De oorlog. 67"" Jaargang Onsdag 11 Augustus 1914 No. 14600 PEGGY HARPER'S SUCCES. buitenland. De militaire toestand. De Duitschers in België. In den Elzas. t ->4. Aan do Russische grens. SEHIiDM l ÜCl 11: COURJilT Deze Courant verschijnt d a ge 1 i} t s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen, Prijs per kwartaal; .Voor Schiedam en Vlaardingea fi, 1.25, frans» per post fi- 1-65. Prijs per week: Voor Schiedam en Viaardingen 10 cent Afzonderlijke nummers 2 cent, Abonnementen worden dagelijks aangenomen. Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een nor aan het Bureau bezorgd zijn. Bureau: Lange Haven No. 141 (hoek Korte Haven.) Prijs der Advertentiën; Van 16 regels fl. 0.92; iedere regel mee® 15 cents. Reclam«j^£Q cent per regel. Groote letters naar de plaats dio zij innemen. Advertentiën bij abonnement op voordeelïge voorwaarden. Tarieven hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen. In de nummers 'die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs van 40 cents per advertentie, brj vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen. Intercommunale Telefoon Np- 103. Schiedam, 11 Aug. 1914. De Temps" van gisteravond geeft hel volgende overzicht van den militairen toe stand: Het gebied, waar de vijandelijke troepen voeling met elkaar hebben, is 300 K.M. breed, van Luik, welks forten nog steeds standhouden, tot Mühlhausen. ten noorden waarvan de Franscho voorposten staan. Over de gclieele linie zijn tal van schermutselingen voorgevallen, in Frankrijk bijv. in de streek van Longwy en fusschen Baccarat en Saarburg. De Duitschers zijn Luxemburg doorge trokken en eenige kilometers langs de gren- van Duitscli Lotharingen opgerukt. Zij heb ben ook afdeelingen gezonden naar Badori- viller en in C'irey, op de Fransche grens, bezetting gelegd. Belangrijker zijn de gevechten in den Elzas geweest. Na hevige gevechten heli ben wij de heuvels die 'Sainte Marie au\ Mines beheerschen, bezet, vanwaar men Schlettstadt en de vlakte van Kolmar be strijkt. Van een bezetting van Kolmar woidt in dit bericht niet gesproken. De opmarsch der Duitse hers. De Duilsehe troepen, die hij Lixhe de Maas zijn overgetrokken, hebben thans bun hoofdkwartier ten zuiden van den St. Pie- ter opgeslagen. Nabij Tongeren moeten zij gisteren in een gevecht met de Belgen zijn gewikkeld geweest. De correspondent van bel „Yad." sein de hierover gisteren uit Maastricht Er zijn ernstige gebeurtenissen op til. Hedenmiddag maakte ik een interessanton tocht naar de brug hij Lixhe. Het leger nabij Eysden is bijna heelemaal over, maar in de omgeving van Mesch verzamelt zich een nieuw legerkorps. Hedenmorgen weer klonk plotseling Belgisch granaatvunr uit de richting jan Harcourt. De meeste gra palen sloegen in den grond, maar een paar troffen de brug. Men was druk aan het herstellen. Juist toen wij er stonden, kwam weer een granaat aangesuisd en raak te de brug, zonder echter noemenswaardige schade te doen. Vanmiddag hadden in de buurt van Ton geren ernstige eavalcriegevechlen plaats. Men verwacht tegen morgen (Dinsdag) een groot gevecht in de omgeving van Warennne. Ons Roode Kruis gaat derwaarts, nu weder auto's over de grenzen mogen. Roman naar het Fngelsch van LEONARD MERRICK. 