63'" Jaargang.
Donderdag 29 September 1910.
No. 13418
Tweede Blad
De Sigarenaansteker.
Deze courant verschijnt dag el ijk s, met uitzondering van Zon-en Feestdagen.
Ergs par kwartaal; Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25 franco
per post fl. 1,65.
Rrijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen. 1
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het bureau bezorgd zijn.
1 Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven),. i
Prigs der Advertentiën: Van 1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer
16 cents. Reclames 80 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abóïföement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen,
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
Verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intere. Telefoon
voor de Redactie No. 123.
voor de Administratie No. 103.
STADSNIEUWS.
Afsolield van den Voorzitter.
De i a a d s J e d e n.
Gisteravond tegen uur kwamen da
raadsleden weer in de raadzaal bijeen, doch
ditmaal niet om zaken te behandelen, maar
om afscheid te nomen van hunnen voorzit
ter, die welclia de gemeente zal verlaten*
Binnengeleid door het comitó dat"de rege
ling van dezen" avond op zich had genomen,
v.erd hij daar ontvangen door de aanwezigen,
die allen ar. hun zetels opstonden.
Nadat de Burgemeester zijn gewone plaats
had ingenomen, verzoekt de heer II on ner
ing e G r e t e hot woord.
Mijnheer de Voorzitter,' zoo sprak doze,
U hebt hedenmiddag afscheid genomen \an
den Raad, cn de Raad deed dit van U bij
monde van het oudste raadslid, den heer
Klein. Maar het was den raadsleden niet ge
noeg in zoo'n officicele vergadering afscheid
to nemen, er gingen stemmen op om in meer
intiemen kring, op meer hartelijke wijze dan
vanmiddag, dit te doen.
En toen de raadsleden ter bespreking
daarvan bijeen waren, toen is dadelijk gezegd,
wij moeten onze genegenheid op intieme wijze
doen blijken. Maar liet w,m moeilijk om daar
voor een gepaste» vorm ie vinden. Wij wis
ten dal IJ niet van feestelijkheden houdt,
dat wij mol aangenaam zouden zijn met de
aanbieding van een diner.
Toen werd een commissie benoemd, be
staande uit de boeien Klein, v. d. Schalk en
spreker, die in opdracht kreeg een geschikte»
vorm te vinden voor de verwezenlijking van
hot doel.
Wij lubben ten slotte gemeend den ge-
schikten vorm te hebben gevonden dom- eou
uurtje bijeen te zijn en nog eens sam. >i ie
praten en U te zoggen dat wij LI har-Wijk
dankbaar zijn voor de vriendelijke, aange
name wijze, waarop U steeds met ons hebt
omgegaan.
Gij hebt het vanmiddag zoo juist en zoo
aardig gezegd, er heeft hier altijd tusschon
ons eon aangename verhouding bestaan. Dat
hebben wij te danken aan den vriendeüj'-en,
liefderijken, prettigc-n loon, dien gij steeds
deed hooren.
En als do wateren eens wat hoog opgin
gen, dan wi'st gij met een gekruid woord den
storm weer te doen bedaren.
Voor die vriendelijkheid, die minzaam
heid, danken wij ten zeerste.
Maal- de raadsleden wilden liet daarbij
niet laten; zij wilden ook een aandenken U
aanbieden. f
Doch toen stonden wij weer voor een moei
lijke kwestiewaarmede kunnen wij den
Burgemeester aangenaam zijn? Een tegel
met 't stadhuis? Maar een vriendelijke genius
Ik merkte op een goeden dag, dat ik
verbazend veel tl rek had in ecu gepaten-
teerderi sigaren-aansteker. Deze trek vond
mijn'vrouw zoo bescheiden, dal zij na een
weinig protest mijn koopplannen onder
steund^ erui met mij naar ecu warenhuis
ging, waar de koop van het gewonschtc
voorwerp inderdaad lot stand kwam. Ik
betaalde de eeri gulden twintig cent met
genoegen en vond zoojn electrischen si-
garen-aanstoker een uiterst practisch arti
kel. Alen clmkt op ecu knopje, het deksel
spiingt open on tegelijkertijd ontstaat er
een klein, vlaminclje, dat buitengewoon ge
schikt is voor hot aansteken v,lu ceri si
gaar oi sigaret.
