84"'" jaargang. Zondag 22 October 1911 No. 13745 il y Tweede Blad. Uit de Tweede Kamer. B 1- i1 Kennisgeving. lp :f) i'L fis Ik SCHIEDJMMl COURAHT Dezo courant verschijnt d a g e 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Yoot Schiedam on Vlaardingen fl. 1.86 franco per post fl. 1.65. Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardjngen 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een &ur aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). Ergs det Advettentiën: Van 1 15 cents. Reclames 30 cent per regel, innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelige hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen. -6 regels fl.0.92; iedere fegel meer Groote letters naar de plaats die zij voorwaarden. Tarieven In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavohg verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. SJ5 H i ij f t- l l\ Sis De Burgemeester en Wethouders van Schiedam, doeu Ie welen, dal door den Raad dim gemeente in zijn vergadering van den lOtlen October 1911 is vastgesteld de vol gende verordening: VERORDENING tot wijziging der verorde ning op de, keuren van Vleesch te Schiedam (Gemeentebladen no. 10 van 1897 en no. 2 van 1S99). Artikel 1. De eeislo alinea van art. 8 der bovenge noemde verordening wordt gelezen als volgt: 1 „liet in de Gemeente aangevoerdo vleesch zal in liet keuringslokaal kosteloos worden gekeurd." I ArLikel 2. Deze verordening treedt in werking 1 Ja nuari 1912. Zijnde deze verordening aan de Gedepu- toerdo Stalen van Zuid-Holland volgens hun bericht van den 1719 Oclober j.l. 11 no. 1375 (2de ,atd.) G. S. no. '15 in afschrift medegedeeld. En is hiervan afkondiging geschied, waar liet behoort den 2lsten October 1911. Burgemeester en 1 Vcthouders voornoemd, M. L. HONNERLAGE GRETE. Be Secretaris, V. SICKENGA. Zoo is dan hel hoofdpunt van liet pro gram van deze Regeering eindelijk aan de orde gekomen. liet hoofd punt, zeggen wij, aangezien liet tegenwoordige kabinet uil* de oorlogskwestie is vooiIgekomen. .Men is toch niet vergeten, en ïtK heer Rood- Imy/eti hoeft het nog eens in herinnering gebracht, dal het tegenwoordige ministerie zijn oorsprong dankt aan do verwerping van de hegrooling van den heer Rappard minister van Oorlog iu het kabinet-De Mees ter. De Rechterzijde verklaarde, zij het dan ook noodo, dat zij aan die begroeting haar slem niet kon geven, omdat zij 's Lands defensie niet langer veilig achtte in dc handen tier liberalen. Daardoor nam deze Megeering hij haar optreden op zich, de verdediging van den lande, die door Staal eu Rappard ontredderd heette, in orde te brengen. We zouden de waarheid tekort doen, als we niet erkenden, dat deze taak allesbehalv, een gemakkelijke is. De Ncdorlamlsche natie is niet militair aangelegd. Fm dat zeggen wij nu niet in dien zin, dat per se uit gesloten is, dat dc fvederlandsc.be soldaat in oorlogstijd de hem opgedragen taak be hoorlijk zou kunnen vervullen; dat is zoo wol in do Napoleontische oorlogen als in den Tiendaagsclieu veldtocht wel anders gezien. Maar wij bedoelen daarmee, dat de Nederlander in doorsnee, liever van het krijgsgewoel verre blijft. De advertentie in de anti-revolutionaire „Vrije Fries", waar van de heer Thomscm gewaagde, en waarin een gelukkig vader den lieer dankt, omdat pok zijn jongste zoon en daardoor allo zijne vijf zoons, zijn vrijgeloot, is |iu- derdnad typisch iJolIandseh. De langdurige viede, dien wij gelukkig hebben, kan niet dienstig zijn om het denkbeeld levendig Ie houden, dat do zonen dos lands ieder oogenblik kunnen