Zondag 20 Juni Van Stellendijk tot m Bommel. 63 Ho. 1302/ Derde Blad. Be bonten overjas. Naar onze Oost? •te IÉ? Deze courant verschijnt dagelijks, mol uitzondering van Zon- en Fees (duwt Prijs per kwartaal: Voor S ch icd a in en VI aar din gen fl 1 25 Franco per pest fl. 1.65. Prijs per weck: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent - Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Ad verten! voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór oen .ar aan net bureau bezorgd zijn. Bureau: Laugo Haven No. 141 (hoek Korte Haven.) tuuatiaswsar. Een gewoon gevolg van subjectivisme, van gemis aan inzicht in hot perspectief ooi- den beschouwenden leek, is liet feit, dat men in zijn tijd alles grooter, gewichtiger, merk waardiger, sneller ziet gebeuren dan in an- ileie tijden. Dagelijks kan men de opmer king liooren, dat de verandering in du por tie der vrouw, in de drinkgewoonten, in du politiek eu de verkeei'Bverhouditigeji van du laatste lü, 20 jaar veel grooter is dan in ccnig anderen, daarmee vergeliikbnien tijd. I» dat nu een gevolg van een lout in du «aanieming of is het werkelijk zoo? lieu antwoord is niet te geven. hilus- (clien hebben wij voor een /eer actueel on derworp dat der verandering in de vor- kiezing.-gewoonleu --- een tweetal vaste pun ten ©wonden, die oils vellicht in staat stel len den al'geloopen weg zoo niet. te nieten, dan althans vaster aan te duiden. Ilit eene Miste punt is de bekende ,.Kio=- lercuiiiging" van Mulder. bodewijk Mulder heeft dü jaar geleden in zijn ,,Dc Kiesver- eeniging van Stellendijk", een aardige charge gegeven op de omei J en sufheid van de genebte kie/ors van voor 1SS7. In de kicsvcreonigiiigen krioelde het vuil leden, die er niet waren. AI et- diie stemmen - - die van voorzitter, secretaris en een lid neemt mep eeist een blanco besluit en latei- komt. men bij ongeluk lot liet camlideeron van een lid van de tegenpartij, die dan af stand van de camlidntum- doet loll bate van een andeis gezindon neef. Het luoede vaste plint vinden wij 20 jaar later in ,,De ('andidatmir van Hommel" van ..DiH-Lor Juris". bin nu is bel opmerkelijk hoe de geest, de wij/»' van behandeling, hoe willamst idles veranderd is. Is de Stellend ijksrhe historie meer een farce in luiar ceheelen opzet, do vim Bom- litek-elii' lijkt wel een photo van menige ware Xederlaml-clie kanierveikie/ing van den jong-ten tijd, maar een pliotn die op som mige plokkeu n.l. de komische - duch tig en danig met vaste hand en zeker niet zonder talent is geretoucheerd geworden. l)o:>h er i- méér veSliil. Hij de Stellendijk- scho klucht is alles nog luchtig cn gemoe delijk en netjes, het gaat er idles Uw.» riten lute! nette mou»clieu die, zelfs als zo hliri- geeren, dat niet. zoo heel erg kwaadaardig en zelfs niet zonder eenigen zwier doen - - leelijke, hintale, weeivinvvekkeiulu olemeu- ten komen hier niet te - - liet is alles een spelk tje, een onder-onsje van nette" lieden, waarhij hel belang dal een paar hun ner hebben bij den aanleg van een zekere spoorlijn, mitnr heel eventjes om een hoekje komt kijken, en waarbij legen den zuivc- De automobiel was groot en mooi. Toen ze door de buitenwijken van liet kleine landstadje kwam rijden, draaiden de nten- sclien zich om, en keken er vol bewonde ring naar. Zij deden ook gissingen, wat be dot' de identiteit en bet inkomen van den heer in de prachtige bonten overjas, De/o heer was de oenigc persoon, die in de auto mobiel z.ati. Toen hij stilhield en aan liet Mitre-hotel