte verdrong zie.h om dit te lezen. Eindelijk gelukte hol hem de uitstalkast lo naderen, maar wie, beschrijft zijn verbazing, toen hij daar met dikke letters de aankondi ging las: „Haarknippen twee shillings; met dezelfde schaar, waarmee ik lord Salisbury geknipt heb, zes shillings." De zaak scheen schitterend te gaan, want liet publiek ver drong zicli letterlijk om in don winkel le komen. MODE. Het allernieuwste in de tegenwoordige mode is wel de tuniquo. De meeste tyniques worden vóór en achter met een punt inge richt, en een oitdc japon kan men er zeer goed nieuw-inod'isch mee maken, daar men ze vervaardigen kan van afstekend mate riaal bijv. werkt, men op een zijden rok een tunique van laken of caohemiire in dezelfde klem; op een rok van wollen stof' draagt men een. tunique van geribd flu weel. Ook kan men een quasi-tunique ma ken door liet aanbrengen' van tres of bin is in den Liuriquovorm. De wezenlijke tunique is ovenwei niet voor alle figuren geschikt, daar ze zeer verbreedt, en klus alleen maar door mooie, slanke figuren gedragen kan worden. Als garncering voor japonnen wordt, bi zonder veel soutache gebruikt; men ver siert. er de mouwen, kragen, bretels en inauwkoppen mee. Piv/.p dames kunnen dus weer aan 'Jiel. werk, daar dc .soiutache-gfir- neering zeer gemakkelijk door haar zelve kan worden aangebracht. Alen laai eenvoudig in een handwerk winkel op (vloeipapier een patroon ieoke- nen. Dit patroon naait men op de lo sou- tacheeien stof, en met een fijn steekje be vestigt men, steeds maar de aangegeven lijn vólgend, de soutache. Is het werk af, dan knipt men hei papier weg, en ver wijdert de kleine stukjes, die nog zijn blij ven zitten met behulp van een speld, wat een heel werkje is. HET GESCHILDERDE ORDEKRUIS. Een sergeant van de Chasseurs d'Afriquo diende den beroemden Franschcn schilder Horace Vernet, bij bet maken van een .schilderij, een veldslag, voorstellende, eens KUNSTENARES EN KOOKSTER. Tooneelheldinnen, die tevens knappe huis vrouwen zijn, treft men maar zelden aan. Wüholmine SchroderBevriend was niet alleen groot op (Ie planken, maar ook groot in de keuken en een uitstekende huisvrouw. Toen zij haar echtgenoot, den lieer Von Boek, naar Koerland gevolg,i was, kwam zij op zekeren (lag in een kamer, die juist door een dienstbode zeer slecJii ge schuierd was. Verontwaardigd riep zij: „Heet dal hier kamers schuieren? Jk zal je eens laten zien, hoe men dat in Duilsch- i'and doel!" Tegelijkertijd trokt ze haar ja pon hoog op. stroo.pl de mouwen op, knielt op den grond, en bowenki dezen, dat het eeu aard hooft. Een anderen keer komt ze in de keuken om eens naar hot eten Ie kijken en wei voornamelijk om de saus te proeven, d.'.e voor dien middag bij liet vieoscli gebruikt moot worden. Zij proeft, proeft en 'schudt onvoldaan het hoofd. Eindelijk zegt ze: „er ontbreekt wat aan, maar ik kan niet zeggen, wal het is. Ha, nu ben ik; er, het zijn laurierbladen, geef er een paar." Haar lm was goede raad duur. In de pro visiekamer bevond zich deze specerij niet, ,en in de buurt was ze niet te kyijgen. Doch mevrouw Snhrixler -De vrient wist raad. „Ga maar dei groene kamer," sprak ze tot de keukenmeid, „daar zal je een kist vinden, en daarin liggen mijn laurierkransenhaal or con van hier, dan zijn ze tenminste nog ergens nut voor." En zoo gebeurde liet. Met laurierbladen uil een lauwerkrans der gro-ote tooneeL speelster werd de saus gekruid en ze smaakte den echtgenooL uitstekend. DROOMSTERTJE. F.en klein huis met: drie kamers, kinderen en het graf van haar man', u'as alles, wat de boodsc.haploopster haar eigen', dom kon noemen. Wat zij vorder nood"» had, moest ze verdienen. Daarom ging ze, of liet regende, sneeuwde of de zon schoen, van dorp tol stad cn van stad lot. dorp, en men noemde haar de boodsohaploopster. „Roosje, pas goed op de kinderen en zorg voor alles," sprak zij iedcren keer. Roosje wreef zich de oogen, nam den em mer en ging naar het beekje. Zij wilde water putten voor de soep, water om zich en de vijf kleintjes thuis te wassdvon,wa ter om den, boel schoon te maken. Roosje liep. alsof zij stokoud was, liet het hoofd hangen en toen zij bij het boekje gekomen was, was zij, mettegenstaamieden emmer, vergeten, wat zij wilde. Zij ging