66* Jaargang.
Zaterdag 26 Juli 1913
Nj 14282
Derde Blad
Verzoeking-.
,,'t Lachebekje".
™Xlle¥lel
f Deze Courant verschat H ag e 1 ij K s,- toet uitzondering van Zon- en Feestdagen,
Prijs PCT kwartaal: Koor Schiedam en Klaar dingen fl. 1.25. franca
per post fl. 1.65.
Prija per week: Koor Schiedam en KI aarding en 10 .cent,-
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen,
Advertenliën voor bot eerstvolgend nummer moeten' des middags vóór een
uu: aan bet Bureau, bozorgd zijn,
Bureau: Lange Haven No. 141 (hook Korte Haven).
j J ErgS der Advertentiëni Kan 1—6 regels fl0.92; iedere regel mee®
ii 15 cents. Reclameg 3Q cent pen regel, Groote letters naar do plaats die zij
jFinnemen, I i
Adverteritiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. .Tariexen
hiervan zqn gratis aan het Bureau te bekomen» t
Het is oen ware geschiedenis.
ïiij was in dienst van oen zeer groote
gemeente als opzichter, bij de plaatse
lijke werken. En als zoodanig struikelde
hij. j j
[Hoor maar.
Er zou een Werk worden uitgevoerd
de bestrating van een paar wegen. Een
drietal bekende aannemers waren tot in
schrijving uitgenoodigd en een van deze
drie meende het zaakje te kunnen doen
voor de som van f 3380. Maar do opzich
ter wist hem te overtuigen, dat dit een
veel te laag bedrag Was en zoo werd
„met const ende vlieghwerck"' de som
opgevoerd tot f 5335, voor welk bedrag
het werk dan ook inderdaad werd uitge
voerd. i
Maar in onzen tijd van groote, van
overgrooto openbaarheid blijft niets bedekt
voor 't oog der speurders. En zoo ook
dit geval niet. Een concurrent, voor ge-
schiedvorscher in de wieg gelegd, kwam
achter liet geheim: een onderzoek werd
ingesteld, verschillende afwijkingen van de
gewone orde kwamen aan 't licht 'en
onze opzichter werd ontslagen: bij de
plaatselijke werken was geen plaats en
geen werk meer voor hem. Als wo or
nu nog bijvoegen, dat deze opzichter bin
nen een jaar tijds van verschillende aan
nemers en leveranciers fooien ontving tot
een bedrag van f 435, dan Weet de lozer
zoo ongeveer de heelo geschiedenis.
Zooveel aan fooien!
Het Woord fooi heeft een heelo' geschie
denis.
In 't Middel-Nederlandsch b'eteekonde
het: reis, weg, tocht en stond het dus
gelijk mot het Franschc voie, voyo, en 't
Latijnsche via. Kwam men b'.v. „in val-
scher voie", dan was men op een ge
vaarlijken weg.
.Verder kreeg het de beteekenis van
omgang, omloop: „boven up de voye
van der kerken stonden inghelon end,e
songhen"1.
Eindelijk stond fooi gelijk met af
scheidsmaaltijd, gegeven bij 't on
dernemen van oen reis. Dat heette dan:
„sijn foy besctten", en zoo nam het
wooncl ten slotte do beteekenis aan van
geschenk, dat uitgereikt werd bij vor-
tre k, vooral aan dienst b'o do n.
Dat de beteekenis in onze dagen nog
verder afgedwaald en ontaard is, behoe
ven wo wel niet to zoggen. Is niet eon
fooi tegenwoordig gelijk met oen „gevulde
handdruk", een „ooglap", en spreekt
het volk niot op oigenaardigen trant van
een wortelschijf, die op het oog gelogd
wordt?'j
Doch koeren wij tot onze geschiedenis
terug.
Do man word gestiaft met ontzetting
uit zijn ambt. i
Wij hadden over derden gesproken, ik wil
het wel eerlijk bekennen. En ieder van het
kleine kringetje had wat gezegd, niet be
paald iets slechts, maar ook niet bepaald
iets goeds.
Alleen advocaat Kirchner had gezwegen.