uitstapte, ver/.niiioldü zich een groote menigte, op wie de verschijning blijkbaar groote» indruk gemaakt luid» Keu bediende kwam aanhollen. „Theo' zei de heer met dc bonten over jas, terwijl hij met gi'oole waardigheid kwam binnenstappen. De kollner volgde hem. jAViifc blieft u, mijnheer?" „Nu, je Hebt locli gehoord, wat ik zei?" „Kr is een gr<x>t gezelschap hier, mijn heer, cn dat heeft het lieelo tliec-sulon in beslag genomen," „Zoo? Nu, (Inn wil Ik de iheo wel ergens undcivs liobbcn." „Kr is nog een klein privc-kumertje, mijn- neer, duL „Dat is ook goed. maar ik wil er in geen geval extra voor betalen." „Dat zal ik den patroon zeggen, mijnbeer, fliHircn, als 't u blieft." De heer in de bonten ovei-jns volgde. «ndnt li ij geklaagd luid over do weinige rnmito in de kamer, haar slechte venvnr- mino 011 bot lawimi dn! liet gezelschap ploi- Si4 ringseed geen erger bezwaar ontstaat dan dat oen adspirant (die hel, trouwens niet eens tot eumlidaal brengt) aan een kiezer, zijn neel, een houten been heeft beloofd voor bet geval hij een van zijn natuurlijke boe nen mocht verliezen. Abmr door de Vnn- Honimelsebe nieusehcn wordt met grover ge- rtülutb i tenDaar moet op hot allcr- laal-1e .enblik een Befaamd advocaat als uil de lucht komen vallen om den geko/.enc te overtuigendat hij den zuivcringsocd Hij een juridi-eh o zoo juiste! interpre tatie van liet- Grondwetsartikel tóch wel af leggen kan, daar dreigt men den candi- daat dnt men héél leelijke dingen uit zijn parlieulier leven zal doen aanplakken op alle scimfiingen in zijn distriet tenzij hij, lot herstel van die leelijke dingen, opdokke, en ter degel -- Daar laat men den camli- daat vragen of zijn vooruitstrevende denk beelden ten aanzien van het onderwijs zich wellicht ook nog iets vorder uitstrekken dan tot leerplicht, met name tot verhooging van onderwijzeistractenieiiteii Hield te Slellendijk, in 1880, de hotelhouder zich er maar liever buiten, niettegenstaande hij vée] belasting hefaaklc, méér dan een ander in zijn dorp, en dus volgons de wet „liet meeste verstand van politiek" had van allen ...van Hommel moet, in 1S98. de beleefd heid in achi nemen tegenover ..den meester knecht van den loodgieter eu den kruier hij t> Spoor", heide „mannen van „Ons Be lang", hij heeft „die lui in deze dagen zoo uoödig". De Stollendijkselic candi- dasit is en blijft gedurende 't heele stuk op rei.-: we krijgen hem niet l,u zien, den man van wieti we hij 't vallen van 'ft scherm we ten, dat lui zeker wel gekozen worden zal van Hommel echter spreekt en speecht zijn di-tricl rond, dehatteerende dat liet een aard heeft, ontvangt eu leest couranten hij tien tallen, en vervangt, om een aanmerking van een hunner, over zijn „lioogeri grijzen hoed welke hem altijd iets te zwaar is om dien voor ons te lichten", dat hoofddeksel door (-en flambard, Kindigi. Stellendijk met een ec/cMig avondje van een ze.-ta,l personen die op een mooieii zomeravond buffert een glas wijn gaan zitten drinken op den goeden af loop bij Van Bommel eindigt liet met funfaie.