63"1* laargang
Zondag 16 0etober1910
Na 13433
Berde Blad.
Merlai en 4e Jrsiesacafaiie"
HET GEHEIM.
voor de Redactie No. 123.
voor de Administratie No. 103.
FRANSCHE BRIEVEN.
'Si i
SCHIEDIMSCHE COillRIANT
Dezo courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25 franco
per post fl. 1.85.
Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 oent
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
nur aan het bureau bezorgd zijn.
Bateau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven).
Prijs der Advertentiën: Van 1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zjj
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te beKocwa,
In de nummers, die Dinsdag-,. Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Interc. Telefoon
wrwiwriga.sW«n ttfeJBBBg l «awwM«
"Voor de ontwikkeling van de groote vre-
desidee, voor den vooruitging van do mensch-
heid, voor de zelfstandigheid en onafhanke
lijkheid van ons land, voor de welvaart van
ons allen, die gahaal zou zijn bij beperking
van krijgtoerustingen, kan een belangrijke
maatregel genomen worden, die ons weer wat
dichter gaat brengen bij het doelde stich
ting van een Academie voor internationaal
Recht in Den Haag.
En waarom wordt die stap, waarvan wij
het groote belang in een vorig artikel uit
eengezet hebben, niet gedaan? Omdat het nog
geen enkelen Amciikaanodien rijkaard be-
naagd heeft daan ooi' enkele millioenen dol
lars te geven.
is dit een toestand onzer waardig? Zoo
vioegen wij in dat artikel.
Het antwoord kan daarop alleen ontken
nend luiden. Neen, of er een maatioge! van
zoo groot gewicht voor dc beschaving der
mcnschheid, voor de handhaving onzer na
tionaliteit en tenslotte voor onze onmiddel
lijke stoffelijke weivaa.it genomen wordt, mag
niet afhankelijk gesteld worden van de be
slissing van een Ameiikaanschen rij kaai d.
Als er voor 700 iets belangrijks geld moet
7ijn, dan behoort het Nedeilandscho volk in
do eerste plaats dat geld te geven. Kan het
clan niet, kunnen wij met ons allen niet een
daad verrichten, die één Carnegie kan ver
lichten, welnu dat het Nederland sche volk
zich tot andere \ol keren riclvte. Dat ware ën
voor Nederland en voor de waardigheid der
instelling- toch nltiid boter nog dan dat wij
blijven wachten totdat hot een der Dollar-
innjesteilon behaagt oen royaal gebaar te
maken.
Maar do Nedoiiamlscho Staal dan? zal
men vragen. En als men ietwat politiek is
gestemd 7,al men daaraan toe\ oegen Iieeft
do staat dan wel geld om 40 iniilioen voor
oorlogsdoeleinden uit te geven en niet om 5
<1 6 millioen voor deze vredesacademie te
besteden? Het antwooid hierop is tweeërlei.
Primo zijn die twee uitgaven niet met elkaar
!e vergelijken, omdat zij van geheel verschil
lende overwegingen uitgaan. Afgezien van
dc vraag of deze 40' millioen noodig zijn,
kan men zeer zeker betoogen, dat er niet de
min»tc tegenspraak is in bet geven van geld
voor oorlogsdoeleinden en voor het stichten
van een dergelijke academie. Maar boven
dien kan de staat nis zoodanig niet dan
heel voorzichtig in een ".ergelijk geval op.
treden. Ja dat Nederland de kosten der
ticademie voor zijn rekening zou nemen,
schijnt zelfs voor den buitenstaander haast
ondenkbaar, gezien de moeilijke internatio
nale kwesties, dio zich bij de inrichting der
academie zullen voordoen. Bovendien is men
het over den vorm zelf nog niet eens. De een
wil een vaste academie, met vaste
leeraren, do nndeie wil niet dan cuisussen,
in den zomer door dc groote autoriteiten op
het gebied van liet internationaal recht in
Don Hang te houden.
Maar waren dan do lieeren Nelidof, Nie-
meijor en zoovele andetcn, die geroepen I
hebben om een Carnegie, voorbarig? Neon.
Hun redeneering is: Als men maar eenmaal
de fonds-en beeft voor den bouw van oen bo-
hooilijk Academiegebouw, dat natuinlijk een
monumentaal karakter zou meden dingen,
dan komt de rest van zelf en veel spoe
diger dan in geval men die fondsen niet heeft.
