;v
M:
fr\™NL* ..u
ren oor Nederland niet, zoo ongunstige cij
fers gevonden hebben.
Op liet derde bezwaar, dat wij tegen, de
tegenwoordige exploitatie der spoorwegen in
Nederland bobben, do minder goede verbin
ding buiten het centrum om, is in de Twee
de Ivamer bij de laatste behandeling dei
btnatsbegrooling al met nadruk gewezen.
Met name is daar betoogd, dat de verbinding
tus.-chen Koord en Zuid veel tc wenscben
overlaat.
En nu gewagen wij nog niet van de klei
nere bezwaren lier. voortdurend gccontroleor,
de moeielijkheden bij aansluiting tusschen
Verschillende maatschappijen, de bezwaren,
dut met op alle lijnen dezelfde kaarten cn de
zelfde prijzen gelden, de onbillijke verschil
len in de roizigerstarieven bij één maatschap
pij ("verg- b.v. de boden van het traject
Leeuwarden Utrecht en van het ongeveer
even lange traject Groningen—Utrecht) en de
desorganisatie van bet reizigersverkeer 's zo-
mem in een groot gedeelte van ons land.
Ook uil het oogpunt van den gewonen rei
ziger zijn er dus tegen de spoonvegexploita-
tie in Nederland grieven, waarmee men wel
ernstig rekening zal. hebben te houden bij dc
straks aan de orde komende vraag hoe dc
exploitatie in Nederland verder zal worden
geregeld.
ALLERLEI.
i VRIENDEN IN NOOD,
Eonjge jaren geleden verloren twee En-
gelsehen, die in Zweden reisden, hun ba
gage. el) daar zij geen Zwcedsch sp,raken,
wisten zij niet, hoe de, zaak uit te leggen.
Eindelijk kwam,en twice jongelui hen te
hulp «h. vjroeg'en beleefd ja het En gels,ch
wat we te dflt/a was, en waarmede ,zij
van dienst konden zijn.
Toeri bun het. geval uitgelegd wae, be
loofden de jongelui te zullen telegVatee^en
0111 de vejrlorai goe.deren, en maakten een
afspraak om. elkaar den votgondoju dag
dag op dezelfde plaats te» ontmoeten. Men
hield zich aan de afspraak, en, de bagage
kwam terecht. Do EngeUchen, opgetogen
van 'blijdschap, betuigden hun Jiartelijkcpi
dank aan de onbekende, vrienden.
„AVeel u wel, wiep, u bedankt?" vroeg
een van hm glimlachCjpd.
„Neon, inijnbee,r, maar we zouden het
gaarne willen weten."
„Nu dan, ik ben prins Oscar van Zwe
den, en dit ip mijn broer Eugöne.
tous ,te verbergen) waarop de" door dit
gat allergrappigst verraste geestelijke hem
nijdig toebeet
,,Naar bet schijn,t, was> hot) hoog tijd,
dat ge tot een: huwelijk' overging, mijn
jonge vriend IR
Da plechtigheid werd hierna voortgezet,
terwijl de bruigom, op één been staande,
zijn voet onder de panden] van zijn rok
trachtte te verbergen, van tijd tot tijd
mompelend: „Ze zal weten, wat stop
pen is,."
EEN AMERIKAANSE!! HUWELIJK.
Zij en hij doorleefden een paar vree-
sehjke oogenblikkcn gedurende htm huwe
lijksinzegening te Pe.talouvv, en het geval
bewijst alweer, hoe dikwijls het kleinste
U incident den schijn ener buitengewone ge
beurtenis kan verkrijgen. De trouwiplech-
tiigheid dreigde inderdaad de afnietingen
rij van een groote affaire aan te nemen. Er
vuren acht butidsineisjcs aanwezig en de
kerk bleek „van liet partei re lot aan de
N galerij" gevuld, zooals een dramatisch cri.-
U ticus zou zeggen. Maar toen zij de hun
5'| bij de ceremonie aangewezen plaatsen in-
'jr 'genomen hadden en de bruidegom naar
p zijn ring zocht, bemerkte hij, dat hij dien
'<SJ niet hij de hand had. Nadat de predikant
jk den armen drommel een poos met scherpe
blikken had bespook!, ontdekte deze, dat
Go onmisbare ring door een gat in zijn
zak ontsnapt, en tot onder in zijn laars
neergedaald was. Hij deelde den staat van
zaken fluisterend aan zijn bruid mede, die
doodsbleek werd en zich alleen, van een
onmacht liet weerhouden, wijl d,an haar
jW atlasjapon opengesneden en totaal vernield
'ijl
f-1
■n
"OORSPRONG VAN DE SPOORWEG-
FLUITEN.