-, ovaties, Clnmipiurne a f lots en leest redenen in soorten, oen eivol tooneel, een „gezellige pan". De onverschilligheid vim Stellendijk van 1SS0 hoeft bij Van Hommel van 1898 plaats gemaakt voor véél belangstelling in de publieke zaak, herrle- achfige, onzuivere belangstelling vaak, maar belangstelling niettemin; de lceliikheidies en feniepigheidjes vul toen zijn groote leelijk- en goniopighedon geworden, alles is met hel kiezei-saantal mede gegroeid en toegeno men, liet goede zoowel als liet kwade. Kortom, wat hij vergelijking der heide •tukken liet sierkst treft, dak is liet verschil iu de toestanden. Ze schelen maar ongeveer 2(1 jaren: doch in dien tijd heeft de demo- eraii--che stroom Nederland een eind meogc- BaauutmaiMtt Prijs der Advertentiën: Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cents per regel. Groote letters naar dc plaats die zij innemen. Ad ve rten tiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden.. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag-en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon f voor de Redactie No. 123. i voor de Administratie No. 103. maakte, liet hij zich bij het veimtor in een leunstoel vullen. Vijf minuten later stond hij op om te hel len en te vragen waarom zijn ihee nog niet gebracht was. Maar op dat oogenblik klopte de eigenaar van de zaak. „Neem me niet kwalijk, mijnheer, maai er zijn nog twee hoeren buiten, en ik hen er van overtuigd, dat u dc kamer wel met hun zult willen deelen. Als 't u blieft, mijn heer." Daar hij meende, dat hel verzoek stilzwij gend was toegestaan, verwijderde hij zich, toen do lieer iu do bonton overjas hem toe riep „ik denk er niet aan dut te doen." „Alnar u betaalt niet extra, mijnheer, want" -- Ik mag toch wol oen tafel voor me zelf hebben, en er is er hier maar één." „Maar mijnheer, z.ij kunnen nergens anders," „Ik moet zeggen, dat het al heel ver gekomen is, dat ecu heer, die in den namid dag met zijn automobiel uit is, niet eens kalm een kop thee kan drinken, zonder door vreemdelingen omringd to zijn. Wie zijn ze, en waar komen zc vandaan? dat zou ik graag willen weten. Ik hen benieuwd, wat er nu nog zal gebeuren!" Do heer met do bonten overjas keek naai de indringers toen z.ij binnenkwamen. Het seheneii nogal druktemakers te ziiti, maar toen do blijkbaar prachtige klceding van den heer zagen, werden z.ij kalmer. „Neem ons niet kwalijk, mijnheer, dat we u sloren, doelt in de gegeven omstandig heden kan liet niet nudora, mam- wij willen voord. Heide stukken tezamen geven een krachtige tegenstelling, gjert sterk sprekend beeld van voorheen en thans. Wanneer wij dan ook over hot. geheel uiterst voorzichtig moeten zijn met verge lijkingen lu.-sclicn onzen tijd en „vroeger", mogen wij in het aldus verkregen beeld wel iets meer lorlnniwnn hebben en aannemen, dat er inderdaad ook op dit gebied vrij wat veranderd is in 20, 30 jaar. Tijdens zijn eerste minislerschap heeft minister Idenburg, 't wat, zoo wij ons niet bedriegen, in den loop van een ka merdebat zich eens beklaagd over de Nodorlandsche jongelieden, hij wie z. i. te weinig opgeweklhoid voor den Indischon gouvernementsdienst zou bestaan. Nu is het een feit. dat hel, hij ver se f lillende Indische Lnndsdiimnarseoi-pson met dc rccrutcering van jonge krachten uit het moederland vaak of zelfs voort durend sukkelen is. Zoo hij de rechter lijke macht, bij hot hinnenlarulsch be gluur, hij de leeraren van het middel baar en de onderwijzers van het lager on derwijs, bij verschillende officierscorp sen, vooral bij den militairen geneeskun digen dienst. Alaar is dit op zich zelf nu reeds vol doende om or uit al' te leiden, ten aanzien van het naar Indië tijgen, hij onze jonge lui inderdaad een soort van Jan-Sa lie geest zou bestaan? Noen, niet waar? Daartoe zou im mers bovendien nog moeten vaststaan dnt ook voor andere dan Staatsbetrekkingen, dat ook voor ,,hel particuliere" de opge wektheid om naar Indië le