De oorlog.
67'" Jaargang.
Zaterdag 9 Januari 1915.
No. 14727
Eerste Blad.
Be weldoenster,
Deze courant verschijnt dago 1 ijks* met uitzondering van Zon.- en Feestdagen,
Prijs per kwartaal: Voor Schiedam en Vlaardingen fl. 1.25* franco
per post fl. 1.65. s
Prijs per week: Voor Schiedam en Vlaardingen 10 cent
Afzonderlijke nummers 2 cent
Abonnementen worden dagelijks aangenomen.-
Adverientïën voor het eerstvolgend nummer moeten des middags vóór een
uur aan het Bureau Bezorgd zijn.
Bureau: Lauge Haven No. 141 (hoek Korte Haven.)
Prijs der Advertenties: Van 1—"6 regels fl. 0.92; iedere regel meer
15 cents. Reclames 30 cent per regel. Groote letters naar de plaats die zij
innemen*
Advertentiën bij abonnement op voordeelige voorwaarden. Tarieven,
hiervan zijn gratis aan het Bureau te bekomen.
In de nummers die Dinsdag-* Donderdag- en Zaterdagavond
verschijnen, worden zoogenaamde kleine advertentiën opgenomen tot den prijs
van 40 cents per advertentie* bij vooruitbetaling aan het Bureau te voldoen.
Intercommunale Telefoon No. 103.
BUITENLAND,
Schiedam, 9 Jan. 1915.
Van het Westelijke front
De toestand,
liet D u i t s c h e groote hoofdkwartier
meldde gistermorgen
De voortdurende regens maken het ter
rein in Vlaanderen steeds meer tot een
moeras, zoodat de krijgsverrichtingen ten
zeerste worden belemmerd.
Ten oosten van Reims trachtten de Fran-
schen hedennacht ons een loopgraaf te ont
nemen. Door een onmiddellijk begonnen
tegenaanval werden zij in hun stellingen
teruggeworpen. Zij verloren vijftig gevan
genen. I
In het centrum en in het oosten van de
Argonnen maakten onze troepen weer vor
deringen.
Een nachtelijke aanval der Franschen op
onze stelling op den heuvel Ruchenhopf,
ten zuiden van Diedolshausen (Vogezen),
werd afgeslagen.
Herhaalde aanvallen der Franschen op
de hoogte ten westen van Sennheim misluk
ten door ons artillerievuur. Wij namen hier
twee officieren en 100 man gevangen.
Om het plaatsje OIjer-Burnhaupt, zuidelijk
van Sennheim, wordt nog gestreden.
Het F ranse he communiqué van gis
termiddag drie uur luidt:
De arlillerie van den vijand betoont we
der meer activiteit in België. Te Atrecht
zijn de Fransehe batterijen krachtdadig op
getreden. 1
Onze infanterie heeft vorderingen ge
maakt bij Lombaertzijde. Wij hebben vijf
tig meter voor onze loopgraven een heuvel,
die door don vijand bezet was, genomen.
Wij hebben terrein gewonnen ten oosten
van St. Joris en ernstig schade toegebracht
aan de Joopgraven van den vijand bij
Steenstraate.
Zonder dat wij aangevallen werden,
zagen wij ons genoopt eenige gedeelten van
onze loopgraven in den sector van Atrecht
te ontruimen, wijl de manschapcpn er tot
aan de schouders in de modder stonden.
Wij zijn vooruitgegaan in de streek van
La Boisselle en hebben den weg van La
Boisselle naar Avelay bezet. De mijnenwer-
pers van den vijand brachten ons eenige
verliezen toe, wij noopten ze in den loop
van den middag het werk te staken.
door de schrijfster van
„Elizabeth and her German Garden".
18)
„O ja, ik ook, tante Anna!" riep Lefty.
„Het is hier vrecselijk aardig. liet is nel
een pic-nic, die maar aldoor voortgaat. Wan
neer gaan wij het huis bekijken en den
tuin? Ik verlang er zoo naar o, ik ver
lang er zoo naarl" En zij danste op haar
stoel van ongeduld, totdat haar vuur gedeel
telijk werd gebluscht door het verbod van
haar moeder om in den regen' naar buiten
ie gaan. „Nu, laten wij dan hel huis gaan
bekijken," zei Letty, die brandde van ver
langen op onderzoek uit te gaan.
