648,c laargang.
Zondag 31 December 1911
Berde Blad.
Het zonnetje in huis.
Tuclitelooslieid.
per post ri.65 V°°l 1 fiaco
KENNISGEVING.
Inschrijving voor de Nationale Militie.
V. S10KENGA.
Deze courant verschijnt d a g e 1 k S, met uitzondering ran Zoa- en Feestdagen
Prijs per week Voor Schiedam eVSardïnged 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer:moeten de» middag» vóór een
üur aan het Bureau bezorgd zijn. 8
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven).
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam,
herinneren bij deze belanghebbenden in
zonderheid de in hot jaar 1893 geboren man
nelijke personen, lntn vader, moeder, voogd
of curator aan hunne verplichting tot het
doen van aangifte ter inschrijving voor de
Nationale Militie, in de maand Januari 1912.
De bepalingen der Miüticwet 190*1, die
betrekking hebben op de inschrijving, luiden
als volgt:
1o,
Art. 13.
Voor Ce militie wordt ingeschreven:
2o.
3o.
i.
ieder minderjarig mannelijk Nedei lander, die
binnen liet: Rijk, in liet Duitsclie Rijk of in
hot Koninkrijk België verblijf houdt,
ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens
vader, moeder of voogd binnen het Rijk, in
het Duitsche Rijk of in iiet Koninklijk België
woonp'aats heeft,
ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die
binnen het Rijk, in het Duitsclie Rijk of in
het Koninkrijk België woonplaats heeft,
4o, leder mannelijk ingezetene niet-Nederlandcr,
zoo hij op den lsten Januari van het jaar het
•19de levensjaar was ingetreden en niet verkeert
in eer. der bij art. 15 omschreven gevallen
Ingezetene is, voor do toepassing van het bepaalde
hierboven onder 4o.
A." db binnen het Rijk varblijf houdende minder
jarige niet-Nederlander
o. wiens vader, moeder of voogd binnen het Rijk
woonplaats heeft en haar gedurende de voor
afgaande achttien maanden in het Rijk of de
koloniën of bezittingen des Rijks in andere
werelddoelen gehad heeft;
van wiens ouders de langstlevende bij zijn of
haar overlijden in liet hierboven onder a om
schreven geval vei keerde, al verkeert zijn voogd
niet in dat geval of al is deze buiten 's lands
gevestigd
die door zijn vader, moeder of voogd verlaten
is, of dio ouderloos is of in wettelijken zin
geen vader of moeder hoeft en van wien niet
bekend is dat hij een voogd heoft, indien hij
gedurende de voorafgaande achttien maanden
in liet Rijk verbljjf gehouden heeft;
de meerderjarige niet-Nederlander, die binnen
hot Rijk woonplaats heoft on haar geduremlo
de voorafgaando achttien maanden in het Rijk
of de koloniën of bezittingen des Rijks m
andere wereld deelcn gehad heeft.
Voor minderjarig wordt voor de toepassing van
hot bepaahio Morhoven onder A gehouden hjj, die
minderjarig is in den zin der Nederlai.dschc wet
Voor meeidorjarig wordt voor du toepassing va»
liet bepaalde hierboven onder B gehouden hy, die
tneerdeijarig is in den zin van voormelde wet.
Art, 14.
De h.schrijv ng geschiedt:
lo. van hem bedoeld in ai t. 13 eerste zinsnede 1o
Zoo hij binnen het Rijk veiblijf houdt en zijn
vader, moeder of voogd aldaar woonplaats
heeft, in de gemeente dor woonplaats vnn vader
moeder of voogd
Zoo hy binnen het Rijk verblijf houdt en zjjn
vader, moeder of voogd elders dan bituion het
Rijk woonplaats heoft, in do gemeente, wa.tr
hij verblijf hi udt
Zoo hjj door zijn vader, moeder of voogd ver-
B.
Eon mooi, kostbaar balkushium, van do
bloemen af tot do sierlijke balschoentjes
toe, ligt op hot bed uitgespreid.
„Wal, zeg jo ervan, Martha?" vraagt de
moeder mot een triomfantelijk lachje, „heb
ik niet oen goede kous gehad?"
- ,.0, ja, moeder," is het weifelend gego
ven antwoord; ;,,muur u weet wel, ik houd
niet van bals; dansen doo ik immers toch
niet."