2) „V|Qordat de menschen nog van me ge hoerd hadden, was het makkelijker vnm tno om een engagement te vinden." anI: •Wjoordde Galbrn.ith. ,,'tls juist sedert zo me kennen, dat ik dikwijls niet onder dak kan kojmen.': „Je weet heel gbecl wat ik meen. Gal braith. Wat kan ik doen? Op advertentie, schrijven .in de „Tooneelgids" geeft niets: ik krijg toch nooil antwoord. En als ik niet heel gauw, iets vind. zal ik het vak moeten vaarwel zeggen." Het dreigend naderen van zulk een rata Mrophe scheen Galbraith niet jui-t hofii g te ontroerendoodrustig blies hij zijn rook wolkjes uit. t „Hoever waren ze toen je hier kwam? vi-oeg hij. „Is 'tal haast aan mijn wachl- jvpord?" „Neen, juffrouw Lave was nog niet eens je hebt hoopen tijd. Geloof je dat ik het ooit tot iets .goeds za! brengen, Gal braith?" j „Je zult het verder brengen dan lot nu toe, mijn jongen, maar Hamlet zul jewel nooit spelen." 1 „Zie je, bij die troepen waar ik mee gereisd heb, waren er niet veel aan wie ik zooiets vragen kon, maar jij bent een goed ea geroutineerd acteur T Een vluchteling uit Visé verleide mij. dat Duitschers de inwoners aanrieden te vluchten, daar de plaats waarschijnlijk plat geschoten wordt. Ettelijke kanonnen wei den vanmorgen opgesteld, ik zag weer een spion opbrengen. De Duitschers doen aan (1e vreedzame bevolking niet den minsten overlast. Een andere correspondent meldt van de aankomst van zwaar belegering-.geschut uit Maagdenburg. Een gedeelte ervan werd on middellijk in stelling gezet tegen de Luik- selie forten, een ander deel, bet maeren- deel, ging met oprukkende regimenten in de richting van Namen. M e d e d e e 1 i n g der Belgische r e c e e r i n g. Volgens een gisteren gepnbliceeide mede deeling van het ministerie van ooi log, ï- de toestand bij voortduring goed. Het Bel gische en het Fransche leger ontplooien zich normaal. De omstandigheden schijnen gunstig te zijn en beantwoorden gehe-'l aan de verwachtingen. Naarmate de tijd voortschrijdt, woidt de kans op een ge weldigc algemeene botsing grooter. Men verzekert dat de bevolking van Luik zich onder het Duitsche regime kalm houdt. Er komen uitstekende berichten van de forten, die, zooals men weet, in Belgische handen zijn gebleven. Dat men nu en dan tot zelfs in do omstreken van Brussel troepjes uhlanen op verkenning ontmoet, is niet onrustba rend; zij worden trouwens doorgaans go arresteerd of op de vlucht gedreven. Een s e n s a t i e b e r i c h t. In de Belgische bladen kwam gisteren een bijzonder fantastisch verhaal voor over een ontzaggelijke nederlaag, die den Duit schers bij Luik zou zijn toegebracht door de vereenigdc Belgische en Fransche lege Van de Duitschers zouden daarbij notabone 35.000 man buiten gevecht zijn gesteld. Weldra bleek, dat het bericht geheel uit de 1 u c li f g e g r e p e n w a s. De t< Brussel verschijnende ..XXe Siècle", hol blad, dat hel bericht het eerst in de we reld zond, is in beslag genomen. Do inneming van I-ik. De Duitsche lezing. De „General-Quartiormcistcr", Von Stein, te Berlijn, heeft llê volgende modedeeling gepubliceerd aangaande den strijd om Luik en de inneming der stad: „Fransche berichten hebben ons volk on gerust gemaakttwintig duizend Ruitsehei.