geroepen worden om hel hoogste, dat wij hebben, onze onafhankelijk hoid, Ie verdedigen. Eu daardoor is hij de groote meerderheid van ons volk, hoe verkeerd dat ook moge zijn, het denkbeeld gevestigd, dat ons leger zou zijn een zeer duur, tamelijk overbodig instrument, dal iioogslons slechts cenigo verdienste heeft uls wcrhverschafling. Dit alles is zeker zeer te betreuren, t'romwoll's bekende los: „Bidt, maar houdt je kruit droog", geldt zeker ook voor de kleine natiën. Wij moeten zorgen, dat wij hij een eventueel Europeesch conflict oiffje neutraliteit kunnen verdedigen; dat wij aan do billijke oischen, die daarbij zullen ge steld worden, kunnen voldoen; want het zal wel geen betoog behoeven, dat, zoodra wij daartoe niet meer in slaat zijn, een van de naburige mogendheden deze taak van ons zou overnemen, wat gelijk zou staan mei het verlies van onze onafhankelijkheid. En dan zou berouw te laat zijn. Terwijl het toch voor ons vaststaat, dat zelfs do lieftigsto anti-militarist, als het er op aan komt, onze grenzen toch liever ziel bewaakt door onze eigen Ilollandscho jongens, dan dat hij daar de Franschc képi of de Buil scho Pickclhaube zou zien rondloopen. Maar... die weinige zin voor het mili taire spiegelt zich ook af in de Neder land scho Volksvertegenwoordiging, en in verzwaring van militaire uitgaven heeft de meerderheid van de Kamer geen zin, waar van het gevolg is, dat militaiie wellen nu juist niet op dat terrein liggen, waar op voor een Regeering veel lauweren te plukken zijn of veel sympathie te verwer ven is. Deze nieuwe Militiewcl zal weer 13 ton toevoegen aan de Oorlogsbegrooting, die reeds meer dan dertig milüoen be draagt, en die som is nog maar een raming, en do Kamer herinnert zich met zorg, dat de uitvoering van de Mimililiewet van 1901 ook ruim een millioen meer heeft ge kost dan oorspronkelijk daarvoor was be stemd. 1 Do Regeering, dat alles overwegende, en niet onbekend met het feit, dat ook in eigen coalitieboezem heel wat anti-milita- li-dische elementen huizen, heeft alle mid delen in het werk gesteld, om do Kamer, natuurlijk te beginnen met de Rechterzijde, er wel van to overtuigen, dat het van de u-dringendste noodzakelijkheid is, deze .wrel_aan. te..nemen. Daarvoor heeft zij het Rapport van de Commissie van Defensie over ons leger gepubliceerd, in welk Ilap poit op heel ongunstige wijze over onze legertoestanden wordt gesproken. Wat bijv. te zeggen van de volgende passage? „De Raad meent dan ook, op grond van deze aldus Ic zijner kennis gekomen feiten en inlichtingen, verplicht lo zijn om als zijn ivertuiging uit te spreken, dat na al tlf proefnemingen en herhaalde wijzigingen, welke nu sedert een tiental jaren in ons weerslelscl zijn gehouden eu aangebracht, ons leger,! niet wat aantal, doch vooral waj. geoefendheid en encadreering betreft, in een staat va n ve r w o r d i ng g c- komen is, die hel op dit oogen blik volkomen ongeschikt doel z ij n voor de uitvoering v a n we 1- e ernstige taak ook, die li e t zou worden opgelegd, en d a t m en voor zoover bezield mei den e i' n s t i g e n w ens c h, dal ons land z ij n plaats b 1 ij ve i n n emen in de r ij der o n a h a n k c 1 ij k e State n en zijn politieke zelfstandigheid b e li o u d e, weerloos als w ij thans z .ij n, s 1 e c li t s in et huivering kan denken a au d e m o g e l ij k li o i d, dat w ij in li u i t e n 1 a n d s c h e ,v e r w i k- k e 1 i n g e n zo u cl c n rake n." Hm, hm 1 Links als Rechts buitengemeen vermaakte met de geestige wijze, waarop dat ge schiedde, en waarbij de afgevaardigde