Het zou dus volstrekt niet voorbarig zijn
om geld voor zulk een academiegebouw tc
geven.
Kan nu de Nederlandsche staat, dat doen?
Wij durven de vraag niet beantwoorden.
een beweging op het lomv ge/.et voor ver
heuging der weerkracht. Dat w mooi. Doch
mooier en nuttiger jiog zou deze beweging
zijn, waar zij zeker in niet mindere mate aan
de handhaving mm onze eigen nationaliteit
zou ten goede komen, muar in veel hooger
mate ten goede zou komen aan den silgemee-
non vooruitgang der menschheid.
indien deze academie eens behalve ver
wezenlijking van den volkswil der gcheele
aarde tevens zou kunnen worden een monu
ment voor wal vrouwenarbeid vermag in liet
begin der 20ste eeuw,! Waarlijk, dc gedachte
is mooi. Doch zal de hand gevonden wor-
PABUS, 7 Oct. 1910.
Vreemdelingen, die voor de eerste maal
Manx wel lijkt het ons heel mogelijk, dat op 1 den, de vaste hand, die haar van droom tot
dk vraag ontkennend moet worden geant- werkelijkheid maakt?
wooid. Want er zijn natuurlijk verscheiden
kleine staten, dio gainue zulke grooic inter
nationale stichtingen binnen hun grenzen
willen hebben. Met name van Belgische en
Zwiisereche zijde wordt telkens weer ge
tracht dergelijke internationale instellingen
in het eigen land te krijgen. En met ieede
oogen zien velen uil die landen liet aan
dat ons land op dit gebied in den laatsten
tijd zoo'n grooten tooi sprong hoeft ge
negen.
Kwam nu de Nedeiiandschc slaat plotse
ling te voorschijn met liet voorstel om liet
gebouw voor zulk een academie cadeau te
doen, dan zon men zeer wel in zulk een daad
de ijver kunnen zien, die vooral op liet ge
bied der internationale relaties volgens het
bekende Frauscho gezegde kan schaden.
Dat bezwaar beslaat echler niet tegen oen
initiatief van het Nederlandsche volk, hetzij
dit volk zelf lint geld bijeendraagt, hetzij
het zelf liet vooi beeld geeft en een inzame
ling met dit doel in heel de beschaafde we-
ïeld organisedt. Zulk een daad z.ou een
prachtige demonstratie ziin en dus op zich
zelf reeds een krachtitge bevordering van de
vi edesidee. Maar bovendien zou het te stich
ten monument een waardig karakter hebben,
gelijk hel in de vetste verte niet zou krijgen
wanneer één rijk man het geld ervoor be
schikbaar stelde. Want het zou de voortdu
rende uiting zijn van één wil van de be
schaafde bewoners der aarde, van een volk
van hooger orde dnn er tot nu toe bestaat.
Het zou het zinnebeeld zijn van den weusch
van heel de aarde naar wereldvrede.
Inderdaad eon mooie gedachte.
Maai' zul z-ij verwezenlijkt worden?
Wij twijfelen. Het juiste inzicht in het
belang van een deigclijkc zaak ontbieekt bij
ons veda'.
E11 waar liet niet ontbreekt, is er toch
veeial te veci laksheid en schuwheid. Is er
maar één man of vrouw die het ernstig wil en
den lijd heeft 0111 deze lie weging op touw
te zeiten, dan zal een dergelijke beweging
n 1 de noodigo voorbereiding en na voorzich
tige raadpleging der deskundigen, zeer zeker
voor
111 Parijs komen, zien vaak met verwonde
ring op tegen in unitornt oï livrei gehulde
lieden, die een steek (Income) dragen, welke
hen een min of meer krijgshaftig uiterlijk
geven. Doch in plaats van een degen hebben
Ze een attribuut van vredelievend karakter,
namelijk een portefeuille, die niet een ket
ting aan den gordel bevestigd is of een
tasch, welke met een riem aangehaakt, on
der den jas komt uitkijken. Meermalen is me
gevraagd ol het sergeants van administratie
waren of wel geiechtsboden en meestal
wordt aan deze nuttige maar bescheiden
leden der maatschappij, 0111 lnm in hot oog
vallende kloedij een hoogere rang of functie
toegekend dan zij bekleeden. De zaak is
eenvoudig dat de zin voor uiterlijke kentee-
kenen eenei bepaalde categorie van men-
sehen de Frnnsehcn et- toe gebracht- heeft
aan bedienden van zekere soort een uniform
loe te kennen. Die, welke ik 00 het oog
heb, ziin niet anders dan de „garjons de re
cette1' of geldophalers van gioole kantoren
of maatschappijen.
