Veertig cents SCHIEDAMSCHE COURANT, ADVERTENTIE blijven, on het buitengewone, een hond met een groote pruik op to zien, was zelfs voor deze aan zeUbeheersching gewende kunstenaars te veel. Het groote drama ein digde op de vroolijkste manier; Garrick verklaarde evenwol later, dat, al had het ook zijn leven moeten kosten, hij op dien avond zou hebben moeten lachen. BEVROREN PLANTEN. Bevroren planten worden het best ont dooid door zo in een bak met koud water to plaatsen. Wie bevroren planten dood wil hebben, moot zo zoo spoedig mogelijk bij het vuur brengen. Een bevroren plant is moestal nog niet dood; worden nu 'de levens geesten weer langzaam opgewekt, dan hei- stelt zich alles weer. Als een plant bevriest, treedt het water uit het cel vocht naar buiten en vult de ruimten tusschen de cellen. Wat dan in de cel achterblijft, kan door het waterverlies weer gröolcr kou verdragen. Zoo Wordt de plant, al bevriezende, voor doodvriozen be waard. Maar ten slotte komt er oen oogen- "blifc, waarop hieraan een einde komt, en dan is de plant cr geweest. In do vrije natuur, waar zeer veel plan ten aan lage temperatuur onderhevig zijn. gesctiiedt de ontdooiing zeer langzaam. Zoo moet incu 'tin huis ook zien in te richten. Uskoud water verwarmt de nog koudere plant; maar die afgestane warmte is niet zeer groot, zoodat de ontdooiing zeer lang zaam geschiedt, evenals in do natuur'. Brengt men ineens te veel warmte aan, dan geschiedt de ontdooiing te snel: al het water tusschen do cellen ontdooit plotseling, en daar het niet direct kan worden opge nomen, hebben do cellen te weinig span kracht, en de geheele plant hangt slap. Sommige planten kunnen nogal wat kou Vierdragen, bijv. do buitenste bladeren van kool 10 tot 15 graden onder nul, en do bladeren van maïs 3 graden. VERLIEZEN. Het is een groote kunst te kunnen ver liezen. Er zijn mcnschen, die altijd en alles verliezen. Dat begint reeds als kind, en deze verliezers loeren langzamerhand de groote kunst met zekere grootmoedigheid aan te nemen, wat het leven hun brengt, doordat zij zich mot alle krachten moeten inspannen hun verliezen te boven te komen. Eerst zijn het natuurlijk kleine dingen, geen tranen waard, maar men begint op school ook met de bescheidenste, totdat het leven ons later de grootste diploma's overreikt. Eerst is het een ringetje, dan een boek, dan een mes, dan een das, die men ver liest. 't Komt er niet op aan, men is nog jong, zulke verliezen vergeet men gauw; maar de kindertijd gaat voorbij, men is volwassen, en toch gaat hel ongelukkige verliezen maar voort. Nu eens heeft men zijn portemonnaie verloren met vijf en twintig gulden, vol moeite bespaard geld, waaraan liet zweel en de hoop kleven van een half jaar. Maar moeder de wouw zegt cr niets vanwel gaat zij de eerste dagen in gedachten verdiept rond, maakt hier een kastje open en daar een lade, iets drukker dan gewoonlijk, en na verloop van acht dagen, als zij heel stil ■en klein geworden is ais oen verschrikt haasje, en zich in haai verlies geschikt heeft, komt zij van geluk stralend tevoor schijn, want zij' heeft het verlorene terug gevonden, niet op straat, niet in de kast, maar in den zak van een andere japon. Dan roept zij allen tezamen, vertelt het er mee. Gauw: vooruit met. jc leugentje 1 Ze bracht haar hand aan 't voorhoofd, een klagend „he", weg-zuchtend. Scheelt or wat aan, kind? vroeg pa, groote stukken boter op zijn' kaas. Zoo'n hoofdpijn.... zei Effic, Altijd wal en nooit wat goeds, vond ma. Wat doe jc ook zooveel