Dit nmner tataai ait HE Wet
Eersle Blad.
63"" Jaargang
Zondag 3 Juli 1910
No. 13344
Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering ran Zou-en Feestdagen.
Pnjs per kwartaalVoor Schiedam en Vlaardingen fl 126 franco
per post fl. 1.65.
Prijs per week': Voor Schiedam «wi Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór ma
uur aan het bureau bezorgd zijn.
1 Bureau: Lange Haven No. 141 (h!oek Korte Haver).
Prijs der Advertentiën: Van 16 regeb fl. 0.92; iedere regel meet
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar do plaats 'dio zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
biervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitte 'aling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon
j voor de Redactie No. 123.
voor de Administratie No. 103.
Reis-Abonnementen,
De administratie van de „Schiedamsche
Courant" is gaarne bereid om! tegen ver
goeding van porto's aan haar aboimé's
dio voor korten of langen tijd op Veis gaan,
do Courant aan, hun tijdelijk' adres te zon
den.
Ook abonnementen voor dm tijd ran
een halve of heelo maand Worden gedu
rende het reisseizoen gesloten.
Kennisgeving
OPROEPING
van mililCIENS-VEREOFGANGERS
ter NA-INSPECTIE,
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam,
roepen bij deze op de miliciens-verlofgan
gers
DIR.K LANDZAAD,
loteling dezer gemeente van de lich
ting 1902, behoorende lot het 2de
Regiment Veld-Artillerie,
CHRISTIAAN SLAGMOOLEN,
loteling dezer gemeente van de lich-
ting 1905, behoorende tot het 4de
Regiment Infanterie
MATTHIJS CORNELIS VAN DER
KLOOSTER^
loteling dezer gemeente, van do lich
ting 1905, behoorende tot het 6de
Regi men t Infanterie
PIETER DE RUITER,
loteling dezer gemeente van de lich
ting 1905, behoorende tot het 3do
Regiment Huzaren;
HENDRIK KRABBENDAM,
loteling dezer gemeente van de lich
ting 1906, behooiende tot het 1ste
Compagnie Wielrijders;
ALBERTUS THEODORUS GERARDUS
WESTERIIOLT,
loteling dezer gemeente van de lich
ting 1906, behoorende tot het 6de
Regiment Infanterie;
EVERT VFÏÏBURG,
loteling der gemeente Leerdam van de
lichting 1906, behoorende tot het
8sto Regiment Infanterie;
De gel© Viool.
2)
(Slot f
Ik kreeg den volgenden dag een karweitje
mot houtsjouwen, en het duurde een volle
maand voor ik weer bij Folma terecht moest
komen. Terwijl ik midden in de onderhan
deling was, kwam een zware man met een
ontzettenden haardos, een grooten, slappen
houd en een monocle aan een breed lint, de
deur binnen en begón dadelijk to praten. liet
was een Hongaar van het type, die het En-
gelsch verschrikkelijk ïadbraakte, en wat
nan zijn uitspraak tc kort wam, goed maak
te met groote gebaren.
Hij wikle de gele vïooi zien, en toen Folma
ze aanreikte, mecdeclonde dat liet een pand
was, bekeek hij ze alsof hij ze wou opeten.
Daarop gaf hij zijn hart lucht. Ilij begon
met de wraak der goden neer te roepen over
het. hoofd van den man, die er de gele verf
op gesmeerd en de stoomboot op geschilderd
hadtoen gooide hij het over een anderen
boeg, en bad voor den maker van de viool,
terwijl detianen in zijn oogen stonden.
„Het is een Cremona", zei hij, „en er is
heiligscliennis tegen gepleegd. Ik wist het
zoodra ik ze in het raam zag hangen. Ik
ben Girstmanhier is mijn kaartje."