De voornaamsten van dit gilde zijn onge
twijfeld die van de „Banque de Franco", mot
bun lichtblauw* eewtumn, zilveren knoopon cn
zwarten steek, waarop met eea brokaatzil
veren band de lood-vvit-en-blauvve kokarde
gehecht is. Menig kantoor of handelshuis
did van uitcilijkon schijn houdt, kleedt zijn
loopei- daarom in hetzelfde blauw en geeft
hun ecu kokarde op liet hoofddeksel, 111 de
hoop dat zulks, bij gebreke aan beter, aan
dio afgezanten een air van soliditeit zal ver-,
schaften, dat op den patroon moet afstralen.'
In den regel zijn dio gcunifonnde loopers
dan ook hoogst soliede personages, die per
jaar twee of driemaal meer verdienen, dan
het traktement van een luitenant of kapiteinI-
bedraagt. Hun jaarwedde is zoo groot niet,,
maar ze ontvangen eilorme fooien, wanneer
de ontvangen sommen, die' in de honderd
duizenden kunnen loopen, aan zijn kassier
al te 'dragen. Hun reputatie komt dei halve
overeen met die, welke sinds eeuwen de Am-
McrdaiiWehe „kruier" genoot.
Evenals veel eerlijke mensclieir staan ze
echte!' aan gevtam bloot, al is het niet dat
der verleiding. Er wordt namelijk door boos
doeners vaak op hen geloeid cn'het gebeurt
dat ze het slachtoffer worden van bandieten.
Ken jaar of veertien geleden werd op die
wijze een hunner gedood door een padden-
vsloellelcr, een zekeren Ca rara, die hein daar
na in zijn oven verbrandde en wegens die
misdaad ter dood veroordeeld maar niet be
genadigd werd. En velleden week i-, om op
da actualiteit le komen, oen gareon de recette
door twee knapen, liefst van 10 en 17 jaar,
in een valstrik gelokt en ten huize van'een
hunner vermoord. Dit gruwelijk feit heeft
weer de algeineene aandacht op de kantoov-
loopern gevestigd en aanleiding gegeven tol
beschouw ingen over de gevaarlijke zijde van
hun beroep. liet is nooit moeilijk iemand, dio
in een gesloten appartement een wissel komt
aanbieden, van achteren te doen aanvallen
(zooak bij laatstbedoelde misdaad werkelijk
hel geval geweest is) en hem weerloos te
maken.
Men heeft daaronr voorgeslagen de loopers
altijd door een kameraad te doen vergezellen,
doch die maatregel zou aan groote bank
instellingen, die er cenige honderden op na
houden, te duur te staan komen. De grootst
mogelijke voorzichtigheid is nog het beste
wapen, dat de garjons de recette lot hun
dienst hebben. Maar, zelfs de giootstc voor
zoigen baten soms niet. Een paar dagen na
laatbtgemeklen moord, werd aan een geldop
haler eener eleetiIciteifsinantschappij's mor
geus om 11 uur in het drukste gedeelte dei-
stad, d. vv. z. op den Boulevard, vlak vóór
de bekende Taverne I'onsset, zijn geldtnsch
ontrukt. De muil was even ctn zekere plaan
binnen gcloopen en daarvan hebben drie
gauwdieven, die waarschijnlijk reeds een
poos lang jacht op hem gemaakt hadden
gebruik gemaakt om, hem den weg versper
rende, in het gebouwtje, in een oogwenk
hun slag te staan. Twee er van werden ge
grepen maar hij, die dc ta=ch met 16.000
fies. had, kon zich uit de voeten inaken en
„loopt op het oogoublik nog", gelijk men in
lier Fransch p'oegt \„i>, u. Waarschijn
lijk heeft men met een internationale dieven
bende te doen gehad, die bij voorkeur we
eldsteden tot operatieteriein uitkiest.
