Zaterdag 28 October 1911
DE OPRIJLAAN.
f
gte
Deze coüraat veïschfjat d a g e I p 6, met uitzondering Tan Zon- en FeeatdageiL
Prjjs per kwartaal: Yooe Schiedam en Ylaardingen 0,1.95 franco
per post fl. 1.65,
Prijs per week: Voor Schiedam en VJaardingeü 10 cent,
Afzonderlijke nummers 9 cent
Abonnementen worden dagelijks aangenomen, 1 j Tl'
Advertentiën roof het eerstvolgend nummer ffioateb das middag vóó£ e®a
gur aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lango Haven No. 141 (hoek Korte Haven}., I
grijB de£ Adveïtantiën: Van 1—6 regels fl.0.92; iedere ïegel meeE
16 cents, Reclames 30 cent per tegel Groote lettere naar de plaats die zjj
Innemen,
Advertentiën, hjj abonnement op voordeelige voorwaarden, Xarieveö
hiervan zjja gratis aan het Bureau te bekomen,
In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- eü Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prija
va» 40 cents fier advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No, 103.
BUITENLAND.
Schiedam, 27 Oct. 1911.
DB ITALIAANSCII-TURKSCHE
OORLOG.
N o g ill a u I s het gevecht va n
2 3 doze r.
Er komen thans onpartijdige!' mededee-
lingen van het gevecht, dat j.i. Maandag
tot bijna onder de muren van Tripolis heelt
plaats gehad en den Italianen zoo zware
ici liezen kostte, liet zijn telegiamnion,
meest door Berlijnsche bladen uit Tripolis
ontvangen. De aanval der Turken geschied-
do van face kanten met volkomen moderne
cavalerie en artillerie. Op het bloedig ge
vecht volgde tegen den middag een zeer
hevige aanval van de Arabische cavalerie,
die haar tactiek om den aanval op liet steile-
frte punt te ondernemen en dan snel zich
tegen liet zwakste punt van de vijandelijke
macht tc koeren, uitnemend te pos wist te
brengen. Van de Italiann werden vele officie
ren gedood, liet aantal gewonden moet aan
zienlijk zijn, vulo gewonden waren ver
schrikkelijk verminkt. Do Arabieren wisten
tot de stadsmuren van Tripolis door to
diingot, op hun weg steeds salvo's afvuren
de en onder de bevolking een ernstige pa
niek verspreidende. Ad les vluchtte in de
huizen 6n sloot de deuren dicht. Do paniek
word nog grooter, toen ook uit de vensters
en van de daken der huizen voortdurend
geschoten werd.
Het gevecht heeft aan beide zijdpn aan
merkelijke verliezen gekost. Het elfde regi-
ment berg&aglieri is zoo goed als in de pan
gehakt. De Italianen geven zeil' toe, dat zij
M'le dooden en gewonden hadden, maar zijn
nog huiverig om bepaalde verliescijfers op
te geven, blijkbaar uit bezorgdheid, dat de
voile waarheid een slechten indruk in Italië
zou maken.
De Italianen hebben, nadat eindelijk de
asmval der Turken en Arabieren afgeslagen
was, een groot aantal inwoners gevangen
genomen, van wie er reeds meer dan. twintig
zijn gefusileerd. Vier Italiaansche soldaten
werden in de gevangenis door de Turken
gedood. De strengheid, waarmee do Italia
nen den Turk-Ambkchen opstand ondor-
dnikken, is ongetwijfeld gemotiveerd, doch
het fanatisme van de Mohammedanen zul
hierdoor lot liet kookpunt stijgen. Alle Turk
sche k wat tieren, zelfs do moskeeën, worden
door de Italianen doorsnuffeld, want liet is
gebleken, dat behalve talrijke Bedoeinen ook
Arabieren, zoowel uit do oase als uit de
stnd zelf, aan het gevecht hebben deelge
nomen.
D e f o o t a nd te Tripolis.
