63"1* laargang Zondag 16 0etober1910 Na 13433 Berde Blad. Merlai en 4e Jrsiesacafaiie" HET GEHEIM. voor de Redactie No. 123. voor de Administratie No. 103. FRANSCHE BRIEVEN. 'Si i SCHIEDIMSCHE COillRIANT Dezo courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25 franco per post fl. 1.85. Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 oent Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een nur aan het bureau bezorgd zijn. Bateau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). Prijs der Advertentiën: Van 1—6 regels fl. 0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zjj innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te beKocwa, In de nummers, die Dinsdag-,. Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Interc. Telefoon wrwiwriga.sW«n ttfeJBBBg l «awwM« "Voor de ontwikkeling van de groote vre- desidee, voor den vooruitging van do mensch- heid, voor de zelfstandigheid en onafhanke lijkheid van ons land, voor de welvaart van ons allen, die gahaal zou zijn bij beperking van krijgtoerustingen, kan een belangrijke maatregel genomen worden, die ons weer wat dichter gaat brengen bij het doelde stich ting van een Academie voor internationaal Recht in Den Haag. En waarom wordt die stap, waarvan wij het groote belang in een vorig artikel uit eengezet hebben, niet gedaan? Omdat het nog geen enkelen Amciikaanodien rijkaard be- naagd heeft daan ooi' enkele millioenen dol lars te geven. is dit een toestand onzer waardig? Zoo vioegen wij in dat artikel. Het antwoord kan daarop alleen ontken nend luiden. Neen, of er een maatioge! van zoo groot gewicht voor dc beschaving der mcnschheid, voor de handhaving onzer na tionaliteit en tenslotte voor onze onmiddel lijke stoffelijke weivaa.it genomen wordt, mag niet afhankelijk gesteld worden van de be slissing van een Ameiikaanschen rij kaai d. Als er voor 700 iets belangrijks geld moet 7ijn, dan behoort het Nedeilandscho volk in do eerste plaats dat geld te geven. Kan het clan niet, kunnen wij met ons allen niet een daad verrichten, die één Carnegie kan ver lichten, welnu dat het Nederland sche volk zich tot andere \ol keren riclvte. Dat ware ën voor Nederland en voor de waardigheid der instelling- toch nltiid boter nog dan dat wij blijven wachten totdat hot een der Dollar- innjesteilon behaagt oen royaal gebaar te maken. Maar do Nedoiiamlscho Staal dan? zal men vragen. En als men ietwat politiek is gestemd 7,al men daaraan toe\ oegen Iieeft do staat dan wel geld om 40 iniilioen voor oorlogsdoeleinden uit te geven en niet om 5 <1 6 millioen voor deze vredesacademie te besteden? Het antwooid hierop is tweeërlei. Primo zijn die twee uitgaven niet met elkaar !e vergelijken, omdat zij van geheel verschil lende overwegingen uitgaan. Afgezien van dc vraag of deze 40' millioen noodig zijn, kan men zeer zeker betoogen, dat er niet de min»tc tegenspraak is in bet geven van geld voor oorlogsdoeleinden en voor het stichten van een dergelijke academie. Maar boven dien kan de staat nis zoodanig niet dan heel voorzichtig in een ".ergelijk geval op. treden. Ja dat Nederland de kosten der ticademie voor zijn rekening zou nemen, schijnt zelfs voor den buitenstaander haast ondenkbaar, gezien de moeilijke internatio nale kwesties, dio zich bij de inrichting der academie zullen voordoen. Bovendien is men het over den vorm zelf nog niet eens. De een wil een vaste academie, met vaste leeraren, do nndeie wil niet dan cuisussen, in den zomer door dc groote autoriteiten op het gebied van liet internationaal recht in Don Hang te