'an H >uter s
Ca< ae
V
55"° Jaargang.
Donderdag 21 November 1 12.
»*o. 14077
Het derde schot.
Kennisgeving.
ENORM VERSCHIL
in Smaak, Kracht, Geur en Kleur
met alle andere goedkoope merken.
BUITENLAND.
Bevoegde beoordeelaars vinden hierin
terug den smaak en geur, die goed gefa
briceerde cacao moet bezitten.
SCHSEDAMSCHE COURANT
Deze courant verschijnt i ag c 1 ij k s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam enVlaardingenfl. 1.25, franco
per post fl. 1.65.
prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent
Afzonderlijke nummers 2 cent 1
i Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het Bureau b'ezorgd zijn.
BnreauLange Ilaven No. 141 (hoek Korte Haven).
Prijs der Advertentiën: Van 18 regels fl 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van AO cents per advertentiej bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
m
Dilchtingen welke gevaar, schade
oi hintier bunnen veroorzaken.
Burgemeester en Wethouders v;an Schie
dam, 1
Gezien het verzoek van A. ,1. VREDE-
BREGT ïlzn., om vergunning tot hel op
lichten van een w a s c h- en s t r ij k i n-
j-ichting, gedreven door een stoomma
chine van 8 P.K., en een stoomketel van
20 ll2 venvarmingsoppcrvlak, in liet pand
gelegen aan de Westmolenslraat no. 18/18,
kadaster bekend Sectie C nos. 885 en 888
Gelet op de bepalingen, der Hinderwet,
Doen te weten:
.dat voormeld verzoek mot de bijlagen op
de secretarie der gemeente is ter visie
gelegd;
dat op Donderdag, den öden December
a.s., des namiddags ten 2 ure, ten r.uid-
huize gelegenheid zal worden gegeven om
bezwaren tegen het toestaan van dat ver
zoek in to brengen jen die mondeling of
schriftelijk toe te lichten;
dat- gedurende drie dagen vóór hot
tijdstip hierboven genoemd, op de secretarie
der gemeente, van de schrifturen, die ter
zake mochten zijn ingekomen, kennis kan
worden genomen; en
dat volgens de bestaande jurisprudentie
niet tot beroep op eene beslissing ingevolge
de Hinderwet gerechtigd zijn zij, die niet
overeenkomstig art. 7 dier Wet voor het Ge
meentebestuur of een of meer zijner ledem
zijn verschenen, ten einde hun bezwaren
mondeling toe te lichten.
En is hiervan afkondiging geschied, waar
liet behoort, den 21 November 1912.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
M. LI. IIONNERLAGE GRETE.
Da Secretaris,
V. SICKENGA
Schiedam, 21 Sept. 1912.
DE BALKANOORLOG.
Het vechten gestaakt.
Onderhandelingen
geopend.
Over de gcheele linie van Tsjataklsja is
gisteren hot vechten gestaakt. De Bulgaar-
sclie zoowel als de Turkscbe troepen heb
ben bevel gekregen hot vechten te staken
en zich op de bezette plaatsen te hand
haven.
De onderhandelingen over den wapen
stand zijn thans gaande tusschen de ge
volmachtigden der bondgenooten, d. w. z.
Crimineelo Roman van Hans von Wiesa
(Vertaald met toeslemming van den
Duitschcn uitgever.)
lo Bulgaarsche oppcrbevellHtbbeis on lie
'arksche generaals Nazim pasja, generaal
Isset pasja, laatstelijk opperbevelhebber in
Yemen en Shadan boy, staatsraad.
Tot nog toe zijn over de besprekingen
n do voorwaarden geen bijzonderheden
bekend. En doen wel allerlei geruchten
,uil betrouwbare bron" de ronde, maar
in waarheid kent, behalve de vijf s'ouverei-
nen -hun ministers en hun onderhandelaars
niemand den inhoud der voorwanden.
Uit Sofia werd hedennacht geseind:
De telegrammen van generaal Nazim pas-
In bel hoofdkwartier verwacht men he
denmorgen liet antwoord op de voorwaar-
en den Turken gestold voor een wapen-
tilstand. In geval deze niet worden aan
vaard, zal de strijd onmiddellijk weer op
gevat worden en zullen de Bulgaren na
de Tsjataldsjalinie gepasseerd te zijn, weer
naar Konstanlinopcl oprukken.