- zouden voor Luik zijn gevallen en de stad zou nog niet in ons bezit zijnDoor hel theater-effect van hel verleunen van lui Legioen van Her aan Luik werden deze beweringen waarschijnlijk gemaakt. „Ons volk kan overtuigd zijn. dal wij noch tegenspoed zullen verzwijgen noch succes „En tocli word ik telkens aan den dijk gezet!" liet Galbraith er vroolijlc opvolgen „Niet als je maar wat meer ivilskrarlil toonde! Elke directie zou je graag aan nemen, als zo maar op je hetere vnm nomens konden houwen. Ik wil mezelf niet voor den gek houden; zeg jij me een eerlijk de waarheid. Ik heb natuurlijk te Weinig routine, en ik kan geen routine krijgen cd- ik geen rollen krijg -- mam veronderstel eens dat ik hef zou kunnen uitzingen tol ik voldoende oefening ha I geloof je dan dat ik zou kunnen slagen Geloof jij dat ik eenig talenI heb?" Dertig jaren was Gallnailh voor 't-pn bliek opgetreden, maar de vraag die'latham hem stelde, luid geen enkel acteur hem nog ooit tevoren gedaan. „Beste jongen," zei hij na eenig naden ken ernstig, „do grootste gaven vooi liet loo neef zijn: geld en geluk. Bijna iedereen kan mettertijd tamelijk goed leeren aoieeren en als je geld bezit kun je premies betalen en een schouwburg huren en populatie acteurs opdragen geschikte rollen voor je tc schrijven. In een eersle-rangs toernooi gezelschap van vroeger dagen zou Albert Jesnyngham hoogstens „Zijn vriend har les""spelen, maar hij heeft geld, of liever hij heeft menschen met geld achter zich, an zoo werd hij directeur-acteur en speel hij de kalme heldenrollen. Maar, afge-chei den van het gold, komt het voornamelijk op geluk aan loopt het je mee, dan maak je fortuin, loopt hel je tegen, dan blijf je in de modder zitten. Een bloot toeval be zorgde Tatty Spencer, die in zijn hcele loop baan nooit in een ander vel gekropen was, sen overdrijven; wij zullen de waarheid zeggen in het volle vertrouwen dat het volk meer geloof zal schenken aan ons dan aan onze vijanden, die hun positie gaarne zoo gunstig mogelijk voor de wereld willen vooi stellen. „Wij moeten echter onze berichten ach terhouden, zoolang zij nog onze plannen kunnen verraden. Nu mogen wij zonder gevaar voor nadeel over den strijd om Luik mededeeiingen doenieder zal zich dan zelf een oordeel kunnen vormen over het geschreeuw der Fran-chen, dat wij twin tigduizend man zouden hebben verloren. „Vier dagen geleden hadden wij hij Luik nog maar oen zw, kke legermacht, want een zoo stoutmoed' plan als de verove ring dezer vesting mag niet te voren door samentrekking van groote overbodige troe penmassa's worden veriaden. Dat wij toch het beoogde doel bereikten, is te danken aan de goede voorbereiding, aan de dap perheid onzer troepen, aan de krachtige leiding en aan do hulp van God. „De moed van den vijand was spoedig gebroken en zijn troepen hielden zich slecht. De moeilijkheden voor ons lagen in do zeer ongunstige gesteldheid van hel berg en ho.schlnnd en in het valsche optreden der bevolking, die deelnam aan den strijd; zelfs vrouwen vochten inee. Uit natuurlijke hinderlagen en hosschen werd op ons ge vuurd ook op arisen, die de verwonden behandelden en op de verwonden zelf. „lfel waren moeilijke en verbitterde ge vechten. Gclieele plaatsen moesten verwoest worden om den tegensland te breken, doch ten slotte drongen onze dappere troepen door den fortengordel en namen bezit van de stad. Hel is juist, dat een deel dei- forten nog stand hield, maar wij vuurden niet meer. Zijne Majesteit wilde het bloed onzei sob/alee niet door de bestorming der forten nutteloo- verspillen, zij waren ons bij onze jilannen geen belemmering meer; men kon wachten tot de zware ar tillerie was aangekomen om dan zonder opoffering van één man de