65"* Jaargang. Zaterdag 3 Augustus 1912 No. 13984 Tweede Blad. Aan den Minister vanWegen, Op den bodem der zee. Vrede en oorlog*. Deze courant verschijnt d a g e l ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen. Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en V. laar din gen n.1.25. franco per post fl. 1.65. Prijs per week: Voor Schiedam enVlaardingenlO cent. Afzonderlijke nummers 2 cent. Abonnementen worden dagelijks aangenomen. j j 1 Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een uur aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange naven No. 141 (hoek Korte Haven). geeft eerbiedig tc kennen: ondergeleeken.de, dat hij als vele an- 'dero mensehen met twee boenen geboren is, dat hij een tijdlang de gelegenheid heeft gehad het gebruik dier beeneu als gewone voortbeweging^werktuigen, te verloeren en daarbij met auto's en fietsen de landen te doorkruisen, hebbende hij toen niet het minste bezwaar tegen auto's of fietsen, dat hij sedert echter door omstandigheden van beurs en gezondheid Weer tot zijn beide boenen zijn toevlucht heeft moeten nemen, dat hij toen ineens gemerkt heeft, dat de staal 'der Nederlanden niet meer is in gericht op tweoboenige wezens, dat hij dit in de eerste plaats heeft gecon- stateeul toen liij, buiten de stad zijner inwoning gekomen, getracht heeft tc wan delen, dat de mooie wegen, onmiddellijk bij de stad oir naar dio stad leidende, niet wandel haar zijn wegens het enorm verkeer Van. fietsers, auto's en rijtuigen. dal men .immers onder wandelen moet verstaan: „het zich voor gezondheid en genoegen op een rustige, (mooiejt en frisscho plaats voortbewegen met een open oog voor het natuurschoon", dat op de bedoelde wegen geen ruimte is voor wandelaars, zoadat er van rus tig wandelen geen sprake kan zijn, dat men al voortgaande zich voortdurend onledig moet honden met de vraag hoe aan af d<? gevn'leü én de onaangenaamheden van den weg te ontkomen, zoodat van rust geen sprake fan zijn, dat dio rust bovendien in hooge mate in gevaar wordt gebracht door het gc- bel dor fietsers, maar vooral door de meest afschuwelijke geluiden der auto's, waaraan paal nog perk wordt gesteld, dat de stof en do stank, welke vele auto's verspreiden, elke gedachte aan frise.h he id 'bij liet wandelen op zijde zetten, dat men, wil men lot eiken prijs natuur schoon zien, gioote kans heeft in het open oog, dat men daarvoor heeft, stof of een stomp van een fietser te krijgen, zoo de auto u nog niet op meer radicale wijze dwingt de oogen voor altijd te sluiten, dat er dus anu het zich op dcrgelijko wegen voor gezondheid en genoegen bewe gen geen denken meer is, dal nog wol enkele volhardende indivi duen liet blijven wagen, doch dat spoedig aan zulke waagstukken niet meer gedacht zal wrnden, dal dit zeevongcwenscht zou zijn met liet oog op de volksgezondheid, die. door wandelen zeer gehaat wordt, dat zulke vlak bij1 de stad liggende mooie wegen hij uitstek geschikt zijn juist voor hel wandelen der minder geforluncerden, wijders dat ondergcleékonde zich dezen zomer met den spoorweg naar Gelderland heeft begeven, ten einde da ar de wandelgolegcn,- hoid te vinden, die hem bij! zijn woonstad op do boven .aangegeven, wijze ontnomen 'is, I dat Jiij daar intusschen' gestuit is op een samenzwering van groot-grondbezitters, welke hem liet wandelen nog lastiger heb ben gemaakt, dat (lezen toch vrijwel alle bewandel- baio wegen bezet honden, de grooteen open bare met hun auto's, do kleinere en parti culiere .met bordjes: „verboden toegang", - „verboden wandeling", „streng verboden wandeling", ,of gelijk vooral nabij Apel doorn Jiot geval is met oneindige hek ken en prikkeldraadversperringen, dat hel den ondergeleekendon voorkomt, at oen dergelijke toestand onhoudbaar is, dal de bezitters van bosschen, enz., die bosschen. enz. (boven een ruim te nemen minimum ,voor particulier wandelterrein) behoorden open te zetten voor wandelaars, waar de wandelaars zich geduldig op hun openharen weg laten wegtoeteren, bestoffen en bospaden door de veelgenoemde auto's, dat hot bekend is, dat het publiek vaak in die particuliere bosschen papier laat slingeren pf andeio