Wjj reden niet de train, naar huis en
onderweg berekende ik, hoeveel ik wel
met mijn aansteker kou besparen. Ik had
er een gulden twintig voor betaald, daar
voor koopt men honderd twintig doosjes
lucifers, dus in drie maanden ongeveer zou
ik mijn aansteker vrij hebben en dan winst
gaan maken. Terwijl ik aldus aan het be
tekenen was, vroeg mijn vrouw 'plotse
ling: „Zegereis, wat rie'kt lrier zoo vtoe
selijk?"
Ik i;ook inderdaad een brandlucht, alle
passagiers raken hetzelfde en keken rond
om to ontdekken, vvaarr brand was. Een
heer waarschuwde: „Mijnheer, uw zak
brandt."
„Sapperloot," zei ik', stak mijn hand in
den' zak en haalde een half verkoolden zak-
fluislorde ons iets anders in. Tegels had de
Jhirgemecbtei reeds zoovele, en die genius
gaf ons aan oen eigenaardig geschenk, dat ik
lioop dat naar uw genoegen zal zijn. Het is
een bieder en op de étui hef opschrift, op
een zilveren plaatje gegraveerd „De Gemeen,
ternad vain Schiedam. Aan Burgemeester
„Bruuts. 27 September 1910."
Ik hoop dat het een geschenk zal zijn
naar uw hart en als gij straks in Gelder
and door boneli en veld zult dwalen, dan kan
het niet anders of, telkens als gij dezen kijker-
zult gebruiken, zult U denken aan de Schie-
damsehe vrienden.
Wij zullen het zeker op prijs stollen, wan
neer gij dit doet en wij hopen dat U nog
/eer vele jaiert dezen kijker zult gebruiken.
Applaus
Met ingenomenheid beschouwt dr. Brants
daarop het geschenk dat hem zeer welkom is.
Ik vind de gedachte allerliefst, zoo zegt
spr., en het is ongetwijfeld con lang gekoes
terde vvonsch van mij geweest, zoo'n kijker
te bezitten. Dat is een soort, waaimede men
zelfs de vogels in hun vlucht kan volgen.
Ik ben ten zebtste verrast door dc vriende
lijke uiting van sympathie die mij heden
gewordt.
De heeren waren zoo vriendelijk te zeg
gen dat ik het niet zóó bont heb gemaakt
dat zij mij wel een vriendelijk afscheid wil
len bereiden.
Ik weet wek zegt spr., dat ik niet was de
Voorzitter zooals U die begeerd had, maar
ik heb het bewonderd hoe de raadsleden mij
steeds zoo vriendelijk zijn tegemoet gekomen.
Het 1 heeft mij getroffen, hoe die raadsleden
van zoo verschillende opvattingen en aard, op
dit eerre punt zoo geheel samenkwamen.
Als ik ware geweest wat ik had willen
zrjn, ik luidde voor Schiedam bij/onder
veel gedaan.
Wil men Schiedam juist bezien, dan moet
dal zijn h vol d'oisoau, lettende op haar toe
komst die hel tot een bloeiende stad' weer zal
doen worden. Schiedam moet vooruit en
die toekomst ziet men door den triëder.
Maar om die toekomst te brengen moet. ge
werkt en wat ik voor Schiedam, ook na mijn
vertrek, kim doetr, ik zal het gaarne doen.
Ik deed dat tot nog foe in het volle licht,
ik zal het dan doen achter dc schei-men.
Ik hoop dat mijn buurman, straks mijn op
volger, U zal leiden in de banen die naar die
toekomst leiden en ik zal var verre gade
slaan wat in Schiedam geschiedt.
Ik zal zeer dikwijls aan U allen denken
en ook aan de aangename middagen die wij
gezamenlijk in deze raadszaal hebben door
gebracht.
