Groentijd.
Koloniën.
ALLERLEI.
DOOR EEN WEDDENSCHAP GEBED.
ACHTERWAARTS LOOPEN AANBE
VOLEN.
in zijn consciëntie tast! liet mag hem,
trouw kerkganger als hij wellicht is, niet
v rij staan mij dien kracht igsten waarborg te
onthouden en mij er op één na den, krach-
tigstcn voor in do plants te geren. Of acht
men snms bij cuzc reehtehedeuling do waar
borgen tegen rechterlijke dwaling zóó af
doende, dat er op dezen oenen wel wat kan
worden afgedongen?
Wel is vaisch getuigenis, ondei gelofte
afgelegd, oven strafbaar als vaisch getuige
nis onder eed'1, maar de strafbepaling
tegen meineed kan betrekkelijk zelden wor
den toegepa-thet gebeurt niet licht, dat,
indien vaisch eetuigd is geworden, zulks én
wettig én o\eituigend bewezen worden kan.
"En hot is mii niet alleen om du crentueelc
strafbaarheid van den getuige, het is mij om
's man4 consciëntie tiorcmdion ie doen!
Niet dat de eed in deze een nhtolliiten
waarborg tegen logons of legen onberaden
praatjes geeft; maar hij geeft, in zeer
veel gevallen, een relatieven waarborg van
bel rekkelijk groote waarde.
Is niet do oplossing- r.m de kwestie in
andere richting te zoeken? Is die niet roedes
in hot debat van ISS1, aangegeven door den
toenmaligea (Rooinseh-KaÜioliekcn) afge
vaardigde mr. llaffmans: Ais de vrijden
kers, die bezwaar hebben legen den ceil,
zich vormen tot een genootschap, tot een
lichaam dim zon men eens kunnen zien
of men, al dan niet na voorafgaande wets
wijziging, aan hen, die nantoonen dat zij
leden van dat lichaam zijn, en dat zij
niet tol eon c i g c n I ij k g c z e tr d
k r lc ge n oot s e h ap be h ooren, zou
kunnen toestaan, om, in stede van een eed,
oen belofte te doen. Men heeft dan, ten aan
zien van elk hunner, telken male „een uit-
wondirr waarneembaar en bewijsbaar feit"
als waarvan minister Modderman in liedoeld
debat, zii 't dan ook in eenigs/.ins ander
verband, gesproken heeft dat zekerheid!
geeft ,,dnt zij werkelijk gemoedsbezwaren
he blren en niet eenvoudig gernoed.-bezvva-
ron uitdenken pour ie besoin de la cause".
Waarom nog nimmer naar oplossing in dezen
geest gestreefd1 is?
Zoo is hij dan weer bijna voorbij, die
jaarlijks vvedcrkcerende periode van enkele
weken, waarin onze nieuwbakken studenten,
ternauwernood aan de schoolbanken ontwas
sen, hun academische loopbaan aanvangen
met liet verduren van eert reeks van plage
rijen en voor-den-gek-houderijen van herr, die
in de lnurttvoorafgaande jaren student zijn
geworden; waasin ze nu weer worden
toegebruld cn dan weer uitgelachen, terwijl
men zich voortdurend vroolijk om hen
maalt en hen dwaze dingen iaat doen, om
lien dan, in kalmer stemming, (prasi-gernoc-
delijk philosophise!! aan te Loonen ja te
bewijzendat ze toch eigenlijk nog maar
héél onuoozolo en héél kinderachtige jonge
tje-- /ijn; waarin ze worden meegenomen
van dc eeno studentenkamer naar de andere,
naar de sociëteit en naar allerlei studenten-
vcreonigiinren, héél ocnvoudigje- gekleed cn
uitgedost, mot. liggend boordje en kaalgescho
ren bovenlip, om dan ton slotte, als dit
alle» een kleine maand z.al hebben voortge
duurd, met luidruchtig feestgejoel tc worden
ingehaald als jongere academiehroeders.