wijn te 'drinken. Werkelijk had Effie, in haar verlegenheid en geveinsde vroolijkheid drie glazen wijn op. Pa schonk' telkens weer in, als haar glas leeg was. Ze leunde nu achterover. Neen, .daar kan ik absoluut niet te gen, bekende ze, liegend. Als jij dan 's thuis bleef en naar bed ging? vroeg ma, commandccrend. Dan konden wij. Dat was misschien wel 't beste.... kwijnde Effie, de oogen sluitend; ian zich een zalig-popelend gevoel van gelukken. Nee, dat vind ik nou akelig, zei pa, gemeend. Hij kwam graag met Effie, 'n mooi meisje, bij Kras binnen. Ik vind nou, dat jc je daar tegen in moet zetten 1 Wat drommel; samen uit, samen thuis, vervolgde hij resoluut zijn mond vegend. Ik kan heusch nioi) pa, kwijnde Effie. 't Spijt mij natuurlijk* ook, maar ik.... ik ben heelemaal duizelig. Laat ze nou! vond ma. En laten Wij nou maar samen.... W.eiet je 't hummer van je kamer? Durf je alleen te gaan? Anders breng ik je even met de lift. Hè, ja, zei Effie, zonder protest van pa af te wachten. Breng u mol Want ik heb zóó'n pijn,. En gaat u maar gerust. Morgen ben ik weer frisch. Pa, een sigaar aanstekend, bromde. Effie stond al, drie duim dik malaise" op 't gc- zichl. Ma dikte van haar stoel op, haar 'deftig mondje nog deftiger zettend. Ze moest „oen statig» verschijning" spelen, hij 't gaan door de zaal eu deed zeer minzaam voorgevallene en geeft, nis uiting barer Ireugde, een klein feest, dat oen heelc bros schiet in het teruggevonden gold. Wat 'zoo'n verliester ook verliest, niet de hoop. Een lievelingsveriies van haar L de bril. Wie in hoogc male bij- of verziende is, weet, wat het betcekent, zijn bril Ie verliezen. Hulpeloos slaat men. in de we reld, kan geen brief lozen, geen gezicht meer onderscheiden. Hulpeloos zoekt, men rond, bedenkt zich waar men hem 'i laatst heeft gedragen en dwaalt rusteloos door het huis. Eindelijk maakt men een ander tot vertrouwde van het zware verlies, die on bedaarlijk begint te lachen, en zegt: ,,Maar kind, je hebt je bril op jo neus." Een ander dagelijksch verlies zijn sleutels. Gewoonlijk komen zij terecht, zoodra men den slotenmaker heeft laten komen, om een nieuwen sleutel to maken. Wat verliest men ai niet op straat of in trams; zie dc lijst der gevonden voor werpen maar eens na: zakdoeken, waaiers, kerkboeken, parapluies vooral, die in do eerste plaats schijnen ie dienen, enkel en alleen om verloren ic worden. Vrouwen verliezen het meest haarspelden; zij be zaaien er letterlijk haar weg mee. Maar dit zijn «He kleinigheden, betrek kelijk licht geleden, gauw vm gelen, spoe dig vervangen; maar men kan gumtedingen verliezen. Vrienden, liefde, men verliest ze, terwijl men zich \ast in hun bezil geloof!, in alle onschuld, men woel niol hoe. Dan is h'et zaak ze te zoeken, onwrik baar en vast, tot men zo lenig vindt. Dan moet men ze vasthouden en niet loslaten, totdat er een groolete komt. die ons dwingt ze los te laten, en gebiedt: Verlies! Dan helpt ons geen vastklampen meer, de dood heeft gesproken, en hoe wij zoeken, wij vindon den geliefde niet meer. Dan moeten wij ons buigen, en berusten. Een rijke is verarmd, een arme is armer, een hart is stil en zacht geworden. Hel leven is evenwel zoo, dat men goed .dopt zich er aan te wennen, alles, wat wij bpzittcn, eenmaal te verliezen, zonder klagen, bedaard, zonder vrceze, als do ure komt, want alles heeft zijn uur. YOÖR DAMES. MODE. Met de mode zijn we in het tegenwoor dige seizoen zoover gevorderd, dat we op „het doode punt" gekomen- zijn, of mis schien zijn we er