64"* Jaargang «bondag 15 October 1911 No. 13739 Derde Blad. Nederland rooverstaat? Een ernstige fout. FRANS LISZT. .11 Pruisen voor In gevallen In eevallen. 1S80 7.1 1896 4.8 1881 10.2 1897 12.S 1S82 3.7 1S98 2.G 1883 13.— 1899 5.1 1884 10.7 1900 4.3 1885 7.4 1001 0.1 J88G 6. 1902 9.2 1887 12.6 1903 7.7 1888 8.— 1904 3.7 1889 15.3 1905 0.7 1890 5.1 1906 4.8 1891 8.6 1907 9.1 1892 13 1908 9.9 1S93 7.9 1009 8.6 189-1 0.2 1910 G.l 1S95 4.0 STADSNIEUWS. SOKlEIDAiMSC: HE i 3URAH1 Deze courant verschijnt dagelijks, met uitzondering van Zou- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen 11,1.25 franco per post 11.1.65. Prijs per week: Voor. Schiedam en Vlaardingen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). Ergs der A'd ver ten tiCn: Van 1—6 regel 3 11,0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote leltei'3 naai. de plaats die zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te hekomen. In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen lol deu prij- van 40 cents per advertentie, hij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. Nnar aanleiding van onze artikelen over de beteckenis van de jongste ltdiaanscho gebeurtenissen hebben wij eenigc brieven ontvangen, die ons als beu ijzen van belang stelling zeer welkom waren. Vooral een daai van, welke door een man van gezag in deze zaken was geschreven, heeft ons bizon der aangenaam getroffen. Doch een paar op merkingen in dien brief geven ons aanlei ding nog eens op de zaak terug te komen. In do eerste plaats om een zeer belmrtigens- \v aardige waarschuwing, welke do geachte schrijver ten beste geeft. Het heeft namelijk zijn aandacht getrokken, dat men (o veel uit het oog verheet, dat de huidige oorlog er een te van kolonteoeremle mogendheden. Turkije vomit niet als staat doch als kolo- nisecroude mogendheid aangevallen. Do oor log zelf wordt geheel overeenkomstig die waarheid gevoerd. Italië richt zich uitslui tend tot Tripolis, terwijl het veel afdoender overwinningen zou kunnen behalen door van da ovennacht van zijn vloot gebruik to ma ken om Europccach Turkije aan te lasten. Doch hei laat dit na, zeker niet uit recht vaardigheidsgevoel, doch uit vrees voor twee hoogere machtende groolo mogendheden en de eigen economische relaties in Turkije, welke Italië niet voor goed onmogelijk mag maken. Onze briefschrijver meent, dat men juist in dezen oorlog dc macht van de bo ven de slaton staande hoogere eenheid, die in wording is, ecu eenheid zoowel van politieke nis van economische beteckenis, kan obser- veeren, meer dan ooit tc voren. Is het geen wonder, dal die onder elkniu zoo verdeelde mogendheden in dit economrichc moment Italic een matiging opleggen, gelijk wij die vóór dezen nog nooit hebben zien toepassen? Doch dit in hot voorbijgaan. De schrijver hei haalt: het i.s een oorlog van kolonteeeren- de mogendheden. Turkije kan niet koloni- seereti. Daarover is men hel algemeen eens. Het nieuwe bestuur moot nog bewiizen, dat het dit heterogene volken-complex, dut liet cigenlijkh Turkije is, kan besturen. Doch dat hel in lange, lange jaren niet zal kun nen koloniseeren, ligt voor de hand. Italië heeft ook op koloniaal gebied noj groii wouderen verricht. Doch het is tc ver wachten, dat Italië in elk geval beter za! kunnen kokmteceicn dun Turkije. En dus veulrijft hier de krachtigere kolonist de min der krachtige. Dat is een waarschuwend voorbeeld voor allo koloniale mogendheden en speciaal voor een ons van nabij bekende kleine mogend heid. Niemand