gaan, gering is. Dit nu staat heelemaa! niet vast. Inte gendeel; het is b.v. ecu opvallend ver schijnsel dat, terwijl onder onze jonge meesiers in de rechten dc trek naar du Indische rechterlijke macht al sedert jaren gering is, daarentegoi het aantal hunner, dat in velerlei particuliere betrekkingen naar Indië gaat, toeneemt. Over het alge meen schijnt het hij onze Indische onder nemingen van landbouw, handel en imlus trie, althans hij do grooteiv en welvarende, met dc roeru teering van huil Europeescli personnel voldoende vlot te gaan. Biedt het Gouvernement nan onze jonge mannen dan minder goede vooruitzichten aan, dan do particuliere ondernemers? ."Min der betaling, minder gunstige promotie? Een minder muil re kledij ken werkkring, minder aannemelijke regelingen van het me t-vcrlol'-nnar-Eu ropa-gaan Het zou de moeite waard wezen zoo omtrent dit eeu en ander oens oen ernstig üouvernerneiitsomkïrzoek werd ingesteld. En het is huig niet onmogelijk, <1 at liet resultaat flaamin in sommige opzichten, tol op zekere hoogte, en althans hclref- hel nis een eer beschouwen,, als we hier mo gen zitten." Mam- de heer iu dc bonten overjas blccf lnm mm ritten staren en voegde hen uit de hoogte toe „Kr zijn toch in do stad wel theesalons?" „Maar maar" De heer in de bonton overjas keerde zich om. Allen waren verbluft. De eigenaar luialde hulpeloos de schouders op. Tnen deed een vroolijkc stem iedereen om kijken. „Kan ik hier wat thee krijgen?" De eigenaar, steeds meer in ver warring, begon uitlegging te geven en verontschul digingen te maken. ,,0, daar zijn ecu paar van mijn vrienden." De anderen begroetten den nieuw-amigeko- niene met warmte. Zij spraken op half lui den loon, terwijl 'z.ij sloolsgewijz.e blikken op den met bont bemantelden heer wierpen. De eigenaar, zich nog steeds verontschul digend, verwijderde zich. „Weet je niet, wie hij isninnr „De een ol' andere groote „Dat is zijn automobiel, die huilen stunt De man met do vroolijkc stem keek don lieer met de bonten overjas scherp aan, gaf hem een wenk eu trad op hem toe. ..Heb ik goed begrepen," vroeg hij ruw, „dat u er op legen luidt, dat De heer in de bonten overjas nam een houding mm en sprak: ,,Jn, mijnheer, (lat heb ik godnnn, ik was het eerste hier en ik heli volkomen recht." „Kn wat moot er mol de automobiel buiten?" feilde enkele diensttakken, hierop zou Hoer» komen: dat hot gebrek aan opgewektheid van Nedorlandseho jougelui voor den In dischen Staatsdienst, minder aan die jonge lui dan wel aan dien Staatsdienst ie wij ten is Inderdaad, do Indische Staatsdienst heeft voor de besten onder onze jongelui weinig wat op hun fantasie, op hun illusies zou kunnen werken. Tien jaar naar fndié, f— één jaar hier terug, nóg eens tien jaar (of wat langer), naar Indië, en dan verder, levenslang, liet leven van den ge- pensionneerde, van den khdniSi lijfrento- nior, die, in negen van do tien gevallen, zich in Nederland niet geheel meer thuis kan gevoelen..,, en in hnlié eigenlijk pi evenmin, en die, in negen-en-negeiitig van de honderd gevallen, in zijn verder le ven eigenlijk heelemaal niets meer uit voert, niets moer p nies teert vort beko ring is in dit een eu ander niet gelegen. Om niet to spreken van het weinig b'lang- wekkendo, weinig voldoening gevende van menige Indische staatsbetrekking zoo schept b.v. bijna geen enkel jurist op rteu duur behagen iu liet Landraad-voorzilt?r- schap, zóó, als het daarmede tegenwoordig nu eenmaal gesteld is, en zoo vinden vele officieren van gezondheid, met