Ik heb hier veel geleerd on ik heb hier
roortgezet wat ik in de Tweede Kamer heb
Een tril'der is een binocle die door haar
constructie en het aantal glazen een zeer
krachtige veigtooting geeft van de op verren
afstand zich bevindende voorwerpen.
geleerdelkander hoogachten, zich leeten
stellen op het Standpunt van den andersden
kende. Ik heb daarnaar ook hier steeds ge
tracht.
Gij «Hen zijt. hier thans samengekomen om
mij te groeier'. Ik zul aan dezen avond
steeds met groote dankbaarheid terug denken.
Ik 'ga van hier, maar ik stel gaarne mijn
krachten voor- de gemeente en voor ieder
uwer ten dienste.
Met een handdruk aan elk der aanwezigen
bekrachtigde spr. daarna zijn van oprechte
vriendschap en waardcering getuigende
woorden.
Nog eenigen tijd bleven de heeren daarna
bijeen eir reeds was het over half negen,
het uur waarop de ambtenaren van den bur
gemeester afscheid zouden nemen, .toen de
heeren uiteen gingen.
De ambtenaren.
Tegen hall negen kwamen vele ambtenaren,
behooi'onde tot de verschillende takken van
Gemeentedienst, om van den burgemeester
afscheid te nemen.
Daartoe begaven zij zich naar de raads
zaal, waar even te voren de raadsleden hun
voorzitter het vaarwel hadden toegeroepen.
Op uitnoodiging van den heer Sickenga
vormden de heeren v. Damrne Jalink, IIor,n
en v. Luik een commissie die den Burge
meester iir het midden zijner ambtenaren ge
leidde on nadat deze aan het hoofd der zaal
had plaats genomen, nam de heer Sickenga
hel woord.
Geachte heer Brants.
U ziet hier ambtenaren van onze Gemeente
van allerlei rang en betrekking voor staan,
Zij zijn allen dankbaar voor de gelegen
heid die hun werd geboden, onr hier gezamen
lijk van U afscheid te nemen.
Alij peisbonlijk is het een eer, hun woord
voerder te mogen zijn, waar ik welhet
meeste met U heb omgegaan. Eén ding be
treur ik daarbij, dal hel papier mij daarbij
te hulp moet komen. U en anderen moogt
liet.mij veigeven, dat ik dit hulpmiddel in
aller belang te baal neem.
IVat dan ons vooral beweegt deze hulde te
brengen is, dat wij heel goed gevoelden, dat
L iets bizonders kenmerkte. Ook iets ten op
zichte van ons ambtenaren, t
Wat ons altijd weer moes! treffen was, dat
U U gat.
U hebt U in den korten tijd, dat U hier
waart, aan Schiedam gegeven; natuurlijk op
Uw wijze. De een zal die wiize goed vinden,
de ander niet. Maar U hebt U gegeven. U
hebt U gegeven, ook waar dit niet. uitlok
kend was.
U hebt U gegeven ook aan hen, die vol
strekt niet zulke aairt rekkelijke menschen
waren.
Uw geven was het ware geven. U zeiven
verloochenende.
Zie, Alijn li eer Brants, als ik mij reken
schap goef, van wat ons in U aantrok, dan
was het dit.
doek to voorschijn. Ik wierp hom het ven
ster uit, terwijl rle mede-passagiers naar
do oorzaak van don brand informeeiden.
Ik slak nogmaals dc hand in den zak on
toonde den electrischen aansteker, waar
van het deksel open was. Waarschijnlijk
was het vooivveip door een toevallige»
druk opengesprongen, de vlam was ont
staan en daardoor de zak in brand ge
raakt I"
„Nu," zeide ik tot mijn vrouw, „het
grapje kost rne wel een gulden 20 en een
zajvdoek, maar de aansteker- heeft tenmin
ste bewezen, dat-ie goed is."
Zij zei niets. Toen wij thuis kwamen
was mijn allereerste werk den aansteker-
te probccren. Ik drukte op het knopje, het
deksel sprong opc-n, maar de' vlam blccl
wpg. „Aha," zei ik, deed het deksel weder
dicht misschien was het een voorbij
gaande bedrijfsstoring tengevolge van het
gebeurde in de cloctrische. Ik drukte weer
op den knop, maar er kwam weer geen
vuur. Wel vijf en twintig maal herbaalde
ik do proef, totdat mijn vrouw, zei:
„Ziezoo, dat is weer een gulden twintig
weggegooid. Als je er 23.80 bijgevoegd had
had ik mc een mooien hoed kunnen koo-
pen." t 1
'■„Dat is de grootste bedriegerij der twin
tigste, eeuw," zei'ik, denkend dat devei-
brande zakdoek wol het zwancnlicd van
mijn electrischen sigaren-aansteker zou zijn
geweest.