Men vertelt een aardig verhaal over het
on.tstnan van stoomfluiten op. locomotie
ven'. Toen er in Engeland' voor heiteers,t
spoortreinen reden, gaf de machinist blijk
van zijn, komst door op een blikken
hoorn te blazen.
Op zekeren dag in 1833 stak een boer
do rails over, met een, karretje, waarin
boter en eieren wat en, juist toen detrejn
aankwam. De hoorn werd inj werking ge
bracht, maar tevergeefs, en dei boter met
de 960 eieren vormden een, reuzen-omelet
op de rails. De spoorwegmaatschappij moest
de schade betalen.
Een der directeuren bezocht George Ste
phenson ea vroeg wal er mm te doen ,was.
Stephenson meende, dat be tl een, grap
was, maar do directer»; zei: „Neen, het
is mij ernst on waarom kunt ge "door uw
stoom niet iets in behvoging brengen, dat
de mejischen waarschuwt?"
Stephenson dacht er oveij nat enbejgaf
zich naar den fabrikant van muziekinstru
menten en bestelde bij dezem een werk
tuigje, dat, wanneer er hard; in geblazen
werd, een oorverdo'ovcnd leven zou maken.
Dit werd op dep ketel' va® de machina
vastgemaakt, en. de eerste stoomfluit was
i,n werking.
zou worden.
„Waarom brengt ge den ring niet te voor
schijn?" fluisterde de jonge broeder der
Tl bruid; en uit vrees dat dit monster van
.0 een bruigom voornemens was van de
L zaak af te zien, greep hij reeds naar zijn
revolver.
A?! „Ik kan niet, hij zit in mijn laars!"
verklaarde de bruidegom, terwijl hij van
verlegenheid bloedrood werd tol onderzijn
v'n haren.
„Doe uw best om hem op de een ,o£
jajulere wijze naar hoven te krijgen
maar „gauw 1" bromde de predjka'nt ach
ter izijii boek.
„Ik zal het probeermi!" kreunde het
slachtoffer en zelle den eenen voet op
het traliewerk va'n den, preekstoel, trok
zijn been in de hoogte en begon kram-
achtig met zijn wijsvinger naar den ring
Ie vissduin. De predikant wenkte den or-
k'Uj mftiist, opdat deze voor tijdkorting een
Aa stuk zou spelen. Inmiddels verspreidde
",<4 z-icli onder de aandachtige vergadering met
j&l'j bliksemsnelheid bet gerucht, dat er zoo-
even een telegram was aangekomen met
mUl, bericht, dat de bruigom reeds vier levende
j.Tv? viouwen in het Oosten had.
Vv-V „Ik ik kan hem niet pakken I" bromde
.;£v 'de h uitgetrouwde man in doodsangst; „bij
Ifeil ^*11 ai'ot 11£UU" boven."
»Ga dan zitten cn trek je laars uit,
ezel!" siste de moeder der bruid, terwijl
feA deze zwaar zuchtte en haar gepoederde
igw) handen wrong. Daar er geen andere uit-
'UU weg overbleef, nam. dc arme lijder op den
'féj, grond plaats en begon aan zijn laars, <li,e
"ff natuurlijk ni,euw bn nauw was, te trek-
H kjen, terwijl reeds weder een nieuw, ge-
ruclxt die ronde deed, namelijk dat de brui,-
■gom smoordronken was en zich in'thoofd
Gjjad, dat hij zijn eksleroogen moest
dc laars eindelijk, uit en de ring
"onden was, deed do varplclterde eige-
- .„au,-' tevergeefs zijn best om. een gat zoo
gtroo-t als een. dollar in den" hiel ,z,ijne(i:
WAT GEHANGENEN GEVOELEN.