Een schitterende verschijning voor een
balzaal is Martha dan ook niet, wel ligt
er een trek van onuitsprekelijke zachtheid
om den mond en haar oogen kunnen ook
vriendelijk lachen; maar van welk nut is
dit op een bal, vooral als bet meisje
conigszins verlegen en niet riieer piepjong
is?
„Liefst ging ik in 't geheel niet, moe
dor," hervat hot meisje.
„Dwaasheid, kind. De meuschen zouden
immers allo recht hebben om to zeggen,
dat ik je geen genoegen gunde; en bedenk
ook,' dat ik, evenals andere moede:s, ook
h'c' eens vreugde aan mijn dochter wil
beleven. Zet nu morgen eens een vriemle-
-lijk gezicht, dan komt de rest van zeif te
recht."!
laten is, ouderloos is of in wettolijkon zin geen
vader of moeder heeft en liet niet bekond is
dat hij een voogd hooft, in de goineente, waar
hij Vd.-blijf houdt
Zoo hij in het Duitsche Rijk verblijf houdt,
Sn do gemeente Amsterdam
Zoo hjj in hot Koninkrijk België verblijf houdt,
in de gemeente Rotterdam
2e. van hein, bedoeld in art 13 eerste zinsnede
2o.:
Zoo zijn vader, moedor of voogd woonplaats
heeft binnen het Rijk, in de gemeente der
woonplaats van vader, moeder of voogd;
is de woonplaatc van vader, moedor of voogd
in het Duitscho Rijk, in do gemeente Am
sterdam
is zij in het Koninkrijk België, in de geinoonto
Rotterdam
3o. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede
8o.
Zoo hij woonplaats heeft binnen het Rijk, in
de gemeente zijner woonplaats;
Zoo hjj woonplaats heeft in het Duitsche Rijk,
in de gemeente Amsterdam;
Zoo hij woonplaats heeft in het Koninkrijk
België, in de gemeente Rotterdam
te. A van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede
4o., indien hij minderjarig is
Zoo hij vei keert in hot geval, in de tweede
zinsnede van dat artikel onder Au omschreven
in de gemeente, waar zijn vader, moeder of
voogd woonplaats heoft;
Z"0 hij verkeert in het geval, in die zinsnede,
onder Ai omschroven, in de gemeente, waar
zijn voogd woonplaats heoft; is do woonplaats
van dozen buiten 'elands, dan geschiedt de
inschrijving in de gemeente waar de minder
jarige verblijf houdt
Zoo hij verkeeit in een der gevallen, in even-
bedoelde zinsnede onder Ar omschreven, in de
gemeente, waar hjj verblijf houdt;
B. van hem, bedoeld in art. 13, eerste zinsnede
4o, indien hij meeiderjarig is:
in de gemeente, waar hij woonplaats heeft
De in de vorige zinsnede als plaats van in
«ehrijvitig aangewezen gemeente is die, waar
het verblijf of de woonplaats gevestigd is or
was op don lsten Januari van het jaai, vol
gende op dat, waarin de in te schrijven per
soon het 18o levensjaar volbracht, tenzij liet
iemand goldt, wiens insenrijving te Amsterdam
of te Rotterdam moet geschieden wegens ver
blyf of woonplaats onderscheidenlijk in het
Duitsche Rijk of in net Koninkrijk Belgie,
Ait. 45.
Vr ,r de militie wordt niet ingeschreven:
lo, de ingezetene niet-Nederlander, dio bewijst
te belmoren tot een staat, waar de Nederlanders
niet aan den verplichten krijgsdienst zijn onder
worpen of waar ten aanzien van den ilienstplich'
het beginsel van wederkeerigheid is aangenomen:
2o. hij, die bewijst in de koloniën of bezittingen
des Rjjks in andere werelddeeien verblijf te houden
of woonplaats te hebben, al heeft zijn vader, moeder,
voogd of curator woonplaats binnen het Rijk.
Art. 16.
Hy, die volgons art. 13 behoort te worden inge
sihreven, is verplicht zioh d.tai toe bij Burgemeester
en Wethouders der gemeente, waar volgens art. 14
de inschrijving moet geschieden, aan te geven
tusschen den lsten en den 3lsten Januari van het
jaar, volgende op dat, waarin hij het 18de levens
jaar volbracht.
By ongesteldheid of afwezigheid van hem, die
zich ter inschrijving moot aangeven, alsmedo in
een der gevallen, hierna in de vierde zinsnede
omschreven,«rust de verplichting tot het doen der
aangifte: indien het een minderjarige betreft, op
zjjn vader, moeder of voogd;
indien het een meerderjarige betreft, die on Ier
curateele gesteld is, op zjjn curator De verplichting
van vader, moeder of Voogd geldt evenwei slechts
zoo hjj of zij binnen het Rjjk, in het Duitsche Ryk
of in het Koninkrijk Belgie woonplaats heeft.