name die genen die op kleine binnenplaatsen zijn geplaatst, al evenmin hun werkkring naar hun zin;.... om óók niet te spreken van do vele andere grootere en kleinere mulee- len, die iedere of bijna iedere Indische loopbaan nu eenmaal van zelve in meer dere of mindere male met zich medebrengt, Zonderen we hen uil, die, in Indie ge boren, slechts tijdelijk naar Europa zijn ge komen, voor Sun opvoeding en dk) in Indië hun ouders en nabestaanden hopen te zul len terugvinden dan is or voor don NTe- derlandsehen jongen man meestal een bij zondere reden noodig om Jiom er toe je bewegen in Imlischen staatsdienst te gaan; zoo b.v. financieclo overwegingen voor jongelieden zonder vermogen die jougwen- sciieu te huwen niet eveneens nirt-venno gendo meisjes, of, voor enkele weini gen (voornamelijk medici, juristen cn in genieurs): de hoop, or in te zullen slagen don gouvernementsdienst als stijgbeugel te bezigen, (Om, zoodra zich een goede ge legenheid daartoe voordoet, in 't pmtieu- liere over le gaan cn daar dan fortuin ie maken. Ls hel jlnn Snot „hel particuliere" scoo anders gesteld? In sommige gevallen zeker wel. De hoop, om in betrekkelijk korten tijd fortuin le malcen, loot zich iu sommige particuliere betrekkingen nog steeds gelden. Zoo ook wel eens de verwachting, dat de Indische loopbaan kans op voortzetting in Europa met zich zal brengen, ol' op rteu duur op oen of andere wijze aan een aan verwanten, begeerlijken werkkring in Euro pa zal kunnen aansluiten. Menige i'loree- rende handels- of industrieele onderneming De heer in do bonten overjas schrikte. „Wat bedoelt u?-" „Doodt ge niet beter met daarnaar ie kijken, hè?" Tot verbazing van de omstanders scheen de lieer in de bouten overjas zieli weinig op zijn gemak te voelen. „Waarom wat. wie" -- sfkunulde hij. „lil alle geval moet ie maken, dat jo hier vandaan komt." „Wat is dat? Duister eens, ik De man mul do vroolijkc stem kwam steeds naderbij. Ziiti vrienden omringden hem met wijd geopende oogon. „Kn je moet die mooie, bonten overjas uitdoen. Ik zal er mij dim wel mee bela.-ten om zo min je meester terug te geven." De heer in do bonten overjas wist niet wat hij hoorde. „lloe weet u," stamelde hij, „dat mijn beer Whitlev mij geen permissie gaf om de automobiel te gebruiken, vóór ik hem van avond moei giuui halen?" „Kn zijn jns te gebruiken tevens? 0, ju, we kennen dal. Maar ïniink nu verder geen prentjes, en ontdoe ie onmiddellijk van die jas. Ik sprak met mijnheer Whitley al', dat ik hem hier zou ontmoeten, maar ik hen wat vroeg, ongelukkig voor ion, hè, kereltje!" Afet ecu vuurrood gehint ontdeed de man met de bonten ovorins zich van dat prach tige kieodingsUik en logde het op een stool neer. Daaronder droog hij do lederen livrei van chauffeur. „Denk er aan, dnt go de kar klaarmaakt, om ieder oogenblik le kunnen vertrokken," riep de man met de vroolijkc stom hem kent zijn personeel na weinige jaren dienst een kort Europeesch verlof toe. Een tijde lijk, voor enkele jaren, naar indië gaan om zicli voor te bereids» voor- -een po sitie in Europa, waarbij men indirect veel met Indië te maken zal hebben, komt in 'f particuliere nogal eens voor tegenwoor dig Hel is ons niet mogelijk, hot rijke en veelomvattend? onderwerp vim dit opstel ook maar eenigszins volledig te behandelen; juisl het feit, dat wij in de eerste plaats op een onderzoek aandringen, doet blijken dat wij tot zoodanige volledige behande ling dan ook geen kans zien. Er is in middels tweeërlei, waarop wij