Door bovengenoemde gebeurtenissen is do
toestand volkomen veranderd, de Europea
nen in de stad achten haar zelfs zeer kri
tiek. De oorlog begint nu ernst en het onmid
dellijk zenden vnn versterking schijnt onver
mijdelijk. Volgons het „Bei!." Togebl." vree
zet! alle Europeanen voor liet uitbreken
van een bewoging tegen de vreemdelingen
Roman naitr
GUSTAF af GEIJER8TAM.
48}
Dicht bij zag hij de rivier; en aan weers
zijden van de rivier lag, door akkers om-
ïiagd, omzoomd door liet grocti van zijn boo
nien, de pastorie.
Cinca Edvard reed langs het water on
tpooidc zijn paard weer aan. De rivier was
hier breed en de baron dachtAls hij mijn
woorden niet gelooft, ben ik van mijn be
laft e bevrijd. Maar het paard sprong on
kwam aan den anderen kant vau den oever
tciecht.
Claos Edvard's paard kwam goed en wel
aai; den andoren kant van do rivier terecht,
hovend, de hoeven diep in het zand en droeg
zijn ruiter naar do pastorie. Als eon misda-
ntgcr ging de baron binnen eu liet zijn paard
nan een knecht over.
Hij vond den geestelijke in do schuur waar
<o dorschvlegels bonsden, zoodat hot ver in
oniirpk hoorbaar was. De oude stond
jamden tussclien de arbeiders en werkte in
a't zweet zijns aanschijns. Zooals hij hier
zijn voornamen gast ontving, zag hij er
rijns nis oen boer uit. Ongeschoren, in hemds
mouwen- stond hii tusschen de menschen;
raten do bril, waarachter zijn verstandige
j®gen 'schitterden, verried den pastoor. Zijn
«nun on zijn haar'zate* vol doppen va*
en niet alleen logen de Italianen, die even
als de andere buitenlanders zich door de
schijnbare kalmte van de bevolking tot zor
geloosheid hebben laten verleiden.
In het binnenland schijnen alle stammen
met de Turken gemcene zaak te maken.
Vau Turksehfl zijdo verzekert men, dat
thans 30,000 inboorlingen aangekomen zijn;
geheelo stommen met talrijke kameclen en
giootc voorraden. Twee sjeiks van aanzien
worden nog verwacht. Officieren van den
Turkschen staf zijn naar de troepen vertrok
ken. Het opperbevel is thans in handen
vau Rigaat-pasja, een leerling van do Duit-
sche officieren uit Saloniki. Verder is liet
gelukt, groote geldsommen, aan de troepen
to zenden. Reeds eenge dagen geleden zou
den Arabische troepen een Italiaansch ca-
valerie-cskadron venast en afgemaakt heb
ben.
De oorlogtcorrespodnoni van den „Berl.
Lokal Anzciger" bevestigt, dat in het on
middellijk aangrenzende achterland vnn do
stnd Tripolis zich thans 30.000 Arabische
ruiters, onder Turksche officieren bevinden.
De Turksche voorposten zijn zoo meldt,
hij verder 12 K.M. zuidelijk van Tripo
lis bij Ain Sara; de hoofdmacht ligt daar
achter. De Arabieren brengen het bericht,
dat do bergketens aldaar zeer versterkt zijn.
De .Italiaansche voorposten in het westen
van- Tripolis vertoonen gapingen. Do troe
pen hebben zich bij Tripolis huiselijk inge
richt, stallen getimmerd, zelfs batterijen en
talrijke hospitalen gebouwd. De zware
paarden, muildieren en ezels, die in Tripo
lie geland zijn, zijn in het zand niet te ge
bruiken, daar zij niet getraind zijn cn zich
niet kunnen wennon nan liet weinig water,
dat hun gegeven moet worden. De tucht on
der de Italianen is voorbeeldig. Do levens-
niiddelenpiijzen stijgen en de cholera breidt
zich steeds meer uit.