Hij Jegde zijn kaartje neder. Zoowel de
lommerdhoudcr als ik hadden gehoord van
Girstman, den beroemden violist, die toen in
die streek speelde; en toen hij begon te loe
pen oni een strijkstok, ging Folma er dade
lijk een opzoeken zonder een woord te zeg
gen. De musicus be»on aan dp sntp-pn te
JOHANNES BERNARDUS CHRISTIANUS
BEIN3NG,
loteling dezer gemeente van de lich
ting 1907, behoorende tot het 3de
Regiment Infanterie;
JOHANNES JACOBUS MULDER,
loteling dezer gemeente van de lich
ting 1907, behoorende tot het 4do
Regiment Infanterie;
JAN DE PATER,
loteling dezer gemeente van do lich
ting 1907, behoorende tot het 4de
Regiment Infanterie;
ADELBERTUS ADRIANUS AL0ÏSIUS
KOOT,
loteling dezer gemeente van "de lich
ting 1907, behoorende tot het Re
giment Grenadiers en Jagers, en
JOHANNES FRANCISCUS ANTONIUS
VAN DER KANT,
loteling der gemeente Culemb'org van
do lichting 1908, behoorende tot
het 11de Regiment Infanterie,
om op Donderdag 14 Juli e.k., des
voormiddags ten 11 ure, m uniform ge
kleed en voorzien van de kleeding- cn uit
rustingstukken, hun. bij hun vertrek mot
groot verlof mede gegeven, van hun zak
boekje en van hun verlofpas, in het Beurs
gebouw te Rotterdam te verschijnen, ten
emde aldaar door den Heer Militie-Com
missaris in het 2de district van Zuid-Hol
land, alsnog te worden geïnspecteerd; en
herinneren gemelde miliciens-verlofgan-
gangers voor zooveel noodig aan de straf
bepaling van Art. 131 der Militiewet 1901,
dat zij bij niet Verschij'ning of niet in het
bezit zijn van bedoelde kleeding- en uit
rustingstukken, in werkelijken dienst wor
den geroepen en daarin gedurende ten
hoogsto drie maanden worden gehouden.
Schiedam, den 2den Juli 1910.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
M. A. BRANTS.
De Becr&tnris,
V. SICKENGA.
BUITENLAND.
Schiedam, 2 Juli 1910.
SPANJE.
Ondanks den hardnekkiger, tegenstand,
door de geestelijkheid aangewakkerd, blijft
minister-president Canalejas op den een
maal door hem ingeslagen weg voortgaan.
Dezer dagen heeft do koning oen besluit
geteekand, waarbij de regoering wordt ge
machtigd aan de Cortes een Wetsontwerp
voor te leggen, behelzende, dat ministers
niet Jan gei- verplicht zijn doft, ambtseed
aan den koning af te leggen, maar met
do belofte, dat zij do grondwet zullen
eerbiedigen, kunnen, volstaan
In den Senaat heeft de minister-presi
dent gisteren den steun, gevraagd van alle
liberalen. De aartshertog van Saragossa
trekken en ze los en aan te schroeven, al
den tijd tegen de viool pratende en ze lief-
koo?cnde als was ze een ziek kind. Hij nam
den strijkstok en streek er mee over de sna
ren en zij begonnen te zuchten en tc klagen
op een manier die mijn bloed onder mijn
huid aan het prikkelen bracht; daarop ging
hij over tot een sneller tempo iets woests,
iets stormachtigs, iets hartstochtelijks dat de
groene oogen van Folma oaken deed schieten.
Ten slotte, met liet instrument dicht tegen
zijn borst on zijn armen er over gekruist,
hoog liaj zich over de toonbank.
„Ik ben, Girstman," zei hij, „ik wil deze
v'ool koopen."
Folma zag er uit als iemand die langzaam
stikte. Ilij gaf te kennen, dat het een pand
was en dat hij geen recht had er over te
beschikken. Maar de ander scheen hem niet
tc verstaan.
„11c zal er u duizend dollar voor geven,"
zei hij.
Nu heb ik menschen gezien versuft, ver
bijsterd, ademloos, in de armen der wanhoop,
door een onkelen draai van de roulette; en ik
heb anderen gezien, zóó volgonropt inet aller
lei soort dranken, dat de weg voor hun ge
dachten vrij wel versperd was; maar waar
het betreft eeu onbetwistbaar en volkomen
stilstaan van liet geestelijk machinewerk,
was Folma hen allen op dat oogenblik verre
de baas. De violist dacht echter dat de lieele
zaak oonredie was om een hooger bod te
krijgen.
„Ik wil er tweeduizend voor geven," zei
hij wat harder. Hij wachtte een minuut, vu
rige blikken werpend naar Folma; toen sloeg
hij met zijn vuist op de toonbank: „Ik zal
ci' d r i c duizend van maken
verdedigde h'et Vaticaan, Waaraan wordt
verweten, dat het langzaam' te werk gaat
bij bet geven van een oplossing aan de
godsdienstige kVestie, en zeido, dat dit
uitsluitend te wijten is aan de onstand
vastigheid der Spaansche ministeries.
Canalejas verzekerde te zullen vermij
den, dat de onderhandelingen op de lange
baan Worden geschoven, en, verklaarde
toorts, dat do regoering niet m'et de gods
dienstige gevoelens te maken noeft, maar
wel met het episcopaat. Hij' beklaagde zich
over de openlijke tusschenkomst van het
episcopaat en over den veldtocht, Welken
do katholieke vrouwen voeren. De minis
ter eischte bescheidenheid, en betoogde,
dat het episcopaat eu de regeering beide
met alle mogelijke bescheidenheid behoor
den op te treden.
