SS"* Jaargang
Zaterdag 1 Maart 1913
m if
Tweede Blad
Uit de Tweede Kamer.
Peza emiraat verschijnt 'd a g e 1 ij k s, met uiteendttring ran Zon- ea Feest&ageft
Prijs per kwartaal: Koor Schiedam sn Xlaar&ing»a G- l.Jtöj feaaco
per post fl 1.C6.
Prya per wede; Koor Schiedam en Xlaardingon 10 cent.
Afzonderlijke nummers S cent
Ah'onnemanton worden dadelijks aaagenoaien.
Advert &aü tin voor het eerstvolgend nummer moeit® sbj» mjddflgs vóór tm
uur aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven).
Prijs der Advartentiën: Yan 16 regels flO.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 80 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voormaalden. Tarieven
hiervan zjjn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers dia Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prjjs
van 40 cents per advertentie bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
Het EIND-EXAMEN dor BURGERAVOND
SCHOOL zal dit jaar gehouden worden
op Woensdag 12 en Donderdag 13
Maart, a.s. 's avonds G.30 uur.
Zij', die zich aan genoemd examen wen-
schen te onderwerpen, kunnen zich daar
toe schriftelijk' tot den Directeur wenden,
vóór o£ op Maandag 10 Maart a.s., gebouw
Ambachtsschool, St. Liduinastreat, alhier.
De Directeur der B. A.-schooi
J. A. IIINGMAN.
Bij het openbaar Lager Onderwijs te
Schiedam worden gevraagd
Twee (wellicht 3j ONDERWIJZERS;
Een (wellicht 2J ONDERWIJZERESSEN.
Aanvangsjaarweddc f 575.
Ver hoogingen wegens akten;
Voor akte vrije- en' ordeoefeningen f25;
voor akte nuttige handwerken f 25voor
akte handteekenen f 50; voor hoofdakte
f200.—.
Periodieke verhoogingjen:
V oor oader w ijz.ersna 2- en 4-jttri-
gen dienst, telkens f75.— na 6, 8, 10, 13
en 16-jarigen dienst, telkens f50.
V o o r o n. d e r w ij z e r e s s e nna 2, 4,
6, 8, 10, 13 en 16-jarigen dienst, telkens
f50.—.
V oor on d e r w ij ze r s en o n'detrw ij-
zeressen met hoofdakte bovendien
na 19- en 22-jarigen "dienst telkens f 50.
Dienstjaren, ook tijdelijke, elders doorge
bracht, tellen; mede voor de berekening van
het salaris. Sollicitatiön' in te zenden aan
het adres van' den Burgemeester van Schie
dam vóór of op 10 Maart a.s.
De sollicitanten worden verzocht, in hun
adres te willen' opgeven, aan welke school
of.scholen! zij voorheen zijn werkzaam ge
weest.
(Herplaatst wegen's misstelling.,J
Burgemeester en Wethouders van Schie
dam;
zijn voornemens op Donderdag 20 Maart
.a.s., 's namiddags 2 uur te» Raadhuize al
daar in het openbaar aan te besteden
de levering van Waalstraatklinkers, in
het jaar 1913, in 5 perceelen,
De gezégelde inschrijvingsbiljetten moe
ten in een gesloten envelope, waarop
een aanduiding, dat zij een mschrijvings-
biljet bevat, vrachtvrij worden ingeleverd
in de ten Raadhuize aanwezige gesloten
bus, vóór des middags 1 uur van den dag
van aanbesteding.
Bestek verkrijgbaar ter Gemeente-secre
tarie (afd. A) tegen betaling van f 0.25.
Aanwijzing alle werkdagen van 9—12
uur v. ra. aan het Bureau van Gemeente
werken,
Es ist erreicht. De Kamer heeft na 4 ver
moeiende weken de behandeling "van de
Invaliditeitswet ten einde gebracht, waarbij
zeker een Woord van hulde aan den Minister
niet mag ontbreken voor de onvermoeid
heid, Waarmede hij alle aanvallen op zijn
wetsontwerp heeft beantwoord, en aan de
woordvoerders van de oppositie, voor de
diepgaande studie, die ze daarvan had
den gemaakt, zeker in de eerste plaats aan
den heer Treub. i
Het amendement-Aalberse heeft nog lot
heel Wat besprekingen aanleiding gegeven.