.Menige moeder heeft haar iongen met be
klemd hart en met eert -stillen traan ter ont
groeid ngskirur zien optrekken, - en. menig
vader ontstemd do schouders opgehaald over
'die .jongens", die, /oo weinig minder jong
en zoo weinig minder onervaren elan zijn
zoon, nu over hem gaan bazen als waren
zij zijn meerderen, zich nu een.- als zijn be
schermers, opvoeders en raadgevers, dan
weer als zijn „donderaars" voordoende. Me
nig rationalist, in de studentenwereld zoo
wel als daarbuiten, slaakt een zucht over
"dezen wé! opvallenzl dwazen vorm van mon-
echelijko dvvnn-heid, en gaat besehoitviu-
vredigen. Ik wil eens kijken wat dien mand
zoo verbazend zwaar maakt."
En daarbij begon zij heel voorzichtig
den inhoud uit te pakken.
„Hu zullen we wel een paar uur moeten
zoek brengen voor' we alles weer hebben
ingepakt," zeide ik aarzelend. Als ik geen
kwaad geweten had, zou dat oponthoud mij
niet zoo onaangenaam geweest zijn.
„Dut is mij volmaakt hetzelfde," herhaal
de zij op mijn opmerking nog eens.
Met groote zorg legde zij do eieren en
andere dingen in liet gras naast zich, ter
wijl ik," als-of mijn aandacht plotseling door
wat. anders werd getrokken, mij afwendde.
„fla", riep Lilly opeens met een korten
tr.iompheerondon kreet.
Op den bodem van den mand Jagen, door
hooi bedekt, twee stukken lood van tame
lijk groeten omvang, die ik, terwijl de vrouw
van lrefc landhuis de eieren inpakte, onge
merkt er in had kunnen prakkizoeren.
Lilly keek naar de diepe groeven die hut
hengsel van de mand in haar fijne huid had
veroorzaakt.
Erg aangenaam was liet mij niet bij mijn
wat onfijne giap. Ik keerde mij naar haar
toe en zag, dat zij was opgestaan en lang
zaam naar boneden liep.
„Lilly," riep ik en liep haar na. „Hoor
eens. Zoo was het niet bedoeld ik
Ik hield op. Zij keek naar mij. Vaak had
ik haar een verwijtend gezicht zien trekken,
en kende haar voorbijgaande woede, maar
een zoo heerlijke, echte boosheid, had ik nog
nooit gezien,
„Waarom heb je dat gedaan?"
„liet moest een grap voorstellen. Ik wil
gen en voorstellen omtrent afschaffing van
den groentijd uitbroeden waarmede hij
ongetwijfeld vroeger of later fiasco lijdt
Drie kwart eeuw geleden moet men te ïari-
den den groentijd afgeschaft hebben. Het
duurde niet lang of do groentijd ontstond
opnieuw, vanzelf, zonder dat iemand hem
officieel weder ingevoerd had. Te Delft werd,
eorr dertigtal jaren geleden, door een zéér ge
zien student afschaffing van den groentijd
voorgesteld. Hij betoogde met klem van re
denen: dat de groentijd dvaa- en irrationeel
is. Ilij had gelijk. Zijn medestudenten tra
den ternauwernood met hem in debat, maar
verwierpen zijn \ooif-itol met een flinke meer
derheid van stemmen. En ook zij hadden go-
lijk. Groentijd is niet rationed, maar de
inonseh is, nu eenmaal niet zoo'n geheel cn
al rationeel wezen 4chreef niet een onzer
grootste Nederhindsclie ver nnften, Desiderius
Erasinus, een -ederi wereld beroemd geworden
„Lof der Zotheid"? En een complex
van jonge mannen, dat in zéér eigenaardige
omstandigheden verkeert en dat een eenig.—
O O
zins afgerond en op zich zelve staand ge
heel in. de samenleving vormt - kan hot
nu eenmaal niet nalaten om nieuw aangoko
menen, die in die eigenaardige omstandig
heden nog niet „thuis" zijn, aan wie do bij
zonderheden van hun nieuwen toestand nog
niet bekend z,ijn in '1 ootje te nemen en
uil te lachen. Dat kunnen ze nu eenmaal
niet nalaten. Konden ze 't. we! ze zou
den geen jonge mannen, waar fut in zit we
zen, maar- wel: wezens, óf veel rationcclei",
óf veel futloozor, dan gewone normale men-
schetr van vloesch cn bloed, dan monschen
zooals "gij cn ik, wien, bij andere rnensehe-
lijke deugden en gebreken, een sprankje van
den door Era-mus zoo fraai iu woorden go-
uiten zin om, ter rechter plaats cn tijd de
dwaasheid te loven, eigen is.