houden. Maar waren dan do lieeren Nelidof, Nie- meijor en zoovele andetcn, die geroepen I hebben om een Carnegie, voorbarig? Neon. Hun redeneering is: Als men maar eenmaal de fonds-en beeft voor den bouw van oen bo- hooilijk Academiegebouw, dat natuinlijk een monumentaal karakter zou meden dingen, dan komt de rest van zelf en veel spoe diger dan in geval men die fondsen niet heeft. Het zou dus volstrekt niet voorbarig zijn om geld voor zulk een academiegebouw tc geven. Kan nu de Nederlandsche staat, dat doen? Wij durven de vraag niet beantwoorden. een beweging op het lomv ge/.et voor ver heuging der weerkracht. Dat w mooi. Doch mooier en nuttiger jiog zou deze beweging zijn, waar zij zeker in niet mindere mate aan de handhaving mm onze eigen nationaliteit zou ten goede komen, muar in veel hooger mate ten goede zou komen aan den silgemee- non vooruitgang der menschheid. indien deze academie eens behalve ver wezenlijking van den volkswil der gcheele aarde tevens zou kunnen worden een monu ment voor wal vrouwenarbeid vermag in liet begin der 20ste eeuw,! Waarlijk, dc gedachte is mooi. Doch zal de hand gevonden wor- PABUS, 7 Oct. 1910. Vreemdelingen, die voor de eerste maal Manx wel lijkt het ons heel mogelijk, dat op 1 den, de vaste hand, die haar van droom tot dk vraag ontkennend moet worden geant- werkelijkheid maakt? wooid. Want er zijn natuurlijk verscheiden kleine staten, dio gainue zulke grooic inter nationale stichtingen binnen hun grenzen willen hebben. Met name van Belgische en Zwiisereche zijde wordt telkens weer ge tracht dergelijke internationale instellingen in het eigen land te krijgen. En met ieede oogen zien velen uil die landen liet aan dat ons land op dit gebied in den laatsten tijd zoo'n grooten tooi sprong hoeft ge negen. Kwam nu de Nedeiiandschc slaat plotse ling te voorschijn met liet voorstel om liet gebouw voor zulk een academie cadeau te doen, dan zon men zeer wel in zulk een daad de ijver kunnen zien, die vooral op liet ge bied der internationale relaties volgens het bekende Frauscho gezegde kan schaden. Dat bezwaar beslaat echler niet tegen oen initiatief van het Nederlandsche volk, hetzij dit volk zelf lint geld bijeendraagt, hetzij het zelf liet vooi beeld geeft en een inzame ling met dit doel in heel de beschaafde we- ïeld organisedt. Zulk een daad z.ou een prachtige demonstratie ziin en dus op zich zelf reeds een krachtitge bevordering van de vi edesidee. Maar bovendien zou het te stich ten monument een waardig karakter hebben, gelijk hel in de vetste verte niet zou krijgen wanneer één rijk man het geld ervoor be schikbaar stelde. Want het zou de voortdu rende uiting zijn van één wil van de be schaafde bewoners der aarde, van een volk van hooger orde dnn er tot nu toe bestaat. Het zou het zinnebeeld zijn van den weusch van heel de aarde naar wereldvrede. Inderdaad eon mooie gedachte. Maai' zul z-ij verwezenlijkt worden? Wij twijfelen. Het juiste inzicht in het belang van een deigclijkc zaak ontbieekt bij ons veda'. E11 waar liet niet ontbreekt, is er toch veeial te veci laksheid en schuwheid. Is er maar één man of vrouw die het ernstig wil en den lijd heeft 0111 deze lie weging op touw te zeiten, dan zal een dergelijke beweging n 1 de noodigo voorbereiding en na voorzich tige raadpleging der deskundigen, zeer zeker voor 111 Parijs komen, zien vaak met verwonde ring op tegen in unitornt oï livrei gehulde lieden, die een steek (Income) dragen, welke hen een min of meer krijgshaftig uiterlijk geven. Doch in plaats van een degen hebben Ze een attribuut van