No. 12570
Hel SeMwcb Gymnasium.
61- Jaargang.
Woensdag 18 December 1907.
Kijkjes op het leven in
een groofce stad.
8) 7'
Deze courant verschijnt dageljjks, met uitsondering yan Zon- m Feastdacea
Prijs per kwartaal: Voor S clneda m en Vl aardingen fl. 1.25.PrLco
Mr post fl. 1.65.
Prijs per wöek: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het bureau bezorgd zijn.
Bureau: Laugo Haven No. 141 (hoek Korte Eaven.)
Bericht.
Zij, die zich met ingang van 1 Januari
s,s.op de „Schiodamscho Courant" abon
neren, ontvangen de tot dien datum
verschijnende nummers gratis.
Openbare Yerhuring
van
WEI- en BOSJWLAW».
Euhsemsester en Wethouders van
Schiedam,
zijn voornemens op Vrijdag 20 December a.s.
des voormiddags ten 10 ure, in bet ge
touw „'Musis Sacrum" aan de Lange Ha
ven aldaar, in het openbaar te verhuren
voor zeven jaren, ingaande Kerstmis 1907
en eindigende Kerstmis 1914
Een gedeelte der aan de Gemeente
behoorende pcreeelen "VV e i- en
Hooiland, gelegen in den Oud-
Mathencssepolder
en voor één jaar eenige perceelen
Bouwland, gelegen tusschen de
Voorhaven en den Watertoren.
De voorwaarden van verhuring zijn ver
krijgbaar ter Gemeente-Secretarie (afdee-
ling A).
Schiedam, 13 December 1907.
Burgmeester en Wethouders voornoemd,
M. A. BRANTS.
De Secretaris,
V. SICKENGA.
Prijs der Advertentiën: Van 1G regels fl. 0,92; iedere regel moor
15 cents. Reclames 30 cents per regel. Grootc letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordcelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag-en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon
voor do Redactie No. 123.
voor do Administratie No.
108.
Openbare aanbesteding.
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam zijn voornemens op Donderdag 19 De
cember a.s. des middags 12 uur in bet
openbaar aan te besteden het afbreken van
la, een huisje aan de St. Annazus-
teretraat, hoek Noordmolenstraat;
b. een woonhuisje in een slop aan de
Laan no. 12.
De voorwaarden liggen ter lezing en zijn
verkrijgbaar h 0,25 ter Gemeente-Secre
tarie, terwijl inlichtingen te bekomen zijn
ten kantore van den Directeur 'der Gemeente-
terken.
Openbare aanbesteding.
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam, zijn voornemens op Donderdag
19 Dcc ember a. s. des middags 12
uur ten Raadhuize in hot openbaar aan te
besteden
het vervoer van gemeente-materialen.
Het bestek ligt ter inzage op het bureau
'un gemoentewerken en is h 0.15 ver-
tójgbaar ter Gemeente-Secretarie (afd. A.).
Bij de laatste bcgrootingsdebatten in on-
zein ^Gemeenteraad is door de hemen De
Bruijn en Koopman^, in aansluiting aan
een in de afdeelingen gedane vraag, ter
spiaike gebracht de mogelijkheid^, of aan
Schiedam door 'de Regeering dispensatie
zou kunnen Worden, verleend van, de ver
plichting tot instandhouding van, een gym
nasium. Het resultaat van dit debat is ge
weest, dat B. en Wde opdracht hebben ge
kregen en aanvaard, na te gaan wat van de
cvcntueelc opheffing dezer inrichting de fi-
nancieele en de ideëele gevolgen voor onze
gemeente zouden zijn. Terwijl we nu bin
nenkort het antwoord) van B. on W. aan
den Raad Imogen tegemoet zien en er dan
allicht gelegenheid zal bestaan nogmaals
op deze kwestie in te gaan, acht de Redac
tie deze zaak van zooveel openbaar be
lang, dat zij zich voorstelt nu reeds een
paar artikelen "hieraan te wijden en haar
standpunt in deze uiteen to zotten.
