g]m Jaargang
Zaterdag 12 December 1914
No. 14706
Tweede Blad.
Uit de Tweede Kamer.
Deze courant verschijnt d ag e 1 ijle s, met uitzondering van Zon- en Feestdagen.
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25 franco
F post fl. 1.G5.
Pnjs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent.
Afzonderlijke nummers 2 cent.
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.
Advertentiën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
car aan het Bureau bezorgd zijn.
Bureau: Lange Ilaven No. 141 (hoek Korte Haven).
Prijs der Advertentiën: Van 16 regels Q. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen.
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers die Dinsdag-, Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie, bij vooruitbetaling aan bet Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
f
Stadsziekenhuis.
AANBESTEDING.
J
I
t
De Commissie van Administratie voor bet
Stads-Ziekenhuis te Schiedam, zal op Vrij
dag, 38 December 1914, aanbesteden de
levering gedurende de DRIE EERSTE
MAANDEN VAN HET JAAR 1915 van:
Vleesch, vet, brood, melk en kruide
niers-, gratters- en koloniale waren,
alles ten dienste van het gesticht.
De inschrijvingsbiljetten, zooveel moge
lijk vergezeld van monsters, moeten op den
dag der aanbesteding vóór 's morgens 9
uren aan het Ziekenhuis bezorgd zijn.
De voorwaarden van aanbesteding lig
gen aldaar ter lezing op iederen werkdag,
des morgens van 912 uren.
De Commissie voornoemd,
M. L. HONNERLAGE GRETE,
Voorzitter.
Mr. M. Sr. VAN VELZEN,
Secr.-Penn,
En zoo kwam- dan het veelbesproken
ieeningsontwerp in, openbare behandeling,
en door het toegeven van Slindster Treub
op verscheiden punten was de aanneming
daarvan met zeer groote meerderheid bij
voorbaat verzekerd.
Wij zetten dit voorop, omdat men in het
licht van dit feit de heele discussie over
het ontwerp moot bezien'; er Was nu geen,
sprake meer van belangrijk verzet; maar
meer van pogen om nog wat verdere
tegemoetkoming van don minister van
Financiën te verkrijgen!want dit zij ook
dadelijk gezegd: „Treub heeft toegegeven,
maar genoeg is het zeker niet, on als de
Kamer zich daarbij neergelegd heeft, is het
alleen om den oorlogstoestand".
Toegegeven is, dat het opcenten-stelsel
niet voor 15 jaren in de wet is vastgelegd,
die 15 jaren zijn tot 3 jaarteruggebracht,
en daarna zal opnieuw met de Stateiv
Generaal moeten worden overlegd over do
middelen tot dekking en aflossing. Art. 38
bepaalde oorspronkelijik, dat zulks vóón 1920
kon gebeuren, en men, weet uit droeve er
varing wat zulke vage beloften beteekeneni;
in de Hooger-0nderwijs-wet Kuyper b;v.,
werd bepaald dat binnen drie jaar de'positie
der theologische faculteit zou moeten wor
den kerzien, en dat is nu tien jaar geleden
en er is niet van gekomen. Maar door de
wijziging van genoemd artikel mioe t men
vóór 1917 opnieuw over de middelen van
dekking en aflossing beslissen, en daarbij
komt nog dit, dat thans in de wiet zelve
„de heffing ineensi" als eon, van de moge
lijkheden wordt erkend waartoe mten over
drie jaar zal overgaan. Daarenboven is ter
wille van links van de opeen,ten op de
invoerrechten, en ten, behoeve van Rechts
"ran de opcenten op do Successiebelasting
afgezien: tevens vervallen de opcenten op
iet geslacht Aan de voorstanders van
directe heffing is dus tegemioet gakxmenj;
aan Links is ten minste ook dit ^toegegeven;
dat door intrekking van de opcenten op
de invoerrechten de groote overwinning,,die
ia 1913 door de vrijhandelaars is bevoch
ten, niet wordt ongedaan, gemaakt
ID i 1 1
De heer de Meester opende op zeer be
zadigde wijze het debait, zich van elke
toespeling die politiek zou kunnen, worden
genoemd, onthoudende, en, verklaarde, dat
in het compromis, dat de Minister had
aangeboden, aanleiding vond met het ont
werp mice t© gaan, wiaarhij hij den wensch
tïtsprak, dat het ontwierp van die Rkjgeenng
zou mogen slagen en de leen,ing dus ebta-
malen worden voltotikemd. Sterk] ge
porteerd voor een heffing ineens, erkende
fiil dat die op dit oogenblik zeer mogelijk
was, 'en verheugde hij zich dat de mogelijk-
neid omi tat heffing ineens te komen;, ten
Ranste niet was afgesneden,. Het zou zijne
paztrj den plicht opleggen om1 het vraagt
in studie te nemen, en'als de mogelijfc-
"öid daarvan concreet is gebleken, daar-
VQ°r krachtige propaganda ba maken. En
6® die taiogelijkbeid blijkt; dan hoopte hij
dat de Minister van Biimenlandsch© Zaken
het woord gedachtig zal zijn door hem in
de zitting van 10 December 1913, gespreken,
„dat het er in constitutioneel geregeerde
landen niet op aankomt; hoe de bestuurders
zeiven over een of ander punt denken,
doch dat zij duurzame leiding hebben te
geven aan wat er leeft in het volk."