vredelievend karakter, namelijk een portefeuille, die niet een ket ting aan den gordel bevestigd is of een tasch, welke met een riem aangehaakt, on der den jas komt uitkijken. Meermalen is me gevraagd ol het sergeants van administratie waren of wel geiechtsboden en meestal wordt aan deze nuttige maar bescheiden leden der maatschappij, 0111 lnm in hot oog vallende kloedij een hoogere rang of functie toegekend dan zij bekleeden. De zaak is eenvoudig dat de zin voor uiterlijke kentee- kenen eenei bepaalde categorie van men- sehen de Frnnsehcn et- toe gebracht- heeft aan bedienden van zekere soort een uniform loe te kennen. Die, welke ik 00 het oog heb, ziin niet anders dan de „garjons de re cette1' of geldophalers van gioole kantoren of maatschappijen. De voornaamsten van dit gilde zijn onge twijfeld die van de „Banque de Franco", mot bun lichtblauw* eewtumn, zilveren knoopon cn zwarten steek, waarop met eea brokaatzil veren band de lood-vvit-en-blauvve kokarde gehecht is. Menig kantoor of handelshuis did van uitcilijkon schijn houdt, kleedt zijn loopei- daarom in hetzelfde blauw en geeft hun ecu kokarde op liet hoofddeksel, 111 de hoop dat zulks, bij gebreke aan beter, aan dio afgezanten een air van soliditeit zal ver-, schaften, dat op den patroon moet afstralen.' In den regel zijn dio gcunifonnde loopers dan ook hoogst soliede personages, die per jaar twee of driemaal meer verdienen, dan het traktement van een luitenant of kapiteinI- bedraagt. Hun jaarwedde is zoo groot niet,, maar ze ontvangen eilorme fooien, wanneer de ontvangen sommen, die' in de honderd duizenden kunnen loopen, aan zijn kassier al te 'dragen. Hun reputatie komt dei halve overeen met die, welke sinds eeuwen de Am- McrdaiiWehe „kruier" genoot. Evenals veel eerlijke mensclieir staan ze echte!' aan gevtam bloot, al is het niet dat der verleiding. Er wordt namelijk door boos doeners vaak op hen geloeid cn'het gebeurt dat ze het slachtoffer worden van bandieten. Ken jaar of veertien geleden werd op die wijze een hunner gedood door een padden- vsloellelcr, een zekeren Ca rara, die hein daar na in zijn oven verbrandde en wegens die misdaad ter dood veroordeeld maar niet be genadigd werd. En velleden week i-, om op da actualiteit le komen, oen gareon de recette door twee knapen, liefst van 10 en 17 jaar, in een valstrik gelokt en ten huize van'een hunner vermoord. Dit gruwelijk feit heeft weer de algeineene aandacht op de kantoov- loopern gevestigd en aanleiding gegeven tol beschouw ingen over de gevaarlijke zijde van hun beroep. liet is nooit moeilijk iemand, dio in een gesloten appartement een wissel komt aanbieden, van achteren te doen aanvallen (zooak bij laatstbedoelde misdaad werkelijk hel geval geweest is) en hem weerloos te maken. Men heeft daaronr voorgeslagen de loopers altijd door een kameraad te doen vergezellen, doch die maatregel zou aan groote bank instellingen, die er cenige honderden op na houden, te duur te staan komen. De grootst mogelijke voorzichtigheid is nog het beste wapen, dat de garjons de recette lot hun dienst hebben. Maar, zelfs de giootstc voor zoigen baten soms niet. Een paar dagen na laatbtgemeklen moord, werd aan een geldop haler eener eleetiIciteifsinantschappij's mor geus om 11 uur in het drukste gedeelte dei- stad, d. vv. z. op den Boulevard, vlak vóór de bekende Taverne I'onsset, zijn geldtnsch ontrukt. De muil was even ctn zekere plaan binnen gcloopen en daarvan hebben drie gauwdieven, die waarschijnlijk reeds een poos lang jacht op hem gemaakt hadden gebruik gemaakt om, hem den