„Hebt go wat ee,n^i getracht u op tc
hangen?" vroeg oenp iemand aan. den
schrijver vair dit stukje, en daar mijn
antwoord ontkonnend «aft ging hij voort
„Ik heb het eei\s- geprobeerd."
„tk was 'toen ®ogj 'zeer, jong, cn had
veel verdriet, het eerjste int mijn leven.
Ik donk. dat ik et) te yee>l over tobde,
want ik meende dat het nlol meer de
moejte waard wa^ om te blijyen leven.
„Wat er ook van zij, op zekeren dag
sloot ik mij im mijn kamer op, en maakte
een stengen strop aan hot plafond .vast.
Ik ging op een stoel staan, maakte een
opening in den slrop, deed hem om mijn
hals etn schopte den stoel onder mij weg.
„Nauwelijks was de stoel weg of ik
voelde een rukkende cn stoelende beweging.
Juist het tegenovergestelde va® wat ik
verwacht had, kwam mijn bestaan mij nu
niet vreeselijk voor, en was het eenige
wat ik verlangde, te blijven leven.
„Ik deed wanhopige pogingen; hot ge
voel van verstikking werd erger, en mil-
lioenen lichtjes dansten voor mijn oogen
en verdwenen ioert langzamerhand, mij
achterlatende in mijn idéé, drijvende op
oen schoone rivier, met den hemel van
het schitterendste blauw boven mij. Al dien
tijd had het v re esc lijk in imjn ooren ge
suisd, maar dit verandeide nu in een
lieflijke, zachte melodie.
„Toen veranderde alles weer, en ik
bevond mij op een woeste, onstuimige zee,
door een groot stuk kurk op de golven
blijvende drijven, dat zoo nu en dan op
sprong naar den hemel hoven mij.
„Toen kwam de begeerte om te blijven
leven weer sterk bij mij boven, en ik
vocht tegen de denkbeeldige elementen.
Maar bet was vergeefs. Plotseling kwa-
wen de golven over mij heen; ik voelde
dat ik stierf. Ik uitte één vreesdijken, wan
hopige® kreet, cn toen werd alles duister,
om mijn heen,
„Toen ik bijkwam, hoorde ik dat mijn
huishode, die mijn kreet gehoord had, was
binnengekomen, juist bijtijds om mij af te
snijden en mij liet leven te redden. De
sporen van den angst, dien ik had uit
gestaan, bleven steeds zichtbaar, want ik
werd plotseling grijs, en ik zag evr min
stens tien jaar ouder uit.
In ïtaJiö sterven 30 van de tienduizend
menschcn door de hand van een moor
denaar.
Vijfhonderd. liamletescjinpen ^'crlatc® de
gelijk de Theems naar allewerelddeelc®..
De opbrengst van de haring in Europa
wordt op 21/i m'rilioou gulden per jaar
geschat.
Het grootste schouwburggebomv ter we
reld is dait der groote opera! te Parijs,
die ee.n oppervlakte van i II A„ 21 A„
40 c.A. beslaat.
Va,n de vijftienhonderd verschillende
soorten van slangen, die o,p de wereld
aangetroffen worden, vindt men er slechts
vier in Engeland, en daarvan zijn er nog
drie onschadelijk.
In Groot-Ürittatmië en Ierland wordt
jaarlijks voor 1800 millioen gulden aan
tabak cn sigaren besteed.
Op d|e(n berg Etna is een noteboom van
neusachtigen omtrek, die reeds meer dan
tweeduizend jaar oud is.
Het klaverblad va® drie was reeds, zoo
als me® zegt, een zinnebeeld bij do oude
Perzcm.
iefde!" giegekle men. spotachtig lachend
door elkaar, en daarna haalde men het
uirdige vrouwtje duchtig over den hekel.
Eindelijk nam ook de vrouw van 'den
apotheker afscheid.,
Die mag'wrd „wat zeggen," meende de
•vrouw van den ■nloh.tei, toen deze vertrok
ken was; „ik houd nog duizendmaal meer
an 'de vrouw van den advocaat, dan van
dat trotsche menscb. Omdat haar manmet
zijn zalfjes en andere smeerseltjes wat geld
verdiend heeft, denkt ze maar van iedereen
kwaad te mogen spreken.