minder nette dingen doet, doch dat deze overlast, door het publiek aan deze welgestelde bezitters aan gedaan, die natuurlijk uitdrukkelijk behoort to .worden afgekeurd, toch zeker niet op weegt tegen den bovenbedoelden overlast, welke do bezitters oj) den openharen weg hel wandelend publiek aandoen; redenen w'aarom. ondergoteekende, wan delaar, zich wendt tot uwe excellentie met eerbiedig verzoek: Over het algemeen: het wandel- wezen in Nederland te bevorderen. In het bijzonder: lo. de drukke openbare verkeerswegen in de nabijheid van steden te doen verbreoden, daarop paden uitsluitend voor voetgangers aan te leggen en kleine spoorwegviaductjes of ge vaarlijke draaien, uit rustiger tijdperken tla- teerend, voor doelt 'iger wcginiiehtingen te doen plaats maken; 2o. de bezitters van mooie particuliere wegen tc overtuigen, d,at zij tegenover de iluhlzaainlieid van liet publiek ten aan zien van hun auto's ook wat geduldiger moeien worden, en hun particuliere wan delingen moer voor hel publiek moeten openstellen; 3o. het maken van aparte auto-snehve- gen te bevorderen en mee te werken tol spoed beperking en stofplaag-beslrijding van de auto's op de openbare wegen; 4o. al die maatregelen te nemen, welke er toe kunnen leiden, dat de Nederland sohe staatsburger op twee boenen zijn land met meer gerustheid en meer genoegen zal kunnen bewandelen, dan thans het geval is. Hetwelk doende, enz. Een tweehandige. Hel. ondergaan van do „Titanic" heeft voor een poosje weer eens do aandacht der mensehen gevestigd op dat gedeelte der aarde, wat zob heel zeldon oL' liever nooit door oen mcinschelijken vool ibctrc don wordt, maar daarom niet minder in leressant is. We bedoelen hiermede den bodem der zee. Eon jong Eranscli scheepsfeclmicus, de Pluny genaamd, die met behulp van een door hom uitgevonden apparaat, de tot nu onbekende diepte van meer dan 336 voel bereiken kan, doet, van hetgeen hij op die diepte; waargenomen, heeft, interes- santo verhalen, 'n Soort van metalen pant scr geeft do Pluny elke gewensclilo besclioi ming en doov oen bijzonder samengesteld scheikundig middel Wordt automatisch voor de ademhaling gezorgd. Zoo is bij reeds ïueer dan 115 maat mot volle veiligheid in de diepto neergedaald, oa heeft bij die nedoidalingen 'een wonderbare wereld ont dekt, dio lot nu toe geen menscholijk oog gezien had. I 1 Volgons de „Scientific Americnin" b'e richt de Pluny over zijn onderzocschc. bb- vinulingioa bot Volgende: „Eerst heeft men een gevoel alsof men in ,oen mijn afdaalt, maar spoedig is meit daaraan gewoon. Op een diepte van om- Naar aanleiding >van 'Ons artikel Oorlog don oorlog", ontvangen wij het volgende ingezonden stuk, dat Svij hieronder opnemen en waaraan wij dan gaarne een opmerking zullen toevoegen. Mijnheer de Redacteur; In uw nummer van 20 Juli komt een artikel jvoor, dat ons, voorstanders van den (Wereldvrede, weinig geschikt toe schijnt, ouijhetdoel, dat blijkbaar ook het uwe is, te bereiken: dat n.l. „de mensch- heid eindelijk van de geweldige offers aan den god Van den oorlog wordt be vrijd, en gelegenheid zal krijgen baar geld en werkkrachten beter te besteden." Hel zij (pus'daarom vergund enkele opmer kingen te maken, die U in het belang de de ook naar uw meen'ing goede - :.aak zeker wel zal willen plaatsen. Het artikel „Oorlog don oorlog" wekt den indruk, alsof „de" voorstanders van den wereldvrede (zooclanige idealisten zijn, dat roods na vijf of tien jaren de alge- moene vrede ,zou verzekerd zijn. Zeker zijn cv wel personen, die zoo optimist zijn. Maar mag rnpn een beweging booordeelen naar .enkelen Moet niet veeleer ter ken schetsing van een beweging naar de mee ning dor leiders worden gevraagd? Do Algemcene Neclerlnndsche Bond „Vrede door Recht" hu is zeker niet min der dan u overtuigd, dat nog heel wat gebeuren moet, vooraleer ons doe! is be reikt. Rustelooze propaganda in alle lan den zal moeten worden voortgezet, om de menschcn te overtuigen, van hoegroot moreel eu economisch belang het is, dat de Vrede woidt verzekerd en dat de „pacifisten" volstrekt niet zijn personen, voor wie vaderlandsliefde" niet bestaat. Naast deze propaganda moet het inter