de aandacht wurisehcn te vestigen. Ten eerste: dal bij de Regeering een zéér belangrijke maatregel in overweging is, n.l. inkorting van het aantal Indische dienstjaren, dat recht geeft op oen jaar Europeosch verlof, van tien tot zes. pil zou een gruóte en aanmerkelijke verbete ring wezen. De termijn van tien jaar js te lang. Ken Europeaan, die tien jaar ach tereen in Indie doorbrengt is alliums zeker, indien hij een groot gedeelte van dien lijd op binnenplaatsjes of buitenposten beeft moeten doorbrengen ternauwer nood nog Europeaan; c;én verlofjaar zal het hem niet weer maken, en, na aankomst er van, wacht hem eun termijn uui weer minstons tien jaar, om hem nog verder, te veronteuropeesehen. Periodes van zes jaar die ook meer zouden kloppen met hetgeen in bloeiende particuliere grootbe drijven gaandeweg usance begint (e wor den zullen in dit opzicht heel wat min der „vat" op onze. jonge mannen liehbein 11e voorgenomen wijziging zal dan ook in derdaad, zoo zij lot stand komt, belang rijke nadeden van den Imlischen .Staats dienst lol veel bescheidener afmetingen terugbrengen en dien dienst daardoor be duidend aantrekkelijker maken. En teil tweede: in het militaire heeft men de défadicvriiiganmenig jong offi cier van het N'edertambdie leger gaat euur enkoio jaren naar Indië. Van .nabij ken nis maken met andere toestanden aan den andoren kant van den aardbol, zijn beroep eenigen. lijd daar ginds uitoefenen ondei- muh'Lu omstandigheden eu op andere wijze dan men gewoon is ziedaar mi pens iets. dal wel op de fantasie en op (1e il lusies van menig jong man vermag te wer ken. Vrage: is wel eens ernstig onder zoekt geworden, of en in hoeverre dusda nige detucheeringen nu ook bij andere, niul- itiilitai.ro corpsen mogelijk zouden zijn? Zou den er onder onze jonge onderwijzers niet velen wat voor gevoelen, Indië eens voor ecu jaar of wat te gaan zien? Eu zou het onzen a.s. rechters niet aanstaan om hun periode van sollJiciteereii, op-griffies- cn-parkelten-voloutauun of slapjus-als-jong- advocaat-practiseeren eens to onderbreken door b.v. oen drietal jaren aelioven Indi- Toen de deur zich aclner hem sloot, barstten de twee toeschouwen» iu een onbe daarlijk lachen uit. „Wel, hub ik \an mijn leien, Smithers! Ik heb nooit geweten dut je een uitsmijter wu-. Wij hielden hem \oor een grootcn seig neur. lloe ter wereld kun jij dat raden?" „lil de eerste plaats zag ik het aan den un-ui van zijn pet. Bmemlieii wa» do jas gedeeltelijk open, toon ik binnenkwam, en zag ik zijn livrei, zoodat ik zijn spel door zag." „-Maar wie is zijn meester - mijnheer Whitley? Ken ie dien werkelijk?" „Nooit tevoren van hem- gehoord," \er- kluarde de lieer Bmithers lachend. Zij klopten hem op den schouder. ,,Ua, ha, jij bent toch een leuke kerel Hij lachte flauw. „Alaar hoe staal het mi met de thee?" Hij keek eens rond; zijn Idik xiel op do bonten merjas. ..Hui!" zei hij nadenkend. „Ik geloof toch niet, dat ik op de the# zal «lichten." Ken courant uit zijn zak diende, nis om slag. Twee nihnitoii later gluurde hij in de gang. De plei/ierroizigers- namen ieders at tentie in beslag. Kr was niemand te zien. ,,"1 Is nogal een groot pak," ^piuk do heer Smithers, spijtig; „maar ik kan er niets aan doen. Goedendag, kerels." Toen liii door du zijdeur sloop, schudde hij van hel lachen. „Ik hoop, vtx»r hem zelf," mompelde hij, dal de chauffeur van den heer Whitley er eeu goeden uitleg aan weel le go\en."

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1909 | | pagina 9