Do onderhandelingen met het Vaticaan
worden, zooals de minister Canalejas aan
den koning heeft gemeld, over drie pun
ten voortgezet. Vooreerst over de beper
king van hot aantal geestelijke ordeneer-
volgens over afbakening der bisschoppe
lijke diocesen en ten slotte over het toe
staan van godsdienstvrijheid aan allo ge
zindten.
Wat de eerste twee punten betreft, is
het niet onwaarschijnlijk, dat men spoedig
tot een overeenkomst komt; wat de kwes
tie dei' godsdienstvrijheid aangaat, blijft
het Vaticaan onverzettelijk.
De regeering heeft voorts de volgende, de
aandacht trekkende offieieelo verklaring
ovei' den huidigen toestand uitgegeven.
„De strijd, dien de Spaansche ultra
katholieken. tegen de laatste maatregelen,
die de regeering heeft genomten ter om
schrijving van de godsdienstige genoot
schappen, door haar erkend, en de positie
van niet-roomsch-kathodieke godsdiensten,
heeft tot nog toe in regeeringskringen niet
veel aandacht getrokken. De felheid inde
taal, die de tegenstandei's der regoering
gebruiken, bijv. in het protest van de da
mes van SoviJia, Waann de lieer Cana
lejas, de eerste minister, met den Romein-
schcn keizer Bioeieliaxms wordt vergele
ken; de openbare gebeden, Waarin do Al
machtige wordt gesmeekt deernis te heb
ben met Spanje, en de ontworpen pro
cessie met de overblijfselen van den Hei
ligen Isidores, den schutspatroon van Ma
drid, naar het voorbeeld van die van
eenigo jaren geleden, toen er een betreu
renswaardige droogte heorschte, hebben
luttele uitwerking, behalve dat zij den spot
uitlokken. De regeermg is besloten zich
door die betoogingen niet te laten aflei
den. Zij zal alleen maatregelen nemen om
ze in toom te houden. De kalme manier,
waarop de regoering den hooghal tigentoon
en de inmenging van de prelaten m de
burgerlijke sfeer heeft bejegend, toont dui
delijk welke houding het ministerie be
sloten heelt aan te nemen. i
Hij haaide een bundeltje bankpapier te
\ooischijig beieid oin te betalen, alvorens de
bijna schreiende woorden van den lommerd-
houder hem den toestand schenen te doen
begrijpen. Doch toen hij liet begreep, werd hij
vei ontrustendhij schudde zijn haar als een
kcimis-Sanison, cn zwaaide met zijn armen
door den heelen winkel heen. Ilij vroeg naai'
den naam van don eigenaar en waar deze te
vinden was; maar Folma begon langzamer
hand zijn geschokte hersenen weer bijeen te
rapen en weigeule den naam op te geven.
Tk kon zien dat hij zichzelf een tooneel voor
oogen stelde, waarin een hongerige man met
een kostbare viool er slecht afkwam. Maar
daar hij niets hiervan zei kon ik moeilijk
tusschcnbeide komen.
Hij beweerde kalm tegen den musicus
dat het instrument voor een groote som be
leend was en dat het in strijd was met den
aard van zijn beu rijf den naam van den eige
naar aan den eersten den beste te noemer..
Maar hij zei, dat, als de bewuste persoon
lcwnm om het pand te lossen, hij er over
spreken zou en dat, als de viool te koop
was, Ilij het onmiddellijk zou laten weten.
Toen ik wegging, was de musicus opgewon
den aan het opgeven waar hij van plan was
do volgende maand concerten te geven, en
Folma schreef de datums op een stuk
papier.
Zoownt een week later ontmoette ik op een
avond den lommerdhoudcr, en hij scheen op
gewekt en gelukkig, en had een pak onder
zijn arm. Hot was in een gclegenlieid voor
köstelooze 'maaltijden; hij had geld, maar hij
was een zuinig heer, en het ging hem aan
zijn linrt, Van zijn contanten te scheiden.
„Ik heb die viool gekregen," zei" hij, „en
„Meer gewicht wordt er in regeerings
kringen gehecht aan de terughouding, dio
de heer Maura, de leider der conservatieve
partij, en de conservatieven in 't algemeen
betrachten. Do heer Sanchez de Toca, van
de conservatieve rechterzijde, heeft zelfs
in de rede, die hij onlangs in "den Senaat
hield, zijn kritiek op de godsdienstige po
litiek van de regeermg niet scherp door
gezet en ook niet zijn goedkeuring uit
gesproken over den ultra katholieken veld
tocht.
