648,c laargang. Zondag 31 December 1911 Berde Blad. Het zonnetje in huis. Tuclitelooslieid. per post ri.65 V°°l 1 fiaco KENNISGEVING. Inschrijving voor de Nationale Militie. V. S10KENGA. Deze courant verschijnt d a g e 1 k S, met uitzondering ran Zoa- en Feestdagen Prijs per week Voor Schiedam eVSardïnged 10 cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer:moeten de» middag» vóór een üur aan het Bureau bezorgd zijn. 8 Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven). Burgemeester en Wethouders van Schie dam, herinneren bij deze belanghebbenden in zonderheid de in hot jaar 1893 geboren man nelijke personen, lntn vader, moeder, voogd of curator aan hunne verplichting tot het doen van aangifte ter inschrijving voor de Nationale Militie, in de maand Januari 1912. De bepalingen der Miüticwet 190*1, die betrekking hebben op de inschrijving, luiden als volgt: 1o, Art. 13. Voor Ce militie wordt ingeschreven: 2o. 3o. i. ieder minderjarig mannelijk Nedei lander, die binnen liet: Rijk, in liet Duitsclie Rijk of in hot Koninkrijk België verblijf houdt, ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in iiet Koninklijk België woonp'aats heeft, ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die binnen het Rijk, in het Duitsclie Rijk of in het Koninkrijk België woonplaats heeft, 4o, leder mannelijk ingezetene niet-Nederlandcr, zoo hij op den lsten Januari van het jaar het •19de levensjaar was ingetreden en niet verkeert in eer. der bij art. 15 omschreven gevallen Ingezetene is, voor do toepassing van het bepaalde hierboven onder 4o. A." db binnen het Rijk varblijf houdende minder jarige niet-Nederlander o. wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk woonplaats heeft en haar gedurende de voor afgaande achttien maanden in het Rijk of de koloniën of bezittingen des Rijks in andere werelddoelen gehad heeft; van wiens ouders de langstlevende bij zijn of haar overlijden in liet hierboven onder a om schreven geval vei keerde, al verkeert zijn voogd niet in dat geval of al is deze buiten 's lands gevestigd die door zijn vader, moeder of voogd verlaten is, of dio ouderloos is of in wettelijken zin geen vader of moeder hoeft en van wien niet bekend is dat hij een voogd heoft, indien hij gedurende de voorafgaande achttien maanden in liet Rijk verbljjf gehouden heeft; de meerderjarige niet-Nederlander, die binnen hot Rijk woonplaats heoft on haar geduremlo de voorafgaando achttien maanden in het Rijk of de koloniën of bezittingen des Rijks m andere wereld deelcn gehad heeft. Voor minderjarig wordt voor de toepassing van hot bepaahio Morhoven onder A gehouden hjj, die minderjarig is in den zin der Nederlai.dschc wet Voor meeidorjarig wordt voor du toepassing va» liet bepaalde hierboven onder B gehouden hy, die tneerdeijarig is in den zin van voormelde wet. Art, 14. De h.schrijv ng geschiedt: lo. van hem bedoeld in ai t. 13 eerste zinsnede 1o Zoo hij binnen het Rijk veiblijf houdt en zijn vader, moeder of voogd aldaar woonplaats heeft, in de gemeente dor woonplaats vnn vader moeder of voogd Zoo hy binnen het Rijk verblijf houdt en zjjn vader, moeder of voogd elders dan bituion het Rijk woonplaats heoft, in do gemeente, wa.tr hij verblijf hi udt Zoo hjj door zijn vader, moeder of voogd ver- B. Eon mooi, kostbaar balkushium, van do bloemen af tot do sierlijke balschoentjes toe, ligt op hot bed uitgespreid. „Wal, zeg jo ervan, Martha?" vraagt de moeder mot een triomfantelijk lachje, „heb ik niet oen goede kous gehad?" - ,.0, ja, moeder," is het weifelend gego ven antwoord; ;,,muur u weet wel, ik houd niet van bals; dansen doo ik immers toch niet." Een schitterende verschijning voor een balzaal is Martha dan ook niet, wel