al overheen. O n treat do wintermodes hebben we niets meer te vertellen, en van de voorjaarsmodes is nog te weinig bekend, om er met eenige zeker heid iets van te kunnen meededen. Maai', de bals zijn nog in vollen gang, en daarom kunnen we de baltoiletten bespre ken. Ze zijn versierd met kralen in alle kleuren, grootte en vormen, en nemen een voorname plaats in de mode in. Men ge bruikt koorden, kwasten, franje galons en motieven tot garnituur; voor diapecringen neemt men paartule, met kleine kristal- Ion of emaille kralen geborduurd. Zeer kostbaar en effechnakend zijn dc met de hand in d.e stof geborduurde brcede randen van zitv.eren, emaille of gekleurde kralen, die don rand van liet doorzichtige overkleed bje grenzen. Minder kostbaar, maar ook zeer mooi zijn dieze overtoiietten, met de ma chine geborduurd, die reeds voor zeer bil lijken prijs verkrijgbaar zijn. Zeer elegant en voornaam staan toiletten van zwarte, met gitten kralen geborduurde tule, die over zwarte zijde verwelkt en met echte kant versierd zijn. Zwart speelt buitendien tegen Effic, óók nog in de lift, omdat de liftjongen er bij was, In Effie's kamer gekomen, kreeg ze de ware proporties terug. Helpen zal wel niet hoeven, hé? von!d ze. Je gaat zeker maar dadelijk in bed. Effie kuste haar als altijd en deed toen de oogen kwijnend dicht. Ja, laat n me maar alleen véél p lei zier. Zoodra zo alleen was, deel zo een lucht sprong. Geluk tl Drachtig gelukt! Nu een kwartier, laat kijken twintig minuten wach ten en 'dan naar een bloemist en dan Een tak witte lelies; ja: wittl lelies Effie zonk tevreden in een kussen stool, haar klein liorlogotje uit haar ceintuur ha lend. Gunst 1 ai acht uur! Eu hoe laat sloten de winkels ook? Nou in géén geval vóór negenen; en een bloemist, 'n pracht van een bloemist, was vlak bij. Dat had ze gis teren gezien. Ze lei haar horloge op haar kuiSn, en haalde haar beursje uit. Precies twee vijf en twintig. Dat was zeker genoeg. Maar lelies waren duur: peperduur, hoor! Ze glimlachte, bleef glimlachend voor zich uit staren, lloe zou zo nu doen? De bloemist do lelies laten bezorgen, of aan 't kamermeisje vragen. Ja, aan 't kamermeisje! Dat was intiem. .Dan wist ze zeker, dat hij de bLoctnen kreeg. Maar zou ze durven? Zat zou 't meisje denken? Trotsch hief Effie 't hoofd op'. Daar moest ze boven staan. Wat kon 't liaar schelen, wat dat meisje (lacht? Zoo, nu was 't tien minuten over ach ten. Vast aanklecden. Nu vast langzaam aankleeden, dan ging de tijd makkelijk gauw om. Een krakende stap langs haar deur deed haar schrikken. Net pa's stap! Gunst, wat waagde zij veel! Verbeeld je als pa en nut 's niet waren gegaan een groote rol, zoowel in „satin liberty", chamieuse en fluweel voor liet eenvoudige avondtoilet, als in dunne, doorschijnende stoffen, velours chiffon, brocaat en pluche voor de groote toiletten. Men combineert het vooral met, wil, doch ook mot schik (étende, glinsterende kleuren (grannatrood, en zelfs bij toiletten van de eerste, zachtste kleuren voegt men een weinig zwart flu weel of donker bont. Bout aan baltoilet ten is een interessante samenstelling; hel heeft een ii parte, uiterst pikante bekoring en men is cr zoo venlukt, over, dat men ze zelfs kenmerkend kan noemen voor dit seizoen. De zeer korft gehduden baltoiletten der jdugd zijn, als altijd, van hot doorzich tigst materiaal: tule genopt zijden gaas, voile-Ninon, marquisette of dunne „mille fleiu's" zijde, met dunne tulen kant en chiffon-roosjes, ook grooterc zijden bloemen