VOOR DAMES. YOOR KINDEREN. Rit de Ters. heb ik altijd1 nog don tijd," aaide bij bij zichzelf. „Laait ik eerst eens overleggen, of ik niets betere vinden kan." Hij, sloot zich in zijn kamer op cn opende do deur eerst na verloop van vier uur, Met een glimlach verliet hij het hnis, dat hem sinds dien dag, den eersten Januari, 18GS, niet meer toebehoorde. In zijn beurs bevonden zich twintig dollars, dat was zijn gehcelc vei mogen. Den volgenden morgen verkondigden reusachtige aanplakbiljetten, dat in de fraai gerestaureerde zaal der Taverne 's avonds van C10 uur een man zou optreden, mot evenveel oogen, als hot jaar dagen telde. He bewuste, grootc zaal, kon, nauwelijks de mensehen bevatten, die voor één dollar bel oogemmonder wilden zien. Om 6 uur drongen zij krachtig aan op hot verschijnen van den gentleman met zijn 3G5 oogen, en Charles iTill verscheen op de tribune. „Hier hebt go, wat ik beloofd heb te willen laten zien," zeide hij, „het is vandaag 2 Januari, het, jaar telt dus twee dagen en ik hdb twee nogon. Wie er voor het overige spijl van heeft een ten gronde gericht jong- mensch ondersteund te hebben, kan zijn geld uit dc kas terugkrijgen en zoo iemand wil ik zelfs wel beloven, dat ik zijn naam morgen in de couranten zal pubMeeeren." Op deze toespraak volgden levendige toe juichingen en niemand vroeg zijn gold terug, Charles Ilill bezat na afloop van de voor stelling 300 dollars. Op 'de vraag van een vriend, wat hij ver der zou beginnen, gaf hij ten antwoord: „Ik zal Amerika verlaten'. Komen velen uit do Ou ile Wereld naar ons, om hun fortuin 'te Repro ven, ik zal in Europa, oen poging doen oni mijn verloren vermogen terug te krijgen.*' „Waarmee „Met do gave, die de natuur mij geschon ken heeft en die ik door oefening ontwik keld hehl." „O, dus mot. buikspreken!" Toeln Charles Uil! den volgenden dag Ncwr-York verliet, las hij in de ochtend bladen niel alleen een verslag van zijn op treden, maar tevens Word mededeeling ge daan van zijn voornemen om in de Oude Wereld als buikspreker op te treden. Na verloop van vier weken gaf hij oen voorstelling te Jamden. He kostbaarste re clame bracht hem echter niet zooveel op als een Indiër mei goochelen verdiende. Na verloot» van twee maanden had hij nog maar vijf honderd pond sterling verdiend. Toen het slechte seizoen naderde, trok Char les Jlill naar Indië, waar hij andm half jaar bleef. Zonder oen cent op zak kwam hij v< rvolgens weer te Londen, ditmaal onder een Indischen naam en binnenkort kon hij als een rijk man naar zijn vaderland te rug- koe ren. Ile nagemaakte Indiër legde hier zijn masker in den eereten tijd nog niet af, maar ging voort met. zijn goochelkunsten, totdat hij nnllionaiir was. Eerst toen kocht hij zijn vroegere woning terug en leidde hij weer het leven van een gentleman. ALLEENSPRAAK V*AN EEN ZUIGELING. Haar ben ik. En als dat is, wat zij de Wereld noemen, dan heb ik or met veel mee op. 'I ls een drg benauwde flanellen wereld en ze ruikt erg naar zeep. Erg licht is het, 'I doet mijn oogen pijn, zoo waar als ik leef. En ik weet nog niet. Wat ik met mijn handen uitvoeren moet: mij dunkt, dat ik de vuisten maar in mijn oogen duwen zal. Of neen, ik zal liever do linten van mijn hoed kreuken, of ze in mijn mond steken, tot ik stik. Hoe meer ze zich met me bezighouden, hoe harder ik schreeuw. Hat doet me goed. Die oude juffer steekt telkens de spons Met een langen doordringenden blik nam de.majoor haar het schrijven uit dc hand. Maar zij luid zicli reeds weer tot haar echt genoot gewend en zei zacht verwijtend: „Waarom heb je niet geschreven, dat ju zooveel vroeger kwam?" ,,lk heb geschreven!" antwoordde hij met verheffing van stem, en keek daarbij zijn vader aan, die intusschen den brief openge broken had en nerveus