De heer Patijn wees er zeer terecht op,
dat 't niet aanging, om, zooals de verdedi
gers van het amendement en ook do Minister
deden, het voor te stellen alsof het eigen
lijk op het zelfde neerkomt, hoe de premie
betaling geregeld is. Want de aanneming
of verwerping van het amendement-Aalberse
is van: practisclic beteekenis voor dui
zenden patroons, en een groot nadeel voor
de kleine baasjes. E® hij nam een geducht
loopje met het argument, dat deze het na
deel niet zouden voelen, omdat ze het
meerdere, dat van hen gevergd zal worden,
wel zouden' verhalen op hun clientèle. In
dien gedachtengang voortredenecrende, al
dus de afgevaardigde voor Zierikzee, kan
men evengoed zeggen: De winkelier ver
haalt op het publiek zijn bedrijfsonkoston,
eiV con deoj daarvan wordt gevormd door fte
personeel® belasting;, we zullen dus van
de winkeliers in deze belasting een extra
opbrengst vliegen, liefst van eenige millioc-
nen; ze voelen daarvan toch niets, daar
deze door het publiek, dat bij hen koopt,
zal worden betaald. Hij eindigde met een
krachtig protest tegen het amendement-Aal
berse, dat deze wel tot grootor last maakt
voor de zwoegers on tobhers dan voor den
werkgever, die por automobiel van zijn bui
tenplaats wordt afgehaald om naar de fa
briek te gaan.
De heer Aalberse begreep, dat hij, ria do
krasse aanvallen op zijn amendement, toch
zijnerzijds liet antwoord niet schuldig kon
blijven. Maar iiij was met gelukkig, want
hoofdzaak van zijn betoog was, dat er in de
regeling van de premiebetaling toch al on
gelijkheid was, aangezien, percentsgewijze
in de lagere loonklassen hooger premie
wordt betaald dan in de lioogere loonklas
sen. Men zou zoo zeggen, dat dit juist aan
leiding voor den afgevaardigde voor Almelo
moest zijn, om zoowel weikgevei als werk
nemer in do laagste loonklassen wat te ont-
lasten, in plaats van den eerste zwaarder
te belasten, ten behoeve van den laatste.
En als men den heer Aalberse tegemoet
voert, dat hel toch niet aangaat het loon
van bovenaf te regelen, wat in zijn stelsel,
dat er een „rechtvaardig" loon zal moeten
wezen, waaruit de arbeider al zijn verzeke
ringen zal kunneh betalen, het geval zou
zijn, wijst hij op Engeland, waar liberale
regeeringen voor de huisindustrie en mijn
industrie loonregelingen hebben gemaakt.
Waarbij vergoten Wordt, dat de eerste in
dustrie oncontroleerbaarheid van het bedrijf
en' do laatste door het groote gevaar, dat
men er in loopt, een bijzondere regeling
Watëgenj,
De sociaal-democraten natuurlijk 'L meest
geporteerd voor eigen amendement, kwa
men nu bij monde van den heer Troel-
stra nog eens nader uiteenzetten, waarom
ze zich, zij het dan ook subsidiair, met
het amendement-Aalberse zouden vereeni
gen. En dan hoorden wij deze zonderlinge
redeneering: liet is waar, dat door aan
neming van dit amendement onroc! t zal
aangedaan worden aan den kleinen weik-
gever, maardit onrecht komt toch ten
slotte een categorie ten goede, en voor
ons sociaal-democraten is nu eenmaal al
wat geen arbeider is gent corvéablo et
taillable a merci, of zooals wij in zui
ver Hollandsch zouden zeggen „vogelvrij
geslacht" on dusvooruit maar,
Het sprak' van zelf, dat deze sociaal
democratisch toelichting bedenkelijke ge
zichten aan don coalitiekant veroorzaakte;
nu raakte men meer dan ooit verlangend
zich deze compromitteerende bondgenoo-
ten, die toch al tq veel naast Talma staan
dan Rechts goed vindt, van het lijftc schui
ven.