nationale recht worden volmaakt. De in ternationale rechtsregelen, welke moeten worden in acht genomen lusschen de ver schillende Staten, moeten 'nog worden uit gebreid. liet reeds te 's-Gravenhage be staande Internationale Gerechtshof moet een betere organisatie ontvangen. Wel licht zal, gelijk de Groningsehe hoog- lecraar Van Eysinga en de Lcidsche hoog- leeraar Van Vollenhoven met aandrang bepleiten, een Internationale Politic ook moeten worden ingesteld. Dit alles zal tijd, veel tijd, en niet minder veel arbeid kosten. Maar moeien wij in afwachting daarvan nu moenon, dat het denkbeeld van don wereldvrede nog vrijwel even ver van do werkelijkheid verwijderd is, als vroe ger? Moet iief. feit, dat de bewapeningen steeds toenemen, ons ontmoedigen? Wij zouden willen vragenis het niet begrij pelijk, dat zelfs een oprecht vredelievend Minister, als Lioyd George in Engeland, liet zijn-plicht acht de Engelscho strijd krachten zooveel mogelijk te vermeerde ren, zoolang niet door de voltooiing van stroeks negen voet, vindt men reeds zee- netels in grooto menigte. Dooi' het w'atcr gezien, schijnen alle dingen vergroot en zoo lijken de> kwallen ook reuzengroot. Men vergeet bijna geheel, dat men door den duikorholm beschermd wordt, en heeft een gevoel of deze weeke, slijmerige mas sa's aan liet gezicht blijven hangen. Iets dieper stoot men op scharen kleine vonken- spuwendo visschen, die als strepen lichtend koper zijn en zich in voorldurendo bewe ging bevinden. Op een diepte van 126 voet, komt men door dichte massa's zce- gr.as, dat, 'als 't wm'o met Jeven bezield, zich om ieder deel van bot lichaam slin gert. Dit zeegi',as is een groot'gevaar voor den duiker, d,aar het zijn bewegingen be lemmert en hem met centcnaarskrachtnanr beneden kan trekken. Beneden, op 1G2 voet, vindt men kleine, op slangen getij kende visschen van ongeveer 3 voet lengte; en andere bewoners -der diepto, die op dolfijnen gelijken. Deze laatste vallen woe-; dencl pp den duiker aan, dien" gauw «re doodelijko vrees overvalt.; ze kunnen ge makkelijk hot 4 duim dikke glas van don helm breken. Natuurlijk zou, als dit ge beurde, de dood onmiddellijk intreden. Nog gevaarlijker monsters zijn do polypen, die hun slijmerige voelarmen om den moe digen onderzoeker slaan; daar ze oven- wel laf zijn, laten zo dadelijk los, wan neer zij met hot metalen pantser van de' duikerailrusling in aanraking komen. Even schrikkelijk om aan te zien,'en veel moediger zijn 'do rouzenkrabbten, waarvan Prijjs der Advertentiën: Van i6 regels fl.0.92; iedere regel meer 15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij innemen. A!dvertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan bet Bureau te bekomen. In de nummers, die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschenen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan bet Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon No. 103. do Internationale Rechtsorganisatie op volgende vredesconferenties aldus langs dien weg de vrede is verzekerd en aldus Engelands rechten zijn gewaarborgd? Zoolang wij nog leven in den ongeorden- den internationalen rechtstoestand, moe ten maatregelen worden genomen, welke voor dezen toestand passen. Daarom strij den de Pacifisten in de verschillende landen niet zoozeer tegen de bcwape- ningsvoorstellen, maar bevorderen zij met alle kracht een algomeene vredelievende gezindheid,- opdat de voltooiing van het Volkenrecht zoo spoedig mogelijk tot stand kome. En daarop bestaat hoe langer hoe groo- ter kans. Men leze de verschillende Vre- desbladen, en men zal zien, hoe steeds meer personen van naam en invloed voor onze denkbeelden zich warm maken. De Nedeilandsehe Bond Vrede door Recht" telt staatslieden, als De Savornin Lob man, Goeman Borgesius, Loèff, Bos, Ty- deman, Van Asch van Wijek, onder zijn leden. En wie zou niet inzien van hoe groote beteekenis het is, dat Léon Bour geois meermalen Minister van Buitenland- sche Zaken, thans nog 1 i d van het Fran sche Min. de ziel is van de Fransche Vredesbeweging? Wie is blind voor het groote voordeel, dat hoogleeraren als Von Liszt, Kohier, Von TJllmann en Schücking in Duitschiand