„Het gevaar ligt echter in de mogelijk
heid, dat, de nutteloosheid van den on
dernomen veldtocht inziende, do ware aan
stichters, die, naat* de regeering het in
ziet, de Curie en mgr. Nico, de pause
lijke mmcius, zjjn, verleid worden hun
toevlucht te nemen tot andere middelen,
die de regoering zouden dwingen al te
wijken van haar, houding van verdraag
zaam scepticisme, die zij tot nog toe heeft
aangenomen. De aanvallen van de buiten-
landsche bladen, die het Vaticaan steu
nen, zelfs tegen den persoon des konings,
en de verholen bedreigingen van de pre
laten veroorzaken dat gevaar."
GEMENGDE MEDEDEELINGEN.
België.
De Brusselsehe bladen berichten dat keizer
Wilhelm in October gedurende drie dagen
de gast van koning Albert in de Belgische
hoofdstad zal zijn. Naai- de „Soir" meldt, zal
Fiirst zu Furstonberg dezer dagen te Brus
sel aankomen, om met de Belgische hofdigni-
torissen over den datum en het ceremonieel
van het keizerlijk bezoek te spreken.
F r a n k r ij k.
Gistel-morgen tegen zonsopgang heeft,
zooals reeds gemeld, de terechtstelling
plaats gehad van den schoenmaker Lia-
beuf, die, om zich wegens een onrecht
vaardige straf te wreken, een agent van
do zedenpolitie gedood cn eenige anderen
ernstig verwond had. Deze terechtstelling
heeft aanleiding gegeven tot heftige pro-
testbetoogingen en bloedige botsingen tus-
schen politie en manifestanten.
Nooit, zegt de Parijsche correspondent
van de „Tel.", waren er, sedert do ter
doodbrenging van Vaillant, die op 9 De
cember 1903 een bom slingerde in de Ka
mer, voor een executie zoo uitgebreide
veiligheidsmaatregelen genomen als nu.
De kar, dio de guillotine naar de plek
der terechtstelling moest vervoeren, was
omstuwd door cavalerie. Naar alle rich
tingen was het executicplein op een af
stand van een kilometer afgezet door ster
ke afdeelmgen politie, die niemand door
lieten, die niet voorzien was van een spe
ciale „coupe-file", welke door de politie
eerst 's avonds tevoren laat was uitgereikt.
ik schreef val morgen aan dien Girstman
dat ze te koop was."
„Hoeveel heb j ij er voor gegeven?"
vroeg ik, en hij keek minder gelukkig.
„Die vent die er de eigenaar van was had
moer verstand dan ik dacht," zei hij. „Hij
wist alles van do waaide van het ding en
wou het in 't begin voor geen enkelen prijs
\erkoopen. Hij zei dat hij de viool beschouw
de als zijn vriend, den Jaatsten dien hij had.
Maar ik hield vol en verhoogde telkens den
prijsen ten laatste beet lüj toe voor twee
duizend dollar-."
„En Girstnian heeft er jo drie voor gebo
den," zei ik. „Daar heb je een aaidige winst
aan."
„Hij zal meer betalen dan drie," zei Folma;
„ik geloof dat ze vijf waard is. In ieder ge
val, ik ga even naar dien Duitseher die in
hetzelfde huis woont als jij. Ik hoor dat Ilij
alles weet van violen, en misschien kan hij
mo precies op de hoogte stellen."
We liepen samen naar mijn huis. Ik deed
juist do deur open, toon de brievenbesteller
langs kwam en me een brief gaf; daarop
nam ik Folma mee naar boven en stelde
hcni voor aan mijn vriend den violoncellist.
De Beier nam de viool in zijn hand, terwijl
ik don brief openmaakte.
„Wat!" lachte de cellist; „dit een Cremo
na Het is een sigarenkistje met 'n stok erin."
i Folma werd zoo geel als de viool.
.„Het is een Guarneriuszei hij; „man,
ben je wel goed wijs?"
„Een GuarneriusDe Duitseher leunde
achteruit en schudde van pleizier. Ik had
juist den inhoud van mijn brief gelezen en
schudde ook van pleizier, terwijl hij ver-
Volgde
Over heel den weg waren guillotinekar,
politie en troepen omringd door een massa
protest-betoogers. Er werd geroepen:
„Aioordenaars", terwijl de sabelhouwen en
eavaleriecharges beantwoord werden met
revolverschoten en het werpen met stee-
nen. Een groot aantal betoogers, waaron
der vrouwen, werd gewond, en talrijke ar
restaties hadden plaats.