De laatste dag van bet
gevecht b ij T s j a t a 1 d s j a.
De telegrammen van generaal Nazim pas
ja aangaande de Dinsdag geleverde gevech
ten, eindigen met de verklaring, dat bijna
over het gcheele front de vijandelijke batte
rijen tot zwijgen Werden gebracht.
Gisterochtend seinde hij, dat de vijand,
die tegenover 'den Turkschen vleugel stond,
in den nacht was "teruggetrokken in de
richting van de hoogten van Papas Boer-
gas. Do Turkscbe verkenningstroepen tel
den op de hellingen in de buurt van hot
station Tsjataldsja moer dan 500 lijken
van Bulgaarsche soldaten, uit wier schou
derbedekkingen bleek, dat zij behoorden
tot het eerste regiment infanterie van
Sofia.
Volgens verklaringen van gevangenen wa
ren do vijandelijke troepen zonder voed
sel sedert drie dagen en waren zij niet
in staat allo gowonden mede te nemen.
Volgens oen draadloos telegram van den
gezagvoerder van het Turkscbe oorlogs
schip „Torgliootreis", eveneens van gis
termorgen, werd de afdeel in;;, die van Dcr-
kos liit opereerde, gesteund door hot vuur
der schepen.
Het geschut dreef den vijand in du
richting van Ormali en Taraboerocn op 10
mijl afstand gelegen terug.
Uit Sofia werd gisteren geseind: Alen
verklaart hier, dat alle berichten uit Turk
scbe. bron "Over de beweerde overwinnin
gen der Turken bij Tsjataldsja onjuist en
tendonsieus zijn.
Voorts wordt gemeld, dat Bulgaarsche
versterkingen aan de Tsjataldsjalinie zijn
aangekomen.
De ooilogseorrespondenl van de Times"
deelt in een telegram, gedateerd 19 No
vembcr, o. a. mede: „liet is volkomen
waar, dat de Duigaren hun stellingen heb
ben moeten ontruimen voor Jlamilkoi. De
Tinken hebben den vijand op zijn terug
tocht, door ilo artillerie duchtig beschoten
De draagwijdte van hun kanonnen was
iDzicnlijk grooter dan die dor Bulgaren.
Ik kom zoocvcn van de verdedigingslinie
naar Papas Roergas;; ik heb gezien, dal
le Turken zich daar met zeer groote kracht
tot een groote macht coneeutreeren. Een
macht, welke in slaat zal zijn alle aan
vallen van den vijand te weerstaan. De
Bulgaren hebben zich op een heuvel in
Ie onmiddellijke nabijheid van Tsjataldsja
mnostekl, terwijl de Turken nieuwe posities
hebben ingenomen, welke Sn, den omtrek
gelegen zijn. Een divisie nieuwe troepen
is uil Azië aangekomen. Zij maken een
zeer goeden indruk en braken, toen zij
liet hoofdkwartier voorbijtrokken, jn luid
gejubel uit en uitten hun vreugde, dal zij
in staat waren gesteld den vijand te na
deren,
Na de in n e m i n g van M onasti r.
Volgens de nadere berichten uit Belgrado
namen dc Serviërs bij de inneming van
Monaster geen *15.000 krijgsgevangenen,
maar onllcwamon dc Turken in alle lich
tingen. De Servische bladen vragen nu
een onderzoek naar de verspreiding van
het eerste, valsche bericht.
Aan de inneming van Monastir, zoo
meldt thans een officieel Servisch tele
gram, ging vooraf het hardnekkigste en
moorddadigste geveeld van heel den veld
tocht. De Turken zouden 20.000 dooden
of gewonden hebben. De rest hunner man-
18)
■Wie zou het noodlottige schot hebben
gelost? En. hoe kwam het dat niemand
den knal had gehoord? Nu herinnerd
Mylius zich plotseling het handtaschjcda
dat hij in, de hand der doode had gevon
den. Hij had den inhoud nog niet on
derzocht, misschien was hierin iets to vin
den, dat een oplossing kon geven van hel
aadscl of teil minste oen draad aan de
hand doen, om te weten, in welke rich
ting hij moest zoeken!