hix-ft natuurlijk het recht om ecu staat die koloniseert op zij tc schuiven om zelf aan den gang te gaan. Doch men ral z.ich dat recht gemakkelijker toeeigenen naarmate slechter gekoloniseerd wordt. Stelt Nederland dus prijs op handhaving vult zijn zelfstandigheid en de integriteit van zijn ge bied, dan behoort ons land dat in de eerste plaats to toonon door zoo goed mogelijk zijn 1S1X 22 October 1911. Do honderdjarige gedenkdag van do ge hoorte van Liszt, zal in do grooto plaatsen van Duifcschland, niet onopgemerkt voorbij gaan. In Berlijn, Leipzig, Frankfort, Drcs den en Weimar zullen twee- on driedaag scho muziekfeesten plaats hebben; dan zul len velen van zijn koor- en symphonische werken worden uitgevoerd, en zeker zullen zijn klavierwerken een groot deel van do programma's uitmaken, waarvoor klavier- vïrtuosen van corsto rang, als Eugene d'Al- bert, Sophie Mentor, Godovvsky en I faro Is Bauer hun medewerking zullen verlccncn Ook in ons land zullen, in dit seizoen de groote orkesten en pianosolisten niet achterblijven, de nagedachtenis van den grooton kunstenaar te eeren. Franz Liszt word 22* October 1811 to - Raidij in Hongarije, geboren, als zoon van den rentmeester van prins Esterhazy. Adam Liszt, die zeil een groot liefhebber en gelukkig beoefenaar der toonkunst was, Zeer vroegtijdig openbaarde zich bijzon dere muzikale aanleg hij Franz, en reeds op negenjarigen leeftijd trad hij in het open baar als pianist op, en wel met zooveel succes, dat Ilongaarsche edellieden boslo plichten in Indië te ven uilen. Gelukkig kunnen wij er wel op rekenen, dut wij als koloniseerden! cn niet alleen in chrislen- oogen verre staan boven de Turken. De tweede opmerking van onzen schrijver, meer aan ons adres, kunnen wij het best met deze woorden weergeven „Gij zegt, dat de kleine staten do ware yVrcdcv rienden zijn en dat dus van hen voor- Uit moet komen de propaganda voor de v rede-door-reelit-boweg!ng. Want zij alleen hebben bij die beweging onmiddellijk be lang. Vergeet gij daarbij niet, dat Neder land koloniseeiende mogendheid is en dat ,wij heel vreemd zouden kijken als onze vrienden dc Atjehem zich ook eens tegen- tover ons op die beginselen zouden lance ren en als andere Indische potentaten, die degen ons zijn, zich eens op de rechtvaar digheidsgevoel gingen beroepen om een kwestie tus.-,chen hen en ons voor het Ilaag- •H'hfi Kof te brengen?" Wij zouden dus „vrede door recht" wen- schen als het in onzen knumi te pas kwam, doch precies even willekeurig handelen als de zoogenaamde groote mogendheden, zoodra wij tegenover Indische vrede-door-rechters stonden. En als wij verklaren, dat in Enge land do verontwaardiging tegenover Italië schijnheilig is, zouden wij vergeten, dat wij schijnheilig zijn. In deze bezwaren is, dunkt ons, weer de oude genorftliseeringsfout, die wij op zooveel volksvergaderingen vinden. Men verliest uit het oog, dat de staten-gemeensehap ook in haar siunonstelling niet even eenvoudig is ate do menschengemcensehnp. Hier is een mcnsch een monsch. Twijfel is uitgesloten. I Lot is wel niet mogelijk alle menschcn op ptecies dezelfde wijzo te behandelen, den fijnbeschuafden Europeaan gelijk to stellen met den Papoea. Doch hot uiterlijke crite rium van mcnsch, d. i. lid der gemeenschap, is gemakkelijk to vinden. Anders staat liet met de statengemeen schap. In Europa weet men wat een staat is. hi niemand zal, als hij de Europcescho sta ten moet opnoemen, zich vet gissen of terecht gewezen worden als hij Monaco of Andorra vergeet, llier kan men dus gemakkelijk den oteeh stellen dat dc staten hun onderlinge verhoudingen door rechtsbeginselen in plaats van door niuchlskwesties laten bchecr&chen. Doch wat i.s in Indië een. staat? Moeten daar do Andorra's en Monaco's wel meetel len? Is daar f-tnat alles wat zoo ongeveer soeverein is? Kan men zich f-ón gemeen schap denken van de wonderlijke organis men. die men aldus krijgt, met de hoog ont wikkelde ch rist rasta ton en daarmee gelijk tc .