„O ja, door 'thuis kun je loopen," zei
haar moeder, met een misnoegd schouder
ophalen. Toen dacht zij plotseling aan Hil
ton en met een uitroep stond zij op om
haar op ,te zoeken.
De anderen deden hun bont om, voordat
zij zich in de ijskoude atmosfeer van de
hall begaven en vingen den onderzoekings-
tocht aan; het was een heel prettig uurtje
dat toen volgde, zij zwierven het huis rond,
terwijl Susie, die Hilton gevonden had, bleef
opgesloten in de slaapkamer, die haar was
toebedeeld, totdat het tijd was voor den
avondmaaltijd.
De keukenmeid wees Anna haar slaap
kamer; toen zij weg was wierp Anna een
blik op de groene slingers, waarmee deze
versierd'was en die het vertrek vervulden
met een scherpen, drogen geur, en liep
toen de kamer uit, om te zien, hoe haar
huis er uit zag. Haar hart was vervuld van
trots en geluk toen zij de kamers en gangen
doorliep. .De magische woordjes van mij
klonken haar in. de" ooren en. gaven aan
Wij hebben een blokhut in den sector
Reims in de lucht laten vliegen en een
loopgraaf bezet, tweehonderd meters voor
onze linie.
Er heeft een hevig infanteriegavecht
plaats gehad tusschen Bessiny en Prunay,
waar een groot aantal vijanden sneuvelde.
Bij Souain brachten wij de artillerie van
den vijand tot zwijgen en vernielden wij
zijn loopgraven.
'in Argonne ten westen van Haut Che-
vauchée liet de vijand onze loopgraven in
de eerste linie in de lucht vliegen en cl eed
onmiddellijk daarna een hevigen aanval,
dien wij echter met de bajonet afsloegen.
Wij maakten krijgsegvangenen en hand
haafden ons front, behalve over een afstand
van 80 M., waar wij onze loopgraven 20
M. naar achteren moesten leggen.
Wij hebben ons offensief in do buurt
van Thann en Altkirch voortgezet en daar
belangrijke resultaten bereikt. Wij hebben
hoogte 425 weder genomen en terrein ge
wonnen ten oosten van Steinbach.
Wij namen Ober-Bumhaupt en zijn voor
uitgekomen in de richting van de brug
naar Aspach en Kahlberg.
De vijand heeft uitsluitend het hospi
taal te Thann gebombardeerd. Dat is thans
ontruimd. f
In België.
Kardinaal Moreier.
De correspondent van „De Tijd" te Roo
sendaal houdt tegenover de Duilsche tegen
spraak, zijn verhaal omtrent de gevangen
houding van kardinaal Mercier vol.
De officieuse „Norddeutsche Allgem.
Ztg." geeft in haar nummer van gisteren
de volgende uiteenzetting van het geval:
„Kardinaal Mercier, aartsbisschop van
Mechelen, vaardigde omstreeks Kerstmis
een herderlijken brief uit, die volgens zijn
aanwijzing op 1 Januari en de daarop
volgende Zondagen van de kansdis zou wor
den voorgelezen. i
„Deze herderlijke brief bevatte naast zui
ver godsdienstige uiteenzettingen, een reeks
politieke beschouwingen, die met den hui-
digen stand van zaken niet overeen te
brengen waren en aan de Duitsche autori
teiten den plicht oplegden tegen de ver
dere verspreiding op te treden. Door den
gouverneur-generaal daarop gewezen, ver
klaarde de kardinaal schriftelijk en mon
deling, dat het niet in zijn bedoeling had
gelegen door zijn schrijven opruiend te wer
ken; dat hij zich integendeel had laten
leiden door de bedoeling de bevolking ge
rust te stellen en haar, terwijl hij haar
vaderlandslievende gevoelens ontzag, aan
te sporen tot uiterlijke onderworpenheid aan
het Duitsche bestuur.