voor Brielle in de gunstige conditie stond, 'dat hij voor een Kamer sprak, die wel eens wat andere wilde hooron dan technische be schouwingen over de inrichting van ons weeretelse), hoe geleerd dio ook mogen zijn. Het geldt van dezo uiting, dat wio tc veel bewijzen wil, niets bewijst. En voore bands heeft de Itegeering van deze haar publicatie al bijzonder weinig pleizier be leefd. De coalitiegenooten, dio door dezen dooddoener moesten worden getemd, zijn weerbarstig gebleven, en hebben bij monde van den hoer Artz verklaard, dat zij zich niet met een ontworp konden vereenigen, waarin verhooging van het contingent wordt voorgesteld; en het ecnige, dat tot nog toe bereikt is met deze nola, is, dat ze een geducht wapen is geworden in de handen der sociaal-democraten, die nu met zeker recht aan de opvolgende burgerlijke regce- ringen verwijten, dat ze het Nederlandsche volk tien jaar lang inillioencn en milliocncn hebben laien betalen voor een „rommel", die volkomen ongeschikt is voor de uitvoe ring van welke ernstige taak ook. Daar komt hij, dat dezo itegeering, die, zooals onze lezers zich zullen herinneren, hoewel zo gaarne gezien had, dat dit ont werp nog vóór hol zomerreces ware behan deld, om do wel op 1 Januari 1912 in wer king te doen treden, heeft moeten berusten in een jaar uitstel, omdat de katholieke fractie niet bereid was om mee ie gaan Dat het Ministerie het toen niet hoeft aan gedurfd de katholieken voor de kans Ie zet ten tusschen onderwerping of verbreking der coalitie, was natuurlijk een liij uitstek zwak punt, en het was op deze politieke zwakke stee, dat. de heer Roodhuijzen eert gedachten aanval deed, waarbij hij geheel het oor der Kamer had die zich zoowel Waar was het Ministerie op 8 Juni," vroeg de afgevaardigde voor Brielle, „toen de heer Nolens zich verzette tegen een voorstel om ons leger, dat in staat van verwording is, zoo spoedig mogelijk daaruit te redden? Waarom stelde de Re geering, indien ze inderdaad aecoord ging met het vernietigend oordeel, dat de Com missie van Defensie over ons leger hoeft geveld, niet de Kabinetskwestie? Waarom geschiedde dat eerst 13 dagen later op zeer ongewone schriftelijke wijze, toen. dat geen zin meer had, daar de katho lieke Staatspartij zich bereid verklaaid had, er toe mede te werken, dat de wet direct na het rccès zou worden behandeld?" In derdaad, 7.00 zei de heer Roodhuijzen, on der groote hilariteit, de Regeering deed als de jood, die met zijn doodsvijand geloot had, wie zicli voor den kop zou schieten, en die, toen hem het lot trof, en hij maar steeds in goeden welstand op de straat werd aangetroffen, aan den vrager, die hem vroeg, waaiom hij zijn belofte niet was na gekomen, antwoordde „dat hef hem door liet hoofd gegaan was". Wij kunnen niet zeggen, dal de heer Heemskerk bijzonder gelukkig was in het pareeren van den aanval, maar wij zullen hem daarover niet hard vallen; zelfs de knapste schaakspeler kan geen partij win nen, als hij de koningin en twee kastcelen vóór moet geven. En de heer Roodhuijzen had dezen koer goed vast en hield vast als beweerd werd, dat hol ministerie niet liet recht had zich te mengen in do regeling van werkzaamheden dei Kamer, toonde hij overtuigend aan, dal dit argument was pour le besoin dc la cause; dat wel verre van zich daar niet iu le mengen, het de eonsti- tutioncelc plicht was van een Redering om de Kamer te waaiscliuwen als zij door de inrichting van haar weikprogram dc Regeering liet regeoien onmogelijk maakte en dat opeenvolgende ministers van alle richtingen zulks hadden gedaan; maar