met al hun talent en in vloed op de jongeren, aan wie de toe komst behoort, de Vredesbeweging voor uit helpen? Laat dan Italië nog maar oorlog voeren met Turkije, als bewijs dat het groote doel niet In eens kan worden bereikt! Wat deert dit hem, die het oog niet heeft gericht op het heden, maar op de toekomst, wanneer hrj daartegenover ziet het veldwinnen zijner gedachten bij Staatslieden en Geleerden, en bij de ge- heele bevolking blijkens de iedere maand over de geheele werold toesiroomende nieuwe leden van Vredesbonden? Wij be vechten niet een enkele, uit het oude systeem nog voortvloeiende gebeurtenis wij bestrijden het systeem zelf, en daar in met steeds meer succes. Aldus Alfred Fried, de man die door zijn „Die Frie denswarte" wellicht meer dan iemand de nieuwe Yredesdenkbeeklen bij de be volking heeft doen ingang vinden en dan ook terecht den Nobel-prijs voor den Vre de heeft verdiénd, gelijk met onzen Asser, den man der wetenschappelijke interna tionale Conferenties. Zouden wij nu dit stelsel moeten verla ten, dit stelsel van propaganda eu weten schappelijke bestudeering van het interna tionaal recht over de gansche wereld? Zouden wij, overeenkomstig uw denk beeld, de ingezetenen van de groote Sta ten, als onoprecht, van onze organisatie moeten buitensluiten? Wie de verdiensten kent van mannen als den Franschman, Bourgeois, den Duitscher Fried, den En- gelschman William Stead voor de Vredes beweging, hij zal op deze vraag het ant- sommigc 3 voet in doorsnee zijn. Met him steake schalen en scharen zijn ze voor den duiker een voortdurend gevaar, dat niet onderschat mag WQrden. Op zulk een geringe diepLc veranderen de visschen niet aanmerkelijk' van vorm en aard; eerst op een diepto van omtrent 1000 meters ver andert hun natuur geheel en al en ze moeten andere vormen hebben, om den druk van het water te kunnen verdragen. Tot heden is het onmogelijk geweest, lo vende exemplaren van deze onderaecsolio wezens aan do oppervlakte te brengen, want wanneer ze er uitkomen, is dooi de verdwijning van den waterdruk hun omvang verviervoudigd. 1 Daar al deze dieren vleescheters zijn, dienen hun grooto muilen dikwijls tot graf voor de ongelukkige matrozen, die met hun schip zijn ondergegaan en wier lijken langzamerhand dieper zinken. De lichamen van deze visschen zijn geheel plat, daal de toenemende waterdruk bijna alle graten incondrnkt. i Een merkwaardigen indruk bij deze na sporingen onder de zee maakt hot licht, dat een zeldzaam mengsel is van violet en groen; do kleur lijkt eonigszins op liet licht in do holen der ijsbergen. Op een diepte van 32 meters wordt het licht steeds valer en door do watermassa lijkt dc zoai een roodachtige, ondoorzich tige kogel. Op zekeren dag genoot ik! op een diepte van 129-voet, juist om 12 uur 's middags; een onvergetelijken aanblik, De zon stond woord weten. Wij, leden van „Vrede door Recht", verheugen ons, op de krachtige organisatie onzer beweging over de ge heele wereld, welke zich weder uiten zal op het groote Internationale Vredescon gres to. Geneve, in September. Wie hier van wat meer wil weten en zich wil voQiheroiden om met belangstelling te kunnen volgen bol congres, dat in 1913 in Nederland zal plaats vinden, geve zich op als lid van „Vrede door Recht". Namens do Pcrscommissic van Vrede door Recht" Mr. B. de Jong van Beek on Donk,- Voorzitter,- Mej. M. van Haaften, Secretaresse, Bankastraat 85a, 's-Gravenhage. Ons antwoord kan, wat het hoofdpunt aangaat, kort zijnWij hebben or niet aan gedacht de loden van „Van Vrede door recht", te beschouwen ais de wonderlijke idealisten, die reeds na enkele jaren den algomecnen vrede verwachten. Wij hebben er niet aan gedacht die beweging te booor deelen naar deze enkelen. Wij begrijpen zelfs absoluut niet waar men dat alles in het gewraakte artikel heeft kunnen lezen,- welke slip of the pen of minder gelukkige uitdrukking dit misverstand heeft kunnen doen geboren worden. Integendeel wij hebben juist gemeencl; lat o>k dc ledo.i van dezen bond met ons de luchthartigheid van die „enkelen" betreu ren en dat zij dus een bestrijding van die „enkelen", dio de te overwinnen moeilijk heden niet in 