De studenten zijn niet dc eenigen, die
ontgroenen. Elk complex van jonge - - en
niet alleen van jonge mannen, dat nieuwe
elementen m zicht, opneemt, doet hun con
.soortgelijke kuur ondergaan, reder complex
doet zulks naar zijn aardleerlingen aan ee.n
school, van een kostschool, leden van een
vergadering, van een bemanning, van een
ploeg werklieden, van een collego, van een
srenootsehap. Fijner ou minder merkbaar,
naarmate dc geest in dat monscliencomplex
fijner cn vorrnelijker is. Zéér merkbaar in
een studentencorps, waar do geest bij do
mees-te gelegenheden héél weinig Vormelijk
ploegt te zijn. Ontgroenen ligt nu eenmaal
in de menmlielijke natuur, en die kan men
niet dwingen. Het is al mooi, nis men ze ïn
haar excessen kan beperken, al tc bonte
oxco-sen kan voorkomen of straffen.
Wat ge doen moet, mevrouwtje, om tc
verhinderen dat men uw zoon al ie zeer zal
sarren, zal tergen, hom hl te kras zal behan
delen? Moor het moment is daar bitter wei
nig aan te doen, maar lioog-twaai-cliijnlijk
hebt go er van zijn eerste kindsheid af tot
nu tóe véél aan kunnen doen. Ileht ge ei
kel uwe toe gedaan, lieni lc maken tot een
weerbaar- en strijdbaar mcnsch? Weerbaar
en strijdbaar in den 20-len ecuwenschcn zin
dier woorden, waarin h.v. een vlugge tong,
een suelJe kijk op men-ohon, een goede
reportic en dergelijke meer, wapenen en
weermiddelen, kunnen opleveren, twen effec
tief in de ruensohenmaat-ehappij van thans,
als malienkohier en rapier in de lijden van
voorheen? Hebt gc h.v., toon zijn gevatheid
in 'L geven van geestige maar brutale ant
woorden meer en meer aan *fc licht begon
te komen, hem, nu ja, op de groote gevaren
van hl te groote brutaliteit gewezen, maar
niettemin inmiddels zijn slagvaardigheid ge
voed, aangewakkerd, geleid? ITebt ge, als hij
bleek „noen" tc kunnen zeggen, te kruinen
weigeren, hem nu ja, gewnar-clruwd voor
de gevaren van. koppigheid tegenover ge
lijken en inferieuren, van oneohoorznamhoid
on on meegaandheid, tegenover dief-, maar
intusiphen tóch zijn karaktervastheid ge
staald? Hebt gc, als zieli bij hem eenige van
die duizencben-een- kleine talenten ver-toon
de do mand zoo maken, dat je zotrdt moe
ten toegeven dien niet tc kunnen dragen."
„En toen
„Zoo, nu dat wa- een voortrolfelijkc grap.
Men zou het bijna niet vvxn- mogelijk houden
dal iemand zoo wat uithaalt. "Wanneer- ik
aan dien stofligen weg denk, aan de gloeien
de zon en zoo voorts."
Haar steur trilde, haar oogen vulden zicli
met tranen.
„Lilly, het was genreen. Maar zoo slecht
als jij denkt, hen ik toch niet."
Zij lui-terde niel; zij keerde z.ich om cn
gmg weg. Ik diep haar achterna.
Lilly," zeide ik na een oogenblik, „wees
toch weer goed."
„Goed? Omdat jij zoo goed voor mij was,
hé? Zoo goed dat ik do mand ook vertier
had moeten dragen, a! waren mijn beide
armen mij ook bijna gebroken."
Ik nam haar heide handen in do mijne
met de bedoeling ze niel zoo spoedig weer
los te laten, en vestigde mijn blikken lang
op de roode plekken die het heng-cl daarop
gemankt bad,
Zij keek mij koel, maar toch een beetje
onzeker aan.
En toen mijn blik vorder naar boven ging,
tot bij haar oogen bereikte, werd zij vuur
rood.
Ik triomplicorde innerlijk en dit dwong
mij het oogenblik te gebruiken om haar naar
mij toe tc trekken.
„Laat mc los," zoide zij, nu vuurrood cn
met oen poging zich los te rukken.
„Tk denk er niet aan."