En in dezen is een woord van waarschu
tot vreemdelingen, die in bnnkinstel-
een en ander geborgen had, ging ze de vijf.
zes trappen af, die van den hoofdingang op
het trottoir van den Boulevard voeren, toon
z"1 opeens een sloot in den rug ontving,
welke haar deed vallen. Op hetzelfde oogen
blik was ze door een drietal lieeren omringd,
waai van een haar de tasch trachtte te ont
rukken. Maar het was, of liever is, een
Oiicigiekc dame. In weerwil dat ze zich erg
bi /eerd had, liet ze de tasch niet los. Het
-tuk"
was
mislukt en in hot gewoel der
slagen. Want het is bijna niet mogelijk een I ze op goeden voet staan met de huizen,
Ofschoon do familie van den jongen
man een poos geaarzeld had, was het
huwelijk van mademoiselle De Saint-Faillo
en Philippe de Rochemont toch op dezen
wintel* bepaald. Deze aarzeling had geen
anderen grond clan do leeftijd der jonge
dame, want deze moest drie-on-twintig wor
den, terwijl Philippe vier en twintig was.
Men vond dit verschil niet voldoende,
maar ten slotte had de oude graaf De
lloch'emont cv zich toch in geschikt.
Marguerite de Saint-Faillo h'ad een de
gelijke opvoeding genoten, wat geh'eel inet
7li'aar geestesrichting overeenkwam. Zij leest
alleen voorname lectuur, speelt de zwaar
ste stukkon van het blad cn zou haar
hoeden zelf kunnen maken, als zij moer
tijd en minder geld h'ad. Twee jaar geleden
is zij begonnen bloemen tc schilderen.
Zij heeft een grootmoeder die doof en
oen vader die blind isin liefde voor
zijn eenig kind. Alles bijeengenomen is
zij liet ideaal van het lniis en haar oude
grootmoeder*, de geestige barones De Cor-
nouaiiles heeft slechts één wensch: haar
lieve Mai'guerite getrouwd te zien. Een
gelukkig toeval bracht do jongelui bij
elkaar en zij leerden elkaar spoedig waar-
deeren en liefhebben,
zaak te bedenken die meer de universcele
sympathie verdient afgezien'van elke
godsdicnslitge, moreele of nolitieke overtui
ging dun deze. Doch die cene te vindon
Tl
Wij zeggen die cene. wij -preken ook vanj|
de vrouw, onrdat hier ons weer juist voor
v rouwen een zxk> groot werk te doen schijnt.'
kindertijd hebben vrouwen in Denemarken
Philippe was van een droomeiig, zwaar
moedig karakter. Do eerste, vieu hij
behalve zijn famiiio zijn huwelijksplan
nen meedeelde, was zijn boezemvriend
Roger St. Clair.
„Je bent gek," zei deze lienr, ,,je trouwt
net op een leeftijd, dat jo niet trouwen
moet."
„Wat bedoel je?"
„Je zult or boos om worden, maar dat
is me onverschillig; je bont te jong voor
bot huwelijk."
„Geloof je ilatP'
„Zeker. Wat jo aanstaande betreft, haar;
persoontje daargelaten, is zij te oud voor
jo. Krui jo baar vormen haar jouw in
zichten? Neen! Bovendien wantrouw ik
in beginsel elk meisje, dat niet arm oir
niet leelijk is geworden, zonder een man
te hebben gevonden barer waardig. Ik
vraag je, waarom?"
Philippe baalde de schouders op,
wenschtc zijnvriend naar de maan, cn
maakte zijn seh'oone verder het bof,
In zijn h'art was hij boos op zijn vriend
Roger en wreekte zich op hem door hem
niet aan zijn aanstaande voor te stellen.
Eiken avond dineerde, hij bij den markies;
dezo ging dan naar do club 011 liet do
verloofden onder do hoede zijner vrouw-
Do jongelui waren in don zevenden he
md en namen zich' voor, de wereld eens
een gelukkig paar te tooncnl
naar zo iirkasseeringen doen en aan welke zij
vaak den dienst bcwij/en 's avonds terug te
komen om een wissel te incu-=eeren, welken
/ij daar 'a morgens gedeponeerd hebben,*,
hetgeen, van hun kant ïiatuiullik, een groot,
bewijs van vertrouwen is. I11 bot algemeen
is het gilde dus "zeer goed gezien en maar
zelden gebeurt het dat een lid er van vergeet
Maar tegen Maart meende Philippe te
bemerken, dat Marguerite veranderd was.'