-tellen staten ate Japan, in hooge mate, maar ook als Turkije, Pci-zië, de vroegere Zuid- Alrikaansche Republieken, China en Siam. Neen immers. Er zijn ongetwijfeld grens gevallen. En het is hiel moeilijk uit to ma lum wat een slaat is en vit niet. Marokko i.- ongetwijfeld honderd maal zooveel staat al- het landje van het oen of andere Indische polenlaatje. Doch men kan niet in vollen eiiist vonsehen, dat de hoogere gemeenschap van staten, die bezig is zich te vormen, het criterium van wat een staat is to huig stelt Moeten wij dus onzen vvensch, dat de staten zich in hun gemeenschap in tiun verhou dingen tot elkaar door rechtsoverwegingen aten leiden, nader formuleeren zoo, dat er eenigc kans op verwezenlijking bestaat, dan belmoren wij ons in de opvatting van wat een staat is te beperken. En dan belmoren in elk geval „Staten", als waarmee Nederland in Indië te doen heeft, buiten dit .staatsbe grip te blijven. Waarmee niet gezegd zij, dat Nederland z.ich nu maar alle willekeurige handelingen tegenover die staatjes mag permitteeron. Al- leiminst. Juist omdat wij klein zijn belmo ren wij de veel kleineren ook zoo billijk mogelijk te behandelen. Doch de bewering wel eens uit Duitschlancl gehoord dat een grooto mogendheid die Nederland en Zwitserland als staat erkent, ook zulke vage Indische staatjes als staat zou moeten erkennen, lijkt ons volstrekt onjuist. Neder land staat èn quulitalief fcn quantitatief on- indig veel dichter bij Duittchland dan bij dergelijke „staten". En een eifcch, dat alles wat zich op aarde maar slaat noemt tot de statengemeenschap zou moeten worden toe gelaten, is absurd en zou de gchecle mooie beweging op niets doen uitloopen. Zelfbeperking is ook bij deze beweging dringend noodïsv En neemt men dit eenmaal aan, dan blijft waar onze stelling, dat Neder land alle belang heeft bij de vrede-door- reeht beweging cn dat zijn taak als kolonisec- rende mogen dhc d, zeer zeker in ons speciaal go val het in geen enkel opzicht behoeft te weerhouden aan die beweging van ganscher harte, ook voor het igen belang, mede te werken. ten hem oen toelage te verloenen, om zijn studiën to gaan voortzetten. Lie jonge Liszt kwam toen onder leiding van Carl Czcrny in Woencn, die ook Döhler, Drey schok, Thalberg, Jaöl on andoren vormde. Do uilstokende paedagoog, was niet weinig verbaasd, toen hij hot kind do grooto so naten van dementi hoortlo spelen. Men moest hem terstond dc muziek van Boot hoven en Hummel voorzetten, welke hem evenmin zwarigheden boden; zelfs het con cert in h-mol van Hummel speelde hij op het eerste gezicht.