de regels la5, dam bij een tweede kleiner briefje in de hand hou dend. „Maar ze hebben hem ie afhandig ge maakt, inijn inniggelicfdc, kleine muis!" „Afhandig gemaakt?" vroeg zij. „L<',.j, naar den duivel!" riep plotseling de majoor. „Hat L toch al te dwaas. Waar om srhnjft jullie elkaar brieven postc- restante?" „Omdat een zekere oude beer de tyran- nieke gewoonte heeft zijn neus in lederen brief te steken, die zijn volwassen zoon aan diens jonge vrouw schrijftDaarom heb ik buiten mijn officioele brieven, om den ande- 'ren dag een brief postc-restamo geschreven! Is dat een misdaad, goede vader, dan vraag ik u deemoedig om vergiffenis!" verklaarde de ingenieur lachend. „Je bont een schaapskop, jongen brom de de majoor. En toen greep hij de hand zijner schoondochter, drukte er een kus op en mompelde „Maar ik ook, liefste Mrriettowaarbij bij uit de kamer verdween cn berouwvol drie maanden op reis ging in! mijn mond. cru snoept de helft van mijn melk op. Zij liet er gisteravond weer snuif in vallen, en toon ik 't niot, hebben wou, ifcncep ze mijn neus dicht. Dat komt er va.n als men een roerloos wacht is, pas twee dagen oud. klaar wacht: als ik eens groot hen, zal ik 't haar inpeperen. Ex prikt mo een speld; maar als ik er iets vat; zeg, word ik op mijn huik gelegd of heen en weer geschud. Ze hebben, er pleizier in, mo zoo in te pakken, dat ik geen vin verroeren kan; ik wou die oude juffer wel eens zien, als ze zoo in de ldecren zat. Ze is een boosaardig mensch, daar gaat niets van ai. Waar ik eigenlijk ben, wool, ik niet. Een jonge man keek naar mo en zei, dat ik oen kleine sclireeuwleclijk ben cn de oude juffer zei, dat ik sprekend op hem gelijk. Laten ze hem dfit niet wijs maken! Ik ga weer slapen. Dat is in onze om standigheden het beste. Ik kan me niet begrijpen, dat ik mijn handen niet brengen kan, vVaar ik ze heb ben wil. Ik geloof, dat ik mo voor de variatie maar eens met mijn niuteenbanden kelen zal'. YOOHDEEL1GE ONDEUGDEN. Zekere dame verzocht eens aan Keizer Napoleon Iü het rooken geheel te verbie den, daar dit toch een ondeugd is. „Ik geef u toe," antwoordde Napoleon, terwijl hij zijn sigaar weglegde, „dal het een ondeugd is, maar een ondeugd, die Frankrijk jaarlijks honderd mil li oen francs opbrengt. Ik ben echter bereid het 'te ver bieden, zoodra gij mij een deugd ojmoemt, die den staat evenveel kan opbrengen." ABESSINISCI1.E APEN. Dc reiziger Werner Munzinger, die eeni- gen tijd in Aliessinië doorbracht, deelt om trent de apen, daar lo lande, de volgende! hizondexheden mee: „Ik heb, zoo verhaalt hij," „vele geval len vernomen, waarin menschen door apen gevaarlijk gewond en slechts met moeite gered weiden. Ik ken een man, die tenge volge van apetvbeten volkomen Lam is. De apen omringden hem, wierpen hem op den grond en wilden hem! do ingewanden uit liet lijf halen, toen naderende personen de bende uiteen deden sluiven. Want hoezeer apen één of twee personen aangrijpen, wa gen ze zich nimmer aan gezelschappen van drie of meer. Do apen, die in do nabijheid dor dorpen wonen, bijv. de apenstnat bij Keren, hebben zich aan do menschen ge wend en doen hun nooit eendg leed, terwijl de apen der wildernis, die zelden menschen onder dc oogen krijgen, ze natuurlijk als vijanden beschouwen. Do aap in die streek des lands is van 2>4 voet hoog, liet rijf je iets kleiner. Het mannetje heeft do achterdeelen naakt en is boven de heu pen met oen grauwen plok bedekt, waar het. wijfje evenwel oen bruinharige huid heeft. De voornaamste vijand van de apen is de luipaard, die eveneens op de rotsen woont en. zich pu en dan de vrijheid ver oorlooft om ze tot ontbijt te nemen. Do apen doen, wanneer Juipaatds naderen, oen dof gebrom hooren en verweren zich ter doge, wanneer ze aangevallen