ligt er een trek van onuitsprekelijke zachtheid om den mond en haar oogen kunnen ook vriendelijk lachen; maar van welk nut is dit op een bal, vooral als bet meisje conigszins verlegen en niet riieer piepjong is? „Liefst ging ik in 't geheel niet, moe dor," hervat hot meisje. „Dwaasheid, kind. De meuschen zouden immers allo recht hebben om to zeggen, dat ik je geen genoegen gunde; en bedenk ook,' dat ik, evenals andere moede:s, ook h'c' eens vreugde aan mijn dochter wil beleven. Zet nu morgen eens een vriemle- -lijk gezicht, dan komt de rest van zeif te recht."! laten is, ouderloos is of in wettolijkon zin geen vader of moeder heeft en liet niet bekond is dat hij een voogd hooft, in de goineente, waar hij Vd.-blijf houdt Zoo hij in het Duitsche Rijk verblijf houdt, Sn do gemeente Amsterdam Zoo hjj in hot Koninkrijk België verblijf houdt, in de gemeente Rotterdam 2e. van hein, bedoeld in art 13 eerste zinsnede 2o.: Zoo zijn vader, moedor of voogd woonplaats heeft binnen het Rijk, in de gemeente der woonplaats van vader, moeder of voogd; is de woonplaatc van vader, moedor of voogd in het Duitscho Rijk, in do gemeente Am sterdam is zij in het Koninkrijk België, in de geinoonto Rotterdam 3o. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 8o. Zoo hij woonplaats heeft binnen het Rijk, in de gemeente zijner woonplaats; Zoo hjj woonplaats heeft in het Duitsche Rijk, in de gemeente Amsterdam; Zoo hij woonplaats heeft in het Koninkrijk België, in de gemeente Rotterdam te. A van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 4o., indien hij minderjarig is Zoo hij vei keert in hot geval, in de tweede zinsnede van dat artikel onder Au omschreven in de gemeente, waar zijn vader, moeder of voogd woonplaats heoft; Z"0 hij verkeert in het geval, in die zinsnede, onder Ai omschroven, in de gemeente, waar zijn voogd woonplaats heoft; is do woonplaats van dozen buiten 'elands, dan geschiedt de inschrijving in de gemeente waar de minder jarige verblijf houdt Zoo hij verkeeit in een der gevallen, in even- bedoelde zinsnede onder Ar omschreven, in de gemeente, waar hjj verblijf houdt; B. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede 4o, indien hij meeiderjarig is: in de gemeente, waar hij woonplaats heeft De in de vorige zinsnede als plaats van in «ehrijvitig aangewezen gemeente is die, waar het verblijf of de woonplaats gevestigd is or was op don lsten Januari van het jaai, vol gende op dat, waarin de in te schrijven per soon het 18o levensjaar volbracht, tenzij liet iemand goldt, wiens insenrijving te Amsterdam of te Rotterdam moet geschieden wegens ver blyf of woonplaats onderscheidenlijk in het Duitsche Rijk of in net Koninkrijk Belgie, Ait. 45. Vr ,r de militie wordt niet ingeschreven: lo, de ingezetene niet-Nederlander, dio bewijst te belmoren tot een staat, waar de Nederlanders niet aan den verplichten krijgsdienst zijn onder worpen of waar ten aanzien van den ilienstplich' het beginsel van wederkeerigheid is aangenomen: 2o. hij, die bewijst in de koloniën of bezittingen des Rjjks in andere werelddeeien verblijf te houden of woonplaats te hebben, al heeft zijn vader, moeder, voogd of curator woonplaats binnen het Rijk. Art. 16. Hy, die volgons art. 13 behoort te worden inge sihreven, is verplicht zioh d.tai toe bij Burgemeester en Wethouders der gemeente, waar volgens art. 14 de inschrijving moet geschieden, aan te geven tusschen den lsten en den 3lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levens jaar volbracht. By ongesteldheid of afwezigheid van hem, die zich ter inschrijving moot aangeven, alsmedo in een der gevallen, hierna in de vierde zinsnede omschreven,«rust de verplichting tot het doen der aangifte: indien het een minderjarige betreft, op zjjn vader, moeder of voogd; indien het een meerderjarige betreft, die on Ier curateele gesteld is, op zjjn curator De verplichting van vader, moeder of Voogd geldt evenwei slechts zoo hjj of zij binnen het Rjjk, in het Duitsche Ryk of in het Koninkrijk Belgie woonplaats heeft. Behoudens de uitzonderingen by do volgende zinsnede geinnakt, rust de zorg voor het doen dor aangifte uitsluitend op den in te schrijven minder jarige; - indien zijn vader, moeder of voogd niet binnen Martha zwygt, on als ze den volgenden avond do balzaal betreedt, zweelt er wer kelijk oen vriendelijk lachje om haar mond. Zo had 's nachts erg onrustig geslapen en voortdurend van het bal gedroomd. Wie weet of deze avond haar go-en geluk aanbrengt? De muziek begint; de paren vormen zie-b tot den eersten dans: maar Martha blijft zitten; zoo gaat het ook bij den wals en de quadrille, die volgen. Martha durft haar moeder niet aan to zien. Niemand slaat acht op haar, behalve een vriendin, dio haar aan den arm van haar cavalier pas seert. „Zoo, jij ook hier?" zegt ze, half mee lijdend, half spottend, en de aangespro kene hoort nog, hoe het jonge meisje op ecu vraag van den heer antwoordde: „Ja, de spreekwoordelijk geworden muur bloem," Martha's hart krimpt ineen, ze voelt zich zoo bitter, bitter ongelukkig. Moest ze dan hier heengaan om te wor den verwaarloosd en bespot? Het schelle licht doel. haar oogen pijn; zij sluit ze. liet is, of de muziek al harder en harder klinkt en haar toeroept: „Muurbloem, muurbloeml" Dan ziet of hoort, ze eens klaps niets meer. 'Wat is er gebeurd?" vraagt ecu beer. die in de onmiddellijke nabijheid van Martha gezeten is en eeltige opschudding guwaaï. wordt. JE?rigs deï A'dveïtentïëni Van 16 regels fl.0.92; iedere regel meer 16 cents. Reclames 30 cent per Jregel. Groote letters naar de plaats die zQ innemen. Advertentiën bij ahonnement op voordeelige voorwaarden. Tarievetf hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen. ïn de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. het Rijk, in het Duitsche Rijk of in liet Koninkrijk Be'gio woonplaats heeft; imlion zijn vader of moeder of beiden de ouder lijke macht missen; Indien hij door zijn vader, moeder of voogd ver laten is; of indien hij ouderloos is of in wottelyken zin geen vader of moeder heeft en het niet bekend is dat hij een voogd heeft. Ilij, die door de bestuurders, in art, 22 vermeld, ter inschrijving moet worden opgegeven of die in dienst is bij de zeemacht, do marine-reserve en het korps mariniers hieronder begrepen, bij het leger hier te lande of bij de koloniale troepen, is tot het doen van de aangifte niet verplicht. Voor hem of haar, die tot het doen der aangifte verplicht is, kan de aangifte geschieden door een ander, daartoe schriftelijk gemachtigd. De volmacht blijft ouder Burgemeester en Wethouders berusten. De wijze waarop van de gedane aangifte moot blijken, wordt door Ons bepaald, Art. 18. Voor de militie wordt ook ingeschreven of wordt opnieuw ingeschreven 1o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van iiet 21ste levensjaar zijn verblijf binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België gevestigd heeft; 2o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens vader, moeder of voogd na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin de minderjarige het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van diens 2!ste levensjaar zijn of hare woonplaats binnen het Rijk, in liet Duitsche Rijk of in het Koninkrijk België gevestigd heeft: 3o. ieder mannelijk minderjarige, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18do levensjaar volbracht, en vóór het intreden van het 21ste levensjaar Nederlander of opnieuw Nederlander is geworden, zoo hij in een der hierboven onder lo. omschreven gevallen verkeert, of wiens vader, moeder of voogd verkeert in een der govallen hierboven onder 2o. omschreven 4o. ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van het 21ste levensjaar zijne woonplaats binnen het Rijk, iu het Duitsche Rijk of in het Koninkrijk Belgie gevestigd of er woonplaats ver kregen heeft 5o. ieder mannelijk meerderjarige, die na den Isteis Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden van liet 21ste levensjaar Nederlander of op nieuw Nederlander is geworden, zoo hij in een der hier boven onder 4o. omschioven govallen verkeert 6o. ieder mannelijk niet-Nederlander, die na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het in treden van het 2lste levensjaar ingezetene of op nieuw ingezetene is geworden in den zin der tweede zinsnede van art 13. Hierbij gelden de laatste zinsnede van dat artikel en art 15. Ten aanzien van de gemeente, waar de inschry- vii g of de inschrijving op nieuw moet geschieden en van de verplichting tot het doen van aangifte ter inschrijving of ter inschrijving opnieuw golden de eerste zinsnede van art 14 en de laatste vijf zinsneden van art. 16. Da aangifte ter inschrijving of ter inschrijving opnieuw van hem, die volgens do eerste zinsnede van dit aitikol inoet worden ingeschreven, geschiedt binnen dertig dagen na het verkrijgen of, werd hij reeds vroegor ingeschreven doch van het register afgevoerd, na het terug erlangen van het N -der- ianderschap of van het iugezaenschap, of na de vestigmg van verblijf of de vestiging f het ver- krjjgen van woonplaats binnen het Rijk, in het Duitsche Ryk of in het Koninkrijk Belgie. De inschrijving geschiedt in het register be treffende de lichting van het jaar, waartoe de in de eerste zinsnede van dit artikel bedoelde persoon volgens zynen leeftijd behooit. Art 166 Met boete van ten minste vijftig cents en ten hoogste fiOO.wordt gestraft de overtreding van de aitt. 16, 18 en 22. „Een dame is flauw gevallen," is liet antwoord; „ze wordt juist uit de zaal ge bracht. In de kleedkamer is Martha weer spoe dig bij en fluistert haar moeder toe: „Arme moeder, u beleeft niet veel ptei- zicr aan mc." Daarna wordt ze naar huis en naar bed gebracht. Op haar verzekering, dat ze zich weer geheel boter gevoelt, alleen wat moe, en ze ook werkelijk spoedig inslaapt, legt ook do moedor zich ter ruste. Nauwelijks echter is ze ingeslapen, of ze wordt wakker door oen angstkreet ba rer dochter. „Neem den krans uit mijn haar. Mijn arm hoofd. Dio vrecsolijke muziek zal mo nog krankzinnig maken. "Weg met dio L.<t- japon. Doe het licht uit, o, ik stneek u er om. Om Gods wil, breng nte toch weg uit die afschuwelijke zaal." Ze ligt in ecu ijlende koorts, en tus- sehon do angstkreten door klinkt het zacht en klagend: „Arme moeder, u boleeft niet veel vreugde aan mij." Meer dan de angstkreten, doet dit het hart van de arme moeder pijnze had hel immers zelve gezegd: „Ik wil, evenals an dere moeders, ook wel eens vreugde aan mijn dochter beleven." Boleeft ze dan geen vreugde van haar? Wonderlijk. Zij zit aan het ziekbed barer dochter, de van koorts glooiende hand Zij, die ingevolge bovenstaande wetsbepa lingen, in deze gemeente voor de militie moeien worden ingeschreven, moeten mits dien hiertoe bij tien, Burgemeester en "Wet houders, ter Gemecne-Sccretaric (afdeeiing Militie) tu'ssclien den lsten en den Sisten Januari 1912 worden aangegevc-n. Voor het doen urn de aangifte ter in schrijving zal meer bepaald gelegenheid worden gegeven in liet .gebouw dc St. JOH IS DOELE, nnn het Doeleplein alhier, op VRIJDAG, 5 Januari 1912 en ZATERDAG, G Januari 