-Korten tijd na zijn verblijf in Wecncn gaf hij aldaar zijn eer ste concert en elk bevoegd beoordeelaar voorspeldo hem een schitterende toekomst Inmiddels nam hij compositielessen lnj Sa- licri. Zijn vador zag hem gaarne voor ver- doro leiding geplaatst op het conservatoire to Parijs, dat onder directie van Choru bini stond, doch hij kon daar niet toege laten wordoon: do jonge Liszt was geen Franschman. Dientengevolge was L's. vader genood zaakt naar andere leermeesters te Parijs voor zijn zoon om te zien, en zoo kwam hij bij Roicha en Paër. Iu do salons der hooge kringen, wordt do „petit Liszt" al gemeen bewonderd cn geliefkoosd. In hot openbaar trad hij daar te stede het eerst in 1824 op. Zijn. spel maakte grooton in druk, cn liet wonderkind werd overal met groote toejuiching begroot Te midden van den bekeken, dat er het nieuwtje afging en men zicii mokkend in het onvermijdelijke chiktein dc ij=olijkc toeneming der kinder- zclfmoorden. Een droevige waarheid dus, waarvan de gioote suggestieve krocht natuurlijk niet icon worden geloochend. Men moc«t aanne men, dat dit veie geschrijf over toenemen- den zelfmoord de toeneming in de hmal zou werken. Totdat dezer dagen een verslaggever win de Berlijnsche „Lokal-Anzcigor" een bezoek ging brengen aan de stattetische at'deeling van het minister van onderwijs om daar eens te hooren boe erg de toeneming dier zelf moorden wel was. En wat krijgt de man ten antwoord? Van de toeneming van zelfmoorden bij leerlingen aan middelbare en hoogeie ecliool- nrichtingen daarover liep de kweolio was geen woord waar. Op de 100.000 school gaande kinderen van deze categorie kwamen Al sedert jaren maakt men zich in Duitsch- land ongerust over de zelfmoorden van do schooljeugd. Het heeft haast een vnsle plaats gekregen, het gemengde berichtje dat het een of andere jongetje of meisje de hand aan zichzelf heeft geslagen. Nooit ontbreekt daaraan de verzuchting, dut die ziekelijke neiging hoe langer hoe erger wordt. En als het geval con beetje sensatie wekkend was, kon men er zeker van zijn, dat verschei dene hoofdiu-tikelsclirijvoi-s zich met het ge val bemoeiden en daarover met Duitsehc grondigheid aan het botoogen gingen. Voor op stond natuurlijk, dut het aantal zelfmoor den onrustbarend toenam. De vraag was maar, wat daarvan de reden was. En aller lei deskundigen kwamen met allerlei ver klaringen. De school was de voornaamste schuldige klaagden zij, die op school meer opvoeding on minder geleerdheid-uitdoeling wemsehten. Schoolmannen kwamen hiertegen op en stelden het gezin verantwoordelijk. Dc ouders waren te ha en te genotzuchtig om op te voeden; voorstanders van Sport kwamen betoogen, dat de jongens meer aan sport moesten doen cn tegenstanders van spoi t betoogden precies het tegenovergestel de. De kinematografen en (le voel verspreide rooveiTomuns kregen hun aandeel in de schuld. Kortom de kwestie werd zoo van alle zij- dien bijval bleeef L. niet werkeloos; boven dien hield zijn vader hem altijd bezig, cn dwong hem dagelijks twaalf fugas vim Bach l.c spelen en die onverwachts van den oenen toon in don anderen over te zetten, een moeilijke, doch nuttige oefe ning, waaraan de jonge pianist dc gemak kelijkheid om op hot „a vuo" spelen le danken had. Doch ook de kunstreizen wei den niet vergeten, want papa Liszt was tevens een praelisch man, en do concer ten, welke hij gaf in Engeland (1825) en in 'de steden: Bordeaux, Toulouse, Marseille on Lyon brachten enorme sommen op. De oude heer had inmiddels zijn betrekking als rentmeester opgezegd cn do familie woondo voorloopig te Parijs. Lang mocht dc vader dezen roem niet overleven, want in 1827 overleed hij; Franz was dientengevolgo verplicht voor ziehzclven en zijn moeder te zorgen. Ilij bleef met haar in Parijs wonen cn bepaalde zich voorloo pig uitsluitend tot het geven van onder richt Hot is een van de eigenaardige trek ken van dat zonderlinge kunstenaarsleven geweest, dat hij altijd geslingerd bleef door verschillende