Eindelijk verklaarde hij zich er voorstan
der van, de eerste twee jaar enkel rente te
betalen, maar niet af te lossen; daardoor
zou men in de eerste plaats de heele quaes-
tie van leening of heffing in eens intact
laten, en zou men op het complex opcenten
ten zeerste kunnen besnoeien.
Een amendement in dien 2in, werd dan
ook door hem in gemeenschap met dr. Bos
ingediend.
Was dus bij monde van de L. U. verklaard
ook de heeren Fock en Patijn spraken
naderhand in dien geest dat men over
de brug zou gaan, die de Minister door zijne
concessie had gelegd, anders stond het bij
de vrijzinnig-democraten enf de sociaal
democraten. Van de Vrije Liberalen kan
men gerust zeggen, dat ze heelemaal geen
brug noodig hadden; zij aanvaarden de lei
ding der Regeering, zooals de heer Tyde-
rnan het zoo sierlijk uitdrukte, en
deze hielp de Regeering in hare bestrijding
van de „heffing in eens", door er op (te
wijzen, dat ook in Frankrijk deze zagk ter
sprake was gekomen, toen het in 1871 de
5 milliard oorlogskosten aaln Duitschland
moest betalen, maar dat men daartoe niet
is kunnen overgaan, en dat niemand minder
dan Leroy-Beaulieu toen had geschreven,
dat het wei eene zegenrijke daad zou zijn
om de heffing toe te passen, maar dat zulks
practisch onmogelijk was. 'Mr. Marchant
plaatste in zijne rede daartegenover de o. i.
zeer juiste opmerking, dat hij elke verge
lijking tusschen het zwaar geteisterde
Frankrijk van 1871 en het Nederland van
thans, dat buiten den oorlog is gebleven,
afwees. De afgevaardigde voor Deventer
bad er bij kunnen voegen, dat van alle
versteende conservatisme, dal zich valschc-
lijk met den naam van liberalisme tooit, dat
van genoemden Franschen professor we!
het ergste is.
De Vrijzinnig-democraten lieten zich ech
ter evenmin als de sociaal-democraten deor
de Fransehe autoriteit van den heer Tyde-
ma den mond stoppen, en trokken geducht
van leer. De heer Vliegen begon
met het goed recht: te bepleiten van
het behandelen van de dekking der opr-
logkskosten in de volksvergadering, wèes
er verder op hoe een opoentenstolsel voor
den tijd van 15 j'aren onze sociale her
vormingen gansoh Ja-" slaat, en verklaar
de zich allerminst «rfeid, om, zooals de
Liberale Unie, tevreden te zijn met de
gedane concessies. Breedvoerig werd aan
getoond, hoe het juist de lagere volks
klassen zijn, die liet meest onder den oor
log lijden, en daaruit het recht gedemon
streerd om de lasten dor oorlogskosten
dit in den meest uitgobreiden zin des
woords genomen te leggen op de schou
ders der meer gegoeden. Op wetenschappe
lijke wijze werd door dezen spreker aange
toond, dal de heffing in eens niet beschul
digd kan worden van tot kapitaalvernie
tiging te leiden. Hij hield voor zijn partij
dan ook aan die heffing vast, en diende
een amendement in om in do wet te bepa
len, dat men daartoe na, drie jaren moet
overgaan.