forten, liet een na het ander, plat te schieten, zoo althans de bezettingen zich niet reeds eerder zou den hebben overgegeven. „Over dit alles echter mocht een zijn plicht he-offend legerbestuur geen woord openbaren, voor zoo sterke legermachten op Luik waren samengetrokken, dat zelfs de duivel het ons niet meer kan ontnemen. In deze positie zijn wij nu. Voor zoover wij thans kunnen heoordeelen. beschikten (1e Belgen over meer troepen tot verdedi ging der vesting dan wij hadden voor den stormloop. „Ieder deskundig! zal de vooitreffelijk- licid dei praeslalie moeien eikcimen, zij is eenig. Mocht ons volk nog eens onge duldig op tijding wachten, dan verzoek ik het nu reeds aan lauk te willen terug1- denken, liet gclieele volk heeft zieli één van zin onder zijn keizer geschaard om aan een prachtkans om 'I'm Ie lappen in Pul- Leimy's „Om den Binode." Ze hadden toen in den Diadeem--(houw burg juist zoo n persoonlijkheid noodig; Tatty's gebreken schitterden daar aK onschatbare verdien sten. Hel. publiek brulde van opgewonden heid. en li ij heeft van dat «ogenblik af steeds voordeelige engagementen gehad. Een Imop menschen, die hem met gemak van de planken konden spelen, moeten hun maal ojStlen hij Lorkharl. Slampam pers Doordraaiers? Geen kwestie van! Enkel en alleen pech. De moesten zijn niet zooals ik. Ze hebben zichzelf niets te ver wijlen. en waar 'l in zit, weet je dikwijls zelf niet, maar ze krijgen nooit eens oen kansje in een ding dat inslaat. Horns'Inkt lief hun eindelijk een engagement hij een West End schouwburg te, veroveren; ze geven al luin lijd aan *trepeleesn enkrijgen zelfs een goeie eers. Maar 'tstuk duikelt, en met een maand of zes weken staan ze «eer op straat. Je zon' misschien denken, dal ze dan. toch wel gauw weer aan den gang moesten komen, als do recensenten hen genadig' zijn geweest maar dat is jeugdig optimisme, Tatham; zelfs voor de Tatties" bestaan er geen permanente con tracten. Daarbij raken ze dan langzanier hand nis ongeluksvogels bekend, en dat is een reputatie die zelfs een acteur naai den kelder liielp, waarvan de pers zei, dal bij na. Edmund Kctin, Engeland's groot -te treurspelspeler vva-. In zijn geval was dat kletspraatmaar ondanks verschillende menie engagementen werd hij toch als ecu ongeluksvogel te hoek gesteld, en dal gaf hem den genadedag. Laat een directeur de talrijke vijanden weerstand te bieden het legerbestuur mag du- aannemen, dal jivn geen publicaties verwacht, die zijn plannen te vroeg aan den vijand zonden verraden en daardoor liet volbrengen van de moei lijke taak zouden kunnen, verijdelen." Uit Luik. Een proclamatie aan de b-wolking van Luik herinnert aan het verb 1 van vijan delijk optreden tegenover de Duit-clieis en de gevolgen daarvan, ook voor gijzelaars, die door de Duitschers in de Citadel op gesloten zijndl bisschop Hutten, de bur gemeester Klever, de senatoren Flechet, Van Zuylen. Peltzer, .Colleau, de volksvertegen woordigers De Ronthiere en Van Ilougaer den, de .