En gelukkig was het Lilly ook geen ernst.
den, die maken dat een mcnsch zijn gezcl-
-elrnp vraur d i-, hem weliswaar belet een
saletjonker, een ijdeltuit, een rijmelaar, een
lijdvcrbon/claar te worden maar niettemin
toch ook hem gesterkt in liet ontwikkelen
van die talenten, beseffend hoezeer een
kwinkslag, een geestige of artistieke atten
tie, een schijnbaar onbeduidend woord of ge
baar alles ter rechter plaats en tijd
hem den weg door zijn leven zullen kunnen
vergemakkelijken en veraangenamen?
Hebt ge maar ba-ta. Hopen we dat uw
zoon bet niet M (c bar zal hebben. Ze ko
men er wel door heen, evenals er ja-u- op jaar
zoo velen doorheen gekomen zijn 1
De ramp to Xoeuindjnug.
Omtrent de catastrophe to Loctnadjang
werd 1 September aan do J.-ii-" bericht,
dat Zondagavond 30 Augustus, terwijl er
geen regen viel, de bevolking van Loomad-
jang werd opgeschrikt door een hevigeu toe
vloed van water en zand, dat van den Saniu»
roe stroomeiid, alle» op zijn weg vernielde.
De gelieole bevolking is in noordwestelijke
richting naar Klalcah gevlucht. Van af vier
kilometer ten Moorden van hoi hotel lc Loc-
madjang en verder Zuidwaarts, is alles ge
raseerd en vertoont zich slechts een onaf
zienbaar moddervekl. De suiker onderneming
Bookodono is geheel vernield; van de ta-
huksondernciniirg van den lieer Lciibiandt
is slechts dc iidmirnslratciirovvoiiiiiu overlaid
gebleven, alle tabak is verloren. Ilot noorde
lijk gedeelte van het hotel to Loemadjang is
geraseerd, slechts enkele woningen zijn blij
ven Maan. De ijsfabriek is geheel vernield,
Ovi-t-.d zijn lijken van inlander» gezien. Do
de-sa Toempnng, in de nabijheid der kota is
geheel verdwenen.
De poMcommio.- vluchtte op het dak van
z,ijn hui», daar de modderstroom zijn erf
vulde. De giootMe plaatsen, Tenipeh en Pa-
sirian, ten Zuiden van Loemndjnng, zijn nog
niet te bereiken; de omvang dor catastrophe-
aldaar i» nog beeleinaal niet te taxeeren.
Tot nu toe zijn reed» 75 lijken van inlan
ders gevonden. De schade, aan bet vee en
den aanplant der inlanders toegebracht, is
nog op geen duizenden te taxeeren. Do chef
der Öoslorliinen is mot. vele afilecling.-chcfs
naar de plaats der verwoesting gegaan, om
de communicatie, zoo goed en zoo kwaad
als hel gaat, lo herstellen. De assistent-
resident is met eenige inlandsche ambtenaren
zuidwaarts getrokken, om hulp te bieden,
waar liet kan. Te Loemadjang wordt ver
wacht, dat spoedig een herhaling van de ca-
ta-lrophe zal plaats hebben. Van den kant
van Malang, ten Westen van den Samoroc,
komen vage berichten over- groote aarcLtort
tingen op koffieperceelen.
Als oorzaak van de catastrophe te Loe
madjang wordt genoemd liet doorbreken van
den zwakken wand van een krntcrrnecr van
den Bameroc.
(Later.) Hier is bericht ontvangen dat bij
de aardstortingen aan den Malatigknnfc van
den Samoroe alle opzielvtcr»woiiingen en het
grootste gedeelte van den koffie-aanpliint. van
de onderneming Boepitoerang zijn Verwoest.
De administrateur, .J. L. IV. G. Koclr,
werd onder do neervallende aarde bedolven.
Het verlies aan mcn.-clienlcveris is nog niet
bekend.
(Later-.) Waarschijnlijk door do op.-topping
benedenstroom4-, van de kali Diatiroto, door
do moddcrt-troomcn die van het Wo»-ton ko
men, is een groot deel van den riet-aanplant
der- onderneming Djatiroto overstroomd.
liet „Bom". Tlhhl." deelt mede, dat liet
aantal dooden en vermisten meer dan 700
bedraagt, allen inlanders en Chineo/.en.