dal hij wel wist waar hem de schoen wrong. Dat dit .Ministerie toch daartegen opzag, omdat haar beide leden oud-parleiuenlaiiore. de hoeren Heemskerk en Kolkman een kabaal ïadden gemaakt van nog eens zoo, toen de lieer De Meesier als Minister aan de Kame'r had kenbaar gemaakt, dat hij er grooten prijs op zou stellen, als de Kamer zijn financieele plannen zoo spoedig mogelijk in behandeling zou willen nomen. Nu komt boontje om zijn loontje, zoo zei spreker, en oogsten de hoeren hel billijke loon voor hun gejaag do volksmond, aldus de heer Roodhuijzen, zou tusschen ge en j aag een zeer lawaaimakend natumverschijnsel noe men op het ministerie, waaraan men maar niet kon vergeven, dat het op de plaats was gaan zitten van den van God gegeven leider. En als de heer Heemskerk als uitvlucht voor hel niet-slellen der Kabinetkwestie op 8 Juni, betuigde dat de zaak hem zoo plot seling overvallen was, dat hg geen tijd meer had gevonden om den ministerraad hijeen le roepen, kwam de hec-r Roodhuijzen onder daverend gelach verklaren, dat hel al een heel pover veldheer was, die niet eens kans z,ag op tijd 9 man to mobilLoeren. d'dijk aan liet woord kwam. bijna io-deicn zin van den heer Colijn met cell goedkeu rend hoofdknikken onderstreeptewat zou liet heerlijk zijn als voor den afgevaardigde voor Goes een parlement kon worden uitge vonden, waarin niet andere dan ooilogsbe- giootingen en jnilituire ontwerpen weiden behandeld. Maar do oude heer De Savornin Lobman is een unicum; ook tegenover deze wet, die zelfs door velen van hen, van wier stem vóél de Regce ring verzekerd kan zijn, tamelijk koeltjes werd Daar was van Links stelling werp begroet, de luitenant-generaal Eland, de vader van do Militiewet van 1901, die het vóór en tegen liet wegen, en die zijne stom per slot van rekening zou be palen, al naar gelang, ook door het lot van de ingediende amendementen, het credit giootor z.ou Ziijii dan liet debet. Op het credit stelde hij de afschaffing van de schadeloos .g der kostwinners/die volgens dit ont- van den dienst zullen woden vrijge steld, de afschaffing van de viemianndere en do kadorplicht. Op de debet-zijde zette hij, d.it niet geheel met het tweeploegenstelsel van Minister Rabron, dat zoo jammerlijk fiasco heeft geleden, wordt gebroken, en dat de zomerploeg nog altijd greoter is dan de wintorploeg. Mede werd daarop gezet, dat de vei meerdering van het contingent gepaard gaat niet verkorting van den oefeningstljd, wat hem zeer oneconomisch voorkwam. Maar onze indruk was, dot de lieer Eland ten slotte wel zal voorstemmen, misschien nc-i anders om dan de heer Verhey, die ook debet en cre dit legen elkaar zou opwegen, maar die al len indruk gaf, dat hij tegen zou stemmen. Een krachtig e-n verontwaardigd protest werd aan dezen altijd zoo hoffelijke» kolonel ont lokt. doordat Minister Colijn in zijne rede alk* critïek op de bestaande legertoestanden een ongewenfelit afbreken vail ons leger noemde. Voorwaar dan ook een zeer vreemd verwijt, in den mond van den bewindsman, die bet rapport van de Commissie van De fensie, waarin dal ganse he leger door liet dijk word gesleurd, voor zijn rekening nam! Hol politieke steek,-pel, dat tusschen den premier en den - afgevaardigde voor Brielle werd gevoerd, was zeker eene ooto in een andere uit den aard der zaak nog al dioog debat, waarbij, zooals liet altijd gaat, als er in de Kamer militaire wetsontwerpen in be handeling zijn, alle militaire .specialiteiten aan hot woord kwamen, en waarbij feitelijk door niemand eene lofrede gezongen werd dan door den hoer