Behoudens de uitzonderingen by do volgende
zinsnede geinnakt, rust de zorg voor het doen dor
aangifte uitsluitend op den in te schrijven minder
jarige; -
indien zijn vader, moeder of voogd niet binnen
Martha zwygt, on als ze den volgenden
avond do balzaal betreedt, zweelt er wer
kelijk oen vriendelijk lachje om haar mond.
Zo had 's nachts erg onrustig geslapen
en voortdurend van het bal gedroomd.
Wie weet of deze avond haar go-en geluk
aanbrengt?
De muziek begint; de paren vormen zie-b
tot den eersten dans: maar Martha blijft
zitten; zoo gaat het ook bij den wals en
de quadrille, die volgen. Martha durft haar
moeder niet aan to zien. Niemand slaat
acht op haar, behalve een vriendin, dio
haar aan den arm van haar cavalier pas
seert.
„Zoo, jij ook hier?" zegt ze, half mee
lijdend, half spottend, en de aangespro
kene hoort nog, hoe het jonge meisje
op ecu vraag van den heer antwoordde:
„Ja, de spreekwoordelijk geworden muur
bloem,"
Martha's hart krimpt ineen, ze voelt
zich zoo bitter, bitter ongelukkig.
Moest ze dan hier heengaan om te wor
den verwaarloosd en bespot? Het schelle
licht doel. haar oogen pijn; zij sluit ze.
liet is, of de muziek al harder en harder
klinkt en haar toeroept: „Muurbloem,
muurbloeml" Dan ziet of hoort, ze eens
klaps niets meer.
'Wat is er gebeurd?" vraagt ecu beer.
die in de onmiddellijke nabijheid van
Martha gezeten is en eeltige opschudding
guwaaï. wordt.
JE?rigs deï A'dveïtentïëni Van 16 regels fl.0.92; iedere regel meer
16 cents. Reclames 30 cent per Jregel. Groote letters naar de plaats die zQ
innemen.
Advertentiën bij ahonnement op voordeelige voorwaarden. Tarievetf
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
ïn de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
het Rijk, in het Duitsche Rijk of in liet Koninkrijk
Be'gio woonplaats heeft;
imlion zijn vader of moeder of beiden de ouder
lijke macht missen;
Indien hij door zijn vader, moeder of voogd ver
laten is; of
indien hij ouderloos is of in wottelyken zin geen
vader of moeder heeft en het niet bekend is dat
hij een voogd heeft.
Ilij, die door de bestuurders, in art, 22 vermeld,
ter inschrijving moet worden opgegeven of die in
dienst is bij de zeemacht, do marine-reserve en het
korps mariniers hieronder begrepen, bij het leger
hier te lande of bij de koloniale troepen, is tot het
doen van de aangifte niet verplicht.
Voor hem of haar, die tot het doen der aangifte
verplicht is, kan de aangifte geschieden door een
ander, daartoe schriftelijk gemachtigd. De volmacht
blijft ouder Burgemeester en Wethouders berusten.
De wijze waarop van de gedane aangifte moot
blijken, wordt door Ons bepaald,
Art. 18.
Voor de militie wordt ook ingeschreven of wordt
opnieuw ingeschreven
1o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, die
na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat,
waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór
het intreden van iiet 21ste levensjaar zijn verblijf
binnen het Rijk, in het Duitsche Rijk of in het
Koninkrijk België gevestigd heeft;
2o. ieder minderjarig mannelijk Nederlander, wiens
vader, moeder of voogd na den lsten Januari van
het jaar, volgende op dat, waarin de minderjarige
het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden
van diens 2!ste levensjaar zijn of hare woonplaats
binnen het Rijk, in liet Duitsche Rijk of in het
Koninkrijk België gevestigd heeft:
3o. ieder mannelijk minderjarige, die na den lsten
Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij
het 18do levensjaar volbracht, en vóór het intreden
van het 21ste levensjaar Nederlander of opnieuw
Nederlander is geworden, zoo hij in een der hierboven
onder lo. omschreven gevallen verkeert, of wiens
vader, moeder of voogd verkeert in een der govallen
hierboven onder 2o. omschreven
4o. ieder meerderjarig mannelijk Nederlander, die
na den lsten Januari van het jaar, volgende op dat
waarin hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór
het intreden van het 21ste levensjaar zijne woonplaats
binnen het Rijk, iu het Duitsche Rijk of in het
Koninkrijk Belgie gevestigd of er woonplaats ver
kregen heeft
5o. ieder mannelijk meerderjarige, die na den Isteis
Januari van het jaar, volgende op dat, waarin hij
het 18de levensjaar volbracht, en vóór het intreden
van liet 21ste levensjaar Nederlander of op nieuw
Nederlander is geworden, zoo hij in een der hier
boven onder 4o. omschioven govallen verkeert
6o. ieder mannelijk niet-Nederlander, die na den
lsten Januari van het jaar, volgende op dat, waarin
hij het 18de levensjaar volbracht, en vóór het in
treden van het 2lste levensjaar ingezetene of op
nieuw ingezetene is geworden in den zin der tweede
zinsnede van art 13.