Tot op 2 September wei-den nog vermist
één assistent-wedono en de heer II.' uit. Pasi-
rian, die in een rijtuig vluchtte, maar' nog
nergens gezien werd.
Den 28slcn Augustus dit weet liet
„Bat, K.blad" te vertellen heeft Loe
madjang reed- een kleine waarschuwing
gehad, doordien de Kali Bosoek Smit, die dc
spoorbaan ongeveer 51 K.M. bezuiden die
hoofdplaat» snijdt, is begonnen tc banjiren,
waardoor een kleine dijkbreuk ontstond. Eerst
Zondag (den 3Qen Aug.) kwam de groote
vieed, die oen deel van de plaats verwoestte
en do bevolking, Europocscli zoowel ula in-
landselt, op de vlucht dreef.
liet bestuur der Pnsoorooansohe Koffie-
euituurrmmlschappij te Amsterdam bericht
aan de „N. li. Cf..", dat van wat onder
don titel,,De ramp te Loonindjang" is over
genomen. uit de Ja va-Bode", voor zoover
liet do onderneming Soepitoornng en haai*
administrateur betreft, bij dit. bestuur niets
bekend is.
MODERKE JAPANSC1IE MEISJES.
Een dor eerste Japansche philologen,
Sinco Narujé, heeft gepubliceerd, wat hij
voor de wetenschappelijke ontwikkeling der
moderne Japansche meisjes verlangde. Zij
moeten do leer kermen dor natuurverschijn
selen en hun wetten, grondige konnis be
zitten van alles wat behoort tot het gebied
der organische cn anorganische natuur,
vooral van do wetten der ontwikkolings-
loor. Verder onderricht zijn in de wiskun-
sligc wetenschappen, de óthische beschou
wing van den Kosmos, daarbij 'de beginselen
dor plrysiologie met bizondorc toepassing op
do bestemming, dor vrouw. De Japanners
vinden echter, dat mijnheer Sinco Narujé
wat te veel van him dochters verlangt. Het
programma lijkt wel heel mooi op het pa
pier, maar in do werkelijkheid heeft Ja
pan, evenals andere landen, meer behoefte
aan jjoedc moedors en huisvrouwen dan
aan geleerde dames.
De macht van den wenscholijkcn wil over
het lichaam, is zeker haast nooit beter
bewezen dan in het volgende geval. Een
dor dapperste officieren van het in Indie
tegen do Franschen strijdende leger van
lord Wollosliey, was de overste Hay, die
om zijn roekeloosheid en vermetelheid even
beroemd was als om zijn hartstocht voor
hol wedden. Bij Seringapatam werd hij' door
een kogel in dc borsL getroffen en lag,
naar 't scheen, dood op het slagveld. Twee
andere officieren kwamen hem vooibij cn
een van hen riep
„„Die arme Uay schijnt ook naar de an
dere wereld te verhuizen."
Nauwelijks had de overste dezo woorden
gehoord, of hij antwoordde met zwakke
stem:
„Ik wed om honderd pond met n om
liet tegendeel." De overste had de oogan
geopend en keek den eersten spreker strak
aan, dotdi hij zijn ernstige verwonding moest
men veronderstellen, dal zijn leven nog
slechts enkele uren kon duren.
„Ik cloo mijn weddenschap gestand," ging
hij voort. „Gij, kapitein Marston," zoo sprak
hij den anderen officier aan, „zijl getuige."
Na deze woorden viel hij weer bewuste
loos neer.
Majoor Windsor, met wicn lrij gewed had,
zorgde dadelijk voor zijn transport naar liet
hospitaal. Bij het onderzoek block het een
zeer ernstig geval te zijn, on nadat do
patiënt door opwekkende middelen weer
tot bewustzijn was gebracht, doolde dc dok
ter hem mede, dat dc kogel vrij diep in
hel lichaam gedrongen en dc Operatic daar
door zeer gevaarlijk geworden was.
„Ik moet er u attorit op maken," voegde
hij erbij, „dat gij de operatic waarschijnlijk
niet zult overleven."
„Als iemand om vijftig pond met mij
wil wedden, kunt go mij opeicoron, zei de
overste. Laat majoor Windsor komen."
De majoor werd gehaald on nam do nieu
we weddenschap aan.