En toen begon een eigenaardig spel
letje. De heer Aalberse wijzigde, nadat
men in zijn buurt de koppen bij elkaar
had gestoken, zijn amendement in dien zin,
dat niet in de laagste drie loonklasse,
maar alleen in de laagste twee loonklas
sen grooter deel van de premie door den
werkgever zou worden betaald. En ziet,
het gewensc.hte effect werd direct bereid.
Want de sociaal-democraten verklaarden
toen bij nionde van den heer Troelstra,
dat hun aardigheid van het amendement
af was, en dat zij daarom do vrijheid na
men bij sub-amendement het amendement-
Aalberse in zijn ouden vorm te horstel
len.
Nu kregen tie vrijzinnigen de Kamer
was zeer voltallig en men wist, dat de
Rechterzijde over het amendement-Aalberse
veeideeld was de beslissing in handen.
En nu komt het ons voor, dat zij
maar het is makkelijk après coup de wijs
heid to hebben niet gelukkig hebben
gemanoeuvreerd. Zij gaven toch bun stem
aan het sub-amendement der sociaal-de
mocraten, denkelijk in de hoop, dat door
aanneming daarvan het amendement-Aal
berse voor zeer vele leden van Rechts
onaannemelijk zou worden. En mot hun
hulp kwam het sub-amendement er door,
zij het dan ook slechts met een meerder
heid van 5 stemmen. Dat onder de voor
stemmers zich Gleden van'Rechts bevon
den, waaronder niemand minder dan de
voorzitter van de Commissie van Voorbe
reiding. Dr. Nolens gaf reeds veel te den
ken. En liet amendement-Aalberse werd
dan ook met 3 stemmen meerderheid aan
komen, Ware 't sub-amendement dor so
ciaaldemocraten verworpen geworden, 'dan
hadden deze tegen het amondoment-Aal-
berse gestemd en ware het rnet een meer
derheid van 11 stemmen verworpen ge
worden. Indien onze onderstelling omtrent
de bonding der vrijzinnigen juist is, dan
hebben zij te veel gerekend op de begin
selvastheid der Rechterzijde. De heer
Lobman echter, die zich bij voorbaat te
gen het amendement-Aalberse had ver
klaard, had zich vóór de' stemming verwij
derd. We zullen naar aanleiding hiervan
maar niet de viaag stellen,, of de afgevaar
digde voor Goes niet ruimschoots de on
deugendheid verdiende, die de heer Duijs
hem leverde, die bij de, bespreking van het
amendement-Aalberse er aan herinnerde,
dat de heer De Savornin Lobman daar
togen was, maar er bijvoegde: Of hij het
nog is, weet ik niet, want die verklaring
werd vijf dagen geloden gegeven.'
Het is echter ook niet onmogelijk, dat do
vrijzinnigen, gegeven de weinige kans, die
dit ontwerp heeft om wet te worden, een
kans, die er zeker door aanneming van
het onzinnige amendement-Aalberse niet
op is vergroot, eens goed hebben wil
len vastnagelen, dat een zoo onbillijke re
geling van de premiebetaling voon de laag
ste twee loonklassen als thans is vast
gesteld, alleen kon vet kregen worden door
roedewerking van do sociaal-democraten.
De juristen in de Kamer, de hoeren Lyn
don van Sandenburg, Limburg en Loeff,
dus juristen van de bovenste plank, kwa
men in het geweer over art. 196 en 197,
waarin aan de Raden van Arbeid de be
slissing in hoogste instantie gegeven wordt
over de vraag of de werkgever geen loon
mag inhouden of minder dan hij gedaan
heeft. Ilioibij werd, volgens deze sprekers,
aan niet minder dan twee artikelen van
de Grondwet tegelijk geweld aangedaan.
In de eerste plaats art. 133, dal zegt. dat
alle twistgedingen over eigendom of uit
daaniit voortspruitende rechten, over schuld
vordering en andere burgerlijke regten be-
hooien bij uitsluiting tot de kennisneming
van de regtelijke Magl. En in de tweede
plaats art. 136: Niemand kan tegen zijnen
wil woulen afgetrokken van den regten,
dien de wet hem toekent.