Zij werd verstrooid en nerveus en naar
de reden daarvan vragend, antwoordde zij:
,,Ts het vreemd, dat men kort'voor het
doen van een gewichtigen stap zenuw
ach'tig is?"
Maar de zaak werd erger, toen een week
later zijn vriend Roger zeide: „Hoor eens,
oude jongen, je bent boos op me; je hebt
me niet eens 'aan je verloofde vooi-go-
stold. Gelukkig, dat ik haar vandaag ge
zien heb; ik was met iemand, die mij haar
aanwees.'i
„Zoo, h'eb jo haar gezien?"
„Ja, togen'twee Mfür in Batignolles 1"
„Met h'aar vader?"
„Is do markies een knap man, met
flinken knevel en liet Legioen van Eer?"
„Neen, hij 'is klein met een kaal hoofd,
en zijn knoopsgat is zoo kaal als zijn
kruin." 1
„Dnn was het zeker een ander; maar,
wees niet ongerust, ze had een oud gebrild
wezen bij zich, zoo iets als een gezel
schapsdame."
„0, dat is miss Waterfall. En jo weet'
niet, wat ze daar* deden?"
„Dat kon ik toch niet vragen, ik hoorde
alleen do oude dame zeggen„Wat een'
geluk, lieve, dat jo zulk oen beschermer,
gevonden hebt."
Philippe verviel in gepeins. Die geheim-
«WW.
lieden gekleedc.
«'ng
lingün te Parijs geld te ontvangen hebben,
niet ongepast. Ze veter
in de groote wachtzalen en vestibules na-'
gegaan en opgenomen woulen door tal van
als voorname en deftige
bandieten.
Een paar jaar geleden is een Hollandseht:
me, die ik van nabij ken, bijna evcncen-
het slachtoffer dier lieeren geworden. Ze was
uit de stad geweest en had haar kostbaarhe
den aan het Crédit Lyonnais in bewaring
gegeven. Te Parijs teruggekeerd, ging ze
die, van haar dienstbode vergezeld, terug-
balen. Met een tasch in de hand, waarin ze
toegeschoten, omringende menigte wisten de
lifcicn, wier manoeuvre pijlsnel in het werk
gegaan en ter nnuwernood opgemerkt wa
re ontkomen. Dergelijke aanslagen of pogm-
gfii doen zich te Parijs en, uit den aard dei-
zaak, op klaarlichten dag, herhaaldelijk voort
Rnms heeft hii, die er het voonvevp van
va-, liet niet eens bemerkt oi heg renen.
Dergelijke wanbedrijven vloeien echter
\r>ort. uit het co-mopilthch karakter van een
wereldcentrum. Ze hebben niets uit te slaan
met den geest der eigenlijk gezegde bevol
king en zijn dus niet karakteristiek voor ie
Fran-elie of Paxiische zeden. Wel was zulks
hot geval met den bovenvermelden moord
op den gareon (de) recette. Het waren, twee
P.irijsehe jongens, kinderen van kleine bui-
gei lieden, die. alleen met het doel zich een
paar dagen van het buitgemaakte geld te
rihuseeien, het schandelijk stuk bedreven
hebben. Hierbij komt vel degelijk aan den
■big tol welke uitersten een verwaarloosde
rptooding leiden kan van kinderen uit het
volk, die rooarijp en den gniwehen dag op
straat zijn. Dikwijls zijn de ouder-, verplicht
den gaiischcn dag buitenshuis voor hun le
\cnsondcrhoud te zwoegen, niet ten volle
aansprakelijk voor dat gebrek aan toezicht
op hun kinderen. De verleiding der omge
ving werkt hier samen met natuurlijke kwa
de neigingen.
Do aansprakelijkheid der jeugdige boon
doeners zolven kan op die wijze beperkt
worden en in rechtskundigen zin, aanleiding
geven tot- verzuchtende omstandigheden. Maar
een les die dc wetgever stellig uit dergelijke
misdaden kan trekken is de noodzakelijk
heid van de hervorming der strafwetgeving
voor kinderen beneden de achttien jaar.