„Nu zult go wat zien," kreunde do over
ste, „nu wit ik niet sterven."
Er werd onmiddellijk een begin gemaakt
met dc operatie en dc dappere soldaat door
stond haar werkelijk, zoodat de majoor
hem hel bedrag dor wcddenschrip ni'oest
uitkoeren.
„Ik zog u," meende de overste, „dat ik,
nadat ik gewed had, niet meer sterven wil
de. Zonder dc weddenschap zon ik dood
newecst zijn. Maai- ik was vast besloten
te winnen cn dat deed rno in het loven blij
ven."
VERWISSELING DER TANDEN.
't Ts vreemd, hoe ver onder do wikte
volksstammen dc verwisseling- der tanden
gedreven wordt; zelfs bij moer beschaafde
volken, zooals de .Japanner, is dit een
gewoonte.
Bij hen zal een meisje nooit trouwen,
alvorens zij haar tanden mol een soort
van vernis zwart gekleurd heeft; zelfs hij
de rijkste families is dit gebruik in zwang.
Op do westkust van Afrika wordt oen groot
deel der tanden naar willekeur gebroken,
wanneet- dc kindoren een zekeren leeftijd
bereikt hebben.
In de Nieuwe zoowel als ia dc 'Oude
werohl, beslaat nog het gobruik om onder
geschikten hun twee voortanden uit te trek
ken. In Peru heef 1 dezo gewoonte al seder f
onheuglijke tijden bestaan, ca in dc dagen
der inca's was hot eon loeten van sla
vernij. Dit is eveneens nog de gewoonte aan
de Congo ca hij do IJottentotlen.
Do Maimers verven lniri landen in ver
schillende kleiirm. Niet zelden ziet men
hard blauw cn dito rood. Groen verkrijgt
men door een vermenging van arsenicum
mot citroensap.
Livingstone verhaalt, dat bij de Kaffers
een kind met een vooruitstekende onder
kaak als ecu monster beschouwd en on
middellijk gedood werd.
Aan. den Boven-Nijl laten do negers al
hun beste tanden uittrekken, om hun waar-
do op do slavenm ,.kl to verminderen; zij
loopen dan minder kans, gekocht te wor
den.
.Eén raad neef ik altijd aan mijn patiën
ten, wanneer zij oen borg beklimmen, cn
dat is achterwaarts loopen," sprak eon dok
ter, die zich op een badplaats gevestigd
had, „voornamelijk aan lien, die over hun
borst klagen." „Rol is al reeds vermoeiend
voor een gezond mcnsch om gedurende
cenigon lijd bergopwaarts to loopen, hoo
veel te erger moet het dus zijn voor hen,
wier longen aangedaan zijn. Zij zijn bin
nen eenige minuten buiten adem. Dit is
het gevolg van het voortdurend opheffen
van het lichaam bij het buigen cn uitstrek
ken van de knie. Wanneer men integen
deel oo'n berg achterwaarts oploopt, lrooft
men de knie niet te buigen. Natuurlijk kan
men zich dan maar langzaam1 bewegen,
maar hard loopen is voor zieken ook niet
raadzaam.
„Een rnijner patiënten had gowoonlijkcen
spiegel voor hot gelaat, die op zijn schou
der vastgemaakt was. Op' die wijze kon
hij achtoruil-loopend zien wat er achter
zijn rug gebeurde, en hoéfde hij dus niet
telkens hot hoofd om, to draaien,"
GEHEEL VERBLUFT.
Er zijn koddige verhalen in omloop van
de uitwerking, die het geluid der 'Sclrot-
schc doedelzakken op de oore-n der wilde
vloksstammcn maakt. Zij worden daardoor
zoo door schrik en ontsteltenis getroffen,
dat zij minder een uitval met do bajonet
vree zen, dan hot geluid dezer instrumenten.
Maar dezo verhalen worden nog over
troffen 'door hetgeen ccn zendeling in Afri
ka vertelt van den indruk, dien zijn vaisch
gebit op de inboorlingen maakte. Toevalli
ger wijze kwamen zij te weten, dat hun
Voorganger valsclie tanden had, en een hun
ner bracht pp zekeren dag langs omwegen
dit onderwerp ter sprake.