Dit weid natuurlijk met alle scherpzinnig
heid, waarover genoemde afgevaardigden in
zoo ruime mate beschikken, uiteengezet. En
mr. Rutgers, de Benjamin dor Kamer, deed
wel oen hopeioozo poging om het gehoor
de te weerleggen, door er op te wijzen,
dat men hier niet had te doen met bur
gerlijke maar met publiekrechterlijke zaken,
waarop genoemde ailikelen van de Grond
wet niet van toepassing zouden wezen, maai
de Minister, zich op glad Ijs gevoelende,
als zijnclo geen jurist, koos de wijste partij
en nam de artikelen voorloopig terug, om
er een wijziging in aan, te brengen bij tweede
lezing.
De Kamer nam toen een geweldige spurt,
on weldra waren we aan artikel 357, zeker
een van de belangrijkste artikelen der wet.
liet bepaalt toch, dat zij, die 70 jaren zijn
cn ouder, als de wet in werking treedt, in
het genot zullen komen van oen ouder
domsrente van 12 in de week, als ze kun
nen bewijzen, dat zij in de laatste tien
jaar arbeider geweest zijn in den zin der
wet. Een artikel, dat eigenlijk geheel buiten
de wet staat, dat niets anders is dan een
stuk van de zoogenaamd door de Rechter
zijde en door den Minister zoo verfoeide
Staatspensionnecring, want hier wordt
ouderdomsrente gegeven, zonder dat er één
cent premie is betaald. Art. 357 staat dus
niet alleen buiten de wet, maar staat
daar lijnrecht tegenover.
Do sociaaldemocraten luidden op het ar
tikel een amendement ingediend om den
70-jarigen leeftijd in den 85-jarigen te ver
anderen, maar trokken dat in, en terecht,
want het zou locli met alle logica in strijd
zijn, dat men hen, die hun lreole leven
premie betaald hebben voor de ouderdoms
rente, 'deze eerst zal verstrekken op 70-jari
gen leeftijd, om ze aan hen, die nooit één
cent bobben gestort, vijf jaren vroeger te
verkenen.
Er was echter een veel ingrijpender amen
dement en wel van de heoren Borgesius,
Dinicker cn Tydeman, dat wil dus zeggen,
van de geheele vrijzinnige concentratie,
waardoor aan art. 357 eon belangrijke uit
breiding gegeven wordt. Het bedoelde toch
die „feestgave", zooals de lieer Tydeman
de voorgestelde 12 noemde niet te geven
alleen aan de arbeiders, maar ook aan
alle niet-arbcideis, die daarvoor in de ter
men valleneu verder werd aan het geven
daarvan als voorwaarde verbonden, dat de
betrokkene van goed levensgedrag moet zijn.
Waarlijk zeer gelukkig gevonden, waar één
van de grootste wapenen van de Rechter
zijde tegen Staatspensionnecring altijd dit
is geweest, dat deze ook ten goede zou ko
men aan de slampampers en aan alle an
dere minderwaardigen.
liet art. 357, dat geheel los van de wet
staat, en dat geen andere mensclvn blijkt
te kennen, dan arbeiders en zich abso
luut niet bekreunt om de vraag of er ook
nog anderen zijn, die evenzeer of nog meer
hulp noodig hebben dan deze, is dus een
stukje klassenstrijd in de bedenkoüjkste be
teekenis van het woord. Het artikel is daar
enboven. een lokvink. De heeren De Savor
nin Lobman en Van Idsinga, hebben zich
indertijd in huil motie dan ook ten sterkste
tegen; artikel 357 verzet, zeer goed begrij
pende, dat daarmee het syskem van ver
plichte verzekering geheel werd prijsgege
ven, dat staat of valt met den regel dat
geen, cent rente wordt uitgekeerd, waarvoor
geen premie is betaald. Nu heeft de heer
Lobman, sinds dezen wel zijn houding gewij
zigd, en is hij bereid om alles tc slikken,
en, is de beer Van Idsinga door ongesteld
heid buiten gevecht gestold, maar dat neemt
toch niet weg, dat die bezwaren zijn ge
uit; dat de Minister daarvan de theore
tische juistheid heeft moeten erkennen,
maar, zei hijEen ontwerp zonder
overgangsmaatregel als art.
