Als 't buiten regent.
N
.x.
xxxx xxxxx
-X'
*X"
X
lo rij »cn klinker.
2c rij een getal.
3o rij iels wal zoowel door den schoen- als
door den zadelmaker gebruikt wordt,
-j-e rij een Stad. in Gddeulanjd.
5o rij t gevraagde woord
Go rij iets onaangenaams, wat je allen op
zea Kunt z'ijfn
7e rij een ware traktatie.
8e rij «en lleel van een gebouw.
9e rij een medeklinker.
VOOll KLEINEREN.
1. Met K. als eindletter ben ik een gebouw,
met S oen vrudht, mot F een in,snijding on
met jST oen ander woord voor pit, merg, hel
hinnenfe'te gedeelte van ie's.,
2. Maak oen kleedingstuk vanj:
J!AN PO
3. Verborgen vruchten.
Wïj gaan ootmoedig vergiffenis viagen.
'Annie wist het heel zeker; Saartje- was al
drie dagen ziek.
Kom Jaap, ruim eerst je boeken netjes op.
Lust een zebra' amandelen? Ik durf liet
niet zoggen.
4. Mijin eerste is oen 'huisdier, mijn, tweede een
voorzetsel, mijn derde noemt iets verkeerds
en müjln geheel ondeugende streken. Wie
raadt dit?
door
C. E. ÜiE LILLE I10GERIW1AA.RTX
Kindeis, ,wil je wel eens zoet zijn'
En niet m oppress op Lot weer?
Zegt do poppenmoeder ernstig
Tot haar_ poepen on baar beer.
Weet je, dat ais jo gezond bent,
Je in huis ook spelen ka,n'?
01 het buiten sneeuwt, en' regent,
Juffie wordt niet na: er van'.
Ik vertél je een verhaaltje
Van mooi weer en zonneschijn.
Van prinsessen, en van feeën
Zou je dan r*og druilig zijih'?
Als het buiten stormt en regent,
i Zoeken wij in huis de zon,
't Zonnetje, dac 'Schijlht van binnen.
Net alsof je toov'ren kon.
IHIokus.pokus! J-rach dus vroolijk,
Maak in huis maar hoei veel' pret,
Wie 'tlaat reeg'non. op 'zijn "wangen,
Stuur ik éón-twoetdrie naar bed!
X
.X.