Nergens woikt het afschrikwekkend voor
beeld der lijfstraffen zoo heilzaam als bij der
gelijke „straatkinderen''. Bedoelde jeugdige
nn-dadigers verkeerden in het denkbee'd
dat ze, daar ze beneden de IS inren waren,
ielfs ter zake van moord, noodzakelijkere ijs,
voor een paar jaar naar een verbeterhuis ge
zonden zouden ivoiden. Indien ze de zeker
heid gehad hadden van ter dood veroordeeld
te worden, zouden ze zich een paar maal be
dacht hebben. E11 zelfs mag men dat ver
onderstellen in het geval dat ze op een vijf
tigtal flinke rottingslagen, gevolgd door een
vijftal jaren „hard labour" hadden kunnen
rekenen.
liet vraagstuk der lijfstraffen is trouwens
opnieuw actueel in Frankrijk. Men denkt
er inderdaad over, vooral met het oog op de
jeugdige Apachen, opnieuw de lijfstraffeu
in te voeren. Doch het is te vreezen, dal de
moderne humanitaire begrippen en vooral >le
ippublikeinschc filosofie, die haar basis in de
Groote Revolutie gevonden heeft, dien voor-
zinnige beschermer en de opmerking van;
miss Waterfall bevielen hem niet. En ver
strooid verliet hij zijn .vriend.
's Avonds om zeven, uur was hij al hij:
zijn meisje, maar was besloten behoed
zaam to werk te gaan. llij vroeg dus,
zoodra - hij met Marguerite alleen was
„Wat is er vandaag voor nieuws?"
„Niels bijzonders," antwoordde ze, „ik
heb met miss Waterfall boodschappen ge
daan?"
„En niemand ontmoet?"
„Niemand. O ja, toch wel, dio mooie
mevrouw Morcll, wat had zo een mooie
japon aan."
Ilij luisterde evenwel niet .naar haar,
en was den volgenden ochtend reeds vroeg
bij zijn vriend Roger, vvien hij vroeg:
„Hoe zag die dame er uit, die jo gis
teren met dien gek nevelden heer in Bn-
iignolles gezien hebt?"
„Tamelijk lang, flink gebouwd, blond,,
zwart-fhnvoelen mantel, dito hoed mot twee
vogeltjes 1"
„Zij was het," steunde Philippe, t,,o,'
Roger 1"
„Ben jo zoo jaloerseh? Maar vriend,
als go eenmaal getrouwd bent, zal je vrouw
toch hot recht hebben te gaan waar zij
will"
Als een waanzinnige was h\j weggeloo,
pen, maar toch' 0111 zovron uur was weer bij
zijn verloofde,
Zijn meisje zag dat hij bedrukt was, en
verdubbelde liaar teederheid. Zij was aller
liefst 011 men moest stapelgek zijn ont
argwaan tegen Kaar to hebben. Twintig
maal was hij op het punt haar zijn angst
11100 te doelen, maar schaamte liield hem
terug.
Zatcidag vóór Palmzondag kwam Phi
lippe bij Marguerite, toen juis* een lang,
knap man. met knevel en ridderlintje het
huis uittrad. Nu zou hij achter hot ge
heim komen. 1
Tamelijk opgewonden kwam hij In het
salon, waar niemand was, maar in do
aangrenzende kamer hoorde hij praten en
snikken. Ilet was Marguerite, die weende.
„Ik wist het wel," steunde ze, „eiken
dag werd mijn angst groeier en toen hij
straks kwanr, raadde ik al wat hij zeg
gen zou."
„Maar hij kan het toch niet helpen,
kind," zei do markies, „en wat hindert
het als niemand het hoort?"*
„Waarom breek jo daar je hoofd mee?"
bromde de barones; „was je dan niet ge
lukkig genoeg? In mijn tijd Kudden do
jonge meisjes zoo iets niet."
„Goede hemel, mama, u is van uw tijd
on Marguerite van de. hare, dat is dui
delijk. Vroeger zou elk meisje alle be
grippen van fatsoen vertreden hebben, als
zij gedaan h'ad, wat mijn dochter gedaan
heeft. Nu zijn wij niet meer zoo streng.