worden. Hot vlecscli der apen wordt door de be woners van het land verafschuwd. NIEUWTJES VAN HIER EN DAAR. De jaren, op de planeet Jlars zijn twee maal zoo lang als op onze luirde, zijnde juist GS7 dagen van onze tijdbcreikening. Men zegt, dat de langst geplaveide straat ter wereld Washinglonstroot in Boston is. Ze is zeventien en een halve mijl lang. Het huis, dat aan toeristen aangewezen wordt als het oude paleis van de Capu- iets te Verona, dat in verband slaat met de geschiedenis van Romeo cn Julia., is geheel door brand vernield. De passagiers van de Trans-Siberische expres hereiken nu Pekin van Londen) uit in Hl dagen; de Noord-Chineesche Spoorweg heeft het zoover gebracht, om hij naclil, zoowel als bij dag troinen te laten loOpCTL. Een Turkschc turban, van de grootste afmeting, bestaat uit tien hu twintig el van de fijnste en zachtste mousoline. De haring is onder de risschen het moei lijkst in gevangenschap te bewaren. Getatoeëerde portretten. van de laatste zes Eranscho presidenten worden gevonden op dc huid van een misdadiger, Berlin ge naamd, die in Parijs gearresteerd vvterd. Meroimus, de snelste reiziger onder de planeten, beweegt, zich door do ruimte met een vaart van dertig mijlen per seconde. In Italië maakt het mes van den moor denaar een eind aan liet leven van dertig jiersonen op iedere 10.000. De diepste kolenmijn in Frankrijk, die te Arndró der Poiricr, is 3.083 voet. 'ANECDOTEN. OORZAAK EN GEVOLG. past aan tafel: „Keltner, waarom zijn do bioodjes hier toch zoo klein,? Bij ons thuis zijn ze minstens do helft grooter." KeïLncr: „Dat komt waarschijnlijk, mijn- lieer, omdat ze er bij u thuis voel meer doeg voor neuten. VOORZORG. Een kapitein hail een nieuwen oppasser gekregen, die niet van de snuggerste bleek te zijn. Op zekeren dag verzocht do kapitein hom don volgenden morgen om zes uur te wek ken, daar hij vroeg mot den troep op inarsch moest. De oppasser klopte des morgeus vroeg aain de deur der slaapkamer en zei: „Kapitein, 't is vier uur, denkt u eraan, dat u nog maar twee uur te slapen licht?" NOOIT NAAR DEN ZIN. Rechter: „Je bent beschuldigd van in do gevangenis uitgebroken eu ontsnapt te zijn." Dief: „Men kan het den hoeren van het gerecht toch nooit naar den zin maken; breek ik in, dan word ik veroordeeld; breek ik uit, dam is het ook weer niet goed. Een fatsoenlijk mensch zou op het laatst niet meer weten, hoe zich te gedra gen." TWIJFEL! Men heeft me gezegd, dat mijn broer, die in zoo langen Lijd niels meer van zich liet hooren, gestorven is; anderen meunen zeker te weten, dat hij nog kvft. Ik hen cr evenwel van overtuigd, dat het een, noch hot ander het geval is. NAAR DE LETTER. In zekere garnizoensplaat werd door d soldaten zeer veel gedronken, zoodat her haaldelijk oen' soldaat wegens ojxmbare dronkenschap in arrest moest worden ge bracht. De garnizoenscommandant nam het vol gende middel te haat om aan deze bui tensporigheid een einde te maken. Hij liet namelijk voor hot front dei troepen afkon digen, dat iedereen, die een soldaat dron ken had gezien, daarvan den volgenden dag kennis moest geven aan den kolonel. Reeds een paar dagen na de uitvaardi ging 'dezer orde, meldde zich een korporaal hij den' kolonel aan, „Wat is or?" vroeg de hoofdofficier. „Kolonel ,g gisteravond hik ge gistrenavond heb ik hik den sol soldaat Jansen dronken go ge- zién." „Zoo, heb jij den soldaat Jansen dronken gezien? En jij bent zelf op 't oogonbkk nog smoordronken „Ja kolonel me maar dat kom ik hik u morgen vertellen." EEN GELUK. Een dokter, die algemeen als een kwak zalver bekend, stond, werd eens bij teen zieke geroepen. „Vrouwtje," zei bij, na een blik op den patiënt geworpen te liehben, tot zijn we> derhelft: „Waarom heb je mo niet. wat eer laten roepenkijk