en dikwijls tegenstrijdige in vlooden. Soms maakto zich oen soort van mysticisme van hem meester cn verdreef tijdelijk althans, zijn liefdo yoor do toon kunst; zijn omgang met do toenmalige lei ders der Fransche letterkunde, Victor llugo, Lamartine en Georges Sand, heeft groo ton invloed gehad op zijn vooruitstrevende zoo'n mededeeling liever een hoofdartikel oor een groote courant of voor een tijdschrift maken, waarvoor zij goed betaald worden, dan dat zij hun kennis gratis aan een ver slaggever ten algemcenen nutte inededeclen. J HtUNschw dit alles verontschuldigt de pi. m niet. De couranten de Duit-jehe in pfusii hebben schuld. Doch lieer schuld nog hebben o. i. de autoriteiten zelve, in dit getal de gi'ootmogendheden van liet ministe rie \an onderwijs, die zulke giftige fabeltjes mam* laten voortgaan, al weten zij den, dat zij volmaakt onwaar zijn. WaUr de autoritei ten de couranten wel weten te vinden, als hel et op aan komt dingen te publiceeien, du idt een politiek oogpunt gepubliceerd moet-u worden of die de handelingen der autoiin. ten moeten verdedigen, daar behoorden z:j ook in zoo'n geval onmiddellijk het publiek heter in te lichten. En de wetenschappe lijke hooien die in staatsdienst werken, bo booien te begrijpen, dat zij den elhi^'hen plicht hebben tegen zulke onware voorstel lingen onmiddellijk op te komen in het uliremtmi belang. Geen teriemo courant, dio niet gaarne haar medewerking zou verleeneu om dit mogelijk te maken. Doch de autoriteiten noch de wetenschap- pi lijke Sneren schijnen zich van deze ver plichting bewiu-t te zijn. Eu rhio laten zij de mnaarheden rustig doorgaan, ook in geval len, waarin die algemeen verspreid en ge loofd worden. Dat is zoo in Bruteon, En wij zouden er helaas niet aan durven toevoegen dat het in Ni (Ierland niet zoo is. Het re&altnnt van dozo mededeeling is: het aantal zelfmoorden van deze categorie jongelui neemt af in plants van toe cn bo- ,-ertdicn is het aantal zelfmoorden van deze jongelui zelfs geringer dan van alle mannen li.v. In 1905 bijvoorbeeld is de frequentie bij deze kinderen 6.7 op de hondeidduizend, hij mannen over het geheel 10.9 op dc hon derdduizend. Daar liggen alle rodencoiingen in dui gen. Al die betoogen en tegenbetoogen gin gen uil van vatechc praemis-en, al die jam merklachten waren eenvoudig onjuist. Dat is niet erg. Erger iutusschen i-, dat men zich aan het valschc feit gewend heeft, dat die zoo 1 oort- durend herhaalde klachten dc aandacht ee- vestigd hebben op zelfmoord en allicht sug- gereerend hebben gewerkt. Het is niet te ontkennen, dat dit voor een deel de schuld is van do pers. Zij had zich eerder tot dc autoriteiten moeien wen den, eerder om inlichtingen moeten vragen. Eu de pere kan daartegenover slechts als verontschuldigingen stellen, dat zij zoo druk en haastig moet werken, dat zij toch bij de autoriteiten in den regel meer vrees voor publiciteit en bange zucht om zich to cora- promitteeren vindt dan Imt om moe te wer kt n tot verspreiding der waarheid. En la.