Allereerst zij 'dan gezegd, 'dat wij van
het sttreven 'der beide hecren met groote
verbazing hebben kennis genomen. We her
inneren pnz© lozers aan het feit, dat in.
1893 een dergelijke aanval op het Gym
nasium is gedaanin de Raadszitting van
Dinsdag 18 April 1893 is deze zaak, die
nog ril wat beroering en onrust in de ge
meente gebracht had, geëindigd met de
verwerping van het voorstel tot opheffing
met 15 stemmen tegen en 6 stemmen vóór.
Wat is or nu sedert dien tijd gebeurd,
dat thans opnieuw een dergelijk streven op
duikt? Is het Gymnasium misschien inde
laatste jaren zoo hard achteruitgegaan?
Laten we eens zion. In 1893 tolde hot 89
leerlingen; op 'dit oogenblik zijn er 38,
derhalve elf leerlingen meer. En
d-'t is niet toevallig al lee_n d i t "j aar
het gevala 1 die jaren was het leerlingen
aantal bovieir hjet cijfer van 1893; verschil
lende jaren overtrof het dat zelfs zeer be
langrijk. Na e|f.n merkwaardige geregelde stij
ging tot 69 in de jaren 1897 cn 1898 is
het aantal leerlingen sedert dien even ge
regeld dalende. Onze Wethouder van On
derwijs heeft er reeds op gewezen, dat het
verschijnsel van rijzing en daling hij alle
inrichtingen van onderwijs wordt waarge
nomen en het is dus, minstens genomen,
onbillijk uit de daling der laatste jaren
zoo maar dadelijk de conclusie te trekken,
dat hot Gymnasium hier geen levensvat
baarheid beeft. Tot dusverre spreken 'de
feiten dit tegen.
Je dit verband mag wel even gewezen
worden op 'het verschijnsel, dat in de laat
ste jaren 'het aantal mannelijke leerlin
gen aan Ge openbare gymnasia in den lande
dalende is, 'het aantal vrouwelijke stij
gende en dat de enkele gymnasia, waar
het leerlingenaantal toeneemt, dit alleen
aan de laatste groep te danken hebben. En
nu is het eigenaardig, dat op het Schie-
damsche Gymnasia het vrouwelijk element
nooit sterk vertegenwoordigd is geweest.
Men ziet dus, dat de achteruitgang in leer
lingenaantal niet een speciaal S c h i e-
d a m s c h verschijnsel is en voor do eer
van onze stedelijke inrichting diende hier
op even te worden gewezen. Hoewel het
dus blijkt, 'dat de tijdsomstandigheden voor
het gymnasiaal onderwijs niet gunstig zijn
in de laatste jaren, zijn er aan ons Gym
nasium op 'dit oogenblik toch nog e 1 f
leerlingen meer 'dan in 1893 en in deze
vermeerdering kan voor de beide hceren
toch bezwaarlijk de aanleiding gelegen zijn
tot wat 'zij bcoogen.
Evenmin kan 'deze gevonden worden in
de resultaten van onze stedelijke in
richting. Al behooren wij niet tot hen, die
liet deugdelijke van oen inrichting voor on
derwijs beoordeelen naar het cijfer van'de
geslaagden en al zonden we niet graag
beweren, dat die inrichting de beste is,
die op het hoogste aantal van geslaagden
kan wijzen, vreezen wc aan don anderen
kant toch voor geen tegenspraak, wan
neer we de stelling verdedigen dat een
Gymnasium, waar door de gecommitteer
den der Regcering aan verreweg hot groot
ste gedeelte van de examinandi, het ge
vraagd einddiploma wordt uitgereikt, van
het standpunt der ouders en voogden
bezien, aan alleszins redelijke eischen
voldoet en een inrichting is, waaraan
dezen bun kinderen of pupillen gerust
kunnen toevertrouwen. Welnu, sedert
1895 iis het percentage der van 'de Schie-
damsche leerlingen geslaagden iets meer
dan 92 pet., tegen een gemiddelde
van 90 pet. over het gelieele land.