weg versper rende, in het gebouwtje, in een oogwenk hun slag te staan. Twee er van werden ge grepen maar hij, die dc ta=ch met 16.000 fies. had, kon zich uit de voeten inaken en „loopt op het oogoublik nog", gelijk men in lier Fransch p'oegt \„i>, u. Waarschijn lijk heeft men met een internationale dieven bende te doen gehad, die bij voorkeur we eldsteden tot operatieteriein uitkiest. En in dezen is een woord van waarschu tot vreemdelingen, die in bnnkinstel- een en ander geborgen had, ging ze de vijf. zes trappen af, die van den hoofdingang op het trottoir van den Boulevard voeren, toon z"1 opeens een sloot in den rug ontving, welke haar deed vallen. Op hetzelfde oogen blik was ze door een drietal lieeren omringd, waai van een haar de tasch trachtte te ont rukken. Maar het was, of liever is, een Oiicigiekc dame. In weerwil dat ze zich erg bi /eerd had, liet ze de tasch niet los. Het -tuk" was mislukt en in hot gewoel der slagen. Want het is bijna niet mogelijk een I ze op goeden voet staan met de huizen, Ofschoon do familie van den jongen man een poos geaarzeld had, was het huwelijk van mademoiselle De Saint-Faillo en Philippe de Rochemont toch op dezen wintel* bepaald. Deze aarzeling had geen anderen grond clan do leeftijd der jonge dame, want deze moest drie-on-twintig wor den, terwijl Philippe vier en twintig was. Men vond dit verschil niet voldoende, maar ten slotte had de oude graaf De lloch'emont cv zich toch in geschikt. Marguerite de Saint-Faillo h'ad een de gelijke opvoeding genoten, wat geh'eel inet 7li'aar geestesrichting overeenkwam. Zij leest alleen voorname lectuur, speelt de zwaar ste stukkon van het blad cn zou haar hoeden zelf kunnen maken, als zij moer tijd en minder geld h'ad. Twee jaar geleden is zij begonnen bloemen tc schilderen. Zij heeft een grootmoeder die doof en oen vader die blind isin liefde voor zijn eenig kind. Alles bijeengenomen is zij liet ideaal van het lniis en haar oude grootmoeder*, de geestige barones De Cor- nouaiiles heeft slechts één wensch: haar lieve Mai'guerite getrouwd te zien. Een gelukkig toeval bracht do jongelui bij elkaar en zij leerden elkaar spoedig waar- deeren en liefhebben, zaak te bedenken die meer de universcele sympathie verdient afgezien'van elke godsdicnslitge, moreele of nolitieke overtui ging dun deze. Doch die cene te vindon Tl Wij zeggen die cene. wij -preken ook vanj| de vrouw, onrdat hier ons weer juist voor v rouwen een zxk> groot werk te doen schijnt.' kindertijd hebben vrouwen in Denemarken Philippe was van een droomeiig, zwaar moedig karakter. Do eerste, vieu hij behalve zijn famiiio zijn huwelijksplan nen meedeelde, was zijn boezemvriend Roger St. Clair. „Je bent gek," zei deze lienr, ,,je trouwt net op een leeftijd, dat jo niet trouwen moet." „Wat bedoel je?" „Je zult or boos om worden, maar dat is me onverschillig; je bont te jong voor bot huwelijk." „Geloof je ilatP' „Zeker. Wat jo aanstaande betreft, haar; persoontje daargelaten, is zij te oud voor jo. Krui jo baar vormen haar jouw in zichten? Neen! Bovendien wantrouw ik in beginsel elk meisje, dat niet arm oir niet leelijk is geworden, zonder een man te hebben gevonden barer waardig. Ik vraag je, waarom?" Philippe baalde de schouders op, wenschtc zijnvriend naar de maan, cn maakte zijn seh'oone verder het bof, In zijn h'art was hij boos op zijn vriend Roger en wreekte zich op hem door hem niet aan zijn aanstaande voor te stellen. Eiken avond dineerde, hij bij den markies; dezo ging dan naar do club 011 liet do verloofden onder do hoede zijner vrouw- Do