De Savornin Lobman die geheel bekoeld uit llehetia's landouwen is teruggekeerd. Moge ons vaderland vele zoogenaamde anti-militaristen tellen, in den heer Lobman is liet een volbloed militarist rijk als weinigen. Het lijkt wel, of de afge vaardigde voor Gies niet eens meer vraagt li o e de gelden voor de defensie weiden he- Mecddat liet hem reed» genoeg is als er maar veel wordt uitgegeven, hoe meer hoe liever. Het was een nooit te, vergoten schouw spel hoe de lieer Imlumm achter .den Minis ter staand?, toen deze Donderdagmiddag cui- De heer Ter Laan, wien niemand den lof kan onthouden, dat hij zich in het tech nische gedeelte der zaak goed bad ingewerkt - bij is zelf oud-korporaal, als wij ons niet \eigisson en die daarom - niet om liet korpoiaal-clmp maar om het zich inwer ken den naam van militaiie Specialiteit verdient, begon met te verklaren, dat hij met afkoer, ja, met walging aan de debatten doel nam, nu er weer geld werd gevraagd voor militaire uitgaven, waar Ia! van tinoden onvervuld blijven, en dit ministerie, geene mkele sociale wet in het Staatsblad bracht, hield eene vicr-urige rede, waarvan de gecon denseerde inhoud deze was, dut liberalen en kerkdijken hemen steeds geld hadden weg gesmeten voor het leger en zouden vvegsmij ten, daar zij dit klasse-instituut noodig hadden tot instandhouding vmt de kapituli tisclic maatschappij. En uit zijne tent gelokt, door minister Heemskerk, met de uitspraak dal de sociaal-democraten geene vaderlands liefde hadden en niets voelden voor de natio nale oer, hield de lieer Troelstra eene schitte rende zij liet dan ook ietwat g-oedkoope toast op den wereldvrede, die het ideaal xs der sociaal-democratie en zeker van haar niet alleen. Maar de heer Troelstra, die geen minister wil worden, heeft makkelijk praten als hij daar zelf zat zou hij als ieder burger lijk minister moeten zorgen, dat wij onze neutraliteit kunnen handhaven. En dal kost geld, tenzij het in het voornemen van do sociaal-democraten mocht liggen in de ure des gevaars in plaats van mot kogels met spek te schieten. De sociaal-democraten zijn eindelijk met eene motie gekomen, om de Kamer te laten uitspreken, dat de geldelijke lusten, uit deze Militiewet vooxlvloeiende, zullen gewenteld worden op hen, die meer dan 3000 inkomen hebben. Deze motie, door den lieer De Savornin Lobman zeer te recht „humoristisch" genoemd, zou bij uait neming dus het gevolg hebben, dat een jong gezel met 2999 inkomen niets bijdroeg- in do kosten van dezo wet!... Vimmentant overbodig. leger, dat werkelijk onze weerbaarheid hm goede komt, gepaard met oen behandeling, die niet afschrikt. Werd ons niet nog dezer dagen verteld, dat een sergeant een recruut, die hij het commando plaats nUst den voet wat te zacht neerzette, toevoeg de: Je kent gerust je voet daar flink neer zetten; je moer ligt daar niet begraven. Wij beweren niet, dat zulke uitingen regel zijn, maar dat de behandeling dikwijls nog veel te wenschen overlaat, werd ons meer dan eens van bevoegde zijde verzekerd. Maar het spreken van Thomson en Marchant is er een vopr dooveman's deur Deze Itegeering is juist aan liet be wind gekomen om die noodlottige stap pen in de richting van een volksleger ongedaan t,e maken, van Staal en van Rappard, die onnoodig diensten afschaften en die het tweede meisje, alias den oppasser aan de officierevrouwen ontnam en dau-door haar bitteren haat opwekten. De Minister maakte zich dan ook van de herren ai, door te verklaren, dat het thans enkel ging om voort te bouwen op de .Militiewet van 1901, maar dat het geen tipt