eens, zijn handen zijn al blauw." „Dat is nog al natuurlijk'," antwoordde de vrouw, „mijn man werkt op een blauw- fabriek." „Dan mag je van geluk spreken," hernam de geneesheer, „want had hij niet op een blauwfahriek gewerkt, dan was hij nu zeker een kind des doods geweest." VAKKENNIS. Een dief werd wegens inbraak van een brandkast veroordeeld. President: „Hebt ge ook nog iets te zog gen?" Beklaagde„Ja, mijnheer de president. Ik protesteer tegen het vonnis, aangezien de hier tegenwoordig zijnde hoeren mijn daad niet beoonleoleiL kunnen. Ziet eens, mijne hecren, wanneer bijv. een nieuw gebouwd huis moet beoordeeld worden, dan wordt dat door een commissie van bouwkundigen gedaan; over een schilderij kunnen schil ders oordeolcmover een boek, geleerden. Maar gij, hoeren, kunt geen inbraak beoor deel en, ik beroep mij daarom op een hof van mannen, beoefenaars van mijn valt." G0EDK00PE CADEAUX. Ee,n welgesteld ambtenaar had dezer da gen opgemerkt., dat zijn voorraad sigaren verbazend snel verminderde. Zijn verdou- kiing viel terstond op do dienstbode, die ee|n vrijer hec'ft. Hij ging dus iu dq kern kon aan 't zoeken, en jnwle'I, hij vond wer kelijk ecjnge hondcT,dcn sigaren netjes ver pakt in een kistje. Op dat oogönblik' kwam juist zijn vr.ouw in de keuken. „Hé, man, Wat doe jij hier,?" vroeg zij. „Onze dienstbode is eo'n diefegge, daag, zie maai;, ik zal het dadelijk gaan aan geven." „Och, man, doe het niet; het ar,me kind is geheel onschuldig," zei zijn vrpuW, ter wijl zij een kleur, kreeg. „Wie heeft die sigapyn dan weggeno men?" Geen antwoord en de grootste) verlegen heid. j,Je hebt toch niet zelf dia sigatrpn „Och ja, vergeef liet ine, ik' heb ze zelf gqnomen, om je er, ovenals vorige jaren op, je verjaardag, mee tei verrassen." VERZORGING DER VINGERNAGELS. Niet vroeg genoeg kan men bet kind wennen min hot verzorgen der nagels. Een mooie hand moet ook mooie nagels kunnen vortoonen, cn wie geleerd heeft zijn nagels te verzorgen, zal ook de verzorging der hand niet verwaai'!oozen. Het .afscheuren der nagels moet men vermijden, niet al leen omdat het er leelijk uitziet en de mi- gels ongelijk verkort, maar omdat dikwijls gelijktijdig dc huid rondom den nagel kleine insnijdingen krijgt, die door infectie dik wijls hevige ontstekingen en vervetteringeai aan de vingers veroorzaken. Men knipjxj dus do nagels met do schaar, en zoo, dat zij boven den rand der vingers uitsteken. Het voorrecht, lange nagels te dragen, mo gen wij gerust aan dc CMneozen overlaten!. Aan den anderen kant is het ook niet aan te raden te ved af te knippen, daar andere de ringers voor hun verrichtingen onbruik baar worden. Het optreden van zooge naamde dvangnagels voorkomt men het beste door liet nagolvleeseh met een stomp instrument dikwijls naar achter te dringen. Dorre, gemakkelijk scheurende nagels, wor den, door alle avonden invetten met lano- liuc weer zacht on smedig. Witte vlekken op de nagels duiden lucliLverzaméliingon daaronder aan. De vlekken schuiven bij het groeien der nagels op en verdnvijnen lang zamerhand. Ziekten van de nagels maken het gehcelc losmaken van (den nagel noodig, waarna een gezonde nagel weer aangroeit. KOFFIECRCME MET SLAGROOM. Van 150 gram koffie 'wordt l'/s kop koffie gezet, die men zoo buigzaam trekt, dat zij druppelsgewijs loopt. Dan wordt 30 gram gelatine opgelost en mei de koffie ver mengd en zooveel suiker daarin gesmol ten, dat dc koffie goed zoet is. Nu klopt men 1 liter room tot dikke schuim. Zijn gelatine met koffie en suiker goed koud, maar volkomen vloeibaar, dan laat men ze met oen dun straaltje m het roomschuiin Ioopen, terwijl men ze met den klopper zoo sterk mogelijk slaat. Is de room. er goed door vermengd, dan giet men de massa in een glazen of porseleinen schaal