In deze resultaten kunnen de hoeren a.l
evenmin aanleiding vinden voor hun aan
val. IIoo zijn ze er dan toe gekomen?
We gelOjOven niet heel ver van de waar-
beid fff te zijn als wc verbruid brengen
tusschen het optreden der beide hoeren
fen 'de aclie, 'die sedert eenigen lijd dopr
de afdeeling Schiedam der S. D. A. P.
gevoerd wordt togen het hier bestaande
Gymnasium.
Roman van
LOUISE WESTKIRCH.
Beneden reed rijtuig op rijtuig voor. .Het
geraas van stemmen in het trappenhuis zwol
mi. Haastig stak Lisbeth het bouquet je
sneeuwklokjes op het uitgesneden lijfje, deed
ie armbanden aan en ging naar beneden in
is reecu gevulde feestzalen. Frenkel was er
®it zijn vrouw en de gezelschapsjuffrouw
v® zijn vrouw, een pikante schoonheid,
wdke hij bet gezelschap opdrong. Lisbeth
laar beide oudore broeders met hun vrou-
haar zuster Hetty, die sedert een jaar
Lorensen, een der eerste juweliers :n de
SM, getrouwd was, nog een paar fabrikanten
hun vrouw, allemaal 'dikke, glanzende
gezichten, bij de dames weelderige schou-
etS) e-n boezems, waarop brillanten fonkel-
181, daar tusschen de familie van den regee-
nigsraad Spitzer, opvallend door de gewilde
s r®igheid van hun verschijning.
Maar^ Lisbeth ging eerst naar een dame
Bet gnjs haar die op een kleine hoek-
8°|ai de rugleuning versmadend, kaarsrecht
a' type van do aristocratie van \oor
Wrtig jaar. Hot was mevrouw Róssing, die-
ten paar maanden de kleine villa in
tsersche stijl in Püllemann's tuin be-
'drv?n w" ^at ze ingewilligd had, liet feest
Ciaar tegenwoordigheid op te luisteren,
Dat hier en leiders het jaar 1895 als
uitgangspunt wordt genomen, komt door
dat de tegenwoordige rector, die ons wel
willend verschillende c'ijfers verschaft heeft,
in dat jaar optrad.
BUITENLAND,
Schiedam, 17 Dec. 1907.
DUITSCHLAND.
Het nieuwe M o 11 k eH arde n-
proces.
Het tweede proces Moltke contra Harden
te Berlijn, ditmaal op initiatief van het O.
M. begonnen is, zooals gisteren in 't kort
vermeld, uitgesteld tot a.s. Donderdag we
gens ziekte van Maximiliaan Harden. Do
zaal was overvol en een groot aantal verslag
gevers van Duitsche, Fransehc, Engelsehe en
1 talinansche bladen was aanwezig. Op de
tribune was '11 uitgelezen gezelschap verza
meld. De behandeling vond in dezelfde zaal
plaals waar ook het eerste proces was ge
voerd. Om half tien precies verscheen het ge
rechtshof pres. Lehmann, verder 3 rech
ters en de procureur-generaal mr. Isenbiel.
Kort daarvoor was graaf Kuno v. Moltke ver
schenen, die er vermoeid en overspannen
uitzag.
Er ontstond beweging toon meegedeeld
werd dat Ilarden wegens ziekte niet ver
schenen is. Ilarden's verdediger, justitieraad
Kleinholz, deelde mede, dat Harden Zondag
nacht ernstig ziek was geworden. Op zijn
verzoek verklaarde daarop een geneesheer,
dr. Marx, dat de beklaagde in de laatste
dagen verscheiden malen in onmacht was
gevallen. In het voorjaar had Harden een
ernstige borstvliesontsteking gehad, waar
van nog sporen aanwezig waren. De aanval
van het voorjaar, heeft zich nu weder her
haald. Verder lijdt hij aan een totale uit
putting der zenuwen.