,,,Maar nu moet ik ook huiswaarts, liet
toch al reeds laat gonoeg, het ga je
goed hoor, lieve, beste vriendin!" Een
hartelijke kus met dito omhelzing, en weg
was zij.
„Goddank, dat zij weg is, die is wel
de grootste kwaadspreekster van de we
reld en valbt'h als tien katten," dacht de
directeii.revi'ouv.
"Waft de andere vrouwen aan baar ver
schillende eehlgenooten van haar vrien
dinnen verteld hebben, willen wij lieve,r
rehterwi'gie laten; zeker is het evenwel,
dat dc vrouw van den directeur er ook
niet zonder kleerscheuren afkwam.
"We hopen zoo hartelijk, dat er under
onze lezeressen niet veel van dergelijke
vrouwen gevonden wordenwant zij, dio
zoo handelen, kennen niet de beteekenip
van den regel uit het oude verisje„Vriend
schap, gij zijt schatten waatd."
AAN DEN VERKEERDEN KANT.
Er is een plaats bij Glascow, waaree,»
spoorweg rijdt langs het hek van epn
krankzinnigengesticht. Eenigep tijd geledon
waren een paar werklui bezig aan den
weg iets te herstellen, toen een bewoner
van het gesticht naderde, en aan de bin
nenzijde van de omhejning met een der
werklieden epn gesprek aanknoopte.
,,'t Is zeker een zwaar werk, hé?"
„Nu, dat zou ik gelooven!"
„Wat verdien je wel?"
„Dat is niet veel, maar zejs gulden per
week."
„Den je getrouwd?"
„Ongelukkig ja. en ik heb bove.ndien
nog zes kinderen ook."
Er ontstond een oo'genblik stilte, toen
plotseling de krankzinnige zei„Mij dunkt,
man, dat je aan den verkeprden kant van
het hek staat."
Mnri,e: „George vroeg mij gisteravond
of de rozen op jc wangen echt waren."
„Jeajnne: „En je zeidet?"
Marie: „Niets, ik gaf hom eenvoudig
een knipoogje."
A. „Dokter J. schijnt geheel in zijn prak
tijk op te gaain."
B. „Dat bob ik gehoord. Me,n vertelt van
litem, dat, toen hij aanzoek deed bij juf
frouw S„ liij niet haa,r hand greep, maar
al dien tijd zijn vingers om haar pols
hiield."
- -A
„Njeeni mij niet kwalijk, maai het is net
of ik u a.l meermalen ontmoet heb. Is u
niet een broeder of een painste bloedver-
wamt van majotor Gibbs?"
„Neen, ik ben majoo.r Gibbs aelf."
„Ja, dat dacht ik wel, vandaap die spre
kende gelijkenis,"
Kruidenier: „Ik hen prg blij, dal je nu
wat vJuggey boodschappen doet. Ik zagj;
tenminste een uur geleden de straat afhdl-
len, waar ging je toGn heen?"
Boodschappenjongen: „lk mijnheer? 0,
ik ging naai huis om te eten."
A,: „lk vind het niet aardig van je
dat je weigert mij honderd gulden te Ico
nen. De oene vriend mobl den ander toch
helpen."
B.„Ja, maar jij zult altijd de ander zijn.'
„Jc ziot er nipt goted uit, kerel... weer
podagra?"
„Ja, dc voet, waarop ik leef, doet mij
een beetje zeer."
Y00I1 DAMES.
NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR.
Mexico heeft al 260 omwentelingen ge
had sedert het zich van, het Spaansche
juk bevrijdde.
In Frankrijk moeten de spoorwegmaat
schappijen boete betalen, als de trein 10
minuten. t,e laat is.
THEEKRANSJES.
Die directeursvrouw liet nog eens haar
oog gaan over de rijk met koekjes en ge
bakjes voorziene tale!. Alles was in orde
en dat was maar goed ook, want er weid
al gebeld.