„Daar de gouverneur-generaal echter van
ieder meubelstuk een zoo belachelijk groote
bekoorlijkheid, dat zij het aan niemand ter
wereld had willen vertellen. Zij nam de ver
schillende niet hij elkaar passende orna
menten op, die in do kamers verspreid
waren, verzameld zooals zulke dingen bij
elkaar komen, niemand wist wanneer of
waarvoor, en zij zette ze ergens anders neer,
alleen omdat zij het recht had verandering
te brengen in de plaatsing van de dingen,
en dat zich zelve steeds wilde herinneren.
Zij klopte op de muren en op de tafels in
het voorbijgaan; ze streek de vouwen van
de gordijnen met teedere zorg glad; zij
ging naar den spiegel afzonderlijk en bleef
er een oogenblik voor stilstaan, opdat er
geen een zou zijn, die het beeld van zijn
meesteres niet had weerkaatst. Zij was zoo
kinderlijk verrukt over haar nederige be
zittingen, dat zij Susie dankbaar was, om
dat zij onzichtbaar bleef en niet kwam
schimpen, f
Wat doet het er toe of het een rare,
arme omgeving was in de - oogen van
iemand, die gewoon was aan de overdaad
van behangsels en kleedcn, en overtollig
heden, zooals te'Estcourt? Deze naakte
planken, deze oude kleine matjes voor de
bedden, de versleten vossehuiden. voor de
schrijftafels, de rieten of houten stoelen,
de wit-katoenen gordijnen met eenvoudige
katoenen franje, de wonderlijke kleine
prentjes aan de muren, de ledikanten van
geverfd hout, leken haar juist' door hun
armoedigheid en eenvoud, de zinnebeelden
te zijn van alle deugden. Toen zij rond
dwaalde door de stille kamers, terwijl Letty
de gangen doorvloog, zei Anna tot zich
zelf, dat deze Spartaansche eenvoud, deze
afwezigheid van iedere weelde, die een
reeds kwijnende en verwijfde ziel nog meer
kon verweekelijken, bepaald schoon was.
Hier, evenals in de bedehuizen met gewitte
muren der Puriteinen, moest alle schoon
heid en alle glorie van binnen komen,
geestelijk zijn, de schoonheid zijn van een
leven en de;glorie van liefelijke gedachten.
een andere meening was en vreesde, dat de
herderlijke brief wel een opruiende werking
zou hebben, volhardde de kardinaal niet bij
zijn last aan de hem ondergeschikte geeste
lijkheid om den brief verder voor te lezen
en te verspreiden.
„De gouverneur-generaal had reeds van
te voren de voorlezing en verspreiding van
den herderlijken brief verboden.
„Hiermede kan deze aangelegenheid als
afgedaan worden beschouwd."
Een Reutertelegram uit Rome meldt nog:
De Duitsche regeering heeft het Vaticaan
opheldering gegeven over de behandeling
van kardinaal Mercier. Zij verklaart daar
in de bewering, dat de kardinaal gevangen
is genomen, zijn paleis niet heeft mogen
verlaten of verhinderd is het te verlaten,
voor ongegrond.
„De Duitsche autoriteiten vervolgt de
mededeeling dan op wie de moeilijke
en kiesche taak rust den vrede te handhaven
en de vijandige bevolking te overtuigen
van haar goede gezindheid, heeft alleen tot
den kardinaal het beleefd verzoek gericht,
zich te onthouden van eenige handeling,
die door bemoeilijking van de vervulling
van hun plicht ten slotte zou leiden tot
ernstig gevaar en nadeel voor de bevol
king."
„Door zoo te handelen gaat de ver
klaring voort beoogden de Duitsche auto
riteiten ook een Christelijk beginsel te hul
digen, dat bizonder dierbaar aan de diena
ren der kerk moet zijn, namelijk bloedver
gieten te vermijdendaar immers alles wat
zelfs middellijk tot beweging, oproer en on
lusten kan leiden, gestrenge maatregelen
van de troepen lot herstel van de orde
noodig zou hebben gemaakt."
Men meldt ons uit Turnhout dd. 7 dezer:
Ik heb, om zooveel mogelijk inlichtingen
in te winnen omtrent de houding derDuit-
schers tegenover het herderlijk schrijven,
persoonlijk een rondrit door de provincie
Antwerpen ondernomen.
In geen énkele plaats heeft men mij be
vestigd, dat de priester onder de mis ge
dwongen werd, den brief over' te gaven,
of dat hij uit den biechtstoel gehaald ié.