en laat ze ijskoud Worden. Men presenteert hierbij biscuits, Wafelljes enz. HE PRINS EN DE REUS. Een vroolijke, jonge prins reed op zekeren dag door het woud. Ilij was gekleed in pur per fluweel en droeg een zwaard aan zijn zijde en was op weg om de hen te vangen, die zilveren eieren logde. Terwijl hij voort reed ontmoette hij een knaap in 't grijs ge kleed, die fluitend zijn weg vervolgde. „Hoe heet je?" vroeg de prins. „Dick," zei de jonge man. „En waar ga je heen?" vroeg de prins. „rk ga de hen halen, die ietleren dag zil veren eieren legt," antwoordde Dick. ,,Dan kun je wei naar huis gaan," klonk het toornig van 's prinsen lippen, want ik ben voor hetzelfde doel uit. „Ik geloof toch, dat clc weg voor iedereen open staat," antwoordde Diek, ongeftoord voortloopend. De prills was erg boos, toen hij hoorde waar Dicli heen ging; hij gaf dus zijn paard de sporen, en hem voorbijsnellend was hij spoedig aan het kasteel van den reus, waar de hen was, die de zilveren eieren legde. De reus en het kasteel waren beide zeer groot, en wat maar zelden het geval is, was do eerste heel beleefd. „Gij bewijst mij veel eer," sprak bij lot den prins. „Ik weet dat ge komt om mijn kip, die ziiu-ren eieren logt, maar dat mis haagt me volstrekt niet, want niemand kun dc kip wegnemen dan hij, die de drie vragen oplost, die ik hem zal stellen; ik ben zeer gesteld oj) uw gezelschap, hoewel ik al veel wijze cn grootc mannen hier gehad heb." Hoewel de reus dit op zeer beininnelijken toon zei, kon de prins toch niet nalaten te denken, dat hij voor de mal gehouden werd. Hij durfde evenwel dc beleefdheid van Bo- rororumrindo (zoo heette dc reus) niet van do hand wijzen, On ging in het kasteel, waar zij zich aan oen schitterend maal zetten. Terwijl zij aten, werd er aan de deur ge klopt, cn men riep „Ik hen het, Dick." „Het is een mijner bedienden," sprak de prins, die meende Diek op oen afstand te houden, totdat hij de drie vragen had be antwoord. „Laat hom dan naar de stallen gaan," antwoordde Bororormmdndo» „en zijn maal afwachten." Dick ging daarom naar de stallen cn zag daar een bezem die zonder stoel vergde en zonder dat bandon hom voortbewogen. Toon hij klaar was, maakte hij zich aan zijn steel vast en hing zich aan den muur op. „Dat is heel dwaas," sprak Diek, voort gaande totdat hij zag dat de kippen op stok gingen mot de koppen naar beneden cn zoo veel mogelijk aan haar poolen hangende. „Wat is dat vreemd," dacht Dick, nog steeds voortgaande want hij hoorde een zon derling geluid. Nu zag hij een grootc tobbe, langzaam ronddraaiend, met een geluid als van oen molen, en cr in waren de lichamen van één of twee jonge mnnnen, zoo mooi en edel, dat Dick dadelijk zag, dat het prinsen waren maar zij waren dood, en opkijkend zag hij vlak boven do tobbe ccn trapdeur. De tobbe draaide al maar rond en zei„Daar in den vloer is het valluik, wie cr op gaat zitten valt er door; maar de reus eet alleen maar prinselijk vleescb, dus maal ik de lekkere stukjes die de slagers vinden." „Ho, lro, horiep Dick en sprong op, om zich van de vreeselijke plaats do verwij deren maar in z.ijn haast sloeg hij den ver keerden weg in en kwam terecht bij den reus, die juist zijn drie vragen deed. ,,IIou veeg ik mijn stallen?" vroeg de reus. Dc prins randde eens of tweemaal, mnur kon het niet zeggen. „Ik weet het," zei Dick brutaal. „Met een bezem zonder steel, en die niet door handen bewogen wordt." De reus en de prins waren beiden boos. „Je bent heel brutaal," sprak Bororo- rumrindo en deed de tweede vraag: „Waar gaan mijn kippen op stok?" De prins raadde verkeerd, maar Diek ant woordde „Waar zij aan hun pooien kunnen han gen." „Stap daar op," zei de reus, vloekend cn Diek bewegend om plaats te nemen bij den prins, die vlak