Van alles wat. r iff <r 1' i?. J?' „Meen je dat?" vroeg rij streng, „Je mag wel eens goed bedenk en, vóór je zoo'n mooie kans weggooit. Je moet .niet vergeten, dat je als een jongeheer zult worden .opgevoed. Je kunt later kiezen, of je wilt gaan studeeren of musicus worden In Stone End moet je visscher worden dat en niets anders. Wat zal het dus zijn?" Chris was spierwit geworden. Een oogenblik was het doodstil in de kamer, toen keek hij me vrouw Gregory aan met oogen, zóó vol verdriet, dat de oude dame ze dagen lang vóór zich zag. „Oom Tom is altijd go,ed voor mij geweest. Ik kan "hem niet alleen laten", zei do jongen. „Goed, er valt dus niets meer over te zeggen, Meneer Tempelman zal je vandaag nog "naar Melcombe brengen. Chris 'begreep, dat hij gaan kon, maar talmi- d,e 'nog. Zijn hartje was overvol van dankbaar heid, die hij niet onder woorden kon brengen Plotseling boog hij zich echter voorover en kuste de 'Manke hand, die op de armleuning van den stoel -lag. „De dank u toch vriendelijk", zei hij en vóór mevrouw Gregory van haar verrassing bekomen was, bad de deur zich al weer achter hem gesloten Mevrouw Gregory glimlachte in zichzelve. „Geen Engelsche jongen zou dit gedaan hebben", dacht zij. „Hij heeft stellig vreemd bloed in de aderen. Öc ben hang, dat Guy ,erg teleurgesteld! zal zijn". Onder aan de trap kwam Chris Gwen tegen. „De bjen blij, dat je bij ons blijft", zei het meisje. „Maar 'ik kan niet blijven". „Waarom 'niet?" „Om 'oom Tom". v „O, -oom Tom zal het wel kruimen stelten zonder jou. Hrj is gezond en Guy kan niet buitan! je. 'Kom blijf maar". Gkris 'schudde echter het hoofd. Woorden kon Mj 'op dit oogenblik niet vinden. Gwen Kverd om boos. „Je bent een akelige icmgen", riep Ze u,it, .terwijl zij zich in haar volle lengte oprichtte. '„En ik zal je nooit meer iets vragen nooit meer. Als je wilt, kun je natuur lijk blijven. Iemand kan altijd doen, wat hij wil". Na deze dwaze woorden liet Gwen hem alleen staan. .Langzaam en 'bedroefd liep .Chirs de trap óp. ,,'Guy zal het wel begrijpen", zei hij in zich zelf en hij had liet bij het redhte eind Guy begreep het. Maar omdat Jrif van Chris hield', li,et Mj niet merken ,van zijln eigen teleuretelling en troostte Mj zijn vriendje zelfs zoo goed mo gelijk. Meneer Tempelman zag echter, dat dit hem bijna te machtig ,was en liet Ghris daarom vlug afscheid nemen. Toen hij met den jongen in Melcoïbbe' aan kwam, was d,e laatste boot naar Stone-End juist vertrokken, zoodat maneer Tempelman Chris toe- Vertrouwde aan de zorgen van een moederlijke oude vtouw, die Mj kende en die beloofde den jongen den volgenden morgen naar de boot te brengen. „Ik zou 'Stone-End graag teruggezien en je er stellig heen gebracht hebben, als Guy niet ziek was. Dag b,este jongen. Je hebt een goed hesluit genomen, geloof ik, en daar komt het maar op aan in het leven", zei meneer Tempelman. „Dag meneer", Was alles wat Chris antwoordde. In het Volgend oogenblik was Mj alleen met „moedér P-eters", zooals rij door jong en oud genoemd werd. „Misschien is het maar het beste, dat ik oom Tom niet vertel, dat ze mij gevraagd hebben1 te blijven", dacht Chris dien avond, vóór Mj insliep. „Hij mocht het eens jammer voor mij vinden". Het was den jongen niet gemakkelijk gevallen, zich alle heerlijke dingen, welke mevrouw Gres- gory hem voorgespiegeld had, ,uit het hoofd te zetten en al hield Mj ook nog zooveel van oom -Tom, het was toch een zware strijd voor hem geweest. Maar nadat Mj eens jekker geslapen' had en na het "stevige ontbijt, flat moeder .Peters hem voorgezet had, Voelde bijf .zich weer geheel ver kwikt, terwijl 'de zilte 'lucht der zee en de aan blik van Stope-End in de verte allerlei geluk kige herinneringen 'in hem jyakker riepen. „Ik hen blij, dat Ik niet geblevèn ben. 'tZou heel leelijk en zelfzuchtig .van me geweest zijn", dacht hij, 'terwijl de poot de haven verliet en bij in het heldere water Juurde. Er waren weinigt passagiers aan boord. v Plotseling stonden er twee piannen achter hem. Eén. hunner zei: „Het was niet ver hier vandaan, dat de Venus verging. Ze zeggen, dat jTom Smith zichzelf ge makkelijk heeft kunnen redden, maar de eigenaar van het jacht niet zwemmen kon en de arme Tom den 'dood vond, joen Mj probeerde hem te redden". Chris keerde zich plotseling om. Een wilde wanhoop stond in zijn. pogen te lezen. Zijn bleefce lippen heefden, doch er jkwam geen geluid over, tot hij" met een hartverscheurend en kreet bewus teloos op het dek in elkaar zonk. De man, 'die gesproken had, tilde den jongen op. (Slot volgt). Hjet pepernoten- of pen- ningiem-spel. Hjet gezelschap kiest een 'hunner tot penning meester. De -overigen' gaan nu in ©en kring zitten 'Al© spelers betalen; dan een vooraf bepaald aan tal penningen, pepernoten of wat rij! naders te offeren hebben aan den penningmeester. Deze doet nu een greep er jut en wikkelt ze in een papiertje of houdt ge in rijn gesloten rechterhand. Hij gaat er mee van den ééneni per soon tot tten apderen den fcning rond, doet' net, alsof bij ieder de penningen op pepernoten-geeft, maar natuurlijk kan één uit fnet gezelschap ze slechts krijgen. Ieder let n.'u op de bewegingen dar handen ien de verandering der gezichten om daaruit op te mia- kea, wie de pepernoten of penningen beeft Is de penningmeester den gehieieten kring rond geweest," dan vraagt hij aan ieder: ,„Wie heeft de perperiioten?" 1 We zuil en ^gemakshalve verder alleen maar van pepernoten spreken). 'AI krijgt Mj nu een goed antwoord, toch gaat hij den igekeelen kring rond met vrajgen. Zelfs stelt Mj Ide vraag aan1 degene, die de pepernoten) heeft, ten (einde dit niet te verbaden, r Hebben allen een beurt gehad, dan zegt et- penningmeester, wie (da pepernoten heeft en moet deze ze l'aten zien. 1 leder, die bet goed gekaften heeft, krijgt dan i Sc" 9.r L -S> «irv as»

Gemeentearchief Schiedam - Krantenkijker

Schiedamsche Courant | 1928 | | pagina 9