Van dwang in den eigenlijken zin van
het woord was geen sprake. Wel was er
ongerustheid onder het volk, omdat een
luitenant, vergezeld mot twee gewapende
mannen, naar de pastories gingen, om er
een onderhoud met den pastoor te hebben.
De beide gewapende soldalen wachtten aan
de deur. Of het ergens onvriendschappalijk
toe is gegaan, ben ik niet tc weten kun
nen komen. In elk geval heeft de pas
toor van Aersehol mij zelf verklaard, dat
do Duitsche luitenant in alle opzichten hof
felijk was. „Ik heb de brieven meegege-
Zij stelde stelde zich voor, hoe zij ontwaken
zou in een van die onversierde bedden, met
de morgenzon, schijnende in haar gezicht,
hoe zij zou opstaan om haar dagelijksche
nuttige plichten te verrichten in haar vreed
zaam huis, waar geen twist zou wezen;
geen erbarmelijke eerzucht en geen van dat
vele bittere hartzeer, dat onnoodig is. Zou
dat geen gelukkig leven zijn, dat leven van
eenvoudige plichtsbetrachting? „Het. betere
leven" herbaalde zij peinzend, terwijl zij
stond in het midden van de groote kamer,
waar zij door de groote ramen den tuin "kon
zien en een strook moerassig land en daar
achter de grijze zee en de witte zeemeeuwen
en do donkere streep van de kust vanjRü-
gen, waar de schemering neerdaalde; en zij
telde werktuiglijk op haar vingers. „Een
voud, matigheid, hard werken. Oom Joa
chim zei nat dat het hetero leven was en hrj
was wijs. O, hij was heel wijs maar
toch en hij -hield van mij en begreep
mij, maar toch
Zij keek op en zag zich zelf in leen ilangen
spiegel tegenover zich een slanke gedaante
in een bontmantel, blootshoofds, met pein
zende oogen, in gedachten verdiept. Dit
herinnerde haar aan den aag toen de brief
gekomen was, toen zij voor haar spiegel
stond op haar slaapkamer in Londen, ge
kleed voor het diner, met diezelfde woor
den van hem voortdurend weerklinkend in
haar ooren en hoe zij niet in staat was /ge
weest zich voor te stellen, dat zij zelf
zulk een leven zou leiden. Nu, in haar reis
mantel, bleek en vermoeid en afgemat door
de lange reis, zonder inooie kleeren of
krullen, berispte zij zich zelf, omdat zij
zich had beschouwd als van een te teeder
maaksel, te fijn, te broos voor een leven
dat misschien hard zou wezen. „O, ijdel
en dwaas schepsel f" zei zij hardop lot het
beeld dat zij in den spiegel zag en '.'zij
sprak het aan met het gemeenzame Du
evenals in den tijd voordat haar moeder
stierf, „Ben je dan zooveel beter dan
anderen, dat je je heeje leven slechts tot
ven," zeide hij, „en daarmede was de
kwestie uit."
Te Mechelen zelf antwoordt de bevolking
met een schouderophalen, wanneer men
om inlichtingen vraagt. Van een gevangen
neming weet men mets. Nogmaals zij hier
tegengesproken, dat voor het aartsbisschop
pelijk paleis wachten geplaatst zijn. Van
zeer vertrouwbare bron verneem ik, dat de
kardinaal Dinsdag een tocht naar Brussel
heeft gemaakt, waar hij ook bij den gou
verneur-generaal Yon Bissing is geweest.
Zijn secretaris en nog een priester verge
zelden hem. De brieven zijn inderdaad in
beslag genomen, overal waar men maar
dacht, dat zij aanwezig waren. Maar ner
gens ging dat met geweld, wel met beza
digdheid en beslistheid.
Yan het Oostelijke front.
Het Duitsche groote hoofdkwartier
deelde gistermorgen mede:
Ook op het oostelijk oorlogstooneel is het
>veer zeer ongunstig voor de krijgsverrich
tingen.
Aan de Oost-Pruisische grens en in
Noord-Polen is do toestand onveranderd
gebleven.
Ten oosten van de Rawka zijn onze aan
vallen gevorderd. 1600 Russen zijn daar
gevangen genomen, vijf machinegeweren
door ons buit gemaakt.