«diepen Falloisé, alsmede de afge vaardigde Gregoire. .Bezitters van wape nen worden .gefusileerd. Een Belgisch journalist, dio zich binnen de stad Luik hoeft gewaagd, heeft dam de aanwezigheid van oen talrijke troepen macht geconstateerd. De Duitschers gedra gen zich kalm, wat zij nnodig heblien bo talen zij contant. Wel zijn strenge procla maties afgekondigd. Enkele dier proclama ties zijn onderteekend: De opperbevelhebber van het Duitsche Maasleger. Alle openbare gehouwen in de stad zijn door de Duit, sche troepen in bezit genomen: de gehou wen der universiteit, de scholen. Bij de inwoners zijn zij echter niet ingekwartierd Overal wapperen nog de Belgische vlag gen; Duitsche vlaggen ziel men nergens En, aardige bijzonderheid: de duiven, die op het oude bissehopspalcis nestelen, heb ben op het plein oen hoekje, waar zij ge voerd plegen te worden. De Duitschers heli hen dat hoekje gerespecteerd, of-choon zij de rest van liet plein in gebruik namen. Een Belgisch blad meldt, uat de Duit schors het mooie dorpje Soiron nabij Luik geplunderd hebben. Zij kwamen er mei 200 man binnen en hieven er vredig op ecu boerderij en in de bijgebouwen van een ka-teel, waar niemand anders was dan een bnselivvai'hter en twee tuinlui, 's Nacht- kwam bij deze drie het dwaze denkbeeld op om op de slapende Duitschers te schie ten; hel eerste schot doodde den schild wacht. De soldaten dachten aan een gruote overrompeling en in de verwarring setni ten ze op elkaar. Er waren 13 dnoden, onder welke de commandant en 41 gewonden. De hoseh wachter en de tuinlui werden 's ochtends gedood. Het geknal van de geweren had de he weners van het dorp al op de vlucht ge jaagd en toen de Duitsche soldaten, nu zonder commandant, Soiron binnenkwa men, hebben zij er verschrikkelijk huisge houden. maar éénmaal van een man of een vrouw zeggen: „O, ja, heel knap, uil-lekend voor de rel ge-chikf, natuurlijk, maar een enge lokkige naam heeft nog nooit iu een -uccesstuk de aandacht getrokken,'' dan «eet je wel dal zoo'n uitlating eon vacantia van twaalf maanden in 'I jaar heteekent." Gaibraith klopte de a-ch uit zijn pijp en ging op zijn gemak naar beneden, waar heen Tatham, nadat hij zich gewnssrhan en verkleed had. hem volgde. Maar hij verlief den .-ehomvburg nog niet. J)e meeste spelers zouden, evenals hij, legen den moigon naar Londen terug reizen, anderen gingen hun armzalig tehuis in Liverpool of ergens ander- weer opzoeken, en ei viel dus heel wat afscheid te nemen. Nog iwat fusschen (te coulissen omhangende, luisterde Tallinn) naar Galbraith, zooals deze mei. veel pathos een afgezaagde, ham Li.slisehü speech afstak, die hij dadelijk daarna in de kleedkamer belachelijk maakte liet onbedorven en weinig «'ischemic publiek begroette den climax in .zijn lede mei een daverend applaus, terwijl een smerige tooncelknecliL inmiddels jleportiek van „liet. Onderlijk Huis" al naar voion schoof voor lief slotbedrijf. „Hel Ouder lijk Jlnis" werd, onder begeleiding af en toe van een mager, uit de maal spelend orkest, naar don ei-eh vertolkt. Ileeiit- op den achtergrond gaf do trouwe hui-houd ster, die zich „haar lieven jongen meneer" nog uit zijn kinderjaren herinnerde, door haar aangrijpend stil spel te kennen hoe innig gelukkig haar hot gelui der huwelijks- klokken stemde, (lio de souffleur als ge woonlrjk links in beweging bracht, en de liet Roode Kruis te Maastricht. Hel halen der gewonden van de grens is thans weder geregeld. Voor de mode deeling daarvan ontving de burgemeester van Maastricht van het Belgische ministerie van huitenlandsehe zaken het volgende te legram: f „Remercie trés sineêrement hourgmestre de son obligeante communication". Ook van den generaal van het Duitsche leger mocht liet Roode Km is een hartelijke dankbetuiging voor de verleende