Alijn vrouw hield echter niet op.
„Je-moot dat ding ruilenI"
„Dat is een idee."
Ik was blij, zocht de kwitantie, vond het
papier, bekeek het, wierp het toen woo-
En dit kan niet onbeloond blijven. Dit
kan ook niet worden weggedaan. Want wat
zoo gogmen is, moei blijvende vrucht af
werpen.
Gij zijt ingegaan op den arheid Uwer
ambtenaren. Niet oppervlakkig. Maar niet
Uw ziel, zijl gij er op ingegaan, als gij zaagt,
dat zij er hun zie! in legden.
Dit kunnen zij niet vergeten.
En gij zijt niet met scepticisme tegenover
hun gebreken gaan staan, denkende: daar
aan is toch niet te verbeteren. Neen, met
geloof werktet Gij aan hun verbetering.
Zoo kondt Gij ook onze fouten dragen;
die üw menschenkennis toch al spoedig in
ons ontdekte, en vooral wanneer wij dam
's ooi ook zelt niet blind waren, wist Gij ze
met den mantel der liefde, ook voor anderen,
te bedekken.
Zoo, ik wil het openlijk zeggen, heb ik
peiboonlijk veel aan U te danken. En des te
aangenamer io het mij hier tot U te mogen
spieken.
Mijnheer Brants, daardoor was het moge
lijk, dat, hoewel U een sterk uitgesproken
beginsel nooit onder stoelen of banken
schoott, zoo veel ambtenaren, ook die dat be
ginsel niet deelden, II heden van harte hulde
wenschen ie brengen.
Zij voelen zich gedrongen U een blijvend
aandenken te geven.
Een b 1 ij v e n d aandenken, zeg ik.
Ik ben oveuuigd, dat wat ik TJ straks zal
overreiken, van blijvende waarde voor U zal
zijn.
Wij hebben getracht iets van Uw Schie-
damsche leven vast te leggen in tastbaren
voi m.
Wij hebben dit trachten te doen in foto
grafieën.
Ik ben ten volle overtuigd, dat er althans
wel iets van gelukt is, voldoende om voor
U een aandenken van blijvende waarde te
vormen, dat niet in een vergelen hoek zal
worden weggezet.
En nu, voordat ik het overreik, wil ik be
sluiten met een afscheidswoord.
Laat ik spieken in Uw taal, die ook de
mijne is.
De Heer aan Wien gij D gegeven hebt,
geve U van Zijnen Geest, om U aan anderen
te kunnen blijven geven.
En dan, Hij zegene U en Uw huis en
make Uw pad licht.
En hiermede heb ik de eer U ons ge-
schonk te overhandigen.
Dit geschenk bestaat uit een verzameling
van 29 photo's van die plaatsen en gebou
wen in Schiedam, waarmede de burgemeester
in ziin werkkring hel meest zich bezig had
te houden of waaraan hij bijzondere belang
stelling wijdde.
Het zijnde fontein in de Plantage, de
Lange Siugelsfraat in haai vorigen en in haar
tegenwoordige» toestand, de Broeiavest met
hel tramhuisje en de daaromheen rijdende
elcctrische tram, de nieuwe school G (hoofd
dend op den grond. Er stond notabene
op gestempeld „mag niet geruild wor
den."
„Wij zijn verloren," zei ik.
Alijn vrouw deed zeer bedroefd.
„Als ik bedenk, dat met 23 gulden
801
„Och wat, 23 gulden 80 wijl zijn 1.20
kwijt da's vast... ik heb een gulden twintig
entreegeld voor het crematorium van mijn
zakdoek moeten betalen."
„Wel zeker, tap jij maar flauwe mop
pon op den koop toe."