Hassoen pasja} de door de Italianen be
vestigde burgemeester van Tripolis, heeft
zijn zoon, die als Tuxksch artillerie-officier
bij de troepen dient, gelost, om naar Tri
polis. terug te keeren. Deze antwoordde, dat
hij gaarne naar Tripolis zou komen, om er
aanstonds zijn vader het hoofd af te slaan.
Verdere krijgsbedrijven.
Volgens berichten, uit Rome hebben do
Italianen bij Boemel iano, Garcgaresk en
Sjiarocl Sjiat, allen nabij Tripolis gele
gen, meer kanonnen opgesteld en zijn er
met een bataljon bersaglicri versterkt
Deze zijn al mot den vijand in voeling
gekomen. Dag en nacht worden er geweer
schoten gewisseld met de Arabieren,, die
weer getracht hebben de Italianen in den
mg aan tc vallen. Men schat de Turksche
troepen tegenover Sjiaroel Sjiat op cmgo
veer 3000 man. De verkenningsdienst wordt
door carabinieri verricht.
Italiaansche ruiterij heeft Sensocr (vlak
ten Westen, van Tripoli aan do kust gele
gen) bezel
Uit Tripolis wordt maiding gemaakt van
een in het water gevallen groote verken-
hot graan, die bij het dorschcn waren opge-
logen.
De geestelijke vroeg onder vele buigingen
zijn gast, hem in huis te volgen. En dcf-
lig, verzorgd tot in de puntjes, volgde hem
do baron door den tuin, waar de kippen on-
dei de bemoste ooftboomen wormen pikten
De baron nam op de lage sofa plaats on
der den boekenhanger. Den hoed legde hij
rmast zich op den grond en op dien hoed
zijn handschoenen. Vastberaden, op zijn ge
zicht niets verradend van wat hem bezig
hield, keek hij langs den geestelijke het
venster uil en zei zonder lange inleiding:
,,Ik zou van mijn vrouw willen scheiden."
De pastoor verloor plotseling zijn ambts
gelaat.
Hij boog zich Vorselirikt voorover en stiet
snel do vraag uit:
„Hoor ik goed?"
„Ik denk, jawas het koude antwoord
van den baron.
De dienaar dor kerk bevond zich in een
moeilijke positie. Zoo oud als hij was hij
had nog nooit van een scheiding hooren
spreken in de kringen, waartoo zijn onver
wachte gast behoardo. Men hoorde van veel
ergo dingen: ontrouw, oneenigheid, twist,
haat en strijd, ongeluk en ellende. Maar tot
een openlijke schei ding voor God en de men
schen liet men het toch zeer zelden komen,
liet was ook niet zoo gemakkelijk voor een
kleinen, cenvoudigen geestelijke als hij, zich
tegen den eigenaar van Svana te verzetten.
En toch zijn ambtsplicht gebood het
hem. i
Met onzekere «tem begon hij
ning, door do Italianen, ondernomen naar
het zuiden en waaraan deelnamen twee re
gimenten infanterie, artillerie en cavale
rie. Do expeditie bleef na drie urea in
het zand steken en moest terugkeoren.
Volgens mededeeliugen, dio hij het Turk
sche ministerie van oorlog ontvangen zijn,
wordt bij Dertia,' sedert twee dagen gevoch
ten. De Italianen weiden driemaal terug
geslagen. Zoowel aan Arabisch-Turksclie
als aan Ita.liaan.SGho zijde zijn de verliezen
groot De Turken en Arabieren verloren
meer dan 100, do Itaiianon cenigc honder
don mannen. De Turken lierlialen voortdu
rend hun aanvallen om den' vermoeiden
Italianen, geen rust te gunnen.
Uit Bengasi is geen nieuws ontvangen
wegens do verdachte stilzwijgendheid, dio
van offiokolo zijde wordt betracht.
In Italië.