Hierbij gelden de laatste zinsnede van dat artikel
en art 15.
Ten aanzien van de gemeente, waar de inschry-
vii g of de inschrijving op nieuw moet geschieden
en van de verplichting tot het doen van aangifte
ter inschrijving of ter inschrijving opnieuw golden
de eerste zinsnede van art 14 en de laatste vijf
zinsneden van art. 16.
Da aangifte ter inschrijving of ter inschrijving
opnieuw van hem, die volgens do eerste zinsnede
van dit aitikol inoet worden ingeschreven, geschiedt
binnen dertig dagen na het verkrijgen of, werd hij
reeds vroegor ingeschreven doch van het register
afgevoerd, na het terug erlangen van het N -der-
ianderschap of van het iugezaenschap, of na de
vestigmg van verblijf of de vestiging f het ver-
krjjgen van woonplaats binnen het Rijk, in het
Duitsche Ryk of in het Koninkrijk Belgie.
De inschrijving geschiedt in het register be
treffende de lichting van het jaar, waartoe de in
de eerste zinsnede van dit artikel bedoelde persoon
volgens zynen leeftijd behooit.
Art 166
Met boete van ten minste vijftig cents en ten
hoogste fiOO.wordt gestraft de overtreding van
de aitt. 16, 18 en 22.
„Een dame is flauw gevallen," is liet
antwoord; „ze wordt juist uit de zaal ge
bracht.
In de kleedkamer is Martha weer spoe
dig bij en fluistert haar moeder toe:
„Arme moeder, u beleeft niet veel ptei-
zicr aan mc."
Daarna wordt ze naar huis en naar bed
gebracht.
Op haar verzekering, dat ze zich weer
geheel boter gevoelt, alleen wat moe, en
ze ook werkelijk spoedig inslaapt, legt ook
do moedor zich ter ruste.
Nauwelijks echter is ze ingeslapen, of
ze wordt wakker door oen angstkreet ba
rer dochter.
„Neem den krans uit mijn haar. Mijn
arm hoofd. Dio vrecsolijke muziek zal mo
nog krankzinnig maken. "Weg met dio L.<t-
japon. Doe het licht uit, o, ik stneek u
er om. Om Gods wil, breng nte toch weg
uit die afschuwelijke zaal."
Ze ligt in ecu ijlende koorts, en tus-
sehon do angstkreten door klinkt het zacht
en klagend: „Arme moeder, u boleeft niet
veel vreugde aan mij."
Meer dan de angstkreten, doet dit het
hart van de arme moeder pijnze had hel
immers zelve gezegd: „Ik wil, evenals an
dere moeders, ook wel eens vreugde aan
mijn dochter beleven."
Boleeft ze dan geen vreugde van haar?
Wonderlijk. Zij zit aan het ziekbed barer
dochter, de van koorts glooiende hand
Zij, die ingevolge bovenstaande wetsbepa
lingen, in deze gemeente voor de militie
moeien worden ingeschreven, moeten mits
dien hiertoe bij tien, Burgemeester en "Wet
houders, ter Gemecne-Sccretaric (afdeeiing
Militie) tu'ssclien den lsten en den Sisten
Januari 1912 worden aangegevc-n.
Voor het doen urn de aangifte ter in
schrijving zal meer bepaald gelegenheid
worden gegeven in liet .gebouw dc St. JOH IS
DOELE, nnn het Doeleplein alhier, op
VRIJDAG, 5 Januari 1912
en
ZATERDAG, G Januari 1912,
telkens van des voormiddag 9 tot des mid
dags 12 uur en van des namiddags
1 tol 4 uur.