jn de zon liggen en droomde uren achtereen. Juist kwam cr een jonge ree aan den zoom van liet bosch kijken. „Zeg eens, heb je den jager ook gezien, kan ik rustig aan het beekje drinken? tk beu een betoovord prinsesje. Zie jo niet, Sioe mijn kroontje schiller!,? „Luister eens, in bet bosch is juist het eerste meiklokje opengegaan, en de, mei kevers dansen als kinderen in een krin getje er omheen dat i,s aanlig!" Roosje lachte. Juist pakte hel. beekje een ijdel boter bloempje, dat zich te ver voorover boog om rich te spiegelen, cn ïloopte bet iu het water'. Het bloempje stond weer ïccht op en schudde zicli, dal de waterdroppels in de rondte spatten bot beekje lachte cn viool, verder, en vertelde het het heele bosch, en alle lachten, zelfs de oude eiken en Roosje lachte ook. Zoo droomde Roosje, eri hot. heekje stroomde voorhij: klok, klok! Dc emmer stond nog ongevuld; de moeder kwam zwaar beladen en hongerig den weg af en zei treurig: „Maar Roosje, de kinderen slapen een gat in den dag, de kachel is koud, or is geen soep gekookt; en allen hebben honger, en je ligt maar to droomen, alsof je niets tc doen hadt." En een oud vrouwtje van het dorp schudde liet hoofd, haar goedig gezicht stond erg bedrukt, en zij sprak: „Roosje, Roosje, wat moet er toch van je worden?" Dat wist Roosje zelf ook niet, maar zo bekommerde er rich niet om. Op zekeren dag kwam dezelfde oude vrouw haastig en blij de dorpstraat af- loopen: „Roosje, Roosje, daar hebben we allen vergelen en jij zelf hebt er met je godroonr ook niet aan gedacht dat je gisteren jarig was! Kijk nu eens, wat ik je hier breng 't is nog wel niet heel mooi, maar- 't is een naamgenootje van je. Ais je het goed verzorgt en in do zon zet, zal het over ecnigon tijd mooie roos jes hebben." Roosje nam liet plantje, zette hot voor bet venster, droomde verder, en dacht aan het heele potje niet moor. De wind kwam, slootte en rukte er aan, als er regen viel, kreeg hoL zoo mi en dan eon drupje, maai de zon had bet. arme, veronzachlzaanule plantje lief en kuste het menigmaal. Op zekeren dag waren er aan hot plantje drie. roosjes en toen'de morgenwind kwam, klopten ze zacht, heel zacht aan ile rui ten, als wildon zij bescheiden vragen om binnengelaten te worden. Roosje wreef zich de oogen uit en kou niet begrijpen, waf ze zag, maar plotse ling lachte ze en begreep, wat die daar buiten wilden „Alaak tocli open, maak locli apen, we zijn van jouMaak toch open, maak toch open, laat ons binnen 1" Roosje deed werkelijk het venster open, en toen werd het haar zonderling te moede met het roosje. Toen zij de mooie bloempjes zacht wilde streden en liefkozen, zag zij, hoe ongewassehen haar handen waren, en toen zij bet bloeiende plantje in de kamer nam, bemerkte zij, hoe stoffig en onordelijk alles was, en zij schaamde uch hierover voor de roosjes. De zon scheen ook lang niet warm en helder genoeg voor de roosjes naar bin nen, want de vensterruiten waren dof en vuil. Plotseling had ze handen vol werk. „Beekje, goed beekje, geef toch water, dat ile zon warm in mijn kamer kan schijnen, want ik heb sedert vanmorgen drie mooie roosjes Roosje begon te boenen en muren, meu belen en platen ut' te stoffen. Ré, dal was oen plottage sc.hootmiaakpartij. Ouder hot werken is Rosa bij den kleinen spiegel gekomen, die vergelen, bestoft en gebar sten aan den muur hing. O, woo! Roosje schrikte, toen zij zich- zelvc er in zag. Nu weer snel naar bet goede beekje. Op de trap speelden de zusjes en broertjes, die nam zij ook mee. Het was als moes! Roosje zich voor de lieve zusjes schamen, en ze durfde niet blij te zijn, vóór dat alles netjes en schoon was. Toen 's avonds de moeder thuiskwam, stond do dampende soep op tafel, en zij zetten er zich met vrooiijke gezichten om heen, Aan het venster stonden de drie roosjes te knikken, en door het geopende raam riep hot beekje: „Kijk, kijk," a's moest het aan zijn verwondering lucht ge ven „Kijk toch eens, wat droomstertje gedaan heeft." Het beekje stroomde verder en vertelde het 't heele bosch. Allen verwonderden z:ch, zelfs de oude eiken schudden verwonderd liun hoofden en verheugden zich. Geduukt ter Drukkerij v. d. Schiedamsche Courant.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1907 | | pagina 10