Ook vele politielui werden gehavend. Da
manifestaties en botsingen duurden voort
tot 'na de executie, die om drie uur 48
minuten plaats had. Liabeuf, die, gelijk
bekend is, geweigerd had om gratie to
vragen, betoonde tot het laatste oogenblik
grooten moed.
Hij wee3 vriendelijk, maar beslist, den
bijstand der geestelijken af met de opmer
king, dat hij dankbaar was voor de aan
geboden geestelijke hulp, maar dat hij niets
te biechten had, en den dood niet vreesde.
Liabeuf had nog een kort onderhoud
met zijn advocaat, die hem het portret
van zijn moeder overhandigde, dat de ter-
doodveroordeelde kuste. Ilij was zeer kalm.
Hy vroeg om papier en inkt en schreef
een paar regels aan zijn moeder. Daarop
sprak hij zijn van ontroering bevenden ad
vocaat eenige troostwoorden too en wei
gerde het glas sterken drank, dat hem
werd aangeboden, maar at een tablet cho
colade op, dat hem door zijn advocaat
op zijn verzoek was meegebracht
In Jmt gezicht van de guillotine, waar
heen hij van do binnenplaats der gevan
genis per beulswagen vervoerd was, wierp
de veroordeelde de borat vooruit, richtte
het hoofd op en riep met daverende stem,
dio hondorden meters ver verneembaar
was, in de angstige, omringende laatste
stilte: „Op dit oogenblik herhaal ik, dat
mijn eerste veroordeehng als souteneur
een ongerechtigheid was. Nooit ben ik een
souteneur geweest." Tot de beulsknechten,
die hem aangrijpen, roept hij„Lafaards 1",
een kreet, dien bij met doordringende stem
herhaalt, als zijn hoofd reeds in de guil-
lotinebril geklemd zit. Als het mes valt,
klinkt de onmetelijke kreet van de mani
festanten: „Moordenaars P'
Duitschland.
De Bondsraad heeft, zooals men weet.
het voo) stel tot liet heffen van scheepvaart-
tollen aangenomen. De/e aanneming beteekent
een overwinning voor Pruisen, dat alles heeft
gedaan om de drie groote bondsstaten, dio
zich door de belasting van hun waterwegen
in hun oeconomischen bloei bedreigd zagen,
van hun tegenstand af te brengen door parti
cularistische concessiesPruisen bracht ver-
andeiingen in liet oorspronkelijke ontwerp
aan, die aan de bezwaren van deze bondssta
ten tegemoet moesten komen, onder voor
waarde, dat zij vóór het ontwerp zouden
stemmen. Deze tactiek heeft goede resultaten
gehadhet ontwerp werd nu met algemeene
„Guarnerius zou zoo'n ding niet in zijn
kachel hebben willen branden. Kijk hier."
Met een ruk trok hij den rug van de viool
los en wij werden aangestaard door het op
schrift: „Made at Egg Harbor, N. J,"
„Ik ben bedrogenschreeuwde Folma.
„Dat heeft, er veel van," zei ik; „luister
even hiernaar", en ik las mijn brief hardop.
den heer Bartholomew Scanion
Ilij die op deze wijze tot u spreekt is do
man van de gel" viool. Ik sluit hierbij in een
dollar, dien u zoo vriendelijk geweest zijt
mij te locnen tiet is dezelfde. Veel dank
hiervoor. Ik vertrek uit St. Joe met aanmer-
kchjken spoed, groote tevredenheid en twee
duizend dollar. Een beer van vreemde natio
naliteit, dien u ontmoet hebt en die den naam
van Girstman gebruikt heeft,, houdt mij ge
zelschap. In den rein zullen wij eerlijk de
bankbiljetten doelen, die eens de brandkast
van Seuor Eolma bevolkten. Hij was zoo na
ïef dat het bijna schande was dat wij het geld
namenmaar wij hadden het noodig.
Zooals onze voorzalen van bet oude Rome
gewoon waren te zeggen„Vndo
De man met de gele viool."
„Wanneer," besloot. Bat, „Folma,niet den
een of ander heeft kunnen overtuigen dat
Jozef Guarnerius op een tijd zijn bedrijf heeft
uitgeoefend te Egg Harbor N. J., heeft.hij
nog altijd de vioolen ik ben van meening
dat iedereen, die er belang in sfelt, ze zal
kunnen koopen, tegen een aanzienlijk vei-
en prijs."
IMSCÜE
„Aan.