En is hiervan afkondiging geschied, waar
hot behoort, den 23sten December 1911.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. L. HONNERLAG E GRETE.
De Secretaris
Het veel besproken woord. Het scheelt
nog maar heel weinig of wij hebben twee
Dichtbonden, als een driedubbel bewijs, dat
wij het gemis aan zelftucht gevoelen. Want
eerst heeft één bond dat gevoel gehad.
En toen hebben nog weer andere men-
sclum dat gemis gevoeld. En toen hebben
die andere monschen bijna weer een |cwijs
van tuchteloosheid geleverd door weer eelt
bond op te richten.
Ilopen wij, dat liet. er niet van kun.i.
Als demonstratie vnn tuchteloosheid is liet
onnoodig. En de beweging kan zoo'n nieu
we vcreeniging alleen hog maar verstrip-
„ren,
De beweging is overigens wel vrij alge
meen. En zij is niet uitsluitend een Nodor-
landsch verschijnsel.
Dat laatste wordt wel wal veel uit liet
oog verloren. liet schijnt dat men niet
weet, dat ook in het buitenland, ook en
niet het minst in Duitschlaml, tetronwoor-
dig veel moor over tuchteloosheid geklaagd
wordt dan vroeger. Dit verschijnsel moge
een waarschuwing zijn voor hoi), die hij
tuchteloosheid al te veel getooven aan
een Nederlandsch natiaal gebiek.
In jd.e tweede plaats behoort men niet
klakkeloos aan te nemen, dal de houding
van. het publiek in het buitenland zoo
heel veel beter is dan ten onzent. Et-
zijn zoo gewone praatjes daarover ;n ou>
land in omloop, die niet alle evenzor,
op goeden grond steunen.
Een bekend verhaal is b.v, dat men in
Duitschlond ooftboomen op den openbaren
weg heeft staan. „Laat men dat ten onzent
eens probecren!" wordt gemeenlijk g-zegtl.
Nu zullen wij daarop niet antwoorden,
dat het bij ons goed zou gaan. Doch uit
eigen ervaring kannen wij getuigen, dn! die
ooftboomen in Duitschlmul soms allerver
schrikkelijkst geplunderd worden. Wij heb
ben daarvan do meest krasse staaltjes o. fl
irt het dal van Rijn en Neck,ar gezien.
in de hare; maar zij ziet die dochter
alleon, zooals zij iu gezonde dagen was.
en alles wat zo ziet, geeft een antwoord
op de vraag. De bloemen zoggen liet tiaar,
do bloemen, die nooit weliger tieren dan
onder Martha's handig
Haar kleine jongens, die zich door nie
mand zoo gewillig laten leiden. Haar eigen
teven, door duizend kleine gemakken ver
aangenaamd, door duizend kleine oplet
tendheden versierd, - onbeduidende din
gen op zichzelf, maar haar toch lief on
dierbaar, ter wille van tiaar, die stil en
zonder eenigen ophef in huis den scepter
zwaait. Wie en wie alleen had in haar
woning dat bekoorlijke weten te geven,
dat alleen huiselijkheid schonken kan? En
je holcefdet geen vreugde aan haar, moe
der? G-e hadt oen engel aan haar, en tui
wordt dio at ontnomen, omdat ge dm eng- i
niet waard zijl.
Mot een gil springt ze op in haar bed.
Wat is dat? Ilct daglicht schemert, dooi
de gordijnen en valt op dc in allerijl
uitgetrokken baljapon. Zij zelve ligt in haal
bed cn naast haar slaapt Martha, bleek,
maar rustig,
God zij eeuwig gedankt I liet was slechts
een droom, een benauwde droom. Maar
deze droom heeft haar de oogen ge
opend. Nooit zal ze hom vergelen, nooit
Zachtjes staal ze op en bergt zorgvut-
dig alles wo.g, wat maar eenigszins aan
den dag van gisteren herinneren kan.
Een tweede verhaal betreft het land van
het Vreemdelingenverkeer bij uitnemend
heid Zwitserland. De gewone tourist
spreekt niet enthousiasme over Luzern en
Interlaken, waar de meuschen met de
vreemdste pakken kunnen loopen zonder
dal één straatjongen hen ook zelfs maar
nakijkt»
Dat is juist. Iu die plaatsen is het tieele
publiek, dat in zijn .geheel van helvrcem-
(1 1111u«'n verkeer teelt, politic-agent. Geen
wonder dat de jongens daar koest zijn.