De heer Troelstra vulde de rede van zijn
partijgenoot aan voor wat men het meer
politieke gedeelte zou kunnen noemen. Hij
ving met zijn misnoegen er over te
kennen geven, dat do Minister van Finan
ciën in zijn Memorie van .Antwoord had
neergeschreven
„Ook de Regeering betreurt, dat de leden
van meer dan één politieke fractie in haar
voorstel aanleiding hebben gevonden lot
het verwekken van agitatie in den lande,
Ooik zij acht dit kwalijk overeen te bren
gen met 's lands belang in een tijd, waar
in het land nog steeds in oorlogsgevaar ver
keert. Zij wil gaarne aannemen, dat dege
nen, die aan het verwekken yan zulk een
agitatie deelnamen, zich geen rekenschap
gaven van het feit, dat het oorlogsgevaar
nog allerminst geweken is en dat dus het
land nog evenzeer behoefte heeft aan een
dracht en aan de kracht, welke van onder
linge toenadering on waardeering uitgaat,
als in de maand Augustus het geval was.
Zij mag echter niet verhelen, dat zij ge
hoopt had, dat de goede geest, welke die
maand alom in den lande was waar te ne
men, bestendiger van duur zon wezen."
Alen ziet dat deze woorden een formeel
standje bevatten aan het adres van hen die
zirih verstout he-bben het met den lieer
Stork eens te zijn, en voor een heffing
in eens te pleiten. Mr. Troelstra maakte
dienaangaande de zeer juiste opmerking,
dat Kamerleden geen militairen, krijgsgevan
genen of geïnterneerden zijn, waarvan men
een goede geest" mag verwachten in den
zin van een zich willoos te laten leiden
door de superieuren.
Wij zouden er aan hebben willen toe-
roegen, dat, als iemand deze passage niet
had moeten schrijven, het een man als
Treub is. Als er toch ooit iemand in ons
politieke leven geweest is, wien het altijd
hoogste lust was om den tegenstander zoo
fel mogelijk te lijf te gaan; als wij ooit
iemand gekend hebben, die geen enkele
consideratie liet gelden als hij inging tegen
wrat hij verkeerd achtte, dan was het deze
Minister van Financiën.
Verder beklaagde spreker zich, dat de
Minister bij de dekking der oorlogskosten
de leiding uit de handen had gegeven, en
karakteriseerde diens houding met een snij
dend „bang voor rechts". Ten slotte ver
klaarde hij namens zijn partij, dat, al zou
daardoor lang niet alles wat zij wenschte
worden bereikt, aanneming van liet amen
dement-Vliegen zou maken, dat de B. D.
A. P. haar stem aan het wetsontwerp zou
geven. Wat gelajk stond met de jserkla-
ring, dat het wetsontwerp de sociaal-demo*
cxatische stemmen zou moeten ontberen,
genoemd amendement had toch niet de
minste kans.
Dr. Bos begon met te verklaren, dat,
waar de Regeering toenadering had betoond,
ook zijn partij het daaraan niet zou laten
ontbreken, al zijn er dan ook ïn de Memo
rie van Antwoord door den Minitser ver
wijten tot zijn naaste geestverwanten ge
richt, zoo scherp, als nog nooit in een
staatsstuk voorkwamen. Daardoor toch
kweekte men tweedracht, waar eendracht
zoo hoog noodig is, en de Augustusgeest
eischt toch zeker niet, dat men afstand
doet van zijn grondwettig recht om op te
komen voor de belangen van het geheeie
volk.
Er op wijzende, hoe er zelfs aan de
zijde, die de Regeering van den aanvang af
in haar leeningsplan steunde, daarmee niet
altijd volledige instemming was, bepleitte
liij het goed recht van den Vrijzinnig-Demo-
eratischen Bond om een betooging te hou
den tegen het oorspronkelijk ontwerp, dat
lijnrecht inging tegen alles, wat die poli
tieke partij hoog hield. In dit verband her
innerde spreker er aan, hoe hij, toen Pier-
son indertijd met zijn gelukkig met door
gegane verhooging van invoerrechten
kwam, hij, nog geen lid der Kamer, aan
dezen bewindsman zond een artikel tegen
diens voornemen gericht, waarop hij tot
antwoord kreeg, dat deze zijn ontstemming
kon begrijpen, maar dat hij te weinig lette
op den nood der schatkist. Dit, zeidc spre
ker, was- minder hooghartig, maar moer
hoog dan de wijze, waarop Minister Treub
zich in de Memorie van Antwoord had
uitgelaten. 1
Het overige betoog van den afgevaar
digde voor Winschoten was gewijd aan
een even degelijke als zaakrijke verdedi
ging van de heffing ineens, en het trof
iedereen, hoe of deze spreker, nog meer
dan anders, zijn best deed uitermate be
zadigd in zijn optreden te zijn.