gegarneerd. Veelvuldig stelt men den rok uit over elkander vallende geplisscerde stof of ingeregen kanten volants tezamendaar over valt hel gedrapeerde overkleed. Mooi zijn ook de kantgamituren, die op het onder kleed bevestigd zijn en door de dunne.ho- venstof schijnen. Een nieuwigheid is de Shtaitkrang: van echte kant ut motaalkiui! en met zeer lijm- laetou of ijzen 1 raad gestijfd, voegt men hein aan 't décolletee. De korte mouwen zijn met een bonfstieop of een koralen buiduunverk omrand, of zij zijn geheel verborgen omlei de luecci over de behouders vallende fi ches of de kimonovuiinige taillo-drapeering. Men ziel odder ook gewone mouwen, als van; kant, die uit een hangende chiffon mouw te voorschijn komen, gedrapeerde, tamelijk gepofte dofmouwen en wijde- aan geknipte mouwen. Aan het eenvoudige avondtoilet, overhcerscht de lange, nauwe mouw met afsluiting van kant. Bij de avondtoiletten dienen' ook de mo derne kapsels genoemd te worden. Niet alleen het dagelijksche kapsel, maar ook liet moderne avondkapsel is naar even redigheid eenvoudig; do weinig smaakvolle, grooto haarondcrlagen en krullen kapsels belmoren tot bet verleden. Bij het moderne kleine kapsel komt een mooie hoofdvorm meer tot zijn recht, of kan, door oen ge schikt gekozen p'latto onderlaag, ten min ste dien indruk maken. Do meeste kapsels geven een scheiding op zijde of in het mid den te zien; de geonduleerde haarstrengon legt men diep over de ooren; zij worden van achteren in een wat afstaanden Griek- schen of diep in den hals hangenden knoop gelegd. Eigenaardig is een kapsel, waaraan het grof geonduleerde achterhaar glad op een platte onderlaag van ijzerdraad op het acliterhuotd gelegd, zoodanig met het voor- haar jn elkaar gedraaid is, dat het gehoel den indruk van een Tituskop krijgt. De korte ponny is altijd nog in de mode; dikwijls steekt nien daarover in het glad naar achteren gekamde haar een schildpad den kam, waardoor een kleine kuif gevormd wordt. Een mooie haarversioring vormt een diadeem van paarlen of een band, daarmee bezet, waaraan een naar achteren gebo gen of opstaande aigrette bevestigd is, die do draagster eon koninklijk voorkomen geeft. Vervolgens Leeft men brcede brocaatlinten en met paarlen geborduurde galons, die op zijde in een agraaf met een afhanger ein digen. Voor jongere gezichtjes, bij bet page kapsel of de opgestoken, xondgelegde vlecht, staat een lint over liet voorhoofd van stalen oogjes, waardoor zwart fluweo- len lint gehaald is, zeer goed. Maar dan moést ze ook maar eens wat wagen. Vastbesloten kleedde zij zicli. Hoed, lange mantel, handschoenen. ziezoo 1 Nu nog twee minutenze moest zich aan 'den tijd houden. Mooi. 't Horloge weg, 't licht 'uit, de dour open. Leeg lagen de lange gangen,; leeg was de brecdo trap. Beneden geen pa en ma. De portier hoog beleefd en He! haar uil. Diep a'demcnd stond Effie buiten. Hè, wat lukte alles! Als zo nu straks liet kamermeisje imuu' vinden kail! Haar nauwe rokken sloegen een rolïol togen haar boenen, terwijl ze zich ijlings spoe'dde, een brug over, dan links, waar een bloemist was. Meneer hebt n lelies: witte lelies, eelt groote tak? vroeg ze maar dadelijk. Zeker, do lelies waren er. lil don van bloemengeur zu ooien winkel ging de be diende achter in een donkerder gedeelte, on kwam met twen mooie takken terug. Vijftig cents, per bloem, zei hij. Effic schrikte even, met dc ooge.n dc bloemen tellend. Deze kost dus twee gulden? vroeg zo, wat aarzelend, op den moois ten tak Wijzend. Er zaten vier bloemen