In Italië zelf ziet men in, dat de expedi
tie niet zoo gemakkelijk zal zijn. De bladen
onderdrukken hun teleurstelling daarover
niet. En zij dringen natuurlijk aan op de
krachtigste maatregelen tegen de „verrader
lijke" Arabieren.
Zoo schrijft de „Tribune"„Politieke ge
zwellen eischen het onmiddellijg gebruik
van het mes. De samenzweerders zijn in
on/,e handen. De verraders moeten met him
leven boeten. Deze harde lessen zijn nood
zakelijk. Zij zullen de gedachte aan op
stand uit vele hoofden verjagen."
I n T u r k ij c.
De Konstantinopelschc conespondent van
de „Neue Freio Presse" ziet in do jongste
politieke gebeurtenissen n de Turksche hoofd
stad veel bemoedigends. De laatste ontwikke
ling van do crisis, zegt hij o.a., beeft zonder
twijfel toch één ding \un waaide opgele-
vctd: liet bewijs dat Turkije deze laatste
en moeilijkste van alle bepioevingen goed
heeft doorstaan. Dat de Jong-Turksche
„Hebt u de volle beteekenis van dezen
stap overdacht, meneer dc baron? De gevol
gen van dien stap ziin zeer ingrijpend.
Lk bedoel, kunt u zich hierover verantwoor
den tegenover God en voor de menschen?"
Clnes Edvard liet hom niet verder spreken.
„Dat past hier nietU bent gewoon vrede
le stichten tusschen de boeren en hun vrou
wen, meneer de pastoor. Zulke beden twis
ten, maar zij leggen hun onceaigheden meest
al weer spoedig bijMaar hier gaat het om
wat andere."
„Voor God zijn wij allen gelijk i" veroor
loofde de pastoor tegen te werpen.
Do baron lachte slim.
„Ja maar niet voor de menschen
antwooi'ddu hij.
De pastoor werd rood van ergernis. Hij
was een boerenzoon en al zijn gevoel kwam
in opstand tegen dezen rijken man van. hoo-
gere afkomst, dio daar voor hem zak Als
do meeste lieden voelde hij een zekere min
achting voor zijn meerderen, on terwijl hij
zijn platte hand op de tafel drukte, ant-
wooidde hij uiterst waardig:
„Er is volgens het woord Gods maar één
giond, die een dcrgelijko schrede kan recht-
Minrdigon. Vergeef hot mij dat ik niet toe
geeflijker ben dan do Heilige Schrift. Dio
grond is echtbreuk."
Olaea Edvard meende bliksemstralen voor
zijn oogen te zien flitsen.
Zacht, zonder zich le bewogen, antwoord
de hij:
„Het betreft hier echtbreuk."
Plotseling klonk de stom van do gëeste-
-lijko gedempt.
staatslieden tegenwoordig in plaats van hun
vroeger uiterst radicalisme een grootere ge
matigdheid voorstaan, mag misschien ook
samenhangen met een zekere verschuiving
van de macht en de verhoudingen der par
tijen, maar verkleint toch niet hun verdien
sten ten opzichte ran do verdere vreedzame
ontwikkeling van het rijk.
De „Ikdam" bevatte gisteren een be
richt, dat voor de politiek van hel kabinet
Said van beteekenis is. Volgens dit blad
heeft de grootvizier liet ministerie van bin-
nenlandsche zaken aangeboden aan den
vroege ren grootvizier Ferid pasja, terwijl
deze om 48 uur bedenktijd heeft verzocht.
Ferid is een Albanees en Duitschgezind.
Zijn benoeming zou zeer kalmeerend op
den binnenlandschen toestand werken. Het
bericht van de „Ikdam" wordt in senato
ren-kringen bevestigd.
GEMENGDE MEDEDEELINGEN.
Rusland.