Hoewel hij eerst kort geloden bij onze balie
was ingeschreven, mochten wij hem erg
graag, en wisten ook, dat hij dol geluk
kig was met zijn jong vrouwtje, een lc-
v vendige, hartelijke clorpsdominco'sdochter
„Nu, Kirchner," zei mijn man lachend,
„zegt uwe hoogheid niets? Is dat eigen
lijk aangeboren voorzichtigheid, wijsheid,
of misschien wel principe-kwestie?"
Kirchner keek even een moment ernstig
voor zich uit.
„Noch het een, noch het ander," ant
woordde hij langzaam, „ik zou u een
voordracht kunnen houden over het bedrie-
gelijko van onze physionimischo kennis,
van.'i
„Maar, lieveling," kwam zijn vrouwtje
ongeduldig tusschen beide, „waarom een
z°o lange voorredo? Vertel toch liever van
hetgeen je van nabij hebt meegemaakt, hot
zal zeker allen interesseeren
Wij beaamden volmondig, waarop Kirch-
Uer ons het volgende toevertrouwde.;
Hij hart dat verdiend? 1
De straf Was zwaar; misschien was
oen lichter straf even doeltreffend geweest:
een niet-oervol ontslag heeft iets vaar de
doodstraf en daarvan zijn we geen
voorstander. Maar zonder straf kon men
hem niet laten gaan; dal is zeker.
Want zie: dezo man was in dienst dor
geni'eente. ,IIif was ambtenaar. Hij had be
loofd, dat hij de belangen der gemeente zou
behartigen. Hij moest toezien op het werk
en zorgen, dat liet correct werd uitge
voerd. Hij moest zuinig zijn in 't belang
van do vaak zoo noodlijdende gemeente
kas. j
En nu vergat hij zich zelf. Hij bezweek
voor de verleiding en op zijn beurt
werd hij een verleider. Hij viel en hij
werd gestraft.
Dat was recht. Want do gemeente moet
vertrouwen kunnen stellen in haar ambte
naren, de uitvoerders van haai- wil. Dat
kan nu eenmaal niet anders. Kleine fouten,
vaak een gevolg van onwetendheid of toe
val, mag ze verschoonen geringe afwijkin
gen, door den dwang der omstandigheden
noodzakelijk gebleken, mag zo door de vin
gers zien, maar kwarto trouw is nooit
verschoonbaar, en opzettelijk plichtverzuim
brengt onvermijdelijk zijn straf moe. Daar
gaat niets van af.
De aannemer....'...
Ook de aannemer was schuldig. Toen
hot hem gegund Was, het gemeenteschaap
behooTÏÜk to scheren, steldo liij zich niet
tevreden met do Wol, maar vroeg hij ook
de huid. Dat mocht' niot, dat oisohto straf.
En die bloef ook' in dit geval niet uit: het
gemeentebestuur heeft hom to verstaan
gegeven, dat het jn 't vervolg -van zijn
diensten geen gebruik Wonseht to maken.
Zoo is dan aan do gerechtigheid vol
daan. i i
Maar daarmee is het kwlaaid de wereld
niet uit, volstrekt niet: hot zit diep,
zeer diep ingevreten. Het Woidt stelsel
matig bedreven, Want hot is een gevolg
van oen stelsel: hot fooienstolsel.
Wij ontmoeten hot op schier al onze
'Wegen. Niet altijd in dezelfde afzichtelijke
gedaante, dat is waar,. en wij schrikken
niet altijd bij do ontmoeting, omdat Wc
meestal op een samentroffen zijn voor
bereid. Ja, wij' zijn soms mot het kwaad
al zoo vertrouwt, dat bij oen enkel „S'ü
vous plait" onze hand reeds in den zak
grabbelt, louter* van den Weeromstuit.
Maar eon kwaad blijft liet niettemin.
Nu is het, ja, in onkele gevallen, ver
schoonbaar. Als de fooi1 een eorlijko beloo
ning is voor even eerlijk dienstbewijs;
als zo „volgens plaatselijk gebruik"!een
deel uitmaakt van den koopprijs; als
ze het bestaan verzekert van den „gedien
slige", wiens hulp gij niet kunt of niet
wilt ontberen, och, dan heeft do fooi
een tamelijk onschuldig kaïakter en wekt
zo geen grooto ergernis.
blaar de ambtenaar
Laten Wo niet onbillijk zijn.