3 5 7, is ondenkbaar. Want p r a c-
,tisc!i zou oendorgelijke regeling
te weinig wortelen in de w en-
s'cheh van 't volk, dat dan haar
aanneming door do wetgevende
macht ook maar e e n i g e r m a t e
w a a r s c h ij n 1 ij k zou z ij n.
We verooiJoovon ons deze uiting humbug
te noemen. Ernstig opgevat, zou men uit
deze uiting moeten lezen, dat de Kamer,
dus ook een deel der Rechterzijde, zou
weigeren haar stem aan hot wetsontwerp
te geven, wanneer daarin geen artikel was
opgenomen, dat ook de ouden van dagen
onder de arbeiders, die niet in de gelegen
heid zijn geweest premie te betalen,
zal helpen. Welnu, dat is bij zoo
volgzame meerderheid ondenkbaar, en de
zaak zit clan ook anders. Men begrijpt aan
den regceringskant, dat er althans iels moet
gedaan worden, dal den voorstanders van
Staatspcnsioneering in eigen kring die
zeer talrijk zijn tot licht op hun pad moet
zijn, en daarom wordt dit offer hun ge
bracht. Art. 357 houdt noch vei band,
noch rekening met Talma's verplichte ver
zekering, het is een verkiezingsmanoeuvre
zonder meer.
Het oorspronkelijk denkbeeld tot art. 357
is van den heer Van Vliet, Palrimonium's
voorzitter, uitgegaan. Nog in den ouden tijd,
toen Talma nog vasthield aan de leuze:
de ziekteverzekering voorop; toen hij nog
altijd volhield, dat de Ziekteverzekering do
onmisbare grondslag was van alle sociale
verzekering, on het daardoor vaststond, dat
er van Ouderdoms- en Invaliditeitsverzeke
ring niets kon komen ook Dr. Kuvper bad
daarop in clc „Standaard" gewezen
drong de hoer Van Vliet, het was op 23
December 190S, op een tijdelijke noodmaat
regel aan, waardoor de ouden van dagen on
der de arbeiders zouden worden geholpen,
totdat de definitieve wettelijke regeling haar
beslag zou hebben gekregen. En al heeft
de Minister in het. begin zich togen de parlij
gcu'ooten zijn aandrong op de vlakte gehoa
den, en al is er door hen nooit een positieve
toevoeging gegeven, maar steeds op de moei
lijkheden' gewezen, het eindresultaat is dan
toch, dat de wet een artikel 357 bevat, en
dat de heer Yan Vliet groot aandeel heeft
in de geboorte daarvan, omdat bij zicli lol
tolk maakte van' de wenschen, die ten daz
door zijn Patrimoniummannen worden ge-
tocsLcrd.
Het was nu op dit artikel, dat de drie
leiders der Vrijzinnige Concentratie hot bo
vengenoemd belangrijk amendement haddon
ingediend.
De hoer Tydeman, die het eerst aan
het woord kwam, om het te verdedigen,
wees er op, hoe art. 357 oen apart stuk
wetgeving is. Anders clan de hoor van 'Id
singa, die dit artikel genoemd had „den
steen des aanstoots", „het snood bedrijf,
dat achter de coulissen was afgespoeld",
verklaarde spreker, dat dit arlikel voor hem
aantrekkelijkheid had, want anders dan de
hoer van Idsinga, was hij volstrekt niet
togen elke gratis-uitkcering, omdat bij
meerit, dal er eenvoudig geen bevredigen
de ouderdomsvoorz'iening is te krijgen, zon
der dat gratis-uitkeeringen daarbij een rol
spelen. Maar hij wil die niet alleen geven
aan de arbeiders, maar aan allen, die ze
villi noode hebben, mits het honorabele per
sonen zijn. Deze twee voorwaarden zullen
natuurlijk, aldus de afgevaardigde voor Ti el,
moeten uitgewerkt worden in een algemee-
nen maatregel van Bestuur, maar bij had
niet liet mii.ste bezwaar deze bevoegdheid
aan de Kroon te verleenen; dat zou, zooals
hij ■-aicaMisch opmerkte, zelfs een opluch
ting wezen na de nachtmerries aan 'de
Kamer bezorgd, door deze wet van 394
artikelen. Hij eindigde mét er op te wijzen,
rlat de statistiek ons leert, dat duizenden
arbeiders langzamerhand zelfstandige kleine
werkgeveis worden, wier economische po
sitie echter al te vaak geheel met die
van arbeiders «olijk staat. Ten slotte maak
te hij zich er nog even vroolijk over, dat
Talma in art. 357 heeft neergeschreven, "dat
alle arbeiders op die gratis-rente aanspraak
hebben, behalve zij, die in de Vermogens
belasting zijn aangeslagen; hem is blijk
baar, evenals ons, deze categorie van ar
beider» totaal onbekend. Spreker beval het
amendement aan ue Kamer aan, cfie ge
toond had een ouderdomsvoorziening te
wenschen, maar dan liefst in zoo ruim
mogelijken kring.