'lok herinnerde hij zich, dat hij «11
eigenaardig geluid had gehoosd, toen hij
cr op drukte; het geluid van knetterend
Papier. Misschien waren er brieven in liet
taachje, die eenige opheldering gaven.
Hij ging de bibliotheek uit en begaf
-ich naar zijn kamer om het taschje te
halen.
Hij draaide den sleutel om ten trad bin
nen.
De lamp op de schrijftafel in (len hoek
yah do kamer brandde. De jump had eerst
°p de secretaire gestaan, maar hij had hel
taschje neergelegd op de schrijftafel My
itis zocht te vergeefs, hij kon het ner
gens vinden.
Behalve een opten vloeiboek) postpappier
W couverten, en andere schrijfbenoodigd-
heden, zag hij niets anders dan enkele
ornamentjes, op den rand van liet schrijf
bureau.
Zou hij plan gehad hebben Ijet taschje
daar neer te leggen cn bet toch hebben
vergeten?
Mot klemmende onrust liep hij naar de
kleerkast om 1c zien of liet nog in zijn
jachtbuis zat. Blaar do knecht had liet
kiccdingstuk zeker meegenomen daar hel
door cn door nat was geworden door den
regen.
Hij schelde.
Terwijl hij op den knecht wachtte, be
gon hij van voren af aan le zoeken fc?n in
dien tussclientijd herinnerde hij zich al
lerlei kleinigheden, waardoor hij zeker
wist, dat hij liet op de schrijftafel hal
gelogd, llij wist nog precies, dat hij hal
kleine sleuteltje uit het slot had genomen
cn daar ouder liet vakje geschoven, waar
dat mooie, bronzen beeldje op stond.
Maar hij had het sleuteltje daarna weer
uit 'het vakje te voorschijn gehaald om
even een blik te slaan in liet lasclije, om
te zien, wat er in, zat. Het slofje ging
niet dadelijk open en daar hij geen tijd
meer had, stelde hij het verdere onder
zoek tot later uit cn liet het sleuteltjo
op hel weerspannige slot zittien. llij had
het taschje een weinig achteruit, gescho
ven het kettinkje bleef nog even lin
ken aan dc punt van een blaadje postpa
pier, dat uit liet vloeiboek stak.
Daar werd hard geklopt.
„Binnen
„Heeft mijnheer gescheld?" vroeg de
knecht."
schappen, ongeveer een divisie, is gc\lucht
in de richting van Lerina, en woidl ver
volgd door Servische cavalerie. De ver
liezen dor Serviërs zijn ej|nmi» zooi aan
zienlijk.
De Grieksche kroonprins, du*, naar nn-n
weet, zich eveneens voor Monastic In-vond.
seinde gisteren aan zijn rcgeoiing:
De vijand blijft zich verweren ondank.--
den val van Monastic. Zeer n anr.sehijuljjh
wordt, liet leger, dat tegenover mis -Tmt.
aangevoerd door Niaza, "den bekenden .Tong-
Turk.
pit Athene wordt gemeld, dat een Alba-
neoseh bomlelioofd van den ojonaisch der
Grieksche troepen naar Macedonië gebruik
heeft gemaakt om de Grieksche stad Gie-
vona le plunderen en voor een deel in
brand te steken.
Servische w a n d a d cn.
De correspondent van de „lteichspost"
in Selnn meldt: In oen driedaagsch opont
houd in Nisj heb ik zulke, details over mis
handelingen van Derven tegenover Alba-
fiëe.sehe eri Turkscbe notabelen aan
schouwd, dat ik niet in slaat hen deze te
beschrijven.
Wantoestanden te Salonika!
De correspondent van het „Journal"
schildert in een telegram aan zijn blad
verschillende voorvallen welke wijzen op
hoogst eigenaardige verhoudingen, welke
RONA
„Ja, wil jc mijn jachthuis even brengen?"
„liet is nog 'niet
„Doe wat ik jc zegt" beval Mylius mtel
eenig onegduld.
De deur werd dicht gedaan.