Van Rechts heeft niemand zich vóór de
heffing ineens verklaardhet 6 of 7-tal ka
tholieken, van welke men weet, dal zij
aan do zijde van Dr. Bos stonden, heb
ben zich niet laten hooren. Van katholieke
zijde spraken de heeren Van Vuuren en
Nolens. De eerste om het ontwerp ten
hemel to verheffen, al betreurde hij hel dan
ook, dat de Minister daarin op aandrang
van een gedeelte der Kamer, verandering
had -gebracht. De afgevaardigde voor Ze
venbergen trad dus op, als het bekende
Keesje, dal alles hebben wou. Maar de
heer Nolens kwam met iets meer van be
lang, en wel met de mededeelmg, dat zijn
partij ook met de Regeering zou zijn mee
gegaan, als zij met een oorlogsheffing ware
gekomen; iets, wat de positie, die de lieer
Treub legen deze wijze van dekking in
genomen heeft, zeker niet vergemakkelijkte.
En als deze bewindsman zich heeft voor
gesteld, dat hij door zijn ontwerp zich de
aanhankelijkheid van de Rechterzijde heeft
verzekerd, is hem door den leider der Ka
tholieke Staatspartij deze illusie onlnomen;
db heer Nolens verklaarde toch, dat na
de wijzigingen, die in het ontwerp waren
aangebracht, er niet de minste roden meer
bestond voor Rechts om dezen minister
dankbaar te zrjn. 1
Van anti-revolutionaire zijde werd het
woord gevoerd door de hoeren Rutgers en
de Monté Verloren. De eerste ontpopte zich
als een door-dik-en-dunner als waarop tot
nog toe alleen Dr. Kuyper kon rekenen;
of het echter een verheffend schouwspel
was den afgevaardigde voor Hilversum, die
vóór den oorlogstoestand d« meest verbit
terde tegenstander van den Minister'was,
zoo verbitterd, dat hij geen gelegenheid liet
voorbijgaan om den opvolger van Talma ten
felste tegemoet te treden, thans in de rol
te zien van lofredenaar van dezen Slims
te r, is een vraag, die wij gaarne aan de
beoordeeling van onze lezers overlaten. Veel
hooger stond het betoog van den afgevaar
digde uit Breukelen, die op wetenschap
pelijke gronden de heffing ineens bestreed",
en'de zeker niet overbodige opmerking ach
terwege liet, dat de toestand, waarin wij
geraakt waren, alle aanleiding gaf tot zui
niger inrichting van ons Staalshuishouden.
Dacht hij daarbij misschien aan de dagen,
toen de grootscheepsch aangelegde Talma
met geld om zich heen strooide?
Voor de Christelijk-Hislorischen trad op
de heer De Geer, en deze afgevaardigde
bleef natuurlijk ook thans op liet liooge
niveau, waarop hij zich pleegt te plaat
sen. Ook hij verklaarde zich op weten
schappelijke gronden tegen de oorlogshef
fing, al achtte hij dat aan de tegenstel
ling: „heffing of leening", grooter beteeke-
nis werd gegeven dan ze verdient, en wel
omdat de voorstanders van de heffing hun
verlokkend denkbeeld „er ineens af", voor
ditoogenblik niet aandorsten. Ten slotte
betreurde hij het, dat z. i. zoowel Dr. Bos
als Mr. Troelstra door hun houding tegen
het wetsontwerp den Godsvrede hadden ver
stoord, en sprak hij do verwachting uit, dat
de toestand, waarin wij thans leven, en
waarin wij eiken dag meer voelen, hoe
alle klassen van de maatschappij elkaar noo
dig hebben en naast elkaar moeten staan, de
S. D. A. P. haar leerstuk omtrent den
klassenstrijd zal doen herzien.