Hel antwooul van Minister Talma op deze
sobere maar sehlagonde verdediging van
het ingediende amendement, was al heel
pover en naar het oude ïecept van dezen
bewindsman, als hij in liet nauw zit; dan
spreekt hij toch liefst zoo min mogelijk
over het punt in kwestie.
En zoo ook thans; bij begon met te ver
tellen, dat, loen hij het amendement in han
den kieeg, hij was begonnen met te twij
felen aan de toelaatbaarheid daarvan, om
dat, het niet paste in het systeem van de
wet; dit nu was niet alleen een bedekt
verwijt aan den voorzitter, dat deze het
amendement had toegelaten, maai' er ook
een aan de Kamer. Hel bezorgde hem dan
ook een nijdige interroctie van den heer
ltoodhuyzen, dat bij zich geen criliek op
de Kamer moest vei oorloven.
Do Minister zou verder met diep op het
amendement ingaan; hij acht het niet meer
dan een motie om zich uit te spreken
voor een meer eenvoudige regeling der
ouderdomsvoorziening, een interessante ma
nifestatie. zooais bij er bijvoegde met een
hartelijk glimlachje, dat Lekende glimlach
je, dat zoovelen in de Kamer irriteert, in
een arbeider s verzekering hooren de
uiet-arbeiders niet thuis, klonk het ten
slotte uit den ministeneelen mond, en ai
weid het woord „onaannemelijk" niet ge
bruikt. het amendement werd toch ver
klaard 'tot die categorie to belmoren, die
de Rechterzijde als één man had af to
stemmen, wat ze dan ook deed. Echter
niet zonder dat de lieer Duijs er den
nadruk op gelegd had, dat, boe billijker een
amendement is, en hoe heter voor het No-
derlandsche volk, hoe onaannemelijker hel
sioeds door den Minister werd vetklaard,
ou hij de hoop luid uitgesproken, dat, als
dit amendement werd verworpen de Chris
telijke arbcideis daaruit leering zouden
trekken, en zullen inzien, dat de wet zoo
schandelijk is, zoo'n failure, zoo'n totaal
afgebrand zaakje, dat er niets aan to ver
beteren valt. Als het Ncderlandsclic volk
dat onthoudt, dan is volgens ZaandamM
afgevaardigde de mogelijkheid niet uitgeslo
ten, dat nog eens een ander Parlement
op cle puinhoopon van dit verzekerings-
Jakatra nieuw Batavia zal slichten,
In minder gezwollen taal wees de heer
Goeman Borgosius er nog eens op, dat het
argument van den Minister, dal het amen
dement onaannemelijk was, omdat heb niet
paste in het systeem van de wet, reeds
daarom niet opging, omdat art. 357 zulks
ook niet deed, maai een stuk wetgeving
op zichzelf is, waarin juist het hoofd cri
terium vui alle verzekering is .prijsgege
ven, dat is, dat er geen uitkeering wordt
gegeven, waarvoor geen premie wordt be
taald. En met nadruk wees hij er op, dat
in art. 357 alle-ethische overwegingen dooi
den Minister eenvoudig aan kant worden
gezet. Do „feestgave" toch werd gegeven
aan allo arbeiders, ook wanneer zij haar
niet noodig hebben, wanneer zij een spaar
pot hebben, of een erfenis ontvangen, ook
aan degenen, die nie! behooren tot do
honorable werklieden, aan de slampam
pers eu consorten. Dit zal de zaak' nog
hauler maken voor de vclq honorable nict-
tU'beidei's, die van „de feestgave" verstoken
SCHIED
1