„Dat is galgenhumor, vrouwtje. Ik ben
nog nooit zoo bedrogen
„Ik heb je gewaarschuwd nu heli
jo je zin. Het ding is geen cent. meer
waard
„Slaak rne niet kwaad. Help me liever,
schaf ïaad
„Goed. Je hebt me zooveel verteld uit
den tijd, toon je nog vrijgezel was. Vol-1
geus jo verhalen ben je een echte Don'
Juan geweest
Inderdaad," zei ik met trots, „maar wat
heeft dat met mijn electrischen aanstoker
te maken?. In elk geval lunctionneerdoik
heter dan dat ding."
„Ja, jij had-altijd een vlam. Daarop is
^inijn (aktiek gegrond. Jo Irischl je verlei-'
dingskunst nog eens op,' gaat naar hot
warenhuis, spreekt "mot de juffrouw, die
ons don aansteker verkocht,' maak haai
het Hof,welbegrepen, zoolang tot zij' je
den aansteker laat ruilen. Dat is mijn idee.
Wat zeg jo ervan?"
„Ik ben overweldigd..."
„Neen, alsjeblieft niot overweldigd, ik
verbied jo dat zelfs. Je maakt haar een com-
de heer J. v. d. Hout), de biandwecr dc
„Stentor", de „loomspuit, de automatische
opuit enz. alles in volle werking vóór het
I'iovenieishuis, de Koninginnebrug met den
hoofdagent Loer en den politiehond, het
Gymnasium, de zwemschool, de rechtszaal
in het Kantongerechtsgebouw, het aanzicht
an dat gebouw met het Rijksbe 1 astingk a11-
U.or, de Spuihaven met het sluisje, het sak-
kendnigershuisjc, de woningen van Volks
huisvesting in de Fabristraat met de Arn-
machtsschool als achtergiond, de Gemeente-
reiniging, het Stcrrebosch: lo. het z.g. kas-
tanjeboschje, 2o. gezicht op 2 uitloopcnde
wegen met den boschwachter en diens hond,
3o. de reclame der 90 II.A, grond aan de
Alaas, 4o. een zuiger der firma Volker, bezig,
met liet opspuiten van grond naast het Sterre-
bosch, de glasblazerij „de Schie", gezien van
liet Gemeentcrcinigingsterrein, interieur der
Gioote Kerk met het orgel, de preekstoel en
de burgemeestersbank, het Ziekenhuis met de
draaibare warande, de Sta/lskv.eekerij met
de nieuwe broeikas, dc aibeideistuintjes met
het aangrenzende terrein en gebouwen der
firma Briee White Ltd., het Emmaplein,
met het gezicht op het woonhuis van den
nieuwen burgemeester, gezicht op de stad
aan de rivierzijde met de werf Gusto, Apollo
en de Watertoren, het stadhuis-, de ruïne en
het woonhuis van dr. Brants, welke collectie
nog zal worden aangevuld met het St. Ja-
cobs-Gasthuis en een groep van ambtenaren.
Deze collectie was vervat in een porte
feuille van groen leer met het opschrift:
„Herinneringen aan Schiedam 19061910"
met fraaie boekversiering en gevoerd met wit
satijn.
Aan de binnenzijde een prachtig versierde
opdracht„Aan dr. Alaurits Anthonius
Brants, bij zijn aftreden als Burgemeester
van Schiedam, als bewijs van hoogachting
aangeboden door" en dan volgen de hand-
toekeningen van de ambtenaren die aan deze
hulde hebben bijgedragen.
Deze collectie is een pracht-verv-ameling
van gelukkig geslaagde artistieke opvatting
en bewerking, die den fotograaf Kamman alle
eer aandoen en die èn als herinnering èn als
kunstfoto's voor dr. Brants van groote waar
de zijn. De opdracht is uitgevoerd door den
cnliigraaf 3. A. Boer, ouderwijzer alhier.
De Burgemeester was door dit geschenk
•zeer verrast. Alen zegt wel eens: ,,'t is te
veel", zegt spr., maar dat is hier het geval.