Hij verwachtte, dat deze acute toestand
van overspanning na een paar 'dagen van
volkomen rust zal verbeteren, en dat na vier
of vijf dagen de beklaagde in zooverre kon
zijn hersteld, dat hij bij de behandeling der
zaak kon tegenwoordig zijn.
De voorzitter wenschte echter, om de zaak
voor Kerstmis te kunnen beeindigen, dat de
zaak tot Donderdag zou worden verdaagd.
De procureur-generaal Isenbiel sloot zich
hiérbij aan en merkte op, dat het in het be
lang van den beklaagde zelf zou zijn, die
zeer moet lijden onder de zenuwachtigheid,
die het proces medebrengt. Ilct zou verder
niet onmogelijk zijn, dat de behandeling
dan bij afwezigheid van den beklaagde toch
zou worden begonnen.
Do advocaat van Moltke, mr. Sello, wees
ook op de totale geestelijke en lichamelijke
uitputting van zijn cliënt en verzocht daarom
vooral niet later dan Donderdag mot de zaak
to beginnen.
Als getuigen waren verschenen prins Phi-
lipp Dillenburg, kloosterproost v. Moltke,
mevrouw v. Elbe, haar moeder mevrouw v.
Heyden, haar zoon luitenant v. Kruse;
voorts 2 „kriminalcommissaro" en 3 dok
ters.
Van de oproeping van prins Billow en ge
neraal v. Iliilsen Ha se! er, chef van het milt
tair kabinet des keizers, was afgezien. De
Zwitsorschc gezant Claparede was niet ver
schenen.
Het gerechtshof besloot 'de zitting te ver
dagen tot Donderdagmorgen half tien.
Graaf Moltke vraagt daarop nog 't woorc
voor een persoonlijke verklaring. Hij zegt
dat hem een brochure is toegezonden getiteld
„Zur psychologie des Fall&s Moltke" (de
zielkundige zijde van het goval-Moltke), van
de hand van den deskundige in het eerste
proces, dr, Merzbacher. Moltke verklaart met
deze brochure niets uit te staan te hebben
en zegt zeer pijnlijk erdoor te zijn ge
troffen.
Tn deze brochure wordt op scherpe wijze
partij gekozen tegen mevr. v. Elbe, geschei
den vrouw van" v. Moltke en worden do
gebeurtenissen van dit huwelijk breedvoerig
besproken.
vervulde den gastheer met trots. Hij be
schouwde haar als de ster van het gezelschap.
Terwijl Lisbeth haar goeden dag zeide, wa
ren de laatste gasten binnengekomen.
Püllemann boog uitnoodigend voor me
vrouw von Róssing. En op hetzelfde oogen
blik bood zich een gezonde arm, in zwart
laken aan Lisbeth aan. 'Ie had geen tijd ge
had een blik op de schikking der tafel te
werpen. Nieuwsgierig keek ze daarom naar
den" man op, die bij dien gebogen arm be
hoorde, en haar hart stond een oogenblik
stil, ze wist zelf niet, of liet \an genoegen
of van angst was. In de vertrouwelijkste
gesprekken van haar Woensdagavomikransje,
speelde deze man do rol van een Lorely
en hartenbreker, hij was door een onbegrijpe
lijk en mephisto-achtig iets, door een aange
name griezeling omgeven en als papa of ma
ma zijn naam noemde, die toch op heel
andere gronden iemand waardeerden, dan een
clubje jonge meisjes, dan geschiedde dat wet
dezelfde bijna schuwe hoogachting.
Een gelaat, bruinachtig als dat van een
Italiaan, met een paar doordringende oogen,
van welke men nooit zeker wist, of zo spot
ten of dweepten, een middelmatig groote ge
stalte, geheel spieren, energie, ras, en in hou
ding en uitdrukking het overmoedige ze'fbe-
wuste van hen, die boven de gewone din
gen staan, zoo zag ze hem voor zich. Hij
had een niet gewone carrière gemaakt, sedert
hij na volbracht juridisch examen in het
bankwezen was overgegaan en de gespannen
uitdrukking van zijn gelaat scheen te zeggen
dat hij met een bescheiden plaatsje in de
menschelijke samenleving niet tevreden va».