Nu begon hij opnieuw zenuwachtig over
al te zoeken. Aücs te vergeefs.
Zou er iemand ach, maar dat was
toch niet lo denkenWeer ging hij aan
het zoeken. Zou iemand liet weggenomen
hebben! Och kom! dwaasheid! Wie
wist nu iets van dat taschje af'
En welk belang kon iemand naar in
stellen? Wal had men er aan?"
Een dief had wel iets van weer waarde
kunnen meenemenDaar lag zijn beurs
naast den ring onaangeroerd.
liet moest iemand zijn, die belang had
liij den inhoud van het taschje.
Eerst zachtjes, toen steeds luider kwam
een verdenking op in bel hart van den
man dio nog steeds mot ongeduld naar
het verlorene zocht. Hij wou die gedach
te terugdringen, verbannen uit zijn liarl,
reeds daarom, omdat het oen dwaasheid
geweest zou zijn en de gcheele zaak voor
Beliringer maar bezwarende!- zou worden.
Ja Beliringeri llij was de cvnige die
iets van dit taschje af wist, (le houl-
vcstcrsleerling kon niet in aanmerking ko
men. Behringert Zou hij zoo verblind zijn
geweest, dat hij zich lot zulk een noodlot
tige daad had laten verleiden? Misschien
had hij het alleen gedaan om de compio-
mitteoronde brieven, die* er misschien in
zaten, niet openbaar te maken?
Hij moest dadelijk naar hem loc en met
hem sprekejn,
Een oogenblik daarna klopte hij aan
hij zijn vriend.
„Binnen!"
Beliringer sprong vnn zijn stoel en ijlcl
don binnentredende niet zirlitba.ro vreug
de tegemoet.
„Goddank, Mylius, dat jc eindelijk tijd
licht om liij mij te komen! Maar - wni
is er?"
„Geen wonder, dal jc waf bijzomleis aan
mij ziel! Wat duivel! de verrassing ui zijn
zelfs voor mijn zenuwgestel te veel. Her
inner je je het kleine handtaschje nog wel,
dat ik dc doode uit de hand nam."
„Jn zeker."
„Het is weg, verdwenen!"
Beliringer staarde zijn vriend nvt groote
ongen aan.
„Je heli! hel in den zak van je jacht
huis gcsloken ik weet. hol zeker."
„II; weet het ook absolmil zeker."
Nu herinnerde hij zich bet hevel, dat hij
aan den knecht gegeven had en liep haas
tig naar de deur, deed die open en zag
den knecht reeds aankomen met het Idee
dingstuk over den arm.
Mylius nam hel hem haastig af. Zenuw
achtig zocht hij in alle /ukken.
„Heb je niels in <v- an ile zakken
gevonden?" vroeg hij aan den knecht.
„Alles wat ik gevonden"" heb, heb ik
neergelegd op de rondo tafel op de ka-
mor van mijnheer."
Dal was zoo. Blylius liad het reeds na
gekeken.
„Ileeft mijnheer nog iels anders te be
velen?"
„Neen."
iuftschen zich in de Mud Salnniki bevinden
de Bnlgaien en Grieken zouden bestaan, De
ze in»«elcdi•;-!inu"ii ueipen een eigenaardig
licht op de diepgaande uiieeuighohl. Se.leif
veisi lieideiie dagen was de stad bovendien
tiet oflei van den ovrinocd dei soldaten,
welke plumb-lend overal hun weg zochten,
zingend en mnomend door de stiaten hok
ken en iedereen, die hen in den weg liep
ei n\oiidic alm,lakten, lie correspondent
lueiaau lee, dut de mihtaiie autoriteiten
oom omlig inaehleloos tegenover deze lus-
gebiuken bend" stonden.
D e rind e r a.
De onespunilenl van de ..Dailv Miilui
silnijll uit llalkaloe, dat de cholera de ooi
zaak is Min pnbe-alu'ljtelljke mHic-..
Op den weg van Ifademkoi naar Tui
Stelnno liegen ontelhuie lijken, die nuü lie-
giaven moeten woelen, lei wijt m Tm kde-
Gum een stuk giomi m liet bijzonder voel
eindt»!:dijken is hosteiml.