Een ambtenaar* is een mansoh. Hij moet
een eerlijk ntensch, een onomkoopbaar
„Ik was verscheidene maanden in Z.
voor zaken, in den tijd, dat hot uifgaans-
seizoen in vollen glans was. Nauwelijks
hadden wij onze visites afgestoken, of de
invitatiekaarten stapelden zich op. Op een
der eerste groote partijen, aan huis bij
oen redder, werd mijn aandacht door een
jong meisje geboeid. liet was niet zoo
zeer om haar lichtblond haar, dat merk
waardig afstak tegen do donkere oogen en
wenkbrauwen, als Wel om haar vroolijk,
bij de hand persoonlijkheidjo. Alles aan
haar verried leven en beweging. Haar bel
lier, frisch lachen klonk bijna onafgebro
ken door de zaal ca ik bewonderde haar
ook om haar uithoudingsvermogen bij het
dansen. Zij ging van den eene.n arm in den
anderen; zij was als een wolkje in
baar luchtige, lichte zijdo en haar tule
en kanten, en mij scheen zij liet ware
middenpunt te zijn der geheele dansende
jeugd.
Ik vroeg een ouderen heer naar haar.
„Oh, n meent juffrouw Bertie, ons klein
lachebekje? Ja, wie zij eigenlijk is, kan ik
u niet precies zeggen. Als ik mij niot be
drieg, moet haar vader ren onaanzienlijk
ambtenaartje zijn. Zij bchooit eigenlijk
niet precies tot onzen kring. Maar zij is
met do dochters van den president iuuig
bevriend sedert de schooljaren, zoodat zij
„erin" gekomen is. Tenminste, men ziet
liaar overat een aardig fiisch, klein
ding is zij zeker 1" t
menseh, oon hoogstaand mensch zijn, dn
daarbij natuurlijk oen groote dosis vak
kennis en bekwaamheid bezitten; hij
moet kunnen omgaan met zijn meerderen
en zijn minderen, mot hoog of laag;
hij moot bijna een modclmensch zijn.
Maar hfj moet ook eten; hij moet
een gezin kunnen onderhouden; - hij
moet kunnen loven. Hij heeft een stand op
te houden. Laat die stand hoog zijn of
laag, voornaam of gering; noem hem
met den veelzeggenden naam „amblenaais-
stand" en denk u daarbij genist allo ge
breken, die hein aankleven; het <loot
er niet too: het blijft een stand ca als
zoodanig hooft hij zijn billijke en gegronde
eischen.
0, lang niet altijd.' i
Er wordt in menig ambtenaarsgezin ge
brek geleden. Men loeft «ar zuinig; men,
doet geen overtollige en overbodige uitga
ven; men bekrimpt zich in alle dingen;
men ontzegt zich kleine genoegens, dig)
het leven blij maken; en toch over
schrijdt de armoede cr zoo vaaJc den drem
pel en grijnst het gebrek u aan.
Zet nu dien ambtenaar eens op den
tweesprong, daar, waar 't fooienpad on
de weg van den plicht mekaar kansen;
naar welken kant ridden zicli zijn aar
zelende schreden
Ja, lezer, wij hooron wel, wal gij ons
toeroept. Nooit of te nimmer, zoo zegt
gij, mag hij afwijken van den rechten wog.
Plichtsbetrachting gaat boven idles: drei
gend gebrek noch doodsgevaar mag hem
weerhouden, zijn plicht te} doen.
Dat zijn we volkomen met u 'eens.
Maar van uw* kant zult go hot ook
met ons eens zijn, dat we den ambtenaar
het loven niet noodeloos zwaar mogen ma
ken, dat Wo, om' hot duidelijk lo zeg
gen, hem niet in verzoeking mogen bren
gen.
Endat doen we, als wo hem do mid
delen onthouden, waarmee hij den verzoe
ker van zich kan werenhij moet vol
doende lo-on ontvangen voor do diensten,
die wo van hem vergen, en voor don
stand, dien hij in 't belang der gemeen
schap heeft op to' houden.