De bankdirecteur Frenkel zag in hem zijn
rechterhand, zijn opvolger, indien zijn be
kwaamheid hem geen aanspraak deed maken
op een nog winstgevender betrekking.
„Mijnheer Wicelius", zeide Lisbeth, met
een schuchter glimlachje haar vingers op
zijn arm leggend.
„Tot mijn spijt was liet mij tot nu 10e
onmogelijk u te begroeten, mejuffrouw."
„Jn, ik zeide juist mevrouw von Róssing
goeden dag."
„Pardonhoe heet die dame?" vroeg
Wicelius.
„Mevrouw von Róssing, zijt u nog niet
aan haar voorgesteld?"
„Ik heb niet op den naam gebt, Róssing
dus. Mevrouw von Róssing? Hier vandaan?''
„Neen, ze is uit het Zuiden hierheen ge
komen, uit Stuttgart, heeft ook veol in hei
buitenland verkeerd. Nu is ze onze Inthgo-
noote. Ze is heel alleen op de wereld, do
arme, oude dame. Haar eenige zoon is lang
geleden op treurige wijze om hei leren ge
komen. Papa zegt, dat we heel vriendelijk
tegen haar moeten zijn." Zc keek haar bege
leider aan en bleef steken.
Over het gewoel der aan tafel gaande pa
ren heen, staarden zijn wijd geopende oogen
op het kanten mutsje en het grijze hoofd
van de oude dame, cn in deze oogen was iets
vreesdijks te lezen. Zoo scheen het Lisbeth
tenminste toe op 'dit oogenblik.
„Kent u mevrouw von Róssing, mijnheer
Wicelius?
Wicelius lachte nu en Lisbeth schaamde
zich over haar vrees.
„In 't geheel niet. Hierheen, mejuffrouw.
P E R Z I
Dp Zondag te Teheran op last van den
sjah gevangen genomen hoogc staatsamb
tenaren zijnde ministerpresident Nassir
el Mulk, de minister van binnenlandse,he
zaken Ala ed Dowleh en diens broeder
Mujcn ed Dowloh. Beide la nesten werden
in d<e gevangenis gestopt, do eerste kreeg
verlof om na,ar Europa te vertrekken,
m. a \v. WjOixl het land uitgebannen.
Etc New-York Hera,ld" reliving een
draad bericht uit Teheran -iigöns hetwelk'
een staatsgreep op komst is. De sjah,, door
zijn reactionaire raadgevers bepraat, zou'
va,n plan zijn d.c volksvertegenwoordiging
door zijn va,der ingesteld;, voor goed naai
huns te zenden.
Bij 'd,e troonsbesfijging legde do sjn,h
dpn eed op do pas verleende grondwet af,
ma,ar dp re action ai ie invloeden aan het
hof wa.ren sterk. Het parlement, bewust
vap zijn macht,, gaf openlijk'vau wantrou
wen blijk togen de inderdaad absolutistische
daden van den sjah,, die o. m. het parle
ment verdacht van samenzwering tegen zijn
leven. De crisis heeft opnieuw do kwestiel
van ee'n Europeesche inmenging, terwilktl
van dpïi handel in dc Perzische Golf, naatl
voren geschoven. Die lusschenkomst zoni
da,11 uitgaan van Engeland of van Ruslantft
Er hebben reeds straatgevechten te Tel
hera.n plaats gehad tusschen de national
listen cn de aanhangers van den sjah. Het)
paleis, de gezantschappen en consuilatefl
worden bewaakt. De stad is in staat vaft
beteg verklaard: paardenvolk 'patrouilleert
door de stralen. De nationalisten hebberi
den sja,h verzocht, de reactionaire hove!
lingen, wier raad hij volgt, weg te zen-)
den, maar de sjah weigerde.
GEMENGDE MEDEDEELINGEN.