Daar hij niet wcnschle, dat men hem
van looverij zou bcschukHgcn, vertelde de
zendeling aan dc kindoren van het zon
nige Zuiden, dat in het vei', vci'wijd,er'dei
Engeland, waarvan hij kwam, men iemand,
die zijn been verliest, er een ander voor
in de plaats geeft.
Evenzoo is het met het haar gesteld;
verliest men dat, dan koopt men nieuw;
zoo gaat het ook rncl de tanden, vallen
die nit, o£ laat men die uittrekken, dan
krijgt men er andere voor in de j'daats.
„To#n," zclle de zendeling zijn verhaal
voort, „haalde ik mijn mooi, wit gebit uit
den mond, cn toen zjj dal zagen, hadi go
hen moeten zien loopen en schreeuwen.
Een vrouw verhaalde, dal zij liet grootste
wonder der wereld gezien' had, cn nu in
vrede kon sterven."
NA VEERTIG JAAR.
Een van do vreemdste grafschriften,
waarvan mén ooit gehoord heeft, kon men
vinden op een steen, die een graf dekt in
een der Parijsc.lio voorsteden.
Dc echtgenoot s Li o t-E liet eerst, en op
zijn verzoek werd onder zijn naam de vol
gende regel geplaatst: „Ik wacht u met
ongeduld". 30 Juli 1827,
Toen de weduwe veertig jaar later stierf,
voltooide dc volgende regel liet opschrift:
„Uier ben ik". 9 Sept. 1867.
NIEUWTJES VAN IlIEIt EN DAAR.
In den golfstroom worden nooit walvis-
schen aangetroffen.
Bijna 500 verschillende soorten schelpen
werden-aangewend om kalk to maken.
Een arend kan twintig dagen leven zon
der voedsel, oen condor veertig dagen.
De Atlantische oceaan is ruim een mijl
dieper dan iedere andere zee.
Schalen om diamanten tc wegen, zijn
zoo zuiver, dat een ooghaar ze doet over
hellen.
tn 1G08 worden in Sheffield vorken ge
maakt niet twee tanden, terwijl die met
drie lauden eerst in 1750 in gebruik kwa
men.
De langste doorloopcride trap in de we
reld is die in den stadstoren van Philadel
phia. Hij tell 59S treden.
leder staand leger op het vasteland van
Europa heeft zijn militaire dokters en
apothekers. Alleen in het Russische leger
heeft men er 130
Katten ruiken zelfs terwijl zij slapen.
Legt men voorzichtig een siukje vleesoh
vlak voor den neus van een slapende kat,
dan zal men zien, dat dc neusgaten in
beweging komen, cn oen oogenblik later
zal de kat ontwaken.
Onlangs heeft men in een Egyptisch graf
een fluit ontdekt, die zoo goed bewaard
gebleven was, dat men ze kon bespelen,
als was ze in dezo eeuw gemaakt, in-
plaals van drie duizend jaar' geleden. En
eveneens oen opmerkelijk feit was, dat,
ofschoon de klank iets van die der tegen
woordige fluiten verschilde, de inrichting
dor tonen toch op dezelfde wijze samen
gesteld was, als die dér lredendaagsche in
strumenten.
In Japan gaat het op de verkoopingea
zeer- deftig' toe. De koopers noemen niet
him Doel, maar schijven hun namen, met
liet bedrag, dat zij wonschcn te besteden,
op een strookje papier, dat zij in een bus
werpen. Deze strookjes worden later na
gezien cn do artikelen aan de meestbieden
den toegewezen.
ANECDOTEN.
„De eerste liefde is toch altijd de schoon
ste."
Oude vrijgezel: „Gij hebt volkomen ge
lijk, want ilio loopt zelden uit op een hu
welijk."
„Dus, je b'cnt werkelijk tot de ontdek
king gekomen, dat je meisje dertigduizend
in plaats van vijftigduizend gulden nice ten
huwelijk luengt?"
„Ja, ik heb mijn liefde aan een onwaar
dige geschonken."
VERKEERD BEGREPEN.
Oude lieer, die, moo van 't loopen, gaal
zitten op een bank, waar ccn oude jonge
juffrouw insgelijks hoeft plaats genomen:
,,'t Is toch heerlijk, zoo te kunnen blijven
zitten."
Zij: „Mijnheer, ik verzoek u vriendelijk
geen hatelijke toespelingen te willen ma
ken."