1912, telkens van des voormiddag 9 tot des mid dags 12 uur en van des namiddags 1 tol 4 uur. En is hiervan afkondiging geschied, waar hot behoort, den 23sten December 1911. Burgemeester en Wethouders voornoemd, M. L. HONNERLAG E GRETE. De Secretaris Het veel besproken woord. Het scheelt nog maar heel weinig of wij hebben twee Dichtbonden, als een driedubbel bewijs, dat wij het gemis aan zelftucht gevoelen. Want eerst heeft één bond dat gevoel gehad. En toen hebben nog weer andere men- sclum dat gemis gevoeld. En toen hebben die andere monschen bijna weer een |cwijs van tuchteloosheid geleverd door weer eelt bond op te richten. Ilopen wij, dat liet. er niet van kun.i. Als demonstratie vnn tuchteloosheid is liet onnoodig. En de beweging kan zoo'n nieu we vcreeniging alleen hog maar verstrip- „ren, De beweging is overigens wel vrij alge meen. En zij is niet uitsluitend een Nodor- landsch verschijnsel. Dat laatste wordt wel wal veel uit liet oog verloren. liet schijnt dat men niet weet, dat ook in het buitenland, ook en niet het minst in Duitschlaml, tetronwoor- dig veel moor over tuchteloosheid geklaagd wordt dan vroeger. Dit verschijnsel moge een waarschuwing zijn voor hoi), die hij tuchteloosheid al te veel getooven aan een Nederlandsch natiaal gebiek. In jd.e tweede plaats behoort men niet klakkeloos aan te nemen, dal de houding van. het publiek in het buitenland zoo heel veel beter is dan ten onzent. Et- zijn zoo gewone praatjes daarover ;n ou> land in omloop, die niet alle evenzor, op goeden grond steunen. Een bekend verhaal is b.v, dat men in Duitschlond ooftboomen op den openbaren weg heeft staan. „Laat men dat ten onzent eens probecren!" wordt gemeenlijk g-zegtl. Nu zullen wij daarop niet antwoorden, dat het bij ons goed zou gaan. Doch uit eigen ervaring kannen wij getuigen, dn! die ooftboomen in Duitschlmul soms allerver schrikkelijkst geplunderd worden. Wij heb ben daarvan do meest krasse staaltjes o. fl irt het dal van Rijn en Neck,ar gezien. in de hare; maar zij ziet die dochter alleon, zooals zij iu gezonde dagen was. en alles wat zo ziet, geeft een antwoord op de vraag. De bloemen zoggen liet tiaar, do bloemen, die nooit weliger tieren dan onder Martha's handig Haar kleine jongens, die zich door nie mand zoo gewillig laten leiden. Haar eigen teven, door duizend kleine gemakken ver aangenaamd, door duizend kleine oplet tendheden versierd, - onbeduidende din gen op zichzelf, maar haar toch lief on dierbaar, ter wille van tiaar, die stil en zonder eenigen ophef in huis den scepter zwaait. Wie en wie alleen had in haar woning dat bekoorlijke weten te geven, dat alleen huiselijkheid schonken kan? En je holcefdet geen vreugde aan haar, moe der? G-e hadt oen engel aan haar, en tui wordt dio at ontnomen, omdat ge dm eng- i niet waard zijl. Mot een gil springt ze op in haar bed. Wat is dat? Ilct daglicht schemert, dooi de gordijnen en valt op dc in allerijl uitgetrokken baljapon. Zij zelve ligt in haal bed cn naast haar slaapt Martha, bleek, maar rustig, God zij eeuwig gedankt I liet was slechts een droom, een benauwde droom. Maar deze droom heeft haar de oogen ge opend. Nooit zal ze hom vergelen, nooit Zachtjes staal ze op en bergt zorgvut- dig alles wo.g, wat maar eenigszins aan den dag van gisteren herinneren kan. Een tweede verhaal betreft het land van het Vreemdelingenverkeer bij uitnemend heid Zwitserland. De gewone tourist spreekt niet enthousiasme over Luzern en Interlaken, waar de meuschen met de vreemdste pakken kunnen loopen zonder dal één straatjongen hen ook zelfs maar nakijkt» Dat is juist. Iu die plaatsen is het tieele publiek, dat in zijn .geheel van helvrcem- (1 1111u«'n verkeer teelt, politic-agent. Geen wonder