En toen kwam de .Minister aan het woord,
en vóór vrij daarover ons woord zeggen,
kunnen wij de betuiging niet achterwege
laten, dat wij gaarne over diens rede zouden
zwijgen, het is toch niet aangenaam te moe
ten eon&latecren, dat een man van de gaven
van Treub, die het vaderland in de laatste
maanden zoo oneindig aan zich heeft ver
plicht, zich Dij die gelegenheid op hoogst
treurige wijze heeft vergaloppeerd. Alen had
mogen venvachten, dal thans, nu het com
promis met een groot deel vnpi de tegen
standers getroffen was, de Minister al zijn
best zou hebben gedaan om ook in de dis
cussie alles te vermijden wat opnieuw
kwaad 1)1 oed kon zetten. Maar het bleek
dat de Alinister zijn spijt niet kon verhelen,
dat hij tot eenig toegeven was gedwongen,
en bovendien dat hij buitengewoon geprik
keld was door hetgeen in de volksvergade
ringen, speciaal in die van zijne naaste
geestverwanten, over liet oorspronkelijk
wetsontwerp was gezegd. En, niettegen
staande Godsvrede en al, had hij er zich
klaarblijkelijk voor gezel om nu op zijn
beurt eens erg uit ie pakken. We kregen
toen eene aaneenrijging van gezegden, waar
door d* Alinister zicli diep beleodigd ge
voelden. I
Zoo had hel kamerlid voor Hoorn, dc
beer dc Jong durven zeggen, „dat geen
democraat in de Kamer den Godsvrede kon
koopen door de oorlogslasten te leggen op
de schouders van het arbeidende volk";
de secretaris van den vrijzinnig-democrati-
schen Bond, de heer Koster, had zich aan
eene dergelijke misdaad schuldig gemankt,
door de uiting, „dat de bedoeling was om
de lasten tc leggen op de schouders van then,
die reeds onder kommer gebukt gingen";
de heer van der Voorde, voorzitter van het
Nederlandscho Werklieden-Verbond bad in
dezelfde meeting gevraagd, na gewaagd te
hebben van den nood der arbeiders „hoe
'i, God betore het, mogelijk was, dat dc:
Rcgcering met een dergelijk voorstel
kwa,tn". „Het Volk" van 24 November
schreef
„Hoofdzaak is, dat de Regooring begint
met een uitputtingspoliliek der armen",
en in het manifest van dc S. DL R.
werd herinnerd aan 'sAhnisters woord, dat
de Itegccring zal zorgen, dat er geen armoe
zou worden geleden, en daaraan werd met
het oog op het Ieeningsontwerp de opmer
king vastgeknoopt, „dat de Godsvrede in
het nadeel van den arbeider is". Maar het
ergste van alles had dc heer KIcerekoper
op zijn geweien, die in dc meeting had be
weerd, dat men niet bang behoefde te zijn
voor eene kabinietscrisis, als hel ontwerp
verworpen werd, „daarvoor regeerde de Ite-
geering te graag, en bepaaldelijk zou de
lieer Treub wel aanblijven, hij zou dan toch
niet voor het eerst zijn verleden verlooche
nen, hij bad dit toch ook bij de IStaats-
pensioneering gedaan, en alle goede dingen
zijn in drieën."
De Alinister haalde dit alles aan om te
bewijzen, dat er eene agitatie legen het
ontwerp in den lande geweest was, waarin
men aan de politieke hartstochten weer vrij
spel had gelaten, on zicli niet meer om
oorlogsgevaar had bekreund. En de zaak
werd er niet beter op, toen de Rechter
zijde dit met warm applaus onderstreepte,
aldus voor zich de schoone rol van zich-
zelve verloochenen en de Regeenngspartij
opeisehende. En buitengewoon prikkelde
het, dat de heer Drion o, politieke onbe
nulligheid vergetende dat er nog zoo iets
als eene concentratie bestond, onder die
appiaudiseerenden vooraanging; wc zagen
althans een paar Kamerleden van Links
op den afgevaardigde voor Ridderkerk toe
gaan., en we kregen niet den indruk dat
dit met bijzonder vriendschappelijke be
doelingen geschiedde. En dit alles had de
heer Treub ontketend, daar de wijze, waar
op hij gemeend had liet debat te mogen sin-
zetten, en dat in een tijdperk van Gods
vrede 1 i
Wij zullen de uitingen, waaraan de Ali
nister zich heeft gestooten, jjeker niet in
bescherming nemen; ze zijn zeker over
dreven, om er niet meer over te zeggen.