Dat kost geld, zeker.
Dat vraagt offers van, de algomeeno kas,
zeker.
En dan zoo'n groot getal ambtenaren!
Precies; daar z,it vermoedelijk de kwaal:
wij hebben in enkoio takken van dienst'
te veel ambtenaren. Wij zouden 't soms
met mind or kunnen doen.
Welnu; als we dit aantal eens gmge.nl
inkrimpen, daar waai* het mogelijk is;
als wo van den overbiijvonden wat
111001* werk cn wat meer inspanning verg
den voor li oog or loon eu moor waar
deering, zou dan zoo'n middel menigeen
niet sterken in den strijd om een eerlijk
bestaan, -- sterken ook tegen de vei zoe
king, die zoo dikwijls op hem loert?
Na dezo mcdedeeling steeg mijn belang
stelling in jufftouw Bertie nog meer. Ik
begon haar zeer van nabij gade lo slaan.
Blijkbaar was zij algemeen bekend en be
mind. Zij babbelde met de advocalermou-
wen even genoegelijk en gemakkelijk als
met do viouwen dor officieren en aan elk
gezicht kon men zien, dat men liet lieve
ring graag mocht.
Nog iels viel mij op. Zij scheen bij
de jonge dames evenveel succes to heb
ben als bij de jongelui, en dat zegt toch
heuscli veel. En allen noemden haat*.,juf
frouw Bcrtie", Een luitenant wilde irrei
juffrouw Bertie een plutippino doelen, oen
referendaris vioeg dringend of juffrouw
Bertie in do quadrille al een vis-a-vis had
en do jonge meisjes namen haar vriend
schappelijk op in haar kringetje.
En voor een ieder had 't lachebekje de
zelfde opgewektheid, voor alles had zij
belangstelling. Onophoudelijk zag ik haar
licht japonnetje van den conen hoek dor
zaal naar den anderen zweven.
En denkt u nu mijn veibazing! In een
danspauze ontdek ik ditzelfde lachende,
vei genoegde ding heelemaal alleen in een
zijkamer; haar ge/.icld is heelemaal rustig
en gesloten, en haar oogen staren met
onzegbaar tmpelooze uitdrukking in de
leegte om haa- liet scheen wel, alsof een
liaule, onbarmhartige hand over het stra
lende gezichtje heongeglcden was en cr
alle leven van had weggeveegd.
Ipi 'de nummers jdie Dinsdag-,- Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen,- worden zoogenaamde kleine advertontiön opgenomen tot den prijs
van 'iü .cents per advertenties bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
BINNENLAND.
Reorganisatie van het Instrnetlo-bataljon.
Het nieuwe voorschrift Instructie-Bataljon
werd thans bekend. De nieuwe regeling is in
hoofdzaak de volgende:
le. De opleiding bij het fnstucüe-Batal-
jong beoogt voortaan do vorming van
flinke, lichamelijk cn geestelijk goed ontwik
kelde onderofficieren.
Zij zal in do eerste plaats rekening houden
met de eischcn, welke in den practischcn,
troependienst bij do aanvoeringen, zoowel
als bij de opleiding van don dienstplichtigen
soldaat, aan den onderofficier moeten wor
den gestold.
2e. Onder de vereischton tot toelating
als volontair worden thans genoemd:
a. hot schrijven van een goed leesbare
hand;
b. het duidelijk lezen en begrijpen wat
gelezen wordt;
c. het goed bekend zijn met do vier hoofd
regels dor rekenkunde qp geheele getallen
toegepast, blijkende uit het oplossen van
eenvoudige vraagstukken;
d. de aardrijkskunde van Nederland voor
wat aangaat do grenzen der piovinciëq
met de hoofdsteden cn den loop der voor
naamste rivieren;
o. cenigo kennis van de Vaderlandsche
geschiedenis.
Kan welke bekwaamheden de ad spiranten
bij een daartoo in te stellen onderzoek
moeten doen blijken.
f. Het kunnen toonen van getuigschriften
van werkgevers, schoolhoofden, enz., waar
uit blijkt, dat do jongeling is werkzaam
en van goed gedrag.