„Dat is stellig de vrouw van den dok
ter, die moet natuurlijk altijd de eerste
en bij bet heengaan de laatste zijn, opdat
niemand kwaad va» haar zon spreke,». Die
ijdele gans verbepldt zich, nog een mooie
vrouw te zijn," de deur ging open, en
werkelijk trad genoemde dame binncp.
„Ach, lieve, aardige vriendin; het is
heerlijk, dat gij daar reeds zijt, nu kunnen
we nog een poosje ongestoord babbelen
tot do andere dames komen."
„Ja, ja, zoo is het," antwoordde deze
schijnbaar hartelijk dc directeurs-vrouw de
hand reikend; „als de vrouw van den
apotheker komt, dan is het gezellige praatj
uit; dat grappige mensch babbelt je de
ooren van bet hoofd. Zij denkt altijd, dat
er geen verstandiger mensch is dan zij en
kam alles beter dan een ander, hoewel
zij niet eens haar kinderen met smaak weet
te kleeden."
Weer werd er gebeld en nu traxl de
vrouw van den apolheker binnen.
„Ach, hoe lief, dat ge daar reeds zijt,'
sprake® beide dames gelijktijdig, en de
vrouw van den dokter kon zich niet weer
houden de nieuw aangekomene een har
tel ijk en kus te geven.
„Nu wachten we nog de vrouw, van den
advocaat."
„Ja, die moet altijd de laalste zijn; zij
denkt dat het deftig staat, en toch heeft
zij geen zout in de soep." En zoo (ging
het voort.
Eindelijk verscheen de verlegen vrouw
van den advocaat, die natuurlijk hartelijk
verwelkomd werd, en het kransje had nu
zijn gewoon verloop.
Tegen vijf uur stond de yromv va®den
advocaat het eerst op.
„Wat, wilt ge nu al weggaan? Blijf
toch nog wat, lief menschje," klonk het
uit drie monden tegelijk.
„Het spijt mij, maar ik heb beloofd mijn
man Ic komen afhalen; hij wacht mij te
gen vijf uur op zijn bureau." En zij .liet
zich niet overhalen.
„Wat een verliefd zieltje! Ach, wal een
gelukkig huwelijk;! Neen, echte bakvischjes-
RECEPTEN.
Ragout van koud vl-eesch met kerry.
Het vleesch wordt fijn gehakt en ver
mengd met wat fijn gehakte uien, die eerst
lichtbruin gefruit moeten zijn; verder er bij
voegen 2 lepels boter o-f jus, 2 kopjes bouil
lon en 2 theelepels kerrypoeder.
Dit mengsel wordt in een met boter be
smeerden, vuurvasten schotel in den oven
geplaatst, totdat het lichtbruin is. Vóór
hel opdoen plaatst men vier spiegeleieren
op den schotel. Men gebruikt het mtirijst.
Saucijzenbroodjes.
Anderhalf ons bloem kneedt men met
een weinig water, een half theelepeltje
zout en twee groo-te_ lepels boter goed
dooreen, totdat het deeg goed van de han
den loslaat; dan wordt het uitgerold tot
dunne plakken. Eén ons kalfs- en één ons
varkensgehakt vermengt men met peper,
zout, nootmuscaal en een ei erin, en laat
dit twintig minuten koken. Men snijdt het
deeg in langwerpige, stukken, vult ze ieder
met een rolletje gehakt en vouwt ze dicht.
Do opgerolde broodjes worden met eiwit
bestreken en in den oven bruin gebakken.
VOOR KINDEREN.
K i k k e r v r j e.
Wij wenscben u heel veel geluk, kwak
Dat tegenspoed nog ramp u druk', kwak,
Leef met ons nogmaals dertig jaar;
Dat wenscben wij u allegaar,
Rik kik, rik kik. rik kik,
Rik kik, rik kik, rik kik.
Vier met ons feest nu blij van zin, kwak
En denk, dat is een goed begin, kwak,
Dan leeft gij nog wel honderd jaar,
En blijft toch steeds van zessen klaar,
Rik kik, rik kik, rik kik,
RTk kik, rik kik, rik kik.