Ik kan wel dadelijk de verzekering geven
dat, als ik in mijn nieuwe verblijfplaats zal
-zijn, ik zeer dikwijls die handteekeningen der
ambtenaren zaJ doorloogen met mijn. vrouw
en dochter, want elk dier namen vertegen
woordigt voor mij eeu geschiedenis.
Ik kan met oprecht hart verklaren dat ik
Schiedam heb lief gehad. Aan ieder der amb
tenaren die hier aanwezig is, zeg ik daarvoor
hartelijk dank.
Er is, gaat spr. voort, zoo ontzettend veel
goeds in Schiedam en wanneer men slechts
plitnentje, zegt dat je haar mooi vindt,,
maar verder ga je niet."-
„Ik weet zelf wol, wat ik moet
doen."
„Alaar ik moet het ook weten. Je mag
niet boven de een twintig gaan, en zoodra
je ziet, dat ze den mil wil toestaan, hou
je onmiddellijk op
ïussehen haakjes ik ben nooit een
Don Juan geweest. Wat ik thuis over mijn
avonturen vertelde, was verdichtsel, waar
door echter mijn waarde aan den kuiselij
ken haard buitengewoon was toegenomen.
Alle vrouwen wenschen, dat haar man
onweerstaanbaar is. Ik was er dus akelig
aan toe, nu ik een jong meisje voor 1,20
het hoofd op hol moest brengen. Ik wist
heolemaal niet, hoe ik het zaakje zou aan
pakken. Alaar ik moest en dus ging ik
met looden schoenen naar het warenhuis,
kwam op do verdieping, vtaar de gepa-
tondeerdo aanstekers verkocht werden,
slenterde rond, bokcck andere voorwer
pen, welko mij niet het minste belang in
boezemden, vioeg den prijs van vazen, die
ik heolemaal niet wilde koopen.
Eindelijk "sloop ik naar do plaats, waar
de verkoopster stond, die ik het hoofd op
hol moest brongen Zij vroeg wat ik wilde
en uil de omstandigheid dal ze me niet
hoi kende, trok ik de droevige conclusie,
dat ik den eeisten keer geen bij/.otuleien
induik op haar had gemaakt Ik deed ech-
let mijn bost en zei met smachtend en blik:
„Jufliouw, u heeft zulke mooie..."
Zij keek mc zoo onaangenaam aan, dat
ik veivolgdo „zulke mooie aanstekers."
Yculer kwam ik niet. De aardigheid was
ei voor m\j al af, Tenslotte raakte ze een
extra-fijnen aansteker van zes gulden aan
me kwijt, en verzekerde, dat deze buiten
gemeen deugdelijk was.
Ik kwam vroolijk en opgewonden thuis.
„Nu," aldus mijn vrouw, „en mocht je
ruilen?"
„Ja natuurlijk, mocht ik ruilen. Kijk eens,
wat een prachtig dingetje, en het function-
neett onberispelijk."
Ik drukte op hot knopje er kwam een
pracht van een vlammetje.
Zij bekeek het voorwerp.
„Alaar dat is immers de allereerste, die
de juffrouw ons liet zien en die zes gulden
moest kosten."
„Best mogeljjk. Zij heeft echter geruild,
niet ik."
„Zoo? Nu maar, dan heb je succes ge
had vent."
„Nu, pochen wil ik niet, maar waar is
hot!"
„Wat hfeb je gezegd?"
„Dat weet ik niet meer."
„Bedenk jo dan nog eens."
'„Ik zal gezegd hebben: Juffrouw, ge
zijt zoo mooi, dat bij u vergeleken alle an
dere vrouwen leelijk zijn.
„Zoo"
„Ja. En zij antwoorddeU is getrouwd
mijnheer en zegt me zoo iets? En ik: Al is
men getrouwd, dan kan men de schoonheid
tocli wel waardeeren 1"
J„En zo is er op ingegaan
'„Zooals jo ziet."-
Hiermede was de zaak afgedaan. Mijn
vrouw was blij over de oplossing, ik over
den niouwen aansteker on zoo waren we
acht dagen lang samen bij, toen plotse
ling de electrisohe aanstoker zijn diensten
SCI I! EDAMSCHE