Engeland.
Zaterdag j.l. Meld de eerste lord der
admiraliteit, lord Twecdmouth, op '11 feest
maal dor scheepsmakelaars te Liverpool
een rede, waarin hij er op wees, dat van
de belastingbetalers groote opofLeiingen
worden geëischt tengevolge van de uitga
ven voor Re vloot,, maar daarbij tevens
opmerkte, dat de Engelsehe vloot sterk
genoeg inoet zijn om aan Groot-Buitannië
hot overwicht op zee to verzekeren. Eri
mot nadruk verklaarde hij, dat deze mede-
dcelang volstrekt niet aggressief bedoeld
wa«, want de regeering denkt er niet over
tegen een vreemde mogendheid op te tre-
Ik heb me met het oog op, onze plaatsen
al georienteerd. Ik heb me in lang niet zoo
op een souper verheugd, als nu, weet u?"
„Een groote eer voor ons, dat u zoo'
vertrouwen hebt in mama's keuken."
„Ivijk, kijkKunt u ook ondeugend zijn?
Vertrouwen in uw keuken? In 't geheel
nietOmdat ik dit kaartje naast het mijne
vond." Hij nam met een lichte beweging
Lisboth's plaatskaartje van haar champagne
glas.
„Ach, als u dan maar niet teleurgesteld
zult zijn zeide Lisbeth eerlijk.
„Wat. mij betreft, ik ben werkelijk wel een
beetje bang voor u, mijnheer Wicelius."
„Bang? Ach, dat is grappig van u."
„Omdat u zoo vreeselijk knap zijt. En ik
ga dezen winter pas voor het eerst uit en
papa zegt altijd, dat ik nog een onnooze!
kind ben."
„Kinderen op tiw leeftijd zijn het be
koorlijkst."
„Toe, neen, op zulke gezegden kan ik
niet antwoorden."
„Niet? Mag ik dan soms VTagen, boe
uw jongste pop het maakt?"
„Met poppen speel ik heusch niet meer."
„Dan, hoe het dien gymnasiast gaat,, die
Laatst, bij het ovcrklimmen van den tuin
muur, zoo verkouden is geworden."
„Die tijd is ook al lang voorbij."
„Al heelemaal voorhij? Hoogstens is hem
sedert dien tijd, do baard in de keel geko
men, hè?"
Lisbeth werd plot33i'ng gloeiend rood. Tn
den blik van haar tafelheer, welke vast op
haar gericht was, !ng iets zeken. Kun hij
haar met Fritz gezin 1 hebben, met Fritz
Asroth?
Wicelius haar verlegenheid bemerkend,
leidde haar dadelijk af.
„Rood of wit? Wat mag ii u inschen
ken? Wie heeft u eigenlijk bang voor mij
gemaakt?"
Lisbeth lachte. „Dat zog ik niet."
„Mag ik vragen? heer of dame? Ik moet
weten, wie mijn goeden naam bederft. Bang
Een heldin, zooals u
„Een Samarltannsche, die den man, welke
door moordenaarshand viel, olie tn wijn
pardoncarbolvip do wonden legt, hem
in een landauer naar huis rijdt en ver
pleegt."
„Weet u dat?"
„■In, mejuffrouw, ik ben geheel en al
van uw deugden op de liooatr.'"'
„Maar ik heb er zoi goed als niets aan
gedaan. Het was Franz, die don armen
man verbond en erop stond, dni hij bij ons
aan huis bleef."
„En hij is hier nog, nietwaar? En u ver
zorgt hem? Dat is heel interessant. Hij is
een knappe jongen, niet
„Neen, maar, hoe zegt u dat zoo! Hij is
een heel arme smidsknecht zonder betrekking,
en hij is roerend dankbaar voor het beetje
goed, dat wij hem gedaan hebben."
„Zoo, is hh 'dankbaar? Hoe toont hij dat
dan, als hij dankbaar is?"
(Wordt vervolgd.)
SCI HE IMSCHE COURANT
„Ik?"