en een knop aan. Dc bediende glimlachte. Eigenlijk twee vijftig, zei hij. Maar omdat zc ai een paar dagen staan, dan maar twee gulden. Geeft u-die dan maar, popelde Ef fie de twee gulden uit haar beursje ha lend. Nee, niet inpakken! Of ja: een vloeitje cr oro, voor de kou. Dat is immers slecht voor lelies: kou? Dc bediende glimlachte weer en knikte, zwijgend dien tak met vloei omwindend. Dank u zeer, zei hij, beleefd, Effie, die haar twee gulden neer had gelegd op 'do toonbank, den tak voorzichtig overrei kend. |n een 'droom kwam Effie op luuiv ka- Gemengd Nieuws. De natuurlijke gasbronnen van Amerika. De Vereonigdo Slaton zijn naast oen go- gedeelto van China, het rijkst aan natuur lijke gasbronnen. Voorloopig zijn deze nog lang niet uitgeput, steeds worden er nieu we ontdekt, die de plaats innemen van de enkelen, die uitgeput zijn. Reeds in 1901 waren er in de Vereonigdo Staten 10.000 gasbronnen. Zij leveren van 1600 lot 700.000 kub. M. per dag. Thans leveren zij tezamen 11.G00 millioen kub. M. Ook de exploitatie heeft zich reusachtig uitge- bcird. In 1901 had dc langste leiding, die het gas van de bron wegvoerde, een lengte van 1G0 K.M., thans is cr een van 640. K.M., die van het Westen van den Staat Virginia naar de stad Buffalo loopt. Er bestaan plannen voor een gasleiding van 720 K.M., tusschen dc bron van Loisiana en St. Louis. De totale lengte van hot buizennet bedraagt thans 30.000 K.M. Natuurlijk moet dit gas een "hoogendruk hebben om door zulke lange leidingen ge perst te wonden, bij sommige bronnen be draagt deze druk wel 80 atmosferen. Soms is de druk onvoldoende, d.in moei mol pom pen -geholpen worden. Het natuur-gas beslaat uit 90 pet. zuiver moerasgas en het heeft een waniitevermo gen van 8200 ealori per kub. M. Hau cl pl pu Bod rij t. Uifciotingen. SliRVISCHK STAATS')ABAKSLOTEN i, £,-, 10 van 1868. Trekking l—tl Jamuiri Serie 2-156 no. 87 fr 100,000serie 520 no. 30 en serie 798 nu 80, elk fr. 500. Serie 871 no. 53, serie L401 no 07, .seiio 1585 no. 50, serie 3191 no. 69, serie 1238 no 62, serio 7812 no. 91, serie 8102 no. 29, serie 8523 no. 96, serie 902L no. 1, serie 91U no. 96, elk fr. 1.00; serie 179 no. 07, serie 1734 00. 3), serie 2507 no. 35, serio 3686 no. 2] serie 3800 no. 88, serie 4827 no 02, serie 488) no. S2, serie 5330 no. 39, serio 5726 no. 96. serio 6109 no. 31, serio 6830 no 23, setió 7377 no, 82, serie 9253 no. 73, serio 9069 no. 87. serio 9906 no, 89, elk fr. 1O0. A inorlisa lie- trekki ng. Seriën: 419 483 932 1918 2199 3237 3650 4281 1119 4155 4486 5093 5772 5827 6886 6901 7355 7882 8103 8571 lie in deze svrién vervatte nos. woolen van 12 Pebr. af t>X h fr 13.50 afgelost. SERVISCHE LOTEN, pCt h fr. 100 v. 1881. Trekking 1 i 1 Jan, Betaalbaar t—U leb. Serie» 15 10? 297 312 426 -171 4.'9 501 553 660 722 812 1185 1 213 1223 1259 1.V27 1360 1392 1)90 1502 1502 1588 1500 IP'A 1760 1853 1919 2100 2101 2112 -:U9 2168 230G 2333 2345 2422 2498 2707 2759 2767 2800 2982 3081 3Lót 3270 3316 3159 3635 3685 3690 3869 3885 3993 1007 (051 1112 1287 130". 