Op den oostelijken oever der Pilitza zijn
slechts artilleriegevechten geleverd.
De groote Oostenrijksche generale
staf maakte gistermiddag hekend:
De algomeene toestand is onveranderd
gebleven. Er is slechts bij tusschenpoozen
gevochten.
fn de oostelijke Beskiden is een sterke
Russische troepenmacht, die over de heu
vels ten oosten van Czeremcha een aan
val ondernam, door onze troepen in een
tegenaanval over een groeten afstand te
ruggeslagen, Vierhonderd gevangenen en
drie machinegeweren zijn daarbij in onze
handen gevallen.
Przemysl.
De oorlogscorrespondenten der Oosten
rijksche bladen berichten, dat het te Prze
mysl betrekkelijk rustig is. De aanvallen
van den vijand blijven zonder resultaat.
Do bezetting doet geregeld uitvallen, waar
bij zij krijgsgevangenen maakt en materieel
verovert
Als het weder het veroorlooft, zorgen
vliegmachines voor het postverkeer.
Er zijn vertellen zij verder onder
de Russische soldaten wederom muiterijen
voorgekomen. Zij weigeren n.I. de stad te
b'estormRm. Eenige bataljons zijn reeds
weggezonden. Tal van soldaten zijn in de
laatst© dagen door hun officieren neerge
schoten.
In het Karpathengebied zijn de rivieren
op verschillende plaatsen buiten hare
oevers getreden en is de toestand van den
bodem van dien aard, dat operaties bijna
onmogelijk zijn.
versiering moet dienen en geld kosten?
Kan je niet anders leven dan in weelde?
Of loopen behalve op tapijten? Of eten
soepjes die niet van chocolade zijn ge
maakt? Ga tot de mieren, gij luiaard, iet
op haar doen en wordt wijs." En zij wik
kelde zich in haar mantel en zag dat an
dere meisje uitdagend aan.
Zoo stond zij zich met groote afkeuring
aan te zien, toen het kamermeisje, dat haar
overal gezocht had kwam zeggen, (lat dc
Herr Oberinspcctor beneden was en haar
naar boven gezonden had om le vragen of
het haar schikte hem te ontvangen.
Het schikte haar in 't geheel niet; Anna
vond, dat hij haar dien eersten avond ten
minst© wel had kunnen sparen. Maar zij
vond, dat zij naar hem toe moest gaan;
zij had een gevoel, of zij zulk oen gezag
hebbend persoon niet kon wegzendendaar
toe voelde zij zich niet gerechtigd.
"Zij vond hem in de Trinnenhall, met een
portefeuille onder zijn arm. Ilij kond z'ijn
neus te snuiten en maakte een leven, alsof
hij op de trompet blies, en deed echo's ont
waken. Zelfs dat kon lüj niet stil doen,
dacht zij, haar nieuwe gevoel van eigen
domsrecht werd zonderling geprikkeld door
een neus, die in haar huis oproerig gesno
ten werd. Daarenboven, het waren haar
echo's, die hij stoorde. Zij glimlachte om
haar eigen kinderachtigheid.
Toch groette zij hem vriendelijk, lot beant
woording van zijn doorwrochte buigingen
en gaf hem de hand loon zij zag, dat hij
dit verwachtte, ofschoon zij het dien mid
dag al tweemaal gedaan had; en toen liet
zij zich door hem meenemen naar de zit-
Tcamer, een kamer aan de tuinzijde met
'openslaande ramen en boekenplanken, en
een groote, ronde, glimmende tafel in het
midden.
Dit was een van de twee kamers die
altijd door oom Joachim gebruikt werden
Oostenrijk en Montenegro.
De Oostenrijksche generale staf meldt,
dat een nachtelijke aanval der Montene-
crijnen op de Oostenrijksch-Hongaarsche
voorpostenlinie bij Avtovac rin Herzegovi
na) volslagen is mislukt
Turkije
Op Perzisch gebied.