Gisteren ging in de Europeesche hoofd
steden het gerucht, dat er op den tsaar
een aanslag was gepleegd. Op de redactie-
bureaux van verschillende groote kranten
te Berlijn, Weenen en Boedapest weid
gistermoigen een telegram, uit Parijs ver
zonden te 7 uur 30, ontvangen, van dezen
inhoud: „Czarakow schoot op den tsaar,
eerst op chauffeur, beiden doodelijk ge
wond. Tsaritsa in onmacht. Petersburg op
stand. Gevecht tusschen volk en kozak
ken," onderteekend A. G. De opeenhooping
van sensationeel nieuws deed dadelijk ver
moeden, dat men hier te doen had meteen
plompe mystificatie.
Nergens in de officioele of offic-ieuse
wereld, was iets bekend van een aanslag
op den tsaar, die op het oogenblik niet
in Petera burg, maar in. Livadia vertoeft.
Het „Petersburgscho Telegraafagent-
schap" wordt gemachtigd, het bericht,
klaarblijkelijk een beursmanoeuvre, tegen
te spreken. t
Mexico.
Met. de benoeming van Madero tot pre
sident is, wo merkten het reeds verder op,
de rust nog lang niet weergekeerd.
Zapato, een zeer gevreesd roover uit den
staat Morelos, staat voor de hoofdstad en
zijn vierduizend volgelingen plunderen cn
brandschatten de omgelegen dorpen.
President Madero zet intusschen zijn
triumftoeht dooi' het land voort en schijnt
al zeer optimistisch over den toestand te
denken. Hij heeft althans verklaard, dat
/.oodra hij de regeering zal hebben aan
vaard, de orde als bij tooverslag zal terug
keoren.
Mexicanen en buitenlanders echter, zoo
wordt uit Mexico bericht, begroeten deze
snoevende verklaring van den president
met een ongeioovig schouderophalen.
„Is dat waar?" vroeg hij.
De baron schokte alsof hij een slag gekre
gen had.
,.lk weet niet wat u het recht geeft tot
zulk een vraag!"
„Mijn ambtsplichtklonk het eenigszins
scherp uit don mond van don ander. „Uw
vrouw, mevrouw de barones, is niet hier
aanwezig; en voor ik haar gehoord heb..."
De baron viel hem we«r in dc reden, llij
was nu donkerroodzijn oogen fonkelden:
„Meent u dan dat ik mijn vrouw weg
zend? Waai-voor ziet u nuj eigenlijk aan?
M ij zelf klaag ik aan m ij zei f, ver
staat uIn haar naam kom ik de scheiding
aanvragen
De pastoor zweeg een oogenblik. Daar
zat voor zijn oogen een man, die r.iets bo-
vi n zijn medemensehen bezat, dan een groot
landgoed, waarop hij geboren was en den
titel ran baron, en klaagde rich zelf wegens
echtbreuk aan, wat voor altijd een smet- bc-
teokendo voor den goeden klank van zijn
naam.
Nogmaals vergat do pastoor, dat hii een
deftig ambsgezicht moest zetten voor dit
merkwaardige verschijnsel cn vroeg:
„Waarom, om hemels wil, moet dat nu
openbaar gemaakt worden?"
„Omdat mijn vrouw het wensehtant
woordde Clnes Edvard. „Omdat ik haar
wensch in dit geval deel en kan rechtvaar
digen. Omdat zij, na datgene wat is voorge
vallen, niet langer kan samenleven mot een
mensch als ik."
Ook de baron was uit den deftigon toon
gevallen, waarin het gesprek begonnen was.
China.
De minister van oorlog, Jintsjang, sein
de Woensdag uit Liaokou, dat de regee-
xingstroepen oprukten tot Shokou, Een aan
tal schermutselingen had plaats, doch er
zal geen gevecht geleverd worden, voor
dat de rogeeringstroepen, een goede stel
ling hebben ingenomen.
Officioele Chineesche berichten deelen
mede, dat Foetsjou gevallen is en de
douanegeklen door do opstandelingen in
beslag rijn genomen.