voor het valluik zat, dat met een klein rood, met goud geborduurd kaïpet, bedekt was. „Neen," zei Dick, „ik ben maar een knecht en blijf liever hier." „Waar is mijn slager?" vroeg de reus zoo zwart als de nacht, en zijn voet zet tend op de veer, die het luik deed tuimelen maar vóór do prins nog kon antwoorden, riep -Dick uit: „Tk zal het u laten zien." En den prins bij den arm uit zijn stoel trekkend, schoof hij het karpet weg. Daar zag de prins de val, en daaronder de tobbe, die zei ,,l)aar in den vloer, is het valluik." Maar Borororumrindo, die juist op de veer drukte, was zoo vernist, dat hij struikelde en door de val terecht kwam in de tobbe, vaar hij aan stukken gesneden werd door <le messen, die zoovelen zijner slachtoffers gedood hadden. Toen nam Diek de hen, die de zilveren eieren legde eu ging vroolijk naar huis. En do prins, zoo geschrikt, dat hij nauwelijks in het zadel kon kruipen, recti weg, niet zoo prettig gestemd als hij gekomen was. Coalitie -Politiek. In verband met dc ook reedes in andere R.-K. organen besproken driestar over do eigen positie der partijen in een coalitie, handelt de „Limburger Koerier" over coa litie-politiek. Min of meer bedenkelijk schijnt liet blad die idee, dat iedere partij zijn eigen kleur zóó moet heffen, dat er telkens onderhandeld en geconccdeerd wat uiter aard wil zoggen: zoo min mogelijk toege geven worden moet, om de coalitie op gang te houden. Dat leidt z. i. vroeg >f laat, wanneer een der partijen niet genoeg zaam concessie-gezind is, tot een felle en onverwachte breuk. De methode van samenwerking moet - zegt het berusten op het doen gelden, in de ontkerstende maatschappij, van de algemeen-Christelijke beginselen, waarover de drie partijen Rechts het eens zijn. Niet op een voorojisehuiven van ieders eigen d e s i d e r a to, dat een jammerlijke d o- ii t-d e s-tactitek na zich slepen zou. Een vooropstellen b.v., door de ant.i-revo- lutionairen, van de vaccinatie-kwestie, door de Christelijk-ilRtorischen van de Proics- lanti«eermg der Rijksuniversiteiten, door de Katholieken van de missie bij den Paus, zou zeker strooken met het „trouw stand houden bij de eigen banier", maar of ten slotte het Christendom in Nederland daar mee gebaat zou zijn, mag worden betwijfeld. Voorts verklaart het blad, dat eenige R.-K. organen niet iets verscherpt hebben legen de nnti-rev. partij, maar dat van hun kant alleen opgekomen is vóór het Christe lijk Kabinet tegen „De Standaard". Veel rcsjiect heeft het blad voor den talcntvollen leider van dat dagblad, maar het beschouwt het niet als d e anti-rev. partij en dat zal z. i. de redactie zelve 't niet kwalijk kun nen duiden. De houding der C.-H. In verband met hetgeen „Dc KfH" schreef aangaande de houding der C.-H. tij dens het minislerie-Kuyper en hnar verweer dienaangaande tegen een opmerking van de „Limburger Koerier" veiklanrt laatstge noemd blad thans We wenschon ,,De Nederlander" opmerk zaam te maken, dat wij van haar partij met gesproken bobben en ze ook niet op het oog hadden, toen we in ons stukje „Jammer den bedoelden volzin schreven. We zeiden: „Het was, toen Christelijk-IIïstori- sclien vrijwel hetzelfde deden tegenover liet ministcrie-Kuyper". Daar stond, met voordacht, niet: de Christelijk-llistoriscliendaar staat ook niet dc Christelijk-Historische partij; en „He Nederlander" zal met ons wel begrijpen, op wat groep van Chrislelijk-Historischen we doelden, als ze zich herinnert hetgeen er in sommige districten, die in 1901 rechts ge kozen hadden voorafging, aan hun omme keer in 1905. Doolt het blad wellicht op de houding door de toenmaals geheeten Friesch-Chnst-- Hist. tijdens de Kamerverkiezingen van 1905 aangenomen.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1908 | | pagina 10