dat de jongens daar koest zijn. Doch het is in Zwitserland niet overal zoo. Wij hebben op meer dan één plaats ginds hethnaldelijk met eigen oogen ge vallen van baldadigheid gezien, die in de hoogste male eigerlijk waren. Op eert klein plaatsje dal niet erg in lick is, werden voortdurend allo wegwijzers, alle banken ou heel veel 'jonge aaaplanliiigen vernield. Nu weten de deskundigen reizigers te ver tellen, dat de vernieling van de wegwij zers indirect het werk van gidsen is. Doch wij kunnen dit ten aanzien van dit plaatsje beslist tegenspreken. En dat gidsen hun hand hadden in andere baldadigheden zal wel niemand beweren. Ten onrechte stelt men het dus o. i. voor, dat da .tuchteloosheid elders nage noeg niet bestaat, at zouden, vrij niet dur ven tegenspreken, dal liet hier erger is dan elders. Dat is wel mogelijk, doch het staal niet zon vast ais men gewoonlijk meent. Een andere opmerking, dio wij in alio bescheidenheid zouden willen maken of lie ver herhalen want wij hebben haar at eens gemaakt. is dat men hij de bestrij ding van de tuchteloosheid niet de zooge naamde heter gesitueerden moet vergeten. Het zit hem niet uitsluitend in de school jeugd of in de minst gofortuneerden. "Wet degelijk is er ook veel tuchteloosheid bij degenen, die zeker liet voorbeeld moesten geven. Het is gemakkelijk genoeg daatvaa voor- heelden te geven. Men neme maar eens dadelijk liet „jij" en „jou" waarmee zoo- veleti die wal beter gesteld zijn 'hun on bekende minder„ges(el(ten" aanspreken. Dat is een gemis aan beleefdheid, een gemis aan gezonden gemeenschapszin, aan eer bied voor „den ander", zonder welken zelf tucht ondenkbaar is. Hoeveel „heeren" loü- pen vrouwen van tiet troitloir, zoodra zij deze voor minder welvarend houden. Nu er kennen wij wel: veel jonge werklieden slaan in ongematiieidheid bij deze „heeren" nicvt ten achter. Doch mou zal ons gelijk p-ma als wij beweren dat het van do „he- troel veel erger is. (Jok bij andere gelegenheden rechts houden, wachten bij een brug, snel instap pen iu een trein, hot volgen van de queue bij een gedrang, enz., enz. kan men eiken dag heel veel gevallen van tuchteloosheid van de meerwelgestolden beleven, die zoo doende een zeer slecht voorbeeld geven eir bewijzen niet te* begrijpen, dat een goede zelftucht in de eerste plats voorschrijft, dal men zich geheel vrijwillig onderwerpt en slipt houdt aan alle regels van ver ordening of gewoonte, die dienen om to Vnn tijd tot tijd sluipt zo naar het bed barer dochter, die evenwel rustig doorslaapt. Eindelijk wordt ze wakker. „Het is zeker al laat, moeder?" „IIoc gevoel je je nu, beste kind?" „O, even gezond als altijd. Ja, nu herin ier ik me weer alles: gisteravond was ik op hot hal. liet was alleen dc warmte en de drukte, die mc duizelig maakten, maar nu ben ik weer heelemaal beter. ,Maar, boste moeder," voegt ze erbij, ter wijl haar oogen iets schijnen te zoeken, „waar is mijn japon, die ik gisteren op liet bal hol) aangehad?" Do moeder buigt zich teedor over haar heen oil zegt: „Die heli ik netjes wegge borgen, en met mijn toestemming komt dio nooit meer te voorschijn." „Anno moederzegt Martha, maar zo zegt hot lachend. Haar moeder ziet er zoo vroolijk on tevreden uit. „Stil kind," zegt deze met een blik zoo vol tocderheid, dat. Martha cr niet. aan denkt den zin te voltooien. „Nooit zal ik hot. mijzelve vergeven, dat ik, door den Zelfzuchtigett wcnsch gedreven, je in do balzaal gevierd te zien, een oogcnblik vergelen kon. wat jc voor mc waart, en zoo ik hoop, nog lang blijven zult: Een zonnetje in huis." „Retor, duizendmaal heter een zonnetje in huis, dan een ster in de balzaal."-

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1911 | | pagina 9