Nu zette de oude kikker zich overeind
veegde met zijn eenen voorpoot den bek af,
en begon
Rik kik. rik kik, rik kik,
Wie is er nu blijdcr dan ik!
Tk ben nu meer dan dertig jaar
En hob veel kinders bij elkaar,
Kwak, kwak, kwak,
Kwak, kwak, kwak.
Rik kik. rik kik, rik kik,
'k Geef gauw misschien den laatsten snik,
Maar 'k sterf tevreên en welgemoed,
Al is mij 't leven nog zoo zoet,
Kwak, kwak, kwak,
Kwak, kwak, kwak.
Nu zetten ook de andere kikkers zich op
bun nchterpooten cn zongen gezamenlijk met
den ouden
Rik kik, rik kik, ïik kik,
Vroulijk springen wij in 't rond
Vieren feest tot aan den morgen,
Tot den blijden morgenstond.
En toen volgde zulk een geroep van rik
kik on kwak door elkaar, dat zelfs de tuin
man cr niets van maken kon.
Eenige oogenblikken later namen de spe
len een aanvang. Ik bad echter geen tijd
meer, inaar hoorde later van den tuinman, dat
zij zich dol vermaakt hadden. Sommigen
moesten zoo lachen, dat hun de tranen in de
oogen stonden, wat voor een kikker heel wat
zeggen wil, daar hij niet heel lachsch van na
tuur is. Ik bedankte dan ouden tuinman, en
heb later nooit weer iets van Kikkerlust ge
hoord,
Koloniën.
OOM's VERTELLING.
„Jongens, weten jullie waar Kikkerlust
ligt?"
„Kikkerlust? Welneen, oom, dat bestaat
niet. Tenminste, daar hebben wij nog nooit
van gehoord."
..Nu, dan zal ik liet je zeggen. Je kent
wel het buiten Overboek? Daar woonden vóór
ongeveer twintig jaar een heel oude heer en
dame. Midden in dat buiten was een vijver
eigenlijk mocht hij den naam van vijver
niet meer dragen, hij was langzamerhand ee
poel geworden, omdat dia lieer en dame geen
lust meet' schenen tc hebben, het Ir.itcn roet
wal er bij behoorde in orde te houden. Dat
was den kikkertjes lecht naar hun zin. Zij
sprongen, plasten en dartelden, dat het zoo'n
aard had, cn bij beider weer kwamen zij zich
in den warmen zonneschijn koesteren. Dan
kondt ge dn geheele familie zien over-ovcr-
groolotiders, groot ouders, ouders, een menigte
ooms en tantes en nog veel meer broers en
zusters, neven en nichten. Op zekeren mor
gen, dat ik bij den eigenaar van Overboek
moest wezen en langs den vijver kwam, hoor
de ik een geweldig gekwaak, geplas en ge-
plons. Er moest wat buitengewoons zijn. lk
vroeg er den tuinman naar, een man van
ze\ entig jaar, waarvan hit er zestig hier
had doorgebracht. „Kent gij de kikkertaai?"
vroeg ik hem.
„Jawel, mijnheer, een weinig," zei hij.
„En wat zonden ze voor 'n feest hebben?"
„Ik weet het niet, mijnheer. Maar als ik
er u een pleizier mee kan doen. wil ik we)
eens gaan luisteren."
Na verloop van een uurtje kwam ik weder
hij hem. „Wel," vroeg ik, „zijt ge er achter?"
„Jawel, mijnheer. Zij vieren een groot
feest. Het is de verjaardag van den oud
sten die er bij i». Eerst zijn allen hem ko
men felicitcerendaarna heeft hij een lange
redevoering gehouden. Kijk, mijnheer, daar
is hij juist: die groote dikke, die zoo telkens
kwak, kwak. roept. Dat ia zooveel als „schept
vreugde in 'I leven". Vanmiddag, als de
zon bot hoogst aan den hemel staat, zullen /.ij
een groot concert geven. Tk weet niet of
mijnheer van kikkermuziek houdtik geloof
anders wel, dat het" aardig zal zijn."
„Niet bizonder," zei ik, „maar ik wil toch
wel eens komen luisteren.
„Daarna," vervolgde de tuinman, „zullen
zij allerlei spelen geven, als: springpartijen,
buitelen, duikelen, er.z."