'naar werkelijke grootte ken nen, gaarne zouden zien. Bij bet streven, naar zulke verheven doeleinden dient de sticver zich toch in de eerste plaats dui delijk rekenschap te geven van de moeilijk heden die te overwinnen zijn. En dat doen die enkelen juist niet, tot schade van de ge heele vredesbeweging, naar liet ons voor komt. Do hoofdstrekking van het ingezonden artikel gaat dus langs ons heen. Toch komen wij op het slot gaarne nog eens terug, om dat daar een misverstand bestaat, waar aan wij ons na herlezing van ons artikel meer schuldig gevoelen Men kan inderdaad uit ons artikel lezen,- dat wij de door .Vrede en Recht gevolgde methode van propaganda afkeuren. Dat nu is geenszins het geval. Integen deel wij zijn overtuigd dat deze vereeni- ging goed werk doet. Doch wij meenen 'dat er naast doch zeer zeker niet tegen over dit goede werk nog ander goed weik is te doen, dat volmaakt parallel loopt met het werk van de inzenders en dat vooral op den weg ligt van de bewoners der kleine staten. En. dat goede werk zien wij in het nader tot elkaar brengen van de bevolking der beschaafde kleine staten van Noord-West-Europa. Men versta, ons wel: de bevolking. In tegenstelling met de be woners der groote staten is vrijwel dc ge heele bevolking van die landen pacifist: uit .overtuiging en uit noodzaak. En daar in jxet Zenith. Ik stond op een grond van fijn wit zand en de breking van het licht op den sneemvwitten grond maakte op mij den indruk, alsof ik op een vlakte van gesmolten goud stond. Op een diepte van 2*26 voet heerscht reeds diepe duisternis; op 327 voet is do duisternis ondoordringbaar, en om iets te kunnen zien, gebruikt men cleetrisch licht. Ik gebruik electrische lampen, welke een licht geven 'voor 10.000 kaarsen. Do Pluny heeft gedurende zijn loopbaan als duiker reeds menig gevaar' do ore taan. In de nabijheid van Ostende, vertelt hij, moest ik eens het wrak' onderzoeken van een schip, dat kort geleden gezonken was. Daarbij werd ik door een heele kudde reu- zenkrabben aangevallen, die juist de lij ken der doodo matrozen aangrepen. Een van die monsters pakte mijn been vast, dat zonder de pantserkleeding verpletterd zou geworden zijn. Ik had een soort zwaard iu mijn hand en doodde daarmee twee monsters, waarvan ik de schalen nog be zit. Op den zeebodem zijn alle voorwerpen met een merkwaardig soort stof bedekt. Er heerscht een eeuwig zwijgen en een vreesolijko duisternis. Daarbij1 is de grond met beenderen bedekt, waarvan er vele van menschcn afkomstig zijn. Zeer merkwaar dig is het door mij opgemerkte feit, dat de zee een tijd lang de lijken ongeschon den bewaart. Ik bezocht eens de romp van een schip, dat met de geheele bemanning gezonken, was- Bijna allo manschappen slie pen op het oogenblik van het ongeluk en waren van den slaap in den dood over gegaan. Daar de luiken gesloten waren, hadden de visschen de matrozen niet aan geraakt en ze lagen schijnbaar in een rus tige, geheimzinnige sluimering. Ik kwam naderbij en raakte een der lijken met de hand aan; hot vleesch scheen zich onder mijn aanraking op te lossen en te vergaan en er bleef siechts een skelet over'. En dan de schatten op den bodem dor zeel >Milïioenen liggen, begraven niet ver van Yigo. Ik zelf ben daar nooit geweest, maar een mijner mannen daalde eens in. de jjude duiker-uitrusting in de diepte neer-, De ongelukkige stierf kort nadat hij de oppervlakte weer bereikt had, maar hij' vertelde nog, dat hij op don bodem meer-> dere galjoenen gezien had, waarvan de masten nog recht stonden en waarvan het timmerwerk nog ongeschonden was. Dat waren zeker enkele van de met schatten beladen, schepen, dio echter volgens zij'n mcening 'niet aan de oppervlakte zijn te brengen. Daar ze sedert 1707 onder water liggen, moeten alle metalen geroest zij'n. Ik zelf heb het schip gezien, dat in 180S de schatten van Napoleon naar Holland bracht, onderweg echter schipbreuk leed en inet honderd millioen aan boord zonk; daarvan zijn 56 millioen te voorschijn ge haald; al het andere ligt nog op den bodem van de Oceaan. i i i i i i SCHIEDAMSCH!: COURANT.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1912 | | pagina 5