Bij het bcoordeelen of do schoolkennis
als voldoende kan worden beschouwd, wordt
rekening gehouden met den leeftijd en bo
vengenoemde inlichtingon.
3e. Tweemaal per jaar heeft toelating
plaats, n,l.
a. in do laatste week van Maart voor hen,
die op 1 April d.a.v. den leeftijd van 18'/,»
jaar wel, doch dien van 16 jaar nog niet
bereikt zullen hebben.
Zij sluiten een verbintenis voor 4'/j jaar,
ingaande 1 April. Voor hen duurt de op
leiding 2Ve jaar.
b. in do laatste week van September
voo hen, die op 1 October d.a.v. den leef
tijd van 16 jaar wel, doch dien van 19 jaar
nog niet bereikt zullen hebben.
.Zij sluiten een verbintenis voor 4 jaar,
ingaande 1 October.
Koor hen duurt de opleiding 2 jaar.
Bereikt do volontair den rang van ser
geant niet na reap. 2% of 2 jaar, dan wordt
do loopomlo verbintenis tot zoover verlengd,
dat na aanstelling tol onderofficier 2 jaar-
dienst als zoodanig wordt verkregen.
Voor soldalen, tamboers en hoornblazers
hij do Korpsen Infanterie werkzaam en van
goed gedrag, die als volontair wenschen
over te gaan bij het Instructie-Bataljon,
bestaat daartoe in de laatste weck van
September van elk jaar gelegenheid, mits
zij aan de genoemde eischcn van kennis cn
leeftijd voldoen.
Wat ik eigentijk tot haar gezegd heb,
zou ik niot kunnen zeggen. In de herin
nering lijkt tiet mij, alsof itr 't geheel geen
reserve bestaan heeft, alsof direct do zachte,
onderworpen stem gesproken had:
„Ik móet immers altijd lachen en vioo-
lijk zijn, anders hen ik 'et in lel 1
Ja, ja, toe, onderbreek mij niet! Het is
zoo! En u heeft men toch zeker ook
dadelijk verteld, dat ik eigenlijk niet erbij
behoor, dat hot genade en barmhartigheid
is, dat ik hier rond mag huppelen. En
ik word ook niet voor vol aangezien! Mij
beireidt geen ander jong meisjeik mag
met alle hoeren lachen en schertsen, ik
kom niet in aanmerking, ik hen immers
geen huwelijkscandidate
11c mompelde van alles tegen, maar zij
schudde energiek haar lieve kopje.
„Ja, ja," zei zo, „het is heusch zoo. Ik heb
mij nu eenmaal in een lastig parquet ge
bracht. In do kringen, waarin mijn ouders
veikeeren, voel ik mij doodongelukkig eu
de inonschen hooneu mij en vinden mij
heel dom cn onhandig, omdat ik tol nog
toe nog geen „studicmensch" gevangen hel»,
En hier met haar hand beschreef zij een
kring voel ik mij ook niet precies thuis.
Ik kan ook nooit van mezelf vertellen. Beni
ge beleefdheid terugdoen, zooals de ando
ren doen, kan ik niet, niemand van
hen komt hij ons aan huis, hel eonige,
wat ik terug geef, is, dat ik heotomaal mij
zelf verloochen, dat ik slechts voor andcrer
4e. Na 3 maanden diensttijd bepaalt de
Commandant van hot Instructie-Bataljon of
do verbintenis voor haar verderen duur
al dan niet zat worden bestendigd.
5e, I)e opleiding wordt verdeeld in twee
tijdperken.
Het eerste dient ter opleiding lot soldaat
en korporaal, en duurt tot de laatste week
van Juni in het jaar, volgende op het
tijdstip van aanneming.
Na gehouden examen voor* korporaal en
p,q. aanstelling tot dien rang, volgt voor
allen een delacheering van 1 Juli lot 30 Sep
tember d.a.v. bij de regimenten Infanterie.
Do aanvankelijk niet geslaagden doen dajarna
nogmaals examen. Slagen zij ook dan niet,
dan volgen zij voor de tweede maal het
le oplcidmgshjdperk.