's Middags omstreeks twaalf uur zorgde ik
aan den vijver te zijn. Al de /.angers waren
gereed. De oude kikker en zijn vrouw zaten
op een hoopje mollig gras, de anderen lagen
daar rondom. Nu zette een van de kikkers
zich op zijn achterpooten en begon mol zijn
voorpoot dc maat te slaan, Weldra begon het
gezang. Ik kon natuurlijk de voordel? niet
verstaan, maar de tuinman verklaarde ze me.
Het was het volgende:
Aljoh.
De assistent-resident seinde, bij afwezen
van den civielen en militairen gouverneur
van Atjeli en Onderhoorigheden, 12 Mrt:
13ij maréchaussee-patrouille in Biheuo
(Pidië) mekhlen zich zeven volgelingen wij
len Keutjbi Seuman inleverende een Beau
mont. In Tampor bende rampokkers Tand
jong Genteng door militaire patrouille over
vallen, vijf hunner neergelegd. In Singkel-
schc gedood twee vijanden, gewond zwaar
een inla.ndsdi mindere, In Pidië gedood
2 vijanden, buit een donderbus.
Adjehscho bannelingen. De aan Toenkoo
Poetroë, echtgenoote van den naar Ambon
vorhannen prcitendent-sultan van xUjeh,tot
dusver toegekende onderstand van f 50
'smaands, is met Februari gebracht op
f250, meldt de „Preangerbode", terwijl de
onderstand aan Toeankoe Moehamad Dawot
eai een vorstentelg, Toeankoe Oesen, groot
11200 en £400, .nu zijn gebracht op f700
en f200.
Atjehers iu Tamlauy.
Het gerucht loopt hier, zoo wordt aan
de „Deli-Crl." dato 8 Maart uit Pangka-
lan Branilan getelegrafeerd, dat een tachtig
tnati steike bende, na den overval te Edi
via Tamiong, naar Poeloe Kampei getrok
ken zijn. De civiele gezaghebber vertok
Zaterdag per launch met gewapende poli
tic-dienaren daarheen, doch werd nog geen
definitief bericht ontvangen.
Den volgenden dag vernam hetzelfde
bhid: Vati Poeloe Koompei zijn geen na
dere berichten omtrent Atjheschc roovers-
benden. De civiele gezaghebber is nog daar,
ook een militaire patrouille onder een
Europoesch sergeant benevens een gouver-
noments sloomer. De geheele streek wordt
afgezocht.
Do „Deli-Crt," teekent hierbij aan:
Roods Zaterdag werd hij het vernemen
van het gerucht van den overval \'an Edi
daarbij het vermoeden geopperd, dat de
aanvallers nog verder Zuidelijk zouden
trekken. Daarom zijn, zoowel van Kwala-
Simpang als vair Pangkalan Bradan uit
bestuursmaatregelen getroffen. Deze gaven
onzen correspondent vermoedelijk aanlei
ding tot seinen; wij voegen er dadelijk
de mcdcdeeling aan toe, dat een doortrek
ken van do aanvallers naar het zuiden
niet erg waarschijnlijk werd geacht.
Mande] en Bedrijf.
Uitlotingou.
THEISSLOTEN, 4 u Kr. 200,
van 1880.
Seriën- en Premietrekking op 1 April.
Betaalbaar 1 Juli 1908.
Seriën
292 332 427 451 507 705 710
729 793 10'19 1002 1188 1441 1451
1408 1008 1775 1815 2097 2161 2281
2354 2505 2633 2685 2716 2749 2750
2S09 2911'3220 3393 3451 3460 3547
3695 3722 3804 3937 4039 4089 4198
4365 4388
Serie 2749 no. 20 kr. 180,000 serie 268a
ito. 32, serie 27J.6 no. 65, serie 3547 no.
42 en serie 4388 no. 63, elk kr. 2000.
Alle óverige nummers, vervat in boven
staande seriën, elk kr, 240.
0B5R1KT TER DRUKKERIJ V. d. SCHIBDAMSCRE COURANT-
'A|
M
rJl Jb.'
C5<;4
is