Doch het is in Zwitserland niet overal
zoo. Wij hebben op meer dan één plaats
ginds hethnaldelijk met eigen oogen ge
vallen van baldadigheid gezien, die in de
hoogste male eigerlijk waren. Op eert klein
plaatsje dal niet erg in lick is, werden
voortdurend allo wegwijzers, alle banken
ou heel veel 'jonge aaaplanliiigen vernield.
Nu weten de deskundigen reizigers te ver
tellen, dat de vernieling van de wegwij
zers indirect het werk van gidsen is. Doch
wij kunnen dit ten aanzien van dit plaatsje
beslist tegenspreken. En dat gidsen hun
hand hadden in andere baldadigheden zal
wel niemand beweren.
Ten onrechte stelt men het dus o. i.
voor, dat da .tuchteloosheid elders nage
noeg niet bestaat, at zouden, vrij niet dur
ven tegenspreken, dal liet hier erger is
dan elders. Dat is wel mogelijk, doch het
staal niet zon vast ais men gewoonlijk
meent.
Een andere opmerking, dio wij in alio
bescheidenheid zouden willen maken of lie
ver herhalen want wij hebben haar at
eens gemaakt. is dat men hij de bestrij
ding van de tuchteloosheid niet de zooge
naamde heter gesitueerden moet vergeten.
Het zit hem niet uitsluitend in de school
jeugd of in de minst gofortuneerden. "Wet
degelijk is er ook veel tuchteloosheid bij
degenen, die zeker liet voorbeeld moesten
geven.
Het is gemakkelijk genoeg daatvaa voor-
heelden te geven. Men neme maar eens
dadelijk liet „jij" en „jou" waarmee zoo-
veleti die wal beter gesteld zijn 'hun on
bekende minder„ges(el(ten" aanspreken. Dat
is een gemis aan beleefdheid, een gemis
aan gezonden gemeenschapszin, aan eer
bied voor „den ander", zonder welken zelf
tucht ondenkbaar is. Hoeveel „heeren" loü-
pen vrouwen van tiet troitloir, zoodra zij
deze voor minder welvarend houden. Nu er
kennen wij wel: veel jonge werklieden slaan
in ongematiieidheid bij deze „heeren" nicvt
ten achter. Doch mou zal ons gelijk p-ma
als wij beweren dat het van do „he-
troel veel erger is.
(Jok bij andere gelegenheden rechts
houden, wachten bij een brug, snel instap
pen iu een trein, hot volgen van de queue
bij een gedrang, enz., enz. kan men eiken
dag heel veel gevallen van tuchteloosheid
van de meerwelgestolden beleven, die zoo
doende een zeer slecht voorbeeld geven
eir bewijzen niet te* begrijpen, dat een goede
zelftucht in de eerste plats voorschrijft,
dal men zich geheel vrijwillig onderwerpt
en slipt houdt aan alle regels van ver
ordening of gewoonte, die dienen om to
Vnn tijd tot tijd sluipt zo naar het
bed barer dochter, die evenwel rustig
doorslaapt.
Eindelijk wordt ze wakker.
„Het is zeker al laat, moeder?"
„IIoc gevoel je je nu, beste kind?"
„O, even gezond als altijd. Ja, nu herin
ier ik me weer alles: gisteravond was
ik op hot hal. liet was alleen dc warmte
en de drukte, die mc duizelig maakten,
maar nu ben ik weer heelemaal beter.
,Maar, boste moeder," voegt ze erbij, ter
wijl haar oogen iets schijnen te zoeken,
„waar is mijn japon, die ik gisteren op
liet bal hol) aangehad?"
Do moeder buigt zich teedor over haar
heen oil zegt: „Die heli ik netjes wegge
borgen, en met mijn toestemming komt dio
nooit meer te voorschijn."
„Anno moederzegt Martha, maar
zo zegt hot lachend. Haar moeder ziet
er zoo vroolijk on tevreden uit.
„Stil kind," zegt deze met een blik zoo
vol tocderheid, dat. Martha cr niet. aan
denkt den zin te voltooien. „Nooit zal
ik hot. mijzelve vergeven, dat ik, door den
Zelfzuchtigett wcnsch gedreven, je in do
balzaal gevierd te zien, een oogcnblik
vergelen kon. wat jc voor mc waart, en
zoo ik hoop, nog lang blijven zult: Een
zonnetje in huis."
„Retor, duizendmaal heter een zonnetje
in huis, dan een ster in de balzaal."-