Het 2c opleidingstijdpeik dient ter op
leiding tol sergeant en duurt van omstreeks
15 October lot in de eerste helft van Sep
tember d.a.v. Daarna volgt het examen
voor* dien rang en na aanstelling lp I Odo-
btv* overplaatsing bij een der regimenten
In km ter ie.
Zij, die niet voldoen aan de gestelde
eischcn, volgen nogmaals de oefeningen
van het 2o opleidingstijdpork.
Ge. "Wie na tweemaal eenzelfde oofo-
ningstijdpork gevolgd te hebben, niet slaagt,
wordt van de dienstverbintenis ontheven.
7e. Het algemeen schoolonderwijs wordt
zooveel mogelijk gegeven door burgeronder-
vijzors en omvat voortgezet onderricht in
do vakken vermeld ondrtr* a tot eu met g <jn
p van Art. 2 dar Wet op het Lager Onder
wijs.
Be Voor* hen, dio door kennis, aanlog
en' 'Ijver uitmunten blijft dc gelegenheid
bestaan om zoowel bij hot lnst. Bataljon als
na ovc kiatsing bij oen der regimenten;
langs cursus eu Ifoo'dcuisus den officicis-
rang le bereiken.
Bij het Instr, Bataljon blijft aan volontairs,
die aan bepaalde eischen voldoen, de ge
legenheid geboden zich voor te bereiden
voor liet toelatingsexamen tot den cursus.
Het noodigo onderricht zal Hon, in een
zg. voorbereidende cuisusklasbe, daartoe
worden gegeven door hurgeremriervvijzers.
9e. Voor dc nog Hij het Instr. Bataljon
aanwezige volontairs en koipoi.ials titu
lair blijven de oude bepalingen golden.
Nadere inlichtingen worden op aanvrage
kosteloos verstrekt door den connnmtekuil
van hot Instructie Bataljon te Kampen.
EEN LEUKE JONGEN,
liet eerste huwelijk, dat de tegenwoor
dige keizer van DuUschland bijwoonde, was
•dat van zijn oom koning Edward van
Engeland en koningin Alexandra. Hot was
iu Maart, 1863 cn do keizer* was toen nog
maar een kerellje van vijf jaar. Omdat men
wist, dat bij zeer speelsch was, hadden
zijn ooms, do hertog van Edinburg en du
hertog van Connaught, hem tusschen zich
in genomen, om hem stil to houden.
De plechtigheid dmude 'mg, wat ten
slotte don loekomstigen keizer begon te veil
amusement daar ben, altijd vroolijk en
leuk aangenaam voor* allemaal!"
Zij ldold oven op en ik probeerde niet
meer met banale gezegden eenigo troost
redenen aan 1e voeren.
„Weel n," zoo ging zij venter, „soms Irou
wen meisjes uit mijn kring wel in don an
deren kring, maar mijns inziens moeten
die meisjes koud zijn en oppervlakkig! Ik
zou mijn leven lang niet edit vroolijk
kunnen zijn. Ik ben dol op mijn lieve
eenvoudige ouders ik zou de pijnlijk
ste kwalen uitstaan, wanneer een chique
schoonzoon om hou glimlachen zou, wan
neer deftige bloedverwanten zich zouden
schamen. En ikzelf, ik zou mij ook niet
geheel vrij meer voelen ik zou vaak
denken: „Zou mijn man ook dit of dat
critimeren, onbewust, onwillekeurig
och, ik kan zoo moeilijk precies zeggen
wat ik voel,"
neen," zoide ik, „ik begrijp u heel goed
en er is veel waats in wat u zegt, maar
juffrouw Dertic, waarom dwingt u uzelf tot
die rol van stralende batfee, waarom maakt
u niet aan alles een eind? Juist tegenwoor
dig kunnen de meisjes zooveel vinden,
waarbij zij door ijverig werken haar bevre
diging kunnen vindon. -
„Ik kan niet weg," auiivoordde zij heel
zacht, „hot is een smartelijk geluk, maar
een geluk is hel toch. Ik ben dol op bloe
men, op muziek, op licht, op mooi ver
sierde tafels op vroolijko stemming,
SWIEBIIVIICHE ^llUlfilHT