«t not least dat de door den stilt gewoon lijk goedlrctnakle deskundigen met zulke mededeelingcn extra-duur z.iju. Dat zij van beginselen op staatkundig en sociaal gebied. Ook werd hij voor korten tijd volgeling van de leer van Saint-Simon, doch hij keer de spoedig tot het roomsch-katholieke ge loof terug, waaraan hij sedert dien tijd getrouw bleef. Yöór alles zocht hij zijn virtuositeit als pianist verder Je ontwik kelen. De verbazende techniek van I'aga- uini op de viool, trachtte hij zich ook voor piano meester le maken en compo neerde hij daarvoor „21 Paganim Etunilen". Hij studeerde dagelijks 6 uur. Thalberg en Chopin hebben mede groeten invloed op hem uitgeoefend, terwijl innige vriend schap gesloten werd met Hector Berlioz, do grooto instrumentalist en hervormer van het orkest, wiens eigenaardige cn schitterende klankcombinatien Liszt in 'zijn latere symphonische werken van toepas sing wist to brengen. Van 1835'47 reisde Liszt geheel Euro pa door, ook ons land word bezocht, en hij word in do meeste grooto steden ord- vangon met een geestdrift, die aan waan zin grensde; room. cn goud oogstte hij in grooto mate. Zoo b.v. in Petersburg, waar een verblijf van 2 dagen hem 25.000 roe bels opbracht, doch do mildheid van den pianist ledigde meestal oven spoedig zijn beurs als die gevuld jverd. Ilij kon geen ongeluk en gebrek zien, jonder bijstand "tc vcrloencn en steeds was hij bereid voor goede doeleinden te heipon. In 1815 werd te Bonn op initiatief van Dit den Gemeenteraad. IV. Erfpacht. (Vervolg en slot,) De heer v. "Wje s ton d o rp kan niet begrijpen, hoe de heer Koopmans tot zijn uitleg van liet voorstel komt en hij hoopt met dat de lieer de Bruin'L daarin met den heer Koopmans eens is. Spr. heeft uit het voorstel iets anders begrepen dan enkel een sterker uitnoodiging aan B. en W. om op erfpacht aan te dringen. Maar het doel dat de heer de Bruin zich voorgesteld heeft, zal deze met «zijn voorstel niet bereiken. Spr. voelt veel voor erfpacht, maar ziel niets in het voorstel dat er heen leidt. Spr. gelooft, dat ,ais de heer de Bruin in zijn voorstel verder gaat en een bepaald gedeelte grond voor erfpacht aanwijst, hij dan werk zou doen, dat resultaat kan af werpen. De heer Koopmans merkt op, dat wat hij zooevcn zeido, geen uitleg was van he,., maar van den voorzitter en van cenige andere hoeren. De Voorzitter bevestigt, dat hij zijn mcening zoo heeft gezegd; hij meent, dat het voorstel slechts een invite aan B. cn IV. is. Do heer do Bruin zal zoo kort mo gelijk de verschillende sprekers beant woorden. Liszt een Beethoven-standbeeld geplaatst, waarvoor hij een groote som golds beschik baar stelde. Bij de onthulling, waartoe L. een cantate had gecomponeerd, werd een concert gegeven onder leiding yan Liszt en Spohr. Hoewel zonder Liszt's tusschen- komst, het beeld nooit geplaatst zou zijn schijnt juist deze tusschenkomst aan and" kunstenaars hoogst onsympathiek gewcv tc zijn, en van daar was de afwezigheid van zoo vele groote vereerders van den gr oo lm oester, zoo o. a. Mendelssohn, Schu mann, Hi Hor e. a., too te schrijven. Want, luid hij groote vereerders, er waren niet minder tegenstanders. Daar zal zeker wel een groot deel ijver zucht de oorzaak van geweest zijn, maar- het moet ook erkend worden, dat, vooral in de eerste jaren yan zijn kunstenaars loopbaan, de praesiaties van Jen grooton klavierspeler soms niet vreemd waren aan oppervlakkige bravour tentoonspreiding. En kelen van zijn klavicrcompositiën, welke hij voor het groote publiek ton gchoore. biacht, waren van een zuiver muzikaal standpunt beschouwd, van weinig be lang. on uitsluitend berekend om door ch- weergaloos technische vaardigheid, waarmede hij deze aaneenschakeling van moeilijkheden ten gohooro bracht, het pu bliek ©ogenblikkelijk tc overmeesteren. „Deze, lLongaarsche. „duivelskunstenaar" „op zijn instrument, hcerschte door dc on stuimigheid van zijn spm, m- macht zijner

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1911 | | pagina 9