hulp ont vangen. Gistermiddag worden weer drie in het hospitaal overleden soldaten hegraven, o. v. de graaf van Arnim. Hij werd naar zijn laatste rustplaats vergezeld door den Duit- sclieii consul, op verzoek der Iainilie, en door den burgemeester, op verzoek van Prins Hendrik. In '1 geheel zijn thans te Maastricht tien der opgenomen gewonden overleden. In hel Hoode Kruis is bericht ontvangen, dat drie gewonde Hollanders in Visé liggen. Men heeft den Duitschcn legeraanvoerder verz-oclit, deze naar de grens Ie doen ver voeren, opdat men ze in het Roode Kruis kan opnemen. Een Beulerlejegram uit Berlijn meldt dd. gisteren: De van Belfort ui den Boven-FJzas naar Miilhan-en dooi gedrongen Fransche troepen, naar liet schijnt het zevende Fran sche legercorps, en een infanteriedivisies van de bezetting van Belfort, zijn lieden dnor onze troepen uit een versterkte po- sttie ten westen van Mulli;v,--en in zuide lijke richting teruggedreven. Onze verliezen waren gering, de Frau- sclien echter .leden groote verliezen. Uil Beilijn woidt gemeld, dat drie voor de grensbescherming aangewezen compag nieën, (indei-sleiind door aanrukkende Veld artillerie. hij Eydtkiihneii de derde Russi sche calaverieslivisie, welke over Romfi- ken np Sclileiken aan reed, over de grens teruggeworpen hebben. De te Weeiten verschijnende „Gazeta Po ranna" bericht nil Krakan, dat achthonderd Oostenrijkers, onder aanvoering van kapi tein Frank, des nachts hij Mjeehow, ten noorden van Krakan in Russisch Polen, on geveer duizend «lapende kozakken overvie len. De «(rijd duurde eeltige uren el) ein digde met een volledigen temglocht dei- kozakken, die ongeveer vierhonderd iloodcn en gewonden hadden. Aan Oosteniijkselio zijde weiden Jionderdveertig man gewond, Mjeclunv werd door de "Oostenrijkers be zet. Uit Lembcrg wordt aan Tie „Neue Freie Brosse" bericht: t,De afdeoling, die Mje- benamvde „jeune premier," op 'tpimt ont slagen te, worden, declameerde als een van geluk stralend bruigom voor een even wanhopige „jeune première," die hij waar schijnlijk nooit, meer zou ontmoeten, dat ze „in de gouden jaren die voor hen lagen, nooit, nooit weer zouden scheiden!" Het gordijn zakte. De tooneelislen ver wisselden haastig! van kleedmg en pakten hun hebben en houden hij elkaar. Zoonis gewoonlijk brandden al de mannen (behalve Galbraith, die tien dagen lang niets anders 'dan thee en ger.slwaler gedronken had) van verlangen om Weg te komen, voordat de cafe's gesloten werden. In hun agitatie Tatham kende dat zouden sommigen zich den tijd niet gunnen hun schmink af to wasschen. liet achterste deel van liet toonde! scheen wel plotseling in den nacht fozijn opgeio-t de weiden van doek. waren in top geknald, een echte maan bracht den lommeligen warboel in de ijskoude ruimte aan 'thelit, en een snijdende wind gierdei over <te kille planken, toen „Het. Ouder huis" eu I te Brandkast"' op een Wagen werden geladen. Bij tweeën en drieën kwam het gezel schap weer Ie voorschijn, met verschillende kleeding-lukken in courantonpajiier gerold en allerlei niet te beschrijven bagage, in, de wonderlijkste koffertjes en mandjes. „Nou lot ziens, hoort 't Ga je goed.1 Hou, je laaiGa je inee (lezen kant, ouwe jon gen?" „Dn,-ag!" „We zullen elkaar nog wel eens tegen 't Jijt loepen." Goed succes verder 1" Wordt vervolgd),.

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1914 | | pagina 1