De gewezen onder-koning van Kioekiang,
die bij inneming van deze stad vluchtte,
is behouden te Sjanghai aangekomen. Men'
maakt, zich daar zeer ongerust, met het
oog op don indruk, dien de gebeurtenis
sen te Kanton en Foesjau kunnen maken
op de bemanning van de vloot, die voor
het meerendeel uit Kanton of Foetsjou
komt.
Uit Peking wordt aan de New-York He
rald" geseind, dat de onder-koning van
Kanton aan de Chineesche regeering ge
telegrafeerd heeft, dat de toestand zeer
ernstig is en. er op het pas gcvouwte
leger geen staat te maken valt, en d
de oude legertroepen geen minister hebb' a.
De ondei-koning verzoekt dati ook de re
geering te Peking dringend onverwijld allo
oischen der polittexe Tiervormers in te wil-,
lagen. Verder raadt hij aan alle Mandsjoe's
uit het ministerie te verwijderen.
Do regeering te Peking beeft een edict
uitgevaardigd, waarbij Sjengkoengpao, mi
ll'der van het verkeerswezen, wordt ont
slagen, wijl hij in do .cerate plaats aan
sprakelijk moet worden gesteld voor de
nationalisatie der spoorwegen, dio aanlei
ding hebben gegeven tot den huldigen op
stand. Het edict verklaart dat bet regee-
riogsontwerp het belang van het volk be
oogde, Sjengkoengpao had het echter niet
behoorlijk ten uitvoer gelegd cn gezondigd
tegen de wet door te trachten het plan
tot nationalisatie door te drijven.
Langsliaoyi zal optreden als minister van
het verkeerswezen.
Er zal een nader onderzoek worden inge
steld naar de ambtelijke handelingen van
Sjengkoengpao, president en van de vice-
presidenten van het kabinet, dio het stuk
teekenden, waar-bij de nationalisatie werd
toegestaan.
Het edict bepaalt voorts, dat de presi
dent van dc provinciale vergadering van
Setsjoean en andere leiders van de Cheng-
ioo-opstandon in vrijheid zullen worden ge
steld en dat Chaoerhfeng en Wengzemwen,
de tegenwoordige en de vroegere onderko
ningen van Setsjoean, gestraft zullen wor
den. i
BINNENLAND.
Corps diplomatique.
Naar wij vernomen is graaf Rh. d'Oultre-
mont, secretaris van legatie bij het Bel
gische gezantschap te Parijs, in dezelfde
De geestelijke was een oude praktijk-man.
Langjarige enuring had zijn oor geschelpt
voor de woorden en vóór alles voor den
toon, waarop iets gezegd' weid. Zijn instinct
zoi hem, dat hij hier voor een geheim stond.
Hij zei daarom ronduit:
„Zooiets lean ik van meneer de baron niet
gelooven. Neem mij niet kwalijk, dat ik zoo
vrij bon dat openlijk te zeggen."
Clacs Edvard trok een dunnen, witzijden
zakdoek uit den zak en veegde rich daarmee
over het gezicht.
Toen zei hij, langzaam en stijf, op den-
zelfden afgemeten toon als eetnt
„U moogt gelooven wat u wil. Dat gaat
mij niets aan, dat gaat niemand andera dan
u zelf wat aan."
Na de laatste krachtige woorden van den
baron legde de geestelijke met een zucht do
wapens neer.
Wat de beide mannen daarna nog behan
delden, draaide alleen om formaliteiten, waar
in de baron totaal onervaren was. Maar din
hij werkelijk eehlbrouk gepleegd had, gelooi
de de pastoor geen oogenblik. En teen
Clnes Edvard weer te paard steeg eu weg
reed moest do geestelijke bekennen, dat hij
na den leugen, waarvan de baron blijkbaar
gebruik maakte, meer respect had voor. den
hoen' van Svana dan tot nu toe toen deze nog
als onbesproken man bekend was op wicn
niemand iets kon aanmerken...
(Wordt vervolgd.)
-v