jongelui waren in don zevenden he md en namen zich' voor, de wereld eens een gelukkig paar te tooncnl naar zo iirkasseeringen doen en aan welke zij vaak den dienst bcwij/en 's avonds terug te komen om een wissel te incu-=eeren, welken /ij daar 'a morgens gedeponeerd hebben,*, hetgeen, van hun kant ïiatuiullik, een groot, bewijs van vertrouwen is. I11 bot algemeen is het gilde dus "zeer goed gezien en maar zelden gebeurt het dat een lid er van vergeet Maar tegen Maart meende Philippe te bemerken, dat Marguerite veranderd was.' Zij werd verstrooid en nerveus en naar de reden daarvan vragend, antwoordde zij: ,,Ts het vreemd, dat men kort'voor het doen van een gewichtigen stap zenuw ach'tig is?" Maar de zaak werd erger, toen een week later zijn vriend Roger zeide: „Hoor eens, oude jongen, je bent boos op me; je hebt me niet eens 'aan je verloofde vooi-go- stold. Gelukkig, dat ik haar vandaag ge zien heb; ik was met iemand, die mij haar aanwees.'i „Zoo, h'eb jo haar gezien?" „Ja, togen'twee Mfür in Batignolles 1" „Met h'aar vader?" „Is do markies een knap man, met flinken knevel en liet Legioen van Eer?" „Neen, hij 'is klein met een kaal hoofd, en zijn knoopsgat is zoo kaal als zijn kruin." 1 „Dnn was het zeker een ander; maar, wees niet ongerust, ze had een oud gebrild wezen bij zich, zoo iets als een gezel schapsdame." „0, dat is miss Waterfall. En jo weet' niet, wat ze daar* deden?" „Dat kon ik toch niet vragen, ik hoorde alleen do oude dame zeggen„Wat een' geluk, lieve, dat jo zulk oen beschermer, gevonden hebt." Philippe verviel in gepeins. Die geheim- «WW. lieden gekleedc. «'ng lingün te Parijs geld te ontvangen hebben, niet ongepast. Ze veter in de groote wachtzalen en vestibules na-' gegaan en opgenomen woulen door tal van als voorname en deftige bandieten. Een paar jaar geleden is een Hollandseht: me, die ik van nabij ken, bijna evcncen- het slachtoffer dier lieeren geworden. Ze was uit de stad geweest en had haar kostbaarhe den aan het Crédit Lyonnais in bewaring gegeven. Te Parijs teruggekeerd, ging ze die, van haar dienstbode vergezeld, terug- balen. Met een tasch in de hand, waarin ze toegeschoten, omringende menigte wisten de lifcicn, wier manoeuvre pijlsnel in het werk gegaan en ter nnuwernood opgemerkt wa re ontkomen. Dergelijke aanslagen of pogm- gfii doen zich te Parijs en, uit den aard dei- zaak, op klaarlichten dag, herhaaldelijk voort Rnms heeft hii, die er het voonvevp van va-, liet niet eens bemerkt oi heg renen. Dergelijke wanbedrijven vloeien echter \r>ort. uit het co-mopilthch karakter van een wereldcentrum. Ze hebben niets uit te slaan met den geest der eigenlijk gezegde bevol king en zijn dus niet karakteristiek voor ie Fran-elie of Paxiische zeden. Wel was zulks hot geval met den bovenvermelden moord op den gareon (de) recette. Het waren, twee P.irijsehe jongens, kinderen van kleine bui- gei lieden, die. alleen met het doel zich een paar dagen van het buitgemaakte geld te rihuseeien, het schandelijk stuk bedreven hebben. Hierbij komt vel degelijk aan den ■big tol welke uitersten een verwaarloosde rptooding leiden kan van kinderen uit het volk, die rooarijp en den gniwehen dag op straat zijn. Dikwijls zijn de ouder-, verplicht den gaiischcn dag buitenshuis voor hun le \cnsondcrhoud te zwoegen, niet ten volle aansprakelijk voor dat gebrek aan toezicht op hun kinderen. De verleiding der omge ving werkt hier samen met natuurlijke kwa de neigingen. Do aansprakelijkheid der jeugdige boon doeners zolven kan op die wijze beperkt worden en in rechtskundigen