Uit Konstantinopel meldt men aan Duit
sche bladen, dal de krijgsverrichtingen dei-
Turken m de huurt van het Uermiameer
goed opschieten. Ten westen van dit meer
dringen de Turken vooruit naar Salmae,
ten oosten bedreigen zij den straatweg naar
Tab ris. De terugweg der Russen van Man-
doab naar Tabriz wordt bovendien besookt
door de Turken, die, na een vaartuig op
het Oenniameer te hebben vcrmec«terd, nu
ook den oostenrijken oever in hun macht
hebben, waar de straatweg naar Tal.)ris
dicht langs loopt. 1
1 n do Z war te Ze e.
De Turksdie generale staf deelde gisteren
mede
De Russische vloot beschoot heden, in
strijd met de voorschriften van het interna
tionale recht, de open stad feinopo (in
Paphlagonië aan de Zwarte Zee) waardoor
twee huizen eenigszins beschadigd werden.
Mcnschenlevens vallen niet te betreuren.
Vier barken zijn gezonken.
Turksche schepen hebben mol succes
Russische troepen, die zich in en ten noor
den van Makrjali (Russische kust van de
Zwarte Zee) bevonden, beschoten.
Officieel wordt uit Parijs gemeld: Een
groot Tuiksch transportschip is op 2 Ja
nuari bij het uitvaren uit den Bosporus met
een mijn in aanraking gekomen en gezon
ken. f
Een ander transportschip, beceleid door
den Turkschen kruiser „Medjidie". is op
5 Januari gezonken in de Zwarte Zee tus
schen Sinope en Trebizonde.
üc Russische beschermde kniïser „Mer-
euria" en dc Russische torpedojager
„Gnieovi" vielen de „Medjidie" aan. Deze
werd getroffen door een aantal projectielen,
maar wist te ontkomen.
Aan de Syrische knsL
De Turksche generale staf meldde gis
teren x t
Op 5 dezer deel een Engolsche kniiser
een poging om tc landen ton oosten van
Meremas. Het vuur onzer troepen dwong
den vijand echter te wijken. IJ ij liet vier
dooden achter.
Diverse berichten.
Vereen. Staten e n E n gel an d.
Naar Reuter verneemt, is Donderdag door
de Engelscho regeering een voorloopig ant
woord van zeer vriendschappelijken en
openhartigen aard op do Amerikaans die
nota betreffende de onzijdige schoepvaart
verzonden. Een in bizonderboden tredend
antwoord is nog niet verzonden.
De correspondent van de'„Morning Post"
en ze was nog vol van de sporen van zijn
bezoeken. Zij ging zitten aan een groote
schrijftafel, bekleed met groen laken, de
voeten in de lange, verwarde haren van
een grijs haardkleed, en verzocht Delhvig
naast haar plaats te nemen. Ilij deed dit
en zei bij wijze van verontschuldiging: „ik
zal zoo vrij zijn."
Marie, de dienstbode, bracht een lamp
binnen met een groene kap, sloot de lui
ken en ging op de toenen de kamer weer
uit; en Anna zette zich neder oin zoo ge
duldig mogelijk tc luisteren naar dc luide
stem, die haar zenuwen zoo onaangenaam
aandeed, en drong zichzelf .op, dat hel haar
plicht was; zij deed bepaald haar best om
hem te begrijpen. Zij zei geen woord, even
min als ze hij den advocaat gedaan had,
waaruit hij kon veronderstellen, dat zij niet
niet van plan was daar te komen wonen.
Maar Dellwig's onophoudelijke woorden
vloed vermoeide haar zoo, dat het haar
niet mogelijk was er voortdurend haar aan
dacht hij te bepalen. De woorden begrij
pen alleen was op zichzelf reeds een in
spanning cn zij kende nog niet de Duitsche
namen voor rogge en haver en de rest, en
daarover praatte hij voornamelijk. Waar
diende het toe, Baar te verklaren op welke
manieren hij sommige akkers beploegd had
en bemest, hoe zij gelegen waren, hoe uit
gestrekt zij waren en wat voor soort grond
het was, als zij ze toch niet gezien had?
Verbeeldde hij zich dat zij al die cijfers
en bijzonderheden kon onthouden? „Ikweet
niets van het -boerenbedrijf," zei ze einde
lijk, „en ik zal uw plannen beter begrijpen
als ik de plaats eerst gezien heb."
(Wordt vervolgd).
SCHIE3AMSCIHE C0ÜIM1T.