4359 1301 1640 1656 1700 1718 4735 1881 1923 501)6 5137 5253 5336 5311 5)56 5509 5525 5568 .567! ,5766 5773 5861 6110 (JU® 6205 6231 Serie 4881 no. 7 5 fr 63.000; M'ito 2119 nu, tl I (r. 10,000; serie 5253 no 17 a fr 1500; sciie 1919 nu. 5, serie 3885 mi 15, sear 1359 no. 50 en serie 6281 nu 27, oik a fr 1250; seiio 1327 nu. 19, serie 2S90 uo 16 bit stuw 5861 nu, 31, elk iï fr 350. AU» overige nos. il2!0, m IwinrerifiinjKlu seriën vervat, elk a fr, 100, Voor slechts lAb CiCKTft plaatst men eene in de rubriek „KLEISiE AWYEItTISM'irïHM'1' m de nummers van de welke Ilinsdag-, Uonticrdag» en Zaterdagavond verschijnen. Niemand behoett dus ep te zmn tegeu de kosten. Zelh- voor kleine winkelzaken is hierdoor ad verteer en mogelijk gemaakt en zijn deze m staat mei geringe uitgraaf den omzet te vermeerderen, Voor den In- ot rerkoop van 2c-hands-artikelen zijn door de goedkoopte de nKleine Advertentiën" bijzonder aan ie beveien. Met uitstekend gevolg wordt van deze 40-ooms-rubriek gebruik gemaakt door iieu, die personeel nootifg hebben of eene betrekking zoeken. Oók de 40-cents advertentiën hebben bp de algemeene verspreiding van de Schiedamsche Courant beslist sueces. KLEINE ADVERTENTIEN worden utfeluilend aan genomen aan het liureau der sSchiedamsche Courant", Hang© Haven 14=1» nier. Daar pakte ze 'den tak uit en bekeek hem. Prachlig was hiji Prachtig. Zoo mooi gevormd; voo vorstelijk! Even aarzelde ze nog, beide toen 't ka mermeisje. Ze moest nogal wachten. Zeker omdat 't avond was. Flink nu! Flink! dacht Effie, .'t hoofd wat heffend oin onbevangen in 'f zeer „weten de" gezicht van 't kamermeisje te kijken. - Kijk eens, zei ze. tak lelies vooi zich uit houdeiuk Wil je deze tak eens neerzetten op'tic kamer van mijnheer Hauer, de pistnisl: Berihold Hauer? En ...e... hier: dirt is voor jou. Effic gaf het meisje haar laatste kwartje. 'liet meisje nam tak on kwartje, aan en glimlachte. Meneer logeerl hier op 'de gang, zei zc. Meneer is niet thuis. Moet meneer weten, 'dat u Neen, vooral niet! kwam Effie onge rust. - 'Meneer moet vooral niet welen, dat ik die tak stuur. Zul je daar vooral 0111 'denken? Het meisje knikte en ging. 't Was Effie of zc liaar eigen ziel meedroeg in die bloe men. Devoot vouwde ze de iiuudcn, en een zegenend gevoel gleed in liaar hart. Niet .gevouwen handen sliep ze in; en mot een glimlacht ontwaakte ze, beden kend hoe cv nu iets schoons was tusschen haar en den grooten, groolen kunstenaar: den bijna godc-groolen kunstenaar, op wiens kamer haar bloemen prijkten, de bloemen, gekocht van 't weinige weekgeld, dat ze had weten te bespareu voor de Amster- tlamsehe reis, om te gebruiken „als ze eens iets moois zou zien....." Om negen uur, dien morgen, ging Effie de gang door, om zich bij pa en ma in de ontbijtzaal te voegen. Mn w;i.- haar komen zengen, lat ze maar vast gingen.'T Effie wandelde als een koningin... Bij ecu la feitje is een verbreediug van de gang zat hel kamermeisje en at haar ontbijt. Een tak lelies stond in ecu karaf mol water bij haar op het urieltjc. Het meisje keek Effie onbevangen aan en knikte vriendelijk, bij wijze van morgen groet. Als cccn schok schoot door Elfie heen, dat dit, haar lelietak was: ze kende hem goed, te goed... Ze bleef staan. -— Heb je... heb j» nie...stotterde ze. Het meisje begreep ha;u en' knikte. Zeker, ik heb mijnheer de tak gege ven; maar u begrijpt: hij krijgt zoovéél bloemen en deze lelies ruiken zoo sic-rk Toen zei mijnheer, dat ik ze wel mocht hebben. -- O, zoo, zei Effie, kracht vindend om dit te zeggen ou kalni door te wandelen tot waar du ttapleuning naar ban eden huur Meun gaf. Er kwamen geen tranen in haar oogen. Bedaard liep ze de trap af, kwam ze in de ontlrijtzaal- Maar in haar hart lag een leegte... een leegte, die nooit meer zou jyordou aan gevuld, door Wat ook. Dit was haar éérste diepe teleurstelling, haar eerste harde levensles. EINDE. Vaassen, 20 Nor. 1912.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1913 | | pagina 10