zin, aanleiding geven tot- verzuchtende omstandigheden. Maar een les die dc wetgever stellig uit dergelijke misdaden kan trekken is de noodzakelijk heid van de hervorming der strafwetgeving voor kinderen beneden de achttien jaar. Nergens woikt het afschrikwekkend voor beeld der lijfstraffen zoo heilzaam als bij der gelijke „straatkinderen''. Bedoelde jeugdige nn-dadigers verkeerden in het denkbee'd dat ze, daar ze beneden de IS inren waren, ielfs ter zake van moord, noodzakelijkere ijs, voor een paar jaar naar een verbeterhuis ge zonden zouden ivoiden. Indien ze de zeker heid gehad hadden van ter dood veroordeeld te worden, zouden ze zich een paar maal be dacht hebben. E11 zelfs mag men dat ver onderstellen in het geval dat ze op een vijf tigtal flinke rottingslagen, gevolgd door een vijftal jaren „hard labour" hadden kunnen rekenen. liet vraagstuk der lijfstraffen is trouwens opnieuw actueel in Frankrijk. Men denkt er inderdaad over, vooral met het oog op de jeugdige Apachen, opnieuw de lijfstraffeu in te voeren. Doch het is te vreezen, dal de moderne humanitaire begrippen en vooral >le ippublikeinschc filosofie, die haar basis in de Groote Revolutie gevonden heeft, dien voor- zinnige beschermer en de opmerking van; miss Waterfall bevielen hem niet. En ver strooid verliet hij zijn .vriend. 's Avonds om zeven, uur was hij al hij: zijn meisje, maar was besloten behoed zaam to werk te gaan. llij vroeg dus, zoodra - hij met Marguerite alleen was „Wat is er vandaag voor nieuws?" „Niels bijzonders," antwoordde ze, „ik heb met miss Waterfall boodschappen ge daan?" „En niemand ontmoet?" „Niemand. O ja, toch wel, dio mooie mevrouw Morcll, wat had zo een mooie japon aan." Ilij luisterde evenwel niet .naar haar, en was den volgenden ochtend reeds vroeg bij zijn vriend Roger, vvien hij vroeg: „Hoe zag die dame er uit, die jo gis teren met dien gek nevelden heer in Bn- iignolles gezien hebt?" „Tamelijk lang, flink gebouwd, blond,, zwart-fhnvoelen mantel, dito hoed mot twee vogeltjes 1" „Zij was het," steunde Philippe, t,,o,' Roger 1" „Ben jo zoo jaloerseh? Maar vriend, als go eenmaal getrouwd bent, zal je vrouw toch hot recht hebben te gaan waar zij will" Als een waanzinnige was h\j weggeloo, pen, maar toch' 0111 zovron uur was weer bij zijn verloofde, Zijn meisje zag dat hij bedrukt was, en verdubbelde liaar teederheid. Zij was aller liefst 011 men moest stapelgek zijn ont argwaan tegen Kaar to hebben. Twintig maal was hij op het punt haar zijn angst 11100 te doelen, maar schaamte liield hem terug. Zatcidag vóór Palmzondag kwam Phi lippe bij Marguerite, toen juis* een lang, knap man. met knevel en ridderlintje het huis uittrad. Nu zou hij achter hot ge heim komen. 1 Tamelijk opgewonden kwam hij In het salon, waar niemand was, maar in do aangrenzende kamer hoorde hij praten en snikken. Ilet was Marguerite, die weende. „Ik wist het wel," steunde ze, „eiken dag werd mijn angst groeier en toen hij straks kwanr, raadde ik al wat hij zeg gen zou." „Maar hij kan het toch niet helpen, kind," zei do markies, „en wat hindert het als niemand het hoort?"* „Waarom breek jo daar je hoofd mee?" bromde de barones; „was je dan niet ge lukkig genoeg? In mijn tijd Kudden do jonge meisjes zoo iets niet." „Goede hemel, mama, u is van uw tijd on Marguerite van de. hare, dat is dui delijk. Vroeger zou elk meisje alle be grippen van fatsoen vertreden hebben, als zij gedaan h'ad, wat mijn dochter gedaan heeft. Nu zijn wij niet meer zoo streng.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1910 | | pagina 9