Alaar wij zouden toch nogmaals willen vra
gen, of het nu juist de heer Treub mag
zijn, die zicli daarover zoo bijzonder er
gert, we zouden toch. en dat niet uit lie
meeting, maai- uit de Kamer zelve, uitingen
kunnen aanhalen van den Alinister, die aan
de stoutste verwachtingen beantwoorden
van lien, die op felheid gesteld zijn.
En met de eigenlijke verdediging van
zijn ontwerp was het niet veel beter, al
was de rede dan ook, wat het economisch
gedeelte betreft, zooals men van een oud
professor in de economie mag verwachten.
Afaar veel te veel kwam de debater naar
voren, wien het in de eerste plaats te doen
was om den tegenstander onder het wicht
van zijn argumenten te verpletteren. Al wie
voor heffing ineens was, werd uilgemaakt
voor een oppervlakkiger! prater, die niet
tot de kern van de zaak doordrong, en
al kunnen wij op het wetenschappelijk be
toog niet .ingaan, wij zullen als het zake-
lijksto argument, dat de Alinister tegen de
heffing ineens tc berde bracht, moeten ver
melden, dat deze te zwaar zou drukken
op de gren sited rijven, waaronder men niet
liecft te verslaan „bedrijven aan de grens",
maar die bedrijven, die nog juist in deze
moeilijke tijden het hoofd hoven water kun
nen houden. En mannen als Stork hadden
makkelijk praten, dat waren dc upper "ten
in de financieele wereld, wien zoo'n hef
fing ineens niet in het minst zou deren.
Het verwijt, dat hij door zijn opcenten-
stelsel voor 15 jaar, do sociale en andere
hervorming voor langen tijd stopzeile, wierp
do Alinister verre van zich af. Integendeel,
hij was er op bedacht geweest, hoe hij,
niettegenstaande den onvcrwachlen tegen
slag van don oorlogstoestand, gelden zou
vinden voor dc uitvoering van het hervor-
mingsprogram van het ministerie, en had
daan-oor reeds een complex belastingen uit
gedacht, waarvan hij de Kamer mededeel in g
deed. Al a a r b ij die m e d e d e e 1 i n g a p-
plaudiseerdo de Rechterzijde
niet. En do waarde van die medcdccling
verminderde niet weinig, toen den volgen
den dag naar aanleiding van een pertinente
vraag van den heer De Aleester bloot kwam,
dat deze belastingplannen vooralsnog niet
van de Rogeering waren, maar slechts het
particulier eigendom van den lieer Treub.
En' alles werd voorgebracht in een toon,
die den Alinister aan het eind van zijn
vicrurige rede kon doen zeggen: Ik heb
iedereen, die onder mijn tegenstanders te
goeder wille was, mijn naaste vrienden in
de eerste plaats, in het harnas gejaagd.
Wij vinden dat jammer, want dat alles
strookt zoo weinig met de houding, die
in de eerste plaats van de Rogceringstafel
in deze ernstige tijden moet worden aan
genomen. En de terugslag JilceC dan ook
niet uit. Ten eerste in twee bijzonder ge
documenteerd' m geducht rake redevoerin
gen van do eren Bos en Troolstra, tan
tweede in emtnimg over do ingediende
anicndemo ten derde in de stemming
over liet \»v ontwerp zelf.
Het amendement-Vliegen om do heffing
in eens in dc wet vast to leggen, ten
waarvan men verwacht had dat hot niet
anders dan de sociaal-democratische stem
men zou krijgen, verkreeg ook allo vrij
zinnig-democratische stemmen, behalve die
van den lieer v. Deventer, die zich als rap
porteur over het wetsontwerp na het over
leg met den Alinister niet gerechtigd achtte
voor een amendement te stemmen, dal|
door de Minister onaannemelijk was ver
klaard, en verder die van de Unie-Libéra
len de Aluxalt, Otto en de Jong. Het amen
dement-de 'A tees tert Bos om de eerste drie
jaar niet af te lossen, en dus heel wat
j minder opcenten te heffen, werd, nietfce-
genstaande do Alinister het ten sterkste
j ontried, bijna aangenomen; bet viel met
42 tegen 40 stemmen. Vóór alle sociaal
democraten alle vrijzinnig-democraten, pilo
SCHIEDAMSCHE COURANT
4
Iff
J