11; heb ze bij l|,i--,i's gezien, send Hij,
toen zij in doodskilijd lagen, en \ond ,m
deien. dit leeds dooden gelekeu. 15 wag
ons mol i Indent j.alii'-nlen. wa.uonder 7 lij
ken, zijn Zondag in Knnstaidirmjxd hinie-n
gekomen.
Ik heb de Sofia moskee In-zit htied, die
vol zieken uns. De jmm len blijven allen
gesloten. Onder de zn-ken lievimh /i hintt
en daar een deseilem, die met is aange
tast, Inch ter he-dialluie bij de jiitjenleti
is ingedeeld.
0 o .s I e ii r ij I, e n S e r i
Hel. bericht, dal de Instem ijksi he ge-
znnt le Bolgvaio, ,1'giou, aan de Sei vise li,:
legoonng i cu uil mi,itum zou hebben over
handigd, woidl dom de inee-le BWeiisrln-
bladen onjuist genoemd.
Uit Belgiado komt evein >niis een andere
vooislelling vuil zaken, Da.iiod blijkt even
min van een ultimatum, et blei wol v,m een
knuhlig nplie.lcn De ge/,ml nv* I op een
zeer eiiisligen ioou .lui Seinschot nnuiv
ler-1)ri-sidentiRibf, omleiluuul-n hebben
over tiet gediag der S-ivmche militant;
autoriteiten tegenover ilo Onrii-m ijk-llon-
gnaiselm consuls, die hun ,belri kkmg i
heelden, in liet bezette gebied.
Tengevolge van dit ze.-r stellig tijdle
den van t'gron, heet! I'amlsj duaiop dien
dijdomaat kelims gegeven, dal d Scrvi-elie
militaire autmdeih-ii zich er ui-t meei te
gen verzetten, dut alg -/.uilen van lu-ldos-
Lc-iiii.jksi ho miiiistcifig van i>uil-e|üan Ische
zaken naar Enzn-nd Vindon gezond-n om
de zaak 0|i te helder-n ovoi den Ooslen-
lijksclieu toiisu! i'ioeliaska.
an de andere Ou-dciuijksch-Sei visclie
kwestie, tlie v.iu ivn haven Aan de Adria
tic he Zee, hooit bic-u ni-el meer. Blijk-
baai is men besloten deze aangelegenheid
te laten rusten, toUI.il de lijd voor de alge-
ineeuc regeling voor de Balkauslalejj is
aangebroken.
mrwiTfW'ittfi ■hmi ii ■a^"»niriir;r«^fcwjamcjajciiTai«wTCaaMiaBaofagc>'*MP
Blei sombei gehuil, bleek van angst,
wendde Blylius zich nu tol Beliringer, dtu
zwijgend, van tlil. alles getuige was geweest,
en verzocht hem de deur dicht te doen.
„Is hol, hlsclije nergens p vinden?"
viofj Relinngei.
„Neen!" Eu naderbij I lodende, stiet hij
er letterlijk de?*» wooulen uit: „Beliringer,
nu begint liet geval ernstig te worden.
„Hoe meen je dal?"
„Behalve ik is er nog riet hls één per
soon, die belang heeft bij dat la.sch.ji-, en
dal ben jij!"
Als door oen vuistslag gebolfen rh-insih;
Beliringer oonig-e sollieden Lenig. A Ho kleur
was uit zijn gezicht geweken, de aderen
aan zijn vooihoold 'zwollen.
„.Mylius", kermde Jiijalsof hij sLiKlo
van inwendige ontroering., „in Gods naam,
geen woord meer! Je bent mijn gast
maar ik ben ook een mensch,"
De jmisL, gewend aan uitbarstingen van
menscheJijkeu hartstocht, vertrok geen spier
van zijn gezicht. Hij wachtte slechts tot
Beliringer een willig bd kahnte gekomen
was en antwoordde toen: „Ik zie, dat jo
uitstekend begiojvn hebt, wat ik bedoel.
Dat bespaart mij de onaangename verkla
ring van den toesta,ml, waarin ik mij be
vind." En na eenig stilzwijgen ging hij
voort: „Yeiplaats je even in mijn geval.
BV al zou jij in mijn plaats doen?"
(Wordt vervolgd.I