was, om stelsel tegenover stel sel te plaatsen. De anti-revolutionaire hoer Middelburg wil een weel-belasting; d. i. een heffing in geld van hen, die niet dienen, welke voor de legeruitgaven zal worden gebe zigd; aan zijn verlangen werd door de Rrgeoring voldaan door de toezegging van een wetsontwerp. De lieer Tydeman, steeds le goede engel van alle opvolgende Minis ters van Oorlog, die buiten alle partijovcr- wegingen om, even hard Staal als nader hand Sabron steunde, betoogde natuurlijk, laf men met Minister Colijn mee moest" gaan, en hetzelfde kregen wij van den lieer Duymaor van Twist tc hooron. die de Commissie van Defensie er duchtig van langs gaf over dc uitingen, die zij zich over het leger had veroorloofd, en die z. i. absoluut onverdiend waren. Nu, de afge vaardigde voor Steenwyk kan het weten, hij is als soldaat in dienst getreden, en heelt tot kapitein alle rangen doorkropen. En Dr. Kuyper hield een redevoering om len minLtei to steunen, en ecu verkla ring te geven, waarom bij. die vroeger vóór een volksleger was, daarvan was teruggekomen. Deze letle, die hel bewijs af, dat deze 71-jarige nog over een ora torisch talent beschikt, dat menig jongere hem zou benijden, viel niet mee van in houd, daar ze een aaneenrijging was van bekende gemeenplaatsen. Maai wis: niet tevreden was, dat was de heer DeSluers; die vind! dit beele ontwerp I a p weik. Hoe kan men, zegt hij, in Nederland soldaten kiijgen, die- opgewassen zijn tégen de Dmt- sdie, waar de eerste een oefeningstijd van 8'/a maand, de laatste een van 2 jaar zul len hebben? llij vindt het ge ld vermorsen, als men voor ons leger niet den tweejari gen oefeningstijd invoert, en wordt dus van nu af in onze Tweede Kamer de maxi van iiet „Geen man cn geen cenL". Do plaats van den heer van der Zwang is dua weer aangevuld. De hoeren Thomson van vooral de eerste hielden hun pleidooi leger, en hewezn nog gedaan. is, als mem niet alies den Nederlander van jongs af en Maiclmnt,waal zeer gelukkig was, voor het volks- eens, dal er nie doet om mei liet denkbeeld vertrouwd te maken, dat hij ge roepen is en geroepen zal worden om te dienen. Dus: algomeono dienstplicht, gepaard met dat so oil oefeningen, in het En de Minister? Wij zouden Zijne Ex cellentie onrecht doen. als wij hem geen hulde brachten voor zijn welgeslaagde rede. Dit is, zooals men het gaarne van een Minister van Oorlog hoort, geen gemur mel a la Sabron, geen gehakkel i la Cool, geen onbeschaafd Inwaai ii la Wentholt, (lit is mannentaal, in goeden stijl voorge bracht. Wat echter niet verborgen kan blij ven, en dat is do zwakheid van den mi nister, is, dat de regeling, die hij biedt, hem zeiven niet in alle opzichten vol doet; dat hij deze zaak gaarne eens on voor voor goed a fonds zou hebben willen regelen. Maa,r daarbij zitten hem zijn katholieke bondgenooteu in don weg; dc lede van Dr, Nolens, die boe langs zoo meer invloed krijgt aan de Rechterzijde, toonde wel een berustend meegaan, maar b!e<\E vrjj van iedere betuiging van inge nomenheid. Geen wonder, waar de katho lieken no" zoo kort geleden in hun pro- giant --li staan, dat do Oorlogsbegroo ting ch tnillioen niet zou mogen over schrijden. Dat is terwille van de coalitie wel uit het program geschrapt, maar niet uit de harten. liet lijdt, dunkt ons, goen twijfel, of de Minister lmalt dc wet binnen. Maar wanneer? De algomeono. beschouwingen hebben nu reeds een week in beslag ge